Het Joint Research Center Zeeland in Middelburg is een state-of-the-art onderzoeksinstituut met innovatieve laboratoria en practicumruimtes. Constructief is het gebouw bijzonder vanwege de combinatie van grote overstekken, flexibele indeelbaarheid en bijzonder hoge vloerbelastingen.
Grote overstekken,
hoge vloerbelastingen
Joint Research Center Zeeland is Zeeuws state-of-the-art
onderzoeksinstituut
1 Joint Research Center Zeeland in Middelburg, foto: Ruden Riemens
1
20? CEMENT 6 20 23
In het Joint Research Center
Zeeland, kortweg JRCZ, werken
studenten van Scalda, de HZ
University of Applied Sciences,
University College Roosevelt,
onderzoekers en bedrijven samen
aan de onderzoeksthema's water,
energie, voedsel en de biobased
economie.
De ontwerpopgave voor het
gebouw mag gerust complex worden ge-
noemd. Het nieuwe vierlaagse en 19 m hoge
onderzoeksinstituut staat op een prominente
plek, op het kruispunt van Het Groene Woud
en de Poelendaelsingel (foto 2). Die plek
vraagt om een landmark en krachtig archi-
tectonisch gebaar. Ook uitvoeringstechnisch is de plek
uitdagend, vanwege de beperkte beschikbare
ruimte. De kenmerkende uitstekende gebouw -
delen volgden uit het gewenste programma.
Alle onderwijsruimten, laboratoria, werk-
plaatsen en overige functies vroegen samen
om meer ruimte (4.500 m² bvo) dan mogelijk
was binnen het toegestane bouwvolume.
Een creatieve oplossing werd gevonden door
letterlijk buiten de kaders te denken. Het
bestemmingsplan werd in een vroeg stadium
in overleg met de gemeente gewijzigd, waar-
door uitkragingen buiten het bouwoppervlak
mogelijk werden. De overstekken maken
van het JRCZ een stoer, als monoliet vorm-
gegeven gebouw (foto 3).
Hybride hoofddraagstructuur
Bij het ontwerp van de constructie is ingezet
op een zo groot mogelijke flexibiliteit voor
huidig en toekomstig gebruik, en daarmee
een hoge mate van vrij indeelbare ruimten.
Om dit te bereiken bleek een betonskelet,
bestaande uit vlakke plaatvloeren en ge-
steund door betonnen kolommen en wan-
den, de beste keuze (fig. 4). Tijdens de ontwerpfase zijn verschil-
lende varianten voor de constructie onder-
zocht, zoals een prefab constructie van staal
met kanaalplaatvloeren. Dat was echter niet
de meest economische oplossing, gezien de
afmetingen van de uitkragende delen in
twee richtingen, de wens voor een vlakke
vloer en de benodigde laboratoriumfunctie.
Voor de uitstekende bouwdelen zouden in
het geval van stalen liggers en kanaalplaat-
vloeren teveel constructiehoogte benodigd
zijn om de gewenste sterkte en stijfheid te
behalen. In plaats daarvan is gekozen voor
uitkragende betonvloeren (fig. 5). Alleen bij
het grote, in twee richtingen uitkragende
bouwdeel is gebruikgemaakt van stalen vak-
werkliggers (fig. 6). Om de belasting op de uitkragende
delen te beperken is de gevel uitgevoerd met
houtenskeletbouw binnenbladen met lamel-
len eraan gemonteerd. Voor het totale gevel-
pakket is een gewicht van 120 kg/m² aange-
houden.
PROJECTGEGEVENS
project
Joint Research Center Zeeland
opdrachtgever
HZ University of Applied Sciences
architect
Rothuizen Architecten constructeur
IMd Raadgevende Ingenieurs
aannemer Rothuizen
BouwMeesterPro leverancier
gewichtsbesparende breedplaatvloeren Airdeck
Het Joint Research Center Zeeland in Middelburg is een
state-of-the-art onderzoeksinstituut met innovatieve
laboratoria en practicumruimtes. Constructief is het gebouw bijzonder vanwege de combinatie van grote overstekken,
flexibele indeelbaarheid en bijzonder hoge vloerbelastingen.
CEMENT 6 2023 ?21
Op het gebouw bevindt zich een dak-
opbouw, opgebouwd uit stalenliggers en
dakplaten.
Gewichtsbesparende breed-
plaatvloeren
Extra aandacht is besteed aan de bijzondere
eisen voor de laboratoria en practicum-
ruimtes, waaronder trillingsgevoeligheid en
plaatselijk extreme belastingen, tot 20 kN/m².
De hoogste belastingen zijn gepositioneerd
op de begane grond, die is uitgevoerd met
kanaalplaatvloeren. Dankzij de positie op de
beganegrondvloer was het mogelijk extra
balken en palen toe te voegen en de over-
spanning van de kanaalplaat te reduceren.
De hoge belastingen op de verdiepingen
zijn opgevangen met extra wapening in de
vloer.In overleg met de opdrachtgever is besloten
voor de verdiepingen breedplaatvloeren met
gewichtsbesparende elementen toe te passen.
Dit type vloer heeft het voordeel van minder
af te dragen eigen gewicht. Ten opzichte van
kanaalplaatvloeren is het voordeel een gun-
stige weerstand tegen trillingen. Het gewicht
is immers hoger dan een kanaalplaatvloer
en gewicht wordt bespaard in het midden
van de vloer, wat minder gevolgen heeft voor
de stijfheid. Ook uit duurzaamheidsoverwe-
gingen is dit type vloer gezien het beperkte
materiaalgebruik gunstig.
De breedplaatvloeren in dit project
overspannen in twee richtingen. Als gevolg
hiervan kunnen positieve momenten bij de
plaatnaden optreden. In de uitwerking van
de vloer is hier op ingespeeld door onder
andere:
2 Locatie JRCZ, bron: Google Maps
3 De overstekken maken van het JRCZ een stoer gebouw, foto: Ruden Riemens
Omdat het
gewenste
programma niet
mogelijk was
binnen het
toegestane bouw-
volume, zijn
uitkragingen
buiten het
bouwoppervlak
voorzien
ING. PAUL NOOMEN RC
Projectleider
IMd Raadgevende Ingenieurs
ING. ROB STARK RO
Directeur / Raadgevend Ingenieur
IMd Raadgevende Ingenieursauteurs
2
3
22? CEMENT 6 20
23
A
1
2
3
4
5
6
7
8
B C D E F G H A'
8'
7'
VPG3\f0
VPG450
P +7600 VPG3\f0 P +7\f00
3500 25007400635035505\f00 40002500
6000
6000
6000
6000
6000
7200
3000
1 7\b
0 0 °
15
\b0
0
°
K350x350x16 ø450mm ø450mm ø450mm
ø450mm
ø450mm ø450mm ø450mm K250x250x10
ø450mm ø450mm ø450mm
ø450mm ø450mm ø450mm ø450mm
ø450mm ø450mm ø450mm ø450mm
300
ø323\b\fx16
H E A3
00
H EA3
00
H E
A3
00
H E
A3
00
H E A3
00 K150x150x10 K 25
0
x1 5
0
x1
0
300
K I
25
37
2
250
ø457x8 (b) ø457x8 (b)
ø457x8 (b)
ø450mm ø450mm ø450mm ø457x8 (b)
ø450mm
ø450mm ø457x8 (b) ø450mm
ø450mm
ø450mm
ø450mm
ø457x8 (b)
ø450mm ø450mm
ø457x8 (b)
ø450mm
ø450mm
ø450mm
K150x150x10
4 Plattegrond 2e verdieping; een betonskelet met vlakke plaatvloeren en betonnen kolommen en wanden bleek de beste keuze
4
CEMENT
6 2023 ?23
+4000 01 eerste verdieping
+8000
02 tweede verdieping
+0 00 begane grond
+12000 03 derde verdieping
+16000
04 vierde verdieping
+19200
05 dak
1 2 3 4 5 6 7 8
ø457x8 (b)
245 HEA300
HEA300
HEB400
K250x250x10
K250x250x10
K250x250x10
K250x250x16
K250x250x10
K350x350x16K250x250x10
ø457x8 (b)
+400001 eerste verdieping
+800002 tweede verdieping
+000 begane grond
+1200003 derde verdieping
+1600004 vierde verdieping
+1920005 dak
B C D E F G H
2.01
6
5 Doorsnede as 3
6 Doorsnede as F; bij het in twee richtingen uitkragende bouwdeel is gebruikgemaakt van stalen vakwerkliggers
5
24? CEMENT 6 20 23
de zee nabootst. Om dit mogelijk te maken is
de machine zwaar en treden er dynamische
belastingen op. Gezien het hoge gewicht was
het advies deze machine te positioneren op
de begane grond (uitgevoerd in kanaalplaat
met kleinere overspanningen, zie eerder).
Daarnaast zijn de dynamische belastingen
van de getijdemachine geanalyseerd en is
beoordeeld wat de invloed is op de construc-
tie. Uit deze analyse is gebleken dat de bewe-
ging zodanig traag is en het aantal belasting-
wisselingen zo laag, dat dit geen nadelige
invloed op de constructie zal uitoefenen.
De gebruiker zal in dit gebouw mede
onderzoek doen naar vraagstukken die rele -
vant zijn in een deltagebied als Zeeland.
Hierv
oor zijn ten behoeve van onderzoek
waterbakken gewenst die op het dak zijn ge -
situeerd. Hiervoor zijn zones aangeduid die
zo min mog
elijk invloed op de constructie
uitoefenen. Hier is een maximale belasting
aangehouden van 10 kN/m². Deze zones
bevonden zich in ieder geval niet op de uit-
kragende vloeren.
Stabiliteit
De stabiliteit wordt in beide richtingen ver-
zorgd door de aanwezige betonwanden. Op
as 6 is op de begane grond een stalen K-ver-
band toegepast, aangezien het niet mogelijk
is om de erboven gelegen betonwand tot op
de beganegrondvloer door te laten lopen in
verband met de doorloop en gewenste zicht-
lijn aldaar (fig. 8). Door de toepassing van in
het werk gestorte vloeren is de schijfwerking
ten behoeve van de afdracht van de horizon-
tale krachten naar de verticale verbanden
gegarandeerd.
Vakwerk
Het grote overstek aan de noordzijde wordt,
zoals eerder aangegeven, opgevangen
7
Voor de
verdiepingen
zijn breedplaat-
vloeren met
gewichtsbespa -
rende elementen
toegepast
7 Detail D volgens NEN-EN 13747, met uitstekende wapening bij de plaatnaad
een plaatindeling te kiezen waarbij positieve
momenten bij plaatnaden worden voorkomen
dan wel beperkt;
het stortvlak volledig opgeruwd uit te voe-
ren;
detail D (fig. 7) volgens NEN-EN 13747 aan
te houden, dus met uitstekende wapening
bij de plaatnaad;
in de berekening van het afschuifvlak re-
kening te houden met het interne moment
en de kromming van de vloer;
te zorgen voor voldoende robuustheid in
het detail ter plaatse van de plaatnaad.
Een belangrijk aandachtspunt bij vlakke
plaatvloeren betreft de pons ter plaatse van
de kolommen. In het ontwerp is ervan uitge-
gaan dat ter plaatse van de kolommen vol-
doende bovenwapening is opgenomen om
de begrenzing (k
max VRd,c) van de ponsweer-
stand van platen met ponswapening vol-
doende op te hogen, zodat kolomkoppen
grotendeels konden worden voorkomen.
Robuustheid
Er zijn verschillende maatregelen genomen
voor samenhang tussen de onderdelen. Door
de doorlopende wapening in de kolommen
en wanden zijn verticale trekbanden voor-
zien. Horizontale trekbanden zijn voorzien
door doorgaande wapening in de vloeren.
Deze verticale en horizontale trekbanden
zijn eenvoudiger te realiseren in een in het
werk gestort skelet. Hiermee ontstaat een
gebouw met een hoge ductiliteit en is de
tweede draagweg gewaarborgd.
Dynamische belastingen
In het constructief ontwerp moest rekening
worden gehouden met de apparatuur in de
laboratoria. Een voorbeeld hiervan betreft de
getijdemachine, die de getijdebeweging van
CEMENT 6 2023 ?25
+4000 01 eerste verdieping
+8000 02 tweede verdieping
+0 00 begane grond
+12000 03 derde verdieping
+16000
04 vierde verdieping
A B C D E F G
1.01
door stalen vakwerkspanten. Deze lopen door
over twee verdiepingen in verband met de
stijfheid (fig. 9) en worden ondersteund door
staalbetonkolommen. Belangrijke uitgangs-
punten voor het ontwerp van de spanten
waren de stijfheid, de esthetische uitstraling
en de details.Tijdens de uitvoering van de vakwerk-
spanten moesten de liggers onderstempeld
blijven totdat de bovenliggende vloeren waren
uitgehard. Dit om uitknikken van de boven-
regel te voorkomen. Hiervoor zijn tijdelijke
constructies aangebracht die door de aan-
nemer in overleg met IMd zijn uitgewerkt en
vastgelegd in een montageplan.
Aangrenzend op bestaand
Enkele bestaande gebouwen op de projectlo-
catie moesten worden gesloopt. Op as A sluit
de nieuwbouw aan op bestaande bebouwing
die is behouden. Bij het ontwerp van de fundering en
het palenplan moest rekening worden ge-
houden met de bestaande palen. Na het ont-
graven ten behoeve van de bouwwerkzaam-
heden zijn de nog aanwezige palen van de
gesloopte bebouwing ingemeten ten opzich-
te van het nieuwe assenstelsel. Met de posi- tie van de nieuwe palen is met deze gegevens
rekening gehouden om conflicten te voorko-
men, wat heeft geleid tot kleine aanpassingen
aan de constructie van de fundering.
In verband met de trillingsgevoelige
constructie van het aangrenzende pand, is
gekozen voor een grondverdringend boor-
systeem voor de palen. Daarop zijn in het
werk gestorte betonbalken aangebracht
waar de kanaalplaten (A320 met 70 mm
druklaag) op afsteunen. Aangezien er tegen de oostgevel van
het gebouw een grondpakket ligt, doet deze
gevel dienst als grondkering. Hier is een
betonwand opgenomen die uitkraagt uit de
fundering.
Tussen het JRCZ en het bestaande gebouw
is een loopbrug aanwezig. Deze bestaat uit
een staalconstructie, waartussen verticaal
glazen panelen spannen (foto 10). Het dak
bestaat uit een stalen dakplaat en de vloer
uit een gevouwen staalplaat.
Daklandschap
De constructie van de dakopbouw wordt ge-
vormd door drie draaglijnen, bestaande uit
stalen liggers en stalen kolommen waar-
8 Doorsnede as 6, met stalen K-verband onder betonwand
8
26? CEMENT 6 20 23
9
10
9 Model met stalen vakwerkspanten die het grote overstek dragen
10 De loopbrug tussen het JRCZ en het bestaande gebouw bestaat uit een staalconstructie, waartussen verticaal glazen panelen spannen,
foto: Ruden Riemens CEMENT 6 2023 ?27
tussen stalen dakplaten spannen. Het dak
heeft een groene uitstraling. Hiertoe is er
rondom een groenstrook van 1,5 m voorzien,
bestaande uit 500 mm substraat waarin
planten en struiken kunnen worden aange-
bracht (fig. 11).Om het mogelijk te maken om proeven
met windturbines te doen, is de constructie
erop voorbereid dat er op het dak windmo-
lens met een belasting van 2000 kg kunnen
worden geplaatst. Hiertoe is op iedere kolom
een extra belasting van 2000 kg gerekend.
Uitgangspunt is dat de windturbine op de
onderliggende kolom wordt geplaatst. In-
dien gewenst kan er in plaats van een wind-
turbine ook een boom op de kolom worden
geplaatst, om het groene karakter van het
dak te benadrukken. Opgeleverd
Het project is inmiddels opgeleverd en volop
in gebruik. Daarmee is Middelburg een op-
vallend, bijzonder gebouw rijker. Een gebouw
waarin alle ontwerpuitgangspunten met be-
trekking tot flexibiliteit en duurzaamheid
zijn gerealiseerd.
11 Op het dak is rondom een groenstrook van 1,5 m voorzien;
de constructie is erop voorbereid dat er windmolens kunnen worden geplaatst
Het grote
overstek aan de
noordzijde wordt
opgevangen
door stalen
vakwerkspanten
11
28? CEMENT 6 20 23
Foto 1. Joint Research Center Zeeland in Middelburg, foto: Ruden Riemens
Projectgegevens
Project: Joint Research Center Zeeland
Opdrachtgever: HZ University of Applied Sciences
Architect: Rothuizen Architecten
Constructeur: IMd Raadgevende Ingenieurs
Aannemer: Rothuizen BouwMeesterPro
Leverancier gewichtsbesparende breedplaatvloeren: Airdeck
In het kort
- Omdat het gewenste programma niet mogelijk was binnen het toegestane bouwvolume, zijn uitkragingen buiten het bouwoppervlak voorzien
- Om vrij indeelbare ruimten te kunnen creëren is een betonskelet gerealiseerd, bestaande uit vlakke plaatvloeren en gesteund door betonnen kolommen en wanden
- De hoogste belastingen zijn gepositioneerd op de begane grond, die is uitgevoerd met kanaalplaatvloeren
- Voor de verdiepingen zijn breedplaatvloeren met gewichtsbesparende elementen toegepast
- Het grote overstek aan de noordzijde wordt opgevangen door stalen vakwerkspanten
- Op as 6 is op de begane grond een stalen K-verband toegepast onder de erboven gelegen betonwand
- Bij het ontwerp van de fundering en het palenplan moest rekening worden gehouden met de palen uit het gesloopte gebouw
- Om het mogelijk te maken om proeven met windturbines te doen, is de constructie erop voorbereid dat er op het dak windmolens met een belasting van 2000 kg kunnen worden geplaatst
In het Joint Research Center Zeeland, kortweg JRCZ, werken studenten van Scalda, de HZ University of Applied Sciences, University College Roosevelt, onderzoekers en bedrijven samen aan de onderzoeksthema’s water, energie, voedsel en de biobased economie. De ontwerpopgave voor het gebouw mag gerust complex worden genoemd. Het nieuwe vierlaagse en 19 m hoge onderzoeksinstituut staat op een prominente plek, op het kruispunt van Het Groene Woud en de Poelendaelsingel (foto 2). Die plek vraagt om een landmark en krachtig architectonisch gebaar.
Foto 2. Locatie JRCZ, bron: Google Maps
Ook uitvoeringstechnisch is de plek uitdagend, vanwege de beperkte beschikbare ruimte. De kenmerkende uitstekende gebouwdelen volgden uit het gewenste programma. Alle onderwijsruimten, laboratoria, werkplaatsen en overige functies vroegen samen om meer ruimte (4.500 m2 bvo) dan mogelijk was binnen het toegestane bouwvolume. Een creatieve oplossing werd gevonden door letterlijk buiten de kaders te denken. Het bestemmingsplan werd in een vroeg stadium in overleg met de gemeente gewijzigd, waardoor uitkragingen buiten het bouwoppervlak mogelijk werden. De overstekken maken van het JRCZ een stoer, als monoliet vormgegeven gebouw (foto 3).
Foto 3. De overstekken maken van het JRCZ een stoer gebouw, foto: Ruden Riemens
Hybride hoofddraagstructuur
Bij het ontwerp van de constructie is ingezet op een zo groot mogelijke flexibiliteit voor huidig en toekomstig gebruik, en daarmee een hoge mate van vrij indeelbare ruimten. Om dit te bereiken bleek een betonskelet, bestaande uit vlakke plaatvloeren en gesteund door betonnen kolommen en wanden, de beste keuze (fig. 4).
Tijdens de ontwerpfase zijn verschillende varianten voor de constructie onderzocht, zoals een prefab constructie van staal met kanaalplaatvloeren. Dat was echter niet de meest economische oplossing, gezien de afmetingen van de uitkragende delen in twee richtingen, de wens voor een vlakke vloer en de benodigde laboratoriumfunctie. Voor de uitstekende bouwdelen zouden in het geval van stalen liggers en kanaalplaatvloeren teveel constructiehoogte benodigd zijn om de gewenste sterkte en stijfheid te behalen. In plaats daarvan is gekozen voor uitkragende betonvloeren (fig. 5). Alleen bij het grote, in twee richtingen uitkragende bouwdeel is gebruikgemaakt van stalen vakwerkliggers (fig. 6).
Om de belasting op de uitkragende delen te beperken is de gevel uitgevoerd met houtskeletbouw binnenbladen met lamellen eraan gemonteerd. Voor het totale gevelpakket is een gewicht van 120 kg/m2 aangehouden.
Op het gebouw bevindt zich een dakopbouw, opgebouwd uit stalenliggers en dakplaten.
Figuur 4. Plattegrond 2e verdieping; een betonskelet met vlakke plaatvloeren en betonnen kolommen en wanden bleek de beste keuze
Figuur 5a. Doorsnede as 3
Figuur 5b. Detail
Figuur 6. Doorsnede as F; bij het in twee richtingen uitkragende bouwdeel is gebruikgemaakt van stalen vakwerkliggers
Gewichtsbesparende breedplaatvloeren
Extra aandacht is besteed aan de bijzondere eisen voor de laboratoria en practicumruimtes, waaronder trillingsgevoeligheid en plaatselijk extreme belastingen, tot 20 kN/m2. De hoogste belastingen zijn gepositioneerd op de begane grond, die is uitgevoerd met kanaalplaatvloeren. Dankzij de positie op de beganegrondvloer was het mogelijk extra balken en palen toe te voegen en de overspanning van de kanaalplaat te reduceren. De hoge belastingen op de verdiepingen zijn opgevangen met extra wapening in de vloer.
In overleg met de opdrachtgever is besloten voor de verdiepingen breedplaatvloeren met gewichtsbesparende elementen toe te passen. Dit type vloer heeft het voordeel van minder af te dragen eigen gewicht. Ten opzichte van kanaalplaatvloeren is het voordeel een gunstige weerstand tegen trillingen. Het gewicht is immers hoger dan een kanaalplaatvloer en gewicht wordt bespaard in het midden van de vloer, wat minder gevolgen heeft voor de stijfheid. Ook uit duurzaamheidsoverwegingen is dit type vloer gezien het beperkte materiaalgebruik gunstig.
De breedplaatvloeren in dit project overspannen in twee richtingen. Als gevolg hiervan kunnen positieve momenten bij de plaatnaden optreden. In de uitwerking van de vloer is hier op ingespeeld door onder andere:
- een plaatindeling te kiezen waarbij positieve momenten bij plaatnaden worden voorkomen dan wel beperkt;
- het stortvlak volledig opgeruwd uit te voeren;
- detail D (fig. 7) volgens NEN-EN 13747 aan te houden, dus met uitstekende wapening bij de plaatnaad;
- in de berekening van het afschuifvlak rekening te houden met het interne moment en de kromming van de vloer;
- te zorgen voor voldoende robuustheid in het detail ter plaatse van de plaatnaad.
Figuur 7. Detail D volgens NEN-EN 13747, met uitstekende wapening bij de plaatnaad
Een belangrijk aandachtspunt bij vlakke plaatvloeren betreft de pons ter plaatse van de kolommen. In het ontwerp is ervan uitgegaan dat ter plaatse van de kolommen voldoende bovenwapening is opgenomen om de begrenzing (kmax VRd,c) van de ponsweerstand van platen met ponswapening voldoende op te hogen, zodat kolomkoppen grotendeels konden worden voorkomen.
Robuustheid
Er zijn verschillende maatregelen genomen voor samenhang tussen de onderdelen. Door de doorlopende wapening in de kolommen en wanden zijn verticale trekbanden voorzien. Horizontale trekbanden zijn voorzien door doorgaande wapening in de vloeren. Deze verticale en horizontale trekbanden zijn eenvoudiger te realiseren in een in het werk gestort skelet. Hiermee ontstaat een gebouw met een hoge ductiliteit en is de tweede draagweg gewaarborgd.
Dynamische belastingen
In het constructief ontwerp moest rekening worden gehouden met de apparatuur in de laboratoria. Een voorbeeld hiervan betreft de getijdemachine, die de getijdebeweging van de zee nabootst. Om dit mogelijk te maken is de machine zwaar en treden er dynamische belastingen op. Gezien het hoge gewicht was het advies deze machine te positioneren op de begane grond (uitgevoerd in kanaalplaat met kleinere overspanningen, zie eerder). Daarnaast zijn de dynamische belastingen van de getijdemachine geanalyseerd en is beoordeeld wat de invloed is op de constructie. Uit deze analyse is gebleken dat de beweging zodanig traag is en het aantal belastingwisselingen zo laag, dat dit geen nadelige invloed op de constructie zal uitoefenen.
De gebruiker zal in dit gebouw mede onderzoek doen naar vraagstukken die relevant zijn in een deltagebied als Zeeland. Hiervoor zijn ten behoeve van onderzoek waterbakken gewenst die op het dak zijn gesitueerd. Hiervoor zijn zones aangeduid die zo min mogelijk invloed op de constructie uitoefenen. Hier is een maximale belasting aangehouden van 10 kN/m2. Deze zones bevonden zich in ieder geval niet op de uitkragende vloeren.
Stabiliteit
De stabiliteit wordt in beide richtingen verzorgd door de aanwezige betonwanden. Op as 6 is op de begane grond een stalen K-verband toegepast, aangezien het niet mogelijk is om de erboven gelegen betonwand tot op de beganegrondvloer door te laten lopen in verband met de doorloop en gewenste zichtlijn aldaar (fig. 8). Door de toepassing van in het werk gestorte vloeren is de schijfwerking ten behoeve van de afdracht van de horizontale krachten naar de verticale verbanden gegarandeerd.
Figuur 8a. Doorsnede as 6, met stalen K-verband onder betonwand
Figuur 8b. Detail K-verband
Vakwerk
Het grote overstek aan de noordzijde wordt, zoals eerder aangegeven, opgevangen door stalen vakwerkspanten. Deze lopen door over twee verdiepingen in verband met de stijfheid (fig. 9) en worden ondersteund door staalbetonkolommen. Belangrijke uitgangspunten voor het ontwerp van de spanten waren de stijfheid, de esthetische uitstraling en de details.
Tijdens de uitvoering van de vakwerkspanten moesten de liggers onderstempeld blijven totdat de bovenliggende vloeren waren uitgehard. Dit om uitknikken van de bovenregel te voorkomen. Hiervoor zijn tijdelijke constructies aangebracht die door de aannemer in overleg met IMd zijn uitgewerkt en vastgelegd in een montageplan.
Figuur 9. Model met stalen vakwerkspanten die het grote overstek dragen
Aangrenzend op bestaand
Enkele bestaande gebouwen op de projectlocatie moesten worden gesloopt. Op as A sluit de nieuwbouw aan op bestaande bebouwing die is behouden.
Bij het ontwerp van de fundering en het palenplan moest rekening worden gehouden met de bestaande palen. Na het ontgraven ten behoeve van de bouwwerkzaamheden zijn de nog aanwezige palen van de gesloopte bebouwing ingemeten ten opzichte van het nieuwe assenstelsel. Met de positie van de nieuwe palen is met deze gegevens rekening gehouden om conflicten te voorkomen, wat heeft geleid tot kleine aanpassingen aan de constructie van de fundering.
In verband met de trillingsgevoelige constructie van het aangrenzende pand, is gekozen voor een grondverdringend boorsysteem voor de palen. Daarop zijn in het werk gestorte betonbalken aangebracht waar de kanaalplaten (A320 met 70 mm druklaag) op afsteunen.
Aangezien er tegen de oostgevel van het gebouw een grondpakket ligt, doet deze gevel dienst als grondkering. Hier is een betonwand opgenomen die uitkraagt uit de fundering.
Tussen het JRCZ en het bestaande gebouw is een loopbrug aanwezig. Deze bestaat uit een staalconstructie, waartussen verticaal glazen panelen spannen (foto 10). Het dak bestaat uit een stalen dakplaat en de vloer uit een gevouwen staalplaat.
Foto 10. De loopbrug tussen het JRCZ en het bestaande gebouw bestaat uit een staalconstructie waartussen verticaal glazen panelen spannen, foto: Ruden Riemens
Daklandschap
De constructie van de dakopbouw wordt gevormd door drie draaglijnen, bestaande uit stalen liggers en stalen kolommen waartussen stalen dakplaten spannen. Het dak heeft een groene uitstraling. Hiertoe is er rondom een groenstrook van 1,5 m voorzien, bestaande uit 500 mm substraat waarin planten en struiken kunnen worden aangebracht (fig. 11).
Om het mogelijk te maken om proeven met windturbines te doen, is de constructie erop voorbereid dat er op het dak windmolens met een belasting van 2000 kg kunnen worden geplaatst. Hiertoe is op iedere kolom een extra belasting van 2000 kg gerekend. Uitgangspunt is dat de windturbine op de onderliggende kolom wordt geplaatst. Indien gewenst kan er in plaats van een windturbine ook een boom op de kolom worden geplaatst, om het groene karakter van het dak te benadrukken.
Figuur 11. Op het dak is rondom een groenstrook van 1,5 m voorzien; de constructie is erop voorbereid dat er windmolens kunnen worden geplaatst
Opgeleverd
Het project is inmiddels opgeleverd en volop in gebruik. Daarmee is Middelburg een opvallend, bijzonder gebouw rijker. Een gebouw waarin alle ontwerpuitgangspunten met betrekking tot flexibiliteit en duurzaamheid zijn gerealiseerd.
Reacties