Bij herbestemming van gebouwen speelt de draagconstructie een belangrijke rol. Vaak belangrijker dan wordt aangenomen. Om de mogelijkheden tot hergebruik te optimaliseren en het succes van de herbestemming te vergroten, is in een afstudeerstudie aan de TU Delft een beoordelingsprotocol ontwikkeld voor betonnen gebouwen. Daarbij is specifiek gekeken naar gebouwen uit de periode van 1910 tot 1950. Het beoordelingsprotocol wordt ondersteund met een stroomschema. In het artikel wordt hiernaar verwezen. Auteurs:ir. Sara Florisson, dr.ir.drs. René Braam, ir. Sander Pasterkamp (TU Delft, fac. CiTG) AfstudeerrapportBekijk ook het volledige afstudeerrapport 'Assessing existing structures 1910 ? 1950'.
themaBetonnen gebouwen beoordeeld5201424themaBetonnengebouwenbeoordeeld1Protocol voor beoordeling mogelijkhedenhergebruik betonnen gebouwen uit 1910?1950Betonnen gebouwen beoordeeld 52014 25In 2005 zijn in het kader van de Oude Kaart van Nederland deresultaten van een onderzoek naar leegstand gepubliceerd[1].Dit onderzoek bracht de oorzaken van leegstand in kaart en hettype gebouwen dat het meest met leegstand kampt. Er werden900 leegstaande gebouwen met diverse functies geanalyseerd.Een belangrijke groep daarbij was die van meerlaagse industri-ele panden uit de periode tussen 1910 en 1950. Leegstand vandeze panden ? die het begin kenmerken van grootschaligetoepassing van gewapend beton in Nederland ? komt, doordatze aan het einde van de economische levensduur zijn gekomen.De esthetische kwaliteit van deze gebouwen maakt ze echterzeer gewild. En door de opkomst van flexibel werken blijkt juistdit type gebouw, dankzij de ruimtelijke opbouw en het indus-tri?le karakter, uitermate geschikt voor herbestemming.Toch blijkt dit niet altijd de sleutel tot succes te zijn. Herbe-stemmingsprojecten worden namelijk nog te vaak als nieuw-bouwprojecten behandeld. Hierdoor worden een aantal belang-rijke ? doch eenvoudige ? zaken over het hoofd gezien. Ditresulteert in:? onvoldoende informatie aan het begin van het herbestem-mingsproces;? onvoldoende kennis over het historische materiaal en debouwmethoden;? veelal onvoldoende kennis met betrekking tot de fasen in hetherbestemmingsproces zelf [2].Anders dan bij nieuwbouw zijn herbestemmingsprojecten sterkafhankelijk van originele documentatie of informatie die terBij herbestemming van gebouwen speelt de draag-constructie een belangrijke rol, vaak belangrijkerdan wordt aangenomen. Om de mogelijkheden tothergebruik te optimaliseren en het succes van deherbestemming te vergroten, is in een afstudeerstu-die aan de TU Delft een beoordelingsprotocolontwikkeld voor betonnen gebouwen. Daarbij isspecifiek gekeken naar gebouwen uit de periode van1910 tot 1950.ir. Sara Florisson1),dr.ir.drs. Ren? Braam,ir. Sander PasterkampTU Delft, fac. CiTG1) Sara Florisson is afgestudeerd aan de TU Delft op hetonderzoek `Assessing existing structures 1910 ? 1950'.In de begeleidingscommissie hadden zittingprof.ir. R. Nijsse, ir. S. Pasterkamp, dr.ir.drs. C.R. Braam,prof.ir. A.Q.C. van der Horst (allen TU Delft) ening. J.J. Morri?n (Royal Haskoning DHV, Amsterdam).1 Het HaKa-gebouw, ooit ontworpen voor deco?peratieve handelsvereniging HaKa, nuboegbeeld van het Nieuwe Bouwenfoto: Klaas VermaasAfstudeerrapportHet volledige afstudeerrapport`Assessing existing structures1910 ? 1950'is bij het artikel beschikbaar opwww.cementonline.nl.themaBetonnen gebouwen beoordeeld5201426juist over technische informatie moeten beschikken om allemogelijkheden in kaart te kunnen brengen [3]. En hierin kande constructeur voorzien door een meer centrale rol te vervul-len.DraagconstructieDe draagconstructie heeft in vergelijking met de andere lagenvan het gebouw de langste technische levensduur. Daardoor isdit het meest essenti?le onderdeel in het herbestemmingsproces[4]. Onderzoek laat zien dat gebouwfuncties direct verbondenzijn met de karakteristieke eigenschappen van de draagcon-structie (ruimtelijke opbouw, ontwerp & capaciteit materiaal)[5]. Dit zorgt ervoor dat tijdens een herbestemming met eenfunctionele wijziging, niet alle nieuwe functies even geschiktzullen zijn voor het bestaande pand. Het succes is sterk afhan-kelijk van de keuzen die de constructeur in het verleden heeftgemaakt in relatie tot de toenmalige functie.Het is daarom raadzaam de technische aspecten van de draag-constructie grondig te analyseren om het originele ontwerp `tebegrijpen' en de functionele mogelijkheden voor het heront-werp te visualiseren. Door de flexibiliteit en de aanpasbaarheidvan de draagconstructie te benutten, kan de functionelegeschiktheid wel worden vergroot [5, 6].BeoordelingsprotocolVanuit de Technische Universiteit Delft, onder begeleidingvan Royal HaskoningDHV, is in een afstudeeronderzoekeen beoordelingsprotocol voor de constructief ontwerperontwikkeld. Dit protocol heeft als doel de beoordeling van deconstructieve mogelijkheden van de bestaande panden te opti-maliseren. Er wordt gekeken naar een intelligente, duurzameen compatibele beoordeling voor het vinden van constructievemogelijkheden. Dit geheel wordt ondersteund met een stroom-schema (te raadplegen bij het artikel op www.cementonline.nl).Het onderzoek is onderbouwd met vijf praktijkvoorbeeldenen achteraf getoetst op een praktijksituatie, namelijk de herbe-stemming van het Erasmus University College in Rotterdam.plaatse kan worden verkregen. Uit deze bronnen komt de infor-matie die is benodigd om de conditie en de draagcapaciteit vanhet gebouw te kunnen beoordelen.De meeste onderzoeksmethoden voor het succesvol herbestem-men zijn erop gericht de esthetische waarde van een pand inkaart te brengen. Deze benadering impliceert dat het succes bijde beleving ligt en geeft de architect een centrale rol in hetbeoordelingsproces. De beschikbare methoden onderbelichtenechter het belang van de technische aspecten van een gebouw.Juist die zijn essentieel voor het effici?nt en succesvol herbe-stemmen. Recent onderzoek heeft aangetoond dat ontwerpersTabel 1 Zeven stappen uit beoordelingsprotocolfase stap1 kwaliteit 1 historische beoordeling2 visuele beoordeling3 technische beoordeling4 evaluatie2 ontwerpmogelijkheden 5 visualisatie ontwerpmogelijkheden3 constructieve veiligheid 6 beoordeling constructieve veiligheid7 versterking draagconstructieLas Palmas (1953, Rotterdam) ?Havenpakhuis op de Kop van ZuidLas Palmas, een gebouw met zowel culturele als commerci?lefuncties, is gevestigd in het Havenpakhuis op de Kop van Zuid inRotterdam . De herbestemming laat goed zien hoe eenconstructieve aanpassing de kwaliteit en daarmee de toekomstvan het pand ten goede kan komen. Meerdere vloervelden zijnweggehaald tussen de zware paddenstoelkolommen om detoetreding van daglicht te bevorderen. Door de hoge capaciteitvan het draagsysteem kunnen deze aanpassingen zonder extratoevoegingen aan het stabiliteitssysteem worden gerealiseerd.2 Las Palmas, Havenpakhuis op de Kop van Zuidfoto: Joris1919 via Wikimedia Commons2Betonnen gebouwen beoordeeld 52014 27Hierbij is gekeken naar de onderdelen toepasbaarheid, flexibili-teit en volledigheid.Het protocol bevat zeven stappen, waarin in drie verschillendefasen de navolgende karakteristieken van de draagconstructieworden vastgelegd (tabel 1):? kwaliteit (conditie en capaciteit) van materiaal en constructie;? constructieve ontwerpmogelijkheden;? constructieve veiligheid.KwaliteitDe eerste vier stappen van de beoordeling zijn gericht op het inkaart brengen van de kwaliteit (conditie en capaciteit) van hetmateriaal en van de draagconstructie. Het doel van dezestappen is het verkrijgen van voldoende informatie die kanworden gebruikt in de verdere beoordeling. Hiermee kunnenverrassingen tijdens de uitvoering worden gereduceerd. Het isnoodzakelijk dat de constructeur het object `in het echt' gaatbekijken, zodat een degelijke indicatie van de resterendelevensduur en de constructieve veiligheid kan worden verkre-gen. In de praktijk wordt nog te vaak alleen de originele docu-mentatie bekeken, waardoor later te veel onzekerheid in hetproces ontstaat. Deze aanpak houdt namelijk geen rekeningmet schade, degradatie, eventuele afwijking in ontwerp enuitvoering, en tussentijds aangebrachte `verbeteringen'.Historische beoordelingTijdens de levensduur van bouwwerken kan er veel veranderenop het gebied van ontwerp, materiaal en technische richtlijnen/voorschriften. Bij de beoordeling van kwaliteit is het belangrijkna te gaan wat die veranderingen precies zijn. Dit noemen weook wel de historische beoordeling. Deze stap wordt te vaakgezien als tijdrovend, duur en moeilijk. De kwaliteit van deinterpretatie is sterk afhankelijk van de kennis en ervaring vande constructeur en de beschikbaarheid van historische infor-matie binnen het bedrijf. Het protocol probeert deze afhanke-lijkheid te doorbreken door de constructeur langs de mogelijkeinformatiebronnen te leiden en de nodige informatie aan tereiken om een snelle en effici?nte interpretatie uit te voeren.Visuele beoordelingDe visuele beoordeling stimuleert de constructeur de construc-tie op locatie te bekijken. Informatie verkregen op locatie is hetmeest betrouwbaar (zien = weten). De visuele inspectie wordtaanbevolen om eventuele beschadigingen aan de constructie tedetecteren en om verschillen tussen tekeningen en werkelijk-heid naar voren te brengen. Naast het omschrijven van eenmogelijk proces voor de beoordeling wordt ook ingegaan opniet-destructieve onderzoeksmethoden die deze beoordelings-stap ondersteunen. Deze methoden kunnen worden gebruiktHaKa-pand (1931, Rotterdam)Het HaKa-pand was oorspronkelijk het hoofdkantoor van deco?peratieve handelsvereniging HaKa. De herbestemming vandeze fabriek laat zien dat integraal ontwerpen niet alleen kanworden toegepast op nieuwbouw. Het gebouw vormt een icoonvan duurzaamheid, dat duidelijk terugkomt in het constructiefherontwerp. In het nieuwe concept blijft de constructie intact. Erwordt gebruikgemaakt van de hoge draagcapaciteit van deconstructie en de grote open vloervelden om onafhankelijkeruimten in het gebouw te cre?ren. Deze ruimten voldoen aan deeisen van het Bouwbesluit en maken een eventuele toekomstigefunctieverandering mogelijk.om een betere inschatting te krijgen van de mate van degrada-tie. Meetwaarden die hieruit volgen, kunnen worden gebruiktom de resultaten van de volgende stap, de technische beoorde-ling, te ondersteunen.Technische beoordelingBij de technische beoordeling worden monsters uit/van deconstructie beproefd die in de visuele beoordeling zijngenomen. De grootste uitdaging van deze fase is het opstellenvan een gegrond onderzoek en het interpreteren van de onder-zoeksdata. Het protocol geeft aan of een locatie geschikt is voorhet verkrijgen van passende meetresultaten, welk proces kanworden gehanteerd om solide meetgegevens te verkrijgen, enhoe de Eurocode in acht kan worden genomen bij het verkrij-gen van accurate rekenwaarden. Wanneer de monsters op eencorrecte wijze zijn genomen, kunnen die worden gebruikt omde mechanische eigenschappen, de oorzaak van degradatie ende orde van toekomstige degradatie inzichtelijk te maken.3 De herbestemming van het HaKa-pand laat zien dat integraalontwerpen ook kan worden toegepast in bestaande bouwfoto: Klaas Vermaas3themaBetonnen gebouwen beoordeeld5201428en de aanpasbaarheid en flexibiliteit van het draagsysteem. Omdeze aspecten op een effici?nte wijze inzichtelijk te maken en tegebruiken in het herontwerp, wordt in het protocol een prag-matische aanpak geschetst op basis van integraal ontwerpen.De bovengenoemde ontwerpaspecten zijn vrij theoretisch ensterk afhankelijk van het creatieve vermogen en de interpretatievan de gebruiker. Om de aspecten succesvol in het herontwerpte integreren, wordt de constructeur geadviseerd een morfolo-gisch overzicht te maken [7]. Dit is een eenvoudige methodeom het grote scala aan constructieve eigenschappen te koppe-len aan herontwikkelingsalternatieven. Het overzicht maakt heteenvoudig combinaties te maken, concepten te genereren eneventueel tijdens een later stadium in het proces terug te kerennaar eerder genomen ontwerpstappen.Om de kwaliteit van het pand zo lang mogelijk te behouden,wordt het de constructeur aangeraden vanuit een duurzaamoogpunt te werken: `Ontwerp met een blik op de toekomst!'.Een beperkt aantal constructieve aanpassingen kunnen dekwaliteit van het pand op de lange termijn al verhogen. Vrijwelgeen enkel herbestemmingsproject kan zonder constructieveaanpassingen. Denk bijvoorbeeld aan ontwikkelingen in bouw-reglementen en besluiten op het gebied van daglichttoetreding,klimatologische eisen of brandveiligheid. Bij elk herontwikke-lingsproces komen dit soort standaardcriteria naar voren.Constructieve veiligheidBeoordelingOnderzoek naar het beoordelen van de constructieve veiligheidvan de bestaande bouw is volop gaande in Nederland. De eerstestap is gezet met de introductie van de NEN 8700-serie. In dezenormen wordt een aangepaste variant aangeboden van de toet-sing die gebruikmaakt van parti?le veiligheidsfactoren. Dezeaanpassing maakt het mogelijk draagsystemen die al langeretijd naar behoren functioneren, minder zwaar te beoordelen opconstructieve veiligheid dan met de Eurocode. In de praktijkbestaat nog veel discussie over de interpretatie van NEN 8700.In het protocol wordt bij de beoordeling van de constructieveveiligheid ingegaan op de mogelijkheden en interpretatie vandeze normen. Daarnaast worden ook de verschillende benade-ringsmogelijkheden besproken met betrekking tot brandveilig-heid en constructieve capaciteit.Met de introductie van de NEN 8700-serie zijn we echter nogniet aan het einde van de discussie. Er staan nog veel vragenopen met betrekking tot het modelleren en toetsen vanbestaande bouw. Hoe kan men bijvoorbeeld omgaan metconflicten die optreden door ontwikkelingen in berekenings-methoden en detaillering [8]? Is het gebruik van de parti?leveiligheidsfactoren een juist toetsingskader om de betrouw-EvaluatieDe beoordeling van de kwaliteit van de draagconstructiewordt met een evaluatie afgerond. Deze evaluatie voorziet deconstructeur van een algemene methodiek die kan wordeningezet in de ontwikkeling van een strategie om het gewapendbeton te beschermen en te preserveren. In deze stap wordt eenlink gelegd tussen civiele techniek en architectuur. Voor eenduurzame aanpak is niet alleen een goede uitvoering en eenreparatiemateriaal met de juiste eigenschappen van belang,maar ook het verkrijgen van een adequate esthetischeoplossing.OntwerpmogelijkhedenVisualisatieEen goed herontwerp van de draagconstructie gaat niet alleenover een adequate analyse van de conditie en capaciteit. Zoalseerder gesteld is een functionele integratie sterk afhankelijk vande constructieve ontwerpaspecten. Deze aspecten zijn tevinden in de ruimtelijke opbouw, de mechanische kwaliteitenDe Sleutels (1937?1955, Leiden)Het industri?le complex De Sleutels bestaat uit dertien verschil-lende panden die samen de Meelfabriek vormen van De Koster &Co. De reeks gebouwen ? die allemaal in een ander jaar zijnontwikkeld ? laten op een educatieve manier de constructievetrends en kwaliteitsontwikkelingen in de eerste helft van detwintigste eeuw zien met betrekking tot betonnen industrieelerfgoed. Deze charme wordt benadrukt in het nieuwe architecto-nische ontwerp door de draagconstructie centraal te zetten. Debestaande gebouwen worden van hun originele facade ontdaanen voorzien van een transparante schil die de constructie laat zien.4 Het industri?le complex De Sleutels in Leidenfoto: ABT bv4Betonnen gebouwen beoordeeld 52014 29baarheid in kaart te brengen? Of zijn we er al aan toe om volle-dig probabilistisch te gaan toetsen? Het protocol wijst op dezevragen, en geeft een beknopte stand van zaken.Versterking draagconstructieWanneer aan het einde van de beoordeling blijkt dat de con-tructie te weinig capaciteit bezit, kan de constructeur overwe-gen de draagconstructie te versterken. De versterking van dedraagconstructie draait om het duurzaam versterken. Binnendeze beoordelingsstap wordt een methodiek ge?ntroduceerdom tot compatibele versterkingsmethoden te komen, zonderdat een conflict ontstaat tussen de bruikbaarheidsgrenstoestanden de uiterste grenstoestand.Tot besluitDe beoordelingsmethodiek is getoetst aan de herbestemmingvan het Erasmus University College in Rotterdam. Deze toet-sing wijst uit dat het protocol betere nauwkeurigheid en zeker-heid brengt bij het opstellen van een aanpak voor en het makenvan aannamen tijdens het herbestemmingsproces. Het isbelangrijk dat de beoordeling van de draagconstructie(foto 6) doelgericht en gestructureerd wordt gedocumenteerdom risico's te verkleinen en de constructieve mogelijkheden inbeeld te brengen. Deze aanpak wordt nog vaak belemmerddoor de te beperkte vrijheid die de constructeur binnen hetproces krijgt. Om meer uit de herbestemming van een pand tehalen en daarmee het succes te vergroten, is het belangrijk deconstructeur een meer centrale rol aan het begin van het proceste geven. LITERATUUR1 De Oude Kaart van Nederand: leegstand en herbestemming. Rijksadvi-seur voor het Cultureel Erfgoed, Atelier Rijksbouwmeester, 2008.2 Andriessen, J.W., Procesmanagement van transformatie. TechnischeUniversiteit Delft, Bouwkunde, 1999.3 Zijlstra, H., Analysing Buildings from Context to Detail in Time, theABCD time research method. Technische Universiteit Delft, RMIT, 2009.4 Brand, S., How buildings learn - What happens after they are built?Penguin books, 1994.5 Gijsbers, R., Aanpasbaarheid van de draagstructuur ? Veranderbaarheidvan de drager op basis van de gebruikerseisen in het kader van Slim-bouwen. Technische Universiteit Eindhoven, 2011.6 Westenbruggen, A. van, Adaptability of structures ? Optimization ofthe use of materials in new, adapatable and sustainable structures.Technische Universiteit Delft, Civiele Techniek, 2012.7 Morri?n, J.J., Van BIM naar PIM ? Instrumenten voor staalconstructiesdigitale integratie. Bouwen met staal, 2011.8 Richtlijnen Beoordeling Kunstwerken RBK 1.0 ? Beoordeling van deconstructieve veiligheid van bestaande kunstwerken bij verbouw enafkeur. Rijkswaterstaat, 2012.9 Heinemann, H., Historic concrete ? From concrete repair to concreteconservation. Technische Universiteit Delft, Bouwkunde, 2013.Strijp S (1927/1930, Eindhoven)Anton en Gerard zijn twee grote fabrieksgebouwen op hetvoormalige fabrieksterrein van Philips. Deze panden zijn kort naelkaar opgetrokken en bezitten een vergelijkbaar constructiefontwerp. De herontwikkeling van deze panden toont duidelijkde kenmerken van historisch beton. Anton is gebouwd in 1927en heeft een draagsysteem met een betere conditie en eenhogere draagcapaciteit dan zijn broertje Gerard dat een paar jaarlater werd gebouwd. Deze voormalige fabrieken laten duidelijkzien dat gewapend beton een nieuw materiaal was om mee tebouwen, en dat de kwaliteit en eigenschappen van het verhardemateriaal zeker niet hetzelfde zijn als die van modern beton.5 Voormalig Philips-fabrieksgebouw Gerard op Strijp Sfoto: Robert de Greef via Wikimedia Commons6 Tekening draagconstructie Erasmus University College inRotterdam65
Reacties