? ? ? bouwgeschiedenisprof.dr.ir.A.S.G.BruggelingToen in 1949 de eerste uitgave van Cement verscheen, stond in de kolom Medewerkers,de naam van ir.A.5.G.Bruggelingvermeld.ln hetzelfdejaarschreefhij zijn eersteCement-artikel: Voorgespannen beton in de utiliteitsbouw. Waterreservoir van 7000 m3te Or-l?ans.Bruggeling heeft een buitengewone carri?re achter de rug in het (voorgespannen) beton:ontwerper,producent, raadgevend ingenieur en hoogleraar. Zijn relatie met Cementgaatdoor tot vandaag de dag.Gezien de 50ejaargangvan ons vakblad, isditeen uitgelezen momentom Bruggelingaanhet woord te laten over zijn ervaringen met en verwachtingen over het (voorgespannen)beton ende rol die dit tijdschrift daarin vervulde en vervult.DE OMSTANDIGHEDENWAARONDERCEMENTVAN STARTGINGDe 'spelers'1. Bedrijven samenwerkend in het "Comit? Con"sultatif" en betrokken medewerkers rond 1948'Uason Officer' STUP (F) voorspansysteemFreyssinet IBIS: ir.J.J.B.J.J.BouvyVan Hattem en Blankevoort: ir.J.H.Telders,ir.C. van Leeuwen.Hollandsche Beton MaatschapP?:ir.B.Peiser,ir.C.Teliegen*) ***) en dr.ir.H.C.Duyster.Christiani & Nielsen: dr.ir.B.visser.Nederlandse Aannemingmaatschappij v/hH.F.Boersma (later Nedam):ir.J.Groeneveld de Kater, ir.C.J.Louw***)en ir.A.S.G.Bruggeling**) ***).De Kondor: irA van Geluk*). ir.D.Dicke (stu-deert in Parijs bij STUP).Betondak Arkel: ir.S. van der Kooi, irW.J.Prior enir.Y.lnpijh.Duinker en Verru?t: P.Duinker jr., C.Verru?tjr. **)en ir.C. van Leeuwen.Schokindustrie: ir.ROphorst*).2. Andere betrokkenen:Dura Aannemingmaatschappij "voorspansys-teem Magnel(B): Dipl.lng.G.Baarenir.A.Snoek**).Verkoopassociatie Nederlands Cement ENCI-CEMIJ N.V. J.M.Andr? de la Porte*) ***).3. BetonverenigingVoorzitter: prof.ir.J.A.Bakker, secretaris:ir.A.H.Sweys.4. Overheid.Bouwtoezicht Den Haag: ir.N.J.Rengers*) **)***) (laboratorium).ir.J.A.H.Hartmann** ).Bruggenbureau Rijkswaterstaat:ir.C.F. van Bergen*) ***).*) leden bestuur Betonvereniging.**) leden van het eerste Stuvobestuur 1949.***) leden Redactieraad tijdschrift Cement van-af 1949/1950.14De eerste na-oorlogse jarenNa de bevrijding in 1945 kwam Nederlandgehavend uit de strijd. Van de grote haven-stad Rotterdam was van het vroegere cen-trum nauwelijks iets over. Van de Westersin-gei tot aan het Oostplein was de stad veran-derd in ??n grote vlakte. Daarin prijktenslechts het stadhuis en de zeer gehavendeLaurenskerk.De reactie van de Rotterdammers op hetbombardement van 1940 was een radicale.In vele andere steden van Europa, bijvoor-beeld in Warschau, heeft men oude gebou"wen steen voor steen gereconstrueerd, ge-bruik makend van alles wat nog restte. InRotterdam had men alles wat 'kapot' was,afgebroken en het puin in oude grachten ge-gooid, daarmee debasis leggend voor bredewegen in de binnenstad. Meer dan zestigkerken en kapellen verdwenen zo voorgoeduit het centrum van de stad.Stedebouwer Witteveen schiep een nieuwstratenplan voor de stad en trok zijn lijnendwars door alles wat als verleden tijd werdbeschouwd. Een nieuw stadscentrum werdzo gecre?erd. De dienst" Stadsherstel" be-trok houten keten ophetWeena. Het herstelvan de havens werd met verve aangepaktdoor Havenherstel, een samenwerkingsver-band van veel betrokkenen.Elke beschadigde stad pakte het herstel opeigen wijze aan. Arnhem ontbrak het aan al-les, ook aan openbaar vervoer. Het was inseptember 1944 verdwenen in de veldslagom deze stad.In Zeeland moest vooral op het eiland Wal-cheren veel schade, door dijkbreuken ver-oorzaakt, worden hersteld. Deze breukenwaren hetgevolgvan geallieerde bombarde-menten in de strijd om de haven van Antwer-pen weer toegankelijk te maken voor descheepvaart [1].Op veel plaatsen in Nederland was een nij-pend gebrekaan woningen, vooral daarwaarveel was verwoest. Het ontbrak echter aande nodige bouwmaterialen om woningen tekunnen bouwen. Het was woekeren met watbeschikbaar was. Eerst moesten gezinnenmet kinderen in woningen worden onderge-bracht en pas daarna jong gehuwden. Ookhet huren Van zolderkamers was gebondenaan gemeentelijke woonvergunningen.Besturen, verenigingen, het onderwijs, alleskwam slechts langzaam op gang, omdatmen eerst 'gezuiverde' besturen en studen-ten wenste.Daardoor studeerden in de eerste na-oor-logse jaren in Delft maar weinig ingenieursaf, omdat zowel de hoogleraren, de staf ende studenten, zoals in alle universiteiten enhogescholen, aan het proces van 'zuivering'werden onderworpen. Dat nam veel tijd inbeslag.De spelersIn de tweede helft van 1947 kwam het pro-ces van wederopbouw pas op gang. HetMarshallplan was intussen tot uitvoering ge-komen.Woningbouw kwam moeizaam op gang doorgebrek aan materialen, machines, trans-portmogelijkheden en financiering.In Rotterdam werd in de havens driftig ge"heid om kades te bouwen voor het lossenCEMENT1998j2Verwoesting aan de Maashaven (1944) enhet herstel na de oorloguit: Tweemaal Rotterdam 1945/1960van zeeschepen. Er viel nog maar weinig teladen, omdat het achterland (Duitsland)een zeer ernstige crisis doormaakte.In deze tijd en tegen deze achtergrond moetmen het bouwen in beton in ons land zien.Toch gebeurde erhet nodige. Na een formelezuivering trad hetbestuurvan de in 1927 op"gerichte Betonvereniging weer aan onderleiding van prof.Bakker. Het Koninklijk Insti-tuut van Ingenieurs (KIvi) begon weer tedraaien. Het tijdschrift De Ingenieur kwamweer uit, nu meteen apartkatern 'Bt', Beton.Er waren berichten dat in Frankrijk een nieu-we revolutionairiijkende wijze van bouwen inbeton was ontwikkeld: het voorgespannenbeton. Een aantal aannemers, gestimuleerddoor Bouvy, startte met een 'Comit? Consul-tatif en maakte via literatuuren enigfilmma-teriaalkennis methetsysteem Freyssinet.lnRotterdam bestudeerde een firma het sys-teem Magnel.De auteur (in het verdere artikel aangeduidals Bruggeling), trad na zijn afstuderen aande TH Delft als civiel ingenieur in dienst bijeen aannemer en werd belast met het be-studeren van voorgespannen beton enschaaldaken. Dicke, tegelijk met hem afge"studeerd, vertroknaar Parijs om bij STUP de-ze nieuwe constructiemethode onder deknie te krijgen. Verruijt en Duinker gingen re-gelmatignaar Parijs om daar het vervaardi"gen van elektrificatieportalen voor de Ne-derlandse Spoorwegen te bestuderen. Zijbereidden de bouw van een nieuwe fa-briekshal voor. Betonnen portalen beteken-de dat het gebruik van andere schaarsebouwmaterialen werd voorkomen.CEMENT1998j2'De spoorwegen spreken' was de titel vaneen radioprogramma waar veel naar werdgeluisterd. Het herstel van spoorbruggen,spoorlijnen, materieel en de voortgang vande elektrificatie werden daarin besproken.Ook in Arnhem werd het inrichten van hettrolleynetwerkop gang gebracht. Demastenvan voorgespannen beton kwamen uitArkel.Aldus werd in verschillende bedrijven de ba-sis gelegd voor een nieuw ?lan, gericht ophet weer leefbaar maken van ons land, dewerkgelegenheid en veiligheid.Het spelIn 1948werd bij 'Boersma' het plan gemaaktvoor een ondergrondse rijwielstalling achterhet nieuw te bouwen kantoor voor de KLM.De dakconstructie zou worden gedragendoorbaiken van voorgespannen beton, tevervaardigen op het bouwterrein. In overlegmet Hartmann werden, ter verkrijging vantoestemming, op de werf aan de Binckhorst-laan twee proefbalken gemaakt van 8,40 mlang en 0,33 m hoog, voorgespannen met??n Freyssinetkabel. Er werden kolommenvan hoogwaardig beton gemaakt en doorRengers tot breuk belast. Bruggeling gingnaar Hemixem in Belgi? om voorspanstaal tebemachtigen voor de proefbalken. Deviezenvoor aankoop waren moeilijk te verkrijgen!Een gratis 'rol' staal van circa 24 kg, diame-ter 1,5 m, werd door hem per kruiwagen naareen station vervoerd en uiteindelijk op 26augustus 1948 via de douane letterlijk Ne-derland 'ingerold'. De beproevingvan de bal-ken werd bijgewoond doorge?nteresseerdendie ook met het Freyssinet-systeem wildengaan voorspannen.Hartmann en Bruggeling hadden in die tijdregelmatig contact over het project. Ze wer-den geconfronteerd met veel vragen diemoeilijk te beantwoorden waren.KLM rijwielstalling: de voorgespannen balkwordt in de constructie geplaatst; op de bo-venste foto is de traverse te zien met elektri-sche takeluit: archief prof. Bruggeling15? ? ? bouwgeschiedenisHet tijdschriftIn die periode kwam Hartmann in contactkwam met ing.G.J.Hamer. Onderwerp vangesprek was de mogelijkheid om een popu-lair-wetenschappelijk tijdschrift het licht tedoen zien om de ontwikkelingen op het ge-bied van de betonbouw, die zo belangrijkwa-ren voor de wederopbouw van ons land, voorhetvoetlichttebrengen. Contacten waren ermet de heer J.M.Andr? de la Porte, directeurvan de Verkoopassociatie Nederlands Ce-ment. Door Hartmann en Bruggeling werdenin Amsterdam gesprekken met hem ge-voerd.De plannen voor een nieuw tijdschrift wer-den sterk ondersteund en Hartmann enBruggeling zegden hun medewerking toe.Het katern Bt (Beton) van de Ingenieur werdverzorgd door de Betonvereniging. Deze ru-briek gaf meeralgemene informatie over be-ton, terwijl de behoefte aan specifieke infor-matie sterk groeide.Aldus werd de basis gelegd voor de start vanhet vakblad dat, al klonk het ons toen merk-waardigin de oren, denaam Cement kreeg.Hoe belangrijk zou dit tijdschrift voor ons enin beton bouwend Nederland worden!!Een fraaie prospectus met de doelstellingenen een opgave van de te behandelen onder-werpen, kwam begin 1949 uitals introductievan het tijdschrift op de Voorjaarsbeurs inUtrecht.De prospectus bevatte 22 foto's van werkenin voorgespannen beton. Daaronder die vande volgende bouwwerken in Nederland: fa-briekshal Spanbeton,loodsgebouw Hol-land-Amerika lijn te Rotterdam, elektrifica-tieportaal NS en trolleybusmasten in Arn-hem!!Uit het voorgaande blijkt duidelijk dat Andr?de la Porte onder de indruk was van de mo-gelijkheden van deze wijze van bouwen inbeton en welk een vooruitziende blik hij had.Het is overigens ook verbazingwekkend hoesnel de ontwikkelingvan hetvoorgespannenbeton in ons land ineens ging! Kennis ne-men van die ontwikkeling is ingaan op datge-ne wat het tijdschrift in de loop van de jarenaan de orde stelde en wat wij, betonbou-wend Nederland, wilden bereiken.Ter besparing van andere materialen werdenelektrificatieportalen in beton gemaakt; re-cente fotofoto: Jeannette van der Craats16J.M.Andr? de la Porte, van 1949 tot 1966directeur van de Verkoopassociatie ENCI-CEMIJ NV, te AmsterdamSTUVO opgerichtOp het bouwwerk van de KLM rijwielstallingontmoetten nietalleen de eerder genoemdepersonen elkaar. Snoek, ook bezig met hetbouwen in voorgespannen beton in Rotter-dam, kwam terplaatse poolshoogte nemenen sprak met Hartmann en Bruggeling. Zoontstond eind 1948 een kleine kring van in-genieurs, bezig met het bouwen in voorge-spannen beton. Zij ontdekten veel geza-menlijke technische problemen en stichttenop 11mei 1949 ten huize van Hartmann deStuvo. Het bestuur bestond eerst uit driepersonen: Hartmann, Snoek en Bruggeling.Op deze wijze kwam laatstgenoemde, na-mens de Stuvo, in de redactieraad vanCement en zou daar 40 jaar lid van zijn! Derelatie Cement-Stuvo was officieel gelegd.De geschiedenis van de Stuvo is uitvoerigvastgelegd [2]. Hier wordt niet in herhalinggetreden, maar enkele zaken verdienen na-dere aandacht.Verwerven en uitdragen van kennisOm voorgespannen beton in de brede be-tonpraktijkte introduceren, was het nodig debeperkte verworven kennis uit te dragen.Cement leende zich daar uitstekend voor!Auteurs waren in de eerste twee jaar met na-me Bouvy (nummer 1/2), Haas en Thijsse(3/4), Baar (5/6), Hartmann en Duyster(7/8), Bruggeling (9/10), Baar en Hart-mann (13/14), Bruggeling (15/16), Brugge-ling en Starink (17/18), Snoek (19/20),Bruggeling en Visser (21/22).Ook hield Bruggeling in januari 1950 eenvoordracht voor de Betonvereniging en pu~bliceerde in dat jaar, met medewerking vanHartmann en MeisChke, het eerste boek inde Nederlandse taal over 'Voorgespannenbeton', omvang 270 pagina's.De Stuvoleden werden geconfronteerd metveel zaken, die om een oplossing vroegen.Op elke Stuvovergadering werden studies,door leden uitgevoerd, besproken en aan-zetten gegeven tot nieuwe studies. Veel za-ken kwamen daar aan de orde, zoals hettijdsafhankelijke gedragvan beton, de sterk-te van beton, het verdichten van betonmor-tel door middel van trillen, de overdracht vankrachten in en achter de verankeringen vankabels, de veiligheid van verankeringen enniet te vergeten het voorspanstaal. Het ge-drag van voorgespannen betonconstructiesbij brand was een onderwerpvan onderzoek.De dimensionering van de kokerliggers voorde hangarsteMelsbroeck (B) wierp de vraagop naarde veiligheid tegen bezwijken van ditsoort constructies. Tijdens de behandelingvan deze onderwerpen bleek behoefte tebestaan meer informatie te verkrijgen via re-searchprojecten. Andr? de la Porte was be-reid om daartoe financi?n ter beschikking testellen, maar onder duidelijke voorwaarden,met name over het beheer van die gelden.De reeds op 28 maart 1950 bij de Betonver-eniging aangesloten Stuvo wist tijdens eenextra algemene ledenvergadering van deBetonvereniging op 5 juni 1950 te bereikendat Andr? de la Porte, die ook voorzitter wasvan de redactieraad van Cement, in het be-stuur van de Betonvereniging kwam (9 okto~ber 1951). Hij had wat moeite op die manierCEMENT1998/2totbestuurslid te worden uitgenodigd, maargelukkig aanvaardde hij de uitnodiging envanaf die tijd was het stichten van de CURnog maar een kwestie van tijd (31 januari1952)!Intussen had de Stuvo contact opgenomenmet De Bond van Materialenkennis om tekomen tot overleg met betrekking tot de ei-genschappen van voorspanstaaL De com-missie 'Betonstaal' werd opgericht als eenjoint venture van deze Bond en de Stuvo.Een belangrijk lid van deze commissie wasprof.Brandsma. De Commissie BetonstaaJwerd ook actief als CUR-commissie, naastandere Stuvo-commissies zoals die op hetgebied van het trillen van beton, de brand-veiligheid, de verankering van voorspan-staaI. Dank zij deze commissies kon goedgefundeerde kennis worden ontwikkeld enuitgedragen via CUR-rapporten, maar ookvia Stuvo-publicaties zoals de richtlijnenvoor het berekenen van voorgespannen be-tonconstructies, keuringseisen voor voor-spanstaal.De bekende voorgespannen brug bij Leimui-denDetails van de voorgespannen balken diehet dak vormen van de hangar op de lucht-haven Meisbroek bij Brussel, gebouwd 1949uit: Cement 7-9, 1949lig. 7. dwarsdoorsnede over een hangar lig. 8 - 9. dwarsdoorsnede over de balkenL "Ij I?E ='I,normale balkngevelbalk50""fig. 10. langsdoorsnede over een normale balkI-~----J-~--l...----_............A-x-,~~-F"-,L-s/~/===I---- f--?--EI?j.lig. 11. langsdoorsnede over de gevelbalk~-I_-__~__~~J_0~_J~__d~~~~=_'-=~._~--_~~~I AXIOS 0'5 F"ILS / I1-. 50.90 :I!CEMENT1998j2 17? ? ? bouwgeschiedenisE?n van de 'voorbeeldprojecten' uit de beginjaren; de geprefabriceerde en voorgespannen betonbrug over de Marne te Esbly;overspanning 74 m, bouwjaar 1950; ontwerp: Eug?ne FreyssinetZ?aanzicht van de voltooide brug18 CEMENT1998/2Gevolgen van de watersnoodrampMet een harde klap werd Nederland in fe-bruari 1953 geconfronteerd met de barrewerkelijkheid een land te zijn dat haar be-staan dankt aan dijken en andere waterke"ringen. De stormvloed drong ver westelijkNederland binnen en overspoelde grote ge-bieden.Hetsluiten van de stroomgaten gebeurde optal van plaatsen met behulp van caissons,zoals bij Schelphoek en Ouwerkerk opSchouwen-Duiveland. Voor een deel warenhetzogenoemde eenheidscaissonsrnetop-zetstukken die in Rotterdam waren ge-maakt, voor een deel waren het ookcaissons die destijds voor de invasie in Nor-mandi? waren gebouwd.Overigens zijn de eerste ervaringen met diecaissons opgedaan bij het dijkherstel opWalcheren in 1945 (onder meer de sluitingvan het gat bij Fort Rammekes).Heel wat civiel ingenieurs tekenden in de ja-ren '50 op de kaart van Nederland in hunagenda een streep om de nieuwe dijken temarkeren die in het vervolg ons land tegenstormvloeden zouden moeten beschermen.Het Parlement nam in november 1957 deDeltawet aan.Vanuit 1998 bezien was die wet een zeer be-langrijke stimulans voor de ontwikkeling vanhet voorgespannen beton in grote water-bouwkundige projecten. De Stuvo had daar-voor de basis gelegd in de periode na deramp. Cement zou vele malen aandacht be-steden aan de bouwwerken, die werden uit-gevoerd in het kader van de Deltawet.In 1952 werd de HP opgericht. Vanuit de Stu-vo was voorzitter Hartmann degene die aande oprichting daarvan meewerkte. VanuitBelgi? was hetprof.Magnel die een belang-rijke bijdrage heeft geleverd bij het ontstaanvan de FIP.Allen wilden de ontwikkeling van het voorge-spannenbeton bevorderen door samenwer-king in internationaal verband. Het eerstecongres van de FIP vond plaats in 1953 inLondon. Daar nodigde het Stuvobestuurspontaan(!) de aangesloten organisatiesuit om het tweede congres te houden in Am-sterdam.De organisatie van dat congres kan wordenbeschouwd als de afsluiting van een storm-achtige periode waarin allerlei organisatiesen commissies het lichtzagen om de ontwik-keling van het voorgespannen beton in onsland te bevorderen: Stuvo, CUR en de FIP!!(wordt vervolgd)CEMENT1998/2Doorbraak Veerhaven Kruiningen (2-2-1953) en het blokkeren van het sluitgat met het inva-ren van het laatste (grote) caissonuit: 'Het totaal overziende', prof.ir.J.EAgema, 1984De stand met Voorgespannen Beton op de E55, de tentoonstelling die in 1955 te Rotterdamwerd gehouden; links onder de takel de springende olifantLiteratuur1. Het Wassende Water, roman van A. den Doolaard.2. De geschiedenis van de Betonvereniging 1927-1987.19
Reacties