In 2008 werd het Platform Constructieve Veiligheid opgericht, een samenwerkingsverband tussen overheden, opdrachtgevers, bouwbedrijven en ingenieursbureaus. Doel van het platform was de aandacht voor en de borging van constructieve veiligheid tot een vanzelfsprekendheid te maken. Om dat doel te bereiken, zijn diverse activiteiten ontwikkeld en uitgevoerd. De bewustwording van risico's met betrekking tot constructieve veiligheid is sinds die tijd duidelijk toegenomen. Maar dat geldt nog niet over de volle breedte en het heeft nog niet altijd geleid tot andere en betere werkwijzen. Doorgaan met activiteiten die hierin voorzien, is dan ook noodzakelijk.
48
thema
De toekomst van
constructieve
veiligheid
1
Zeven jaar na
oprichting wordt
het Platform
Constructieve
Veiligheid nieuw
leven ingeblazen
thema
De toekomst van constructieve veiligheid 4 2015
49
Het Platform Constructieve Veiligheid is in 2008 ontstaan naar
aanleiding van het CUR Bouw&Infra project 'Leren van Instor-
tingen'. In dit project werd een aantal bouwincidenten geanaly-
seerd, wat input moest geven aan een structurele verbetering
van de kwaliteit en de betrouwbaarheid van bouwwerken. Er
werden daarbij drie bronnen van fouten onderscheiden:
? microniveau: de menselijke fouten door gebrek aan kennis
en/of ervaring of een vergissing;
? mesoniveau: de fouten door een slechte organisatie (bijvoor -
beeld op het gebied van inkoop, communicatie, coördinatie,
of kwaliteitsbewaking);
? macroniveau: de fouten voortkomend uit de heersende
bouwcultuur en regelgeving.
De testvraag ? om vast te stellen of er sprake is van een fout op
een van de genoemde niveaus ? luidt: als een andere persoon,
respectievelijk andere (project)organisatie, respectievelijk
andere cultuur of regelgeving het incident had voorkomen,
dan is er sprake van een fout op het betreffende niveau. Het is
ook mogelijk dat fouten op meerdere niveaus worden geduid.
Met deze inzichten is in 2008 het Platform Constructieve
Veiligheid gestart. Initiatiefnemers waren, naast CUR
Bouw&Infra, VROM Inspectie, Bouwend Nederland, NLinge-
nieurs en enkele bouwbedrijven en ingenieursbureaus. Doel
was een programma uit te voeren dat op termijn zou leiden tot
minder incidenten en dus betere prestaties op het gebied van constructieve veiligheid. Het programma richtte zich op onder
-
zoek, op het invoeren van verbeteringen en op evaluatie van de
bouwpraktijk (fig. 2).
Het platform werd georganiseerd onder de vlag van CUR
Bouw&Infra en bestond uit een stuurgroep met vertegenwoor -
digers van brancheorganisaties (Bouwend Nederland, NLinge-
nieurs, VNconstructeurs) en overheid (tot 2012) en een advies-
groep met circa 25 vertegenwoordigers van bedrijven en orga-
nisaties die de doelstellingen onderschreven en wilden bijdra -
gen aan onderzoek en kennisuitwisseling.
Overzicht activiteiten
In het platform zijn in de loop der jaren diverse activiteiten
uitgevoerd. Deze activiteiten kunnen worden ingedeeld in drie
groepen: onderzoeken (incl. aanbevelingen), registratie &
analyse van incidenten, en kennisuitwisseling.
Onderzoeken
De belangrijkste onderzoeken (incl. aanbevelingen) die zijn
uitgevoerd of waaraan het platform meewerkte, zijn:
? Onderzoek naar de borging van constructieve veiligheid in
15 bouwprojecten [1];
? Uitvoering van de Actieagenda Constructieve Veiligheid van
de VROM Inspectie;
? Onderzoek naar de faalkosten bij ontwerp en bouw van
constructies [2];
? Case-onderzoeken naar structurele oorzaken van falen [3];
? Case-onderzoeken naar geotechnisch falen [4];
? Constructieve veiligheid van gevels [5];
? Onderzoek naar de organisatorische en persoonsgebonden
factoren die een positieve bijdrage leveren aan (de borging
van) constructieve veiligheid [6];
? Constructieve veiligheid van uitkragende galerijplaten
gebouwd in de jaren 1950-1970 [7];
? Best practices voor het borgen van constructieve veiligheid
bij geïntegreerde contracten [8];
? Startdocument detailengineering, een hulpmiddel om te
checken of alle taken en informatie-uitwisseling bij start
bouw goed zijn belegd (nog in bewerking).
In 2008 werd het Platform Constructieve Veiligheid
opgericht, een samenwerkingsverband tussen
overheden, opdrachtgevers, bouwbedrijven en
ingenieursbureaus. Doel van het platform was de
aandacht voor en de borging van constructieve
veiligheid tot een vanzelfsprekendheid te maken.
Om dat doel te bereiken, zijn diverse activiteiten
ontwikkeld en uitgevoerd. De bewustwording van
risico's met betrekking tot constructieve veiligheid
is sinds die tijd duidelijk toegenomen. Maar dat
geldt nog niet over de volle breedte en het heeft
nog niet altijd geleid tot andere en betere werkwij-
zen. Doorgaan met activiteiten die hierin voorzien,
is dan ook noodzakelijk.
ir. Dik-Gert Mans 1)
MEGED Engineering & Consultancy 1 De tijdelijke ondersteuningsconstructie van de B-Tower bleek niet stabiel
2 Schematisch programma Platform Constructieve Veiligheid (2008)
1) Dik-Gert Mans was van 2008 tot 2014 voorzitter van het Platform Constructieve
Veiligheid
2
onderzoek verbeteringen evaluatie
microniveau
mesoniveau
macroniveau
De toekomst van constructieve veiligheid 4 2015
De toekomst van constructieve veiligheid 4 2015 50
thema
Resultaten
Een van de belangrijkste resultaten van de activiteiten van
het platform is een toename van de bewustwording van risico's
met betrekking tot constructieve veiligheid bij bedrijven en
personen in de bouwsector. Dat is althans de ervaring van de
deelnemers van het platform. Dat is overigens niet alleen de
verdienste van het platform, ook andere initiatieven en acties
hebben hieraan bijgedragen. Zonder volledigheid te kunnen
nastreven, worden hier genoemd het Compendium Aanpak
Constructieve Veiligheid en de oprichting en activiteiten van
VNconstructeurs. Ook nieuwe incidenten in genoemde periode
en daaruit voortvloeiende publiciteit, hebben bijgedragen aan
de genoemde bewustwording (foto 1). Bewustwording is een
belangrijke stap voorwaarts maar niet voldoende om tot daad-
werkelijke verbetering te komen. Andere en betere werkwijzen
en hulpmiddelen zijn hiervoor nodig; ook daarmee is een begin
gemaakt.
Een probleem bij de beoordeling van het effect van deze activi-
teiten is dat de beoogde verbeteringen van prestaties niet
eenvoudig zijn te kwantificeren. Faalkosten kunnen, mits voor -
zien van een passende definitie, als een belangrijke indicator
gelden. Meten van faalkosten op basis van enquêtes is voor dit
doel echter minder geschikt, maar betere bepalingsmethoden
zijn niet eenvoudig toepasbaar.
Nieuwe aanpak
De noodzaak voor het doorgaan met verbeteringen wordt door
velen onderschreven en er valt nog veel te winnen (fig. 4). Dat
Registratie & analyse
Ten behoeve van de registratie en analyse van incidenten is het
ABC Meldpunt opgericht. De registratie en de analyse werd
opgedragen aan en uitgevoerd door TNO, onder begeleiding
van een groep experts. In totaal zijn over een looptijd van ruim
drie jaar circa 200 meldingen geregistreerd en geanalyseerd [9].
Kennisuitwisseling
Kennisuitwisseling heeft in verscheidene vormen plaatsgevon-
den: via publicaties, via nieuwsbrieven, via presentaties bij
bedrijven en bijeenkomsten, via cursussen en via bijeenkomsten
van de adviesgroep. Internationale contacten en kennisuitwis-
seling zijn er geweest met het Engelse CROSS (Confidential
Reporting of Structural Safety) en met het Forensic Engineering
Committee van IABSE (International Association for Structural
Engineers).
Kwartiermakers
Namens de bouwbedrijven en ingenieursbureaus zijn de
volgende personen kwartiermaker voor de nieuwe aanpak van
het Platform Constructieve Veiligheid: Willem van Dijk (Ballast
Nedam), Johan Galjaard (ABT/VNconstructeurs), Bob Gieskens
(Bouwend Nederland), Erik Middelkoop (Royal HaskoningDHV ),
René Sterken (BAM) en Dik-Gert Mans (tot 1 april 2015, namens
SBRCURnet).
3
51
3
Het Bos en Lommerplein; twijfel aan de constructieve veiligheid
leidde in 2006 tot ontruiming van het complex (een van de cases
in het rapport 'Falende constructies' [3])
4 Veiligheidscultuurladder (a) en verandermodel (b) [12]
Deze best practices kunnen betrekking hebben op delen van
het ontwerp- en bouwproces, op specifieke projecten of op
specifieke contractvormen.
? Praktische methoden voor risicomanagement
Aandacht voor constructieve veiligheid, naast voor de hand
liggende aspecten als geld, tijd en (meer zichtbare) kwaliteit,
is hierbij noodzakelijk. Praktische werkwijzen, zowel voor de
risicomanager als voor de constructeurspecialist en de kwali-
teitsmanager, bevorderen een effectieve toepassing.
? Overdracht van informatie van ontwerp naar uitvoering
Het aantal betrokken partijen neemt in deze fase sterk toe. Er
is behoefte aan verdere ontwikkeling en omschrijving van
rollen en taakverdelingen bij de diverse samenwerkings- en
pleit voor voortzetting van de activiteiten waarbij het platform
zich, zoals voorheen, richt op de samenwerking tussen de
afzonderlijke disciplines als opdrachtgevers, constructeurs,
productie en uitvoering. Een groep kwartiermakers (zie kader)
heeft zich gebogen over de vraag hoe het platform een verdere
bijdrage kan leveren. Mede op basis van een evaluatie van de
resultaten van het platform in 2008-2014 hebben zij als rand-
voorwaarde gesteld dat de activiteiten tot aantoonbaar betere
prestaties moeten leiden. Alleen met deze randvoorwaarde kan
financiering worden verkregen. Als strategie voor het bewerk-
stelligen van verbeteringen is ervoor gekozen toonaangevende
bedrijven uit de aannemerij en uit ingenieurs- en constructie-
bureaus het voortouw te laten nemen. Zij kunnen vanuit hun
sterke marktpositie verbeteringen afdwingen in de rest van de
sector en als voorbeeld fungeren. Overigens wordt geen exclu-
siviteit geclaimd: andere bedrijven en organisaties zijn welkom
deel te nemen.
In dezelfde tijd dat deze nieuwe aanpak voor het platform is
ontwikkeld, is de Governance Code 'Veiligheid in de bouw' tot
stand gekomen [10]. Deze door een groep toonaangevende
bouw- en installatiebedrijven en opdrachtgevers opgestelde
code wil door een gezamenlijke aanpak tot een veiliger bouw-
sector komen. De Governance Code richt zich op integrale
veiligheid. Het is duidelijk dat de doelstelling van het platform
hier goed bij aansluit. Afstemming met de werkgroep die de
Governance Code omzet in acties zal, ook in de toekomst,
blijven plaatsvinden.
Nieuw actieprogramma
Om tot een nieuw actieprogramma voor het platform te
komen, is in oktober 2014 een workshop georganiseerd.
Hieraan is deelgenomen door in totaal 32 representanten van
aannemingsbedrijven, constructie- en ingenieursbureaus,
opdrachtgevers, branche- en beroepsorganisaties, universiteiten
en overheden. Ten behoeve van de input van de workshop is
door Karel Terwel een discussiestuk samengesteld over de kriti-
sche factoren: veiligheidscultuur, allocatie van verantwoorde-
lijkheden, risicomanagement & controle, communicatie &
samenwerking en kennisinfrastructuur. Deelnemers aan de
workshop hebben voorstellen gedaan voor en gediscussieerd
over maatregelen die zouden moeten leiden tot betere presta
-
ties. Samenvattend is geconcludeerd dat borging van construc-
tieve veiligheid een systematischer aanpak vraagt dan veelal
gebruikelijk. Het in vervolg op de workshop opgestelde actie-
programma omvat de volgende thema's [11].
? Best practices
Best practices zijn werkmethoden gebaseerd op ervaring en
bewezen goede resultaten. Opstelling hiervan kan leiden tot
meer gestandaardiseerde werkmethoden en betere resultaten.
4a
4b
De toekomst van constructieve veiligheid 4 2015
pathologisch
we maken ons geen zorgen zolang niemand ons corrigeert reactief
veiligheid is belangrijk,
we reageren na elk incident berekenbaar
we hebben een
kwaliteitsmanagementplan proactief
we werken continu aan verbeteringen generatief
veiligheid staat voorop in ons handelen toenemend vertrouwen en
verantwoordelijkheid nemen
toenemende geïnformeerdheid
actie
plannen uitvoeren
voorbereiding plannen maken
beschouwend
bewustwording
in aanvang
onwetendheid onderhoud
blijvende aandacht en verbetering
pathologisch
we maken ons geen zorgen zolang niemand ons corrigeert reactief
veiligheid is belangrijk,
we reageren na elk incident berekenbaar
we hebben een
kwaliteitsmanagementplan proactief
we werken continu aan verbeteringen generatief
veiligheid staat voorop in ons handelen toenemend vertrouwen en
verantwoordelijkheid nemen
toenemende geïnformeerdheid
actie
plannen uitvoeren
voorbereiding plannen maken
beschouwend
bewustwording
in aanvang
onwetendheid onderhoud
blijvende aandacht en verbetering
525
Van ontwerp naar uitvoering: leiderschap vereist bij detailengineering,
productie en uitvoering door meerdere partijen
? LITERATUUR
1 Borging van constructieve veiligheid in 15 bouwprojecten. VROM-
Inspectie, 2008.
2 Mans, D.G., Derkink, M., Faalkosten en constructieve veiligheid. B+U,
2009.
3 Falende constructies, een case-onderzoek naar structurele oorzaken
van falen en maatregelen die dat tegengaan. Rapport 232, CUR
Bouw & Infra, 2010.
4 Mans, D.G., Staveren, M.A. van, Cools, P., Leren van geotechnisch
falen. Rapport 227, CUR Bouw & Infra, 2010.
5 SBR 620.11:2012 Constructieve veiligheid van gevels.
6 Terwel, K., Verschilmakers voor constructieve veiligheid. TU Delft,
2013.
7 SBRCURnet 673.14:2014 Constructieve veiligheid van uitkragende
galerijplaten.
8 SBRCURnet 671.14: 2014 Borging van constructieve veiligheid bij
geïntegreerde contracten.
9 Constructieve veiligheid, Evaluatie ABC-meldpunt, structurele
verbetering? Rapport 235, CUR Bouw & Infra, 2011.
10 www.gc-veiligheid.nl, Governance Code Veiligheid in de Bouw,
2014.
11 www.platformconstructieveveiligheid.nl, Actieprogramma Borging
Constructieve Veiligheid, 2014.
12 Hudson, P., Implementing a safety culture in a major multi-national.
Leiden University, Elsevier Ltd., 2007.
contractvormen en hulpmiddelen die een succesvolle infor -
matieoverdracht bewerkstelligen (foto 5).
? Melden van en communiceren over incidenten
Dit onderwerp is relevant op het niveau van de sector, de
projectorganisaties en de afzonderlijke bedrijven maar tegelij-
kertijd lastig over bedrijfsgrenzen heen te realiseren. Gezocht
zal worden naar nieuwe vormen die resultaat opleveren voor
deelnemende bedrijven.
Robuust
Constructieve veiligheid vereist aandacht van (project)organi-
saties betrokken bij het ontwerp, de bouw en het beheer. Men
moet zich daarbij realiseren dat de prestaties op dit vlak door -
gaans niet eenvoudig verifieerbaar zijn: alleen na deskundige
analyses en met 'as-built'-gegevens kunnen hierover uitspraken
worden gedaan. In navolging voor wat geldt voor het constructief
ontwerp moeten projectorganisaties robuust worden ingericht:
inschakelen van de juiste deskundigheid, juiste verdeling van
taken en verantwoordelijkheden, onderkennen van de risico's
en vermijden of beheersen daarvan, en controlevormen waarbij
gemaakte fouten tijdig worden ontdekt en hersteld. Het plat-
form heeft voor de vervolgfase een programma opgesteld om
verdere verbeteringen te bewerkstelligen, allereerst in de
projecten waar de participanten bij zijn betrokken en vervol-
gens in de gehele bouwsector. Een programma opstellen is
mooi, maar het gaat natuurlijk om de uitvoering en het resul-
taat ervan. De kwartiermakers zetten zich hiervoor in.
?
5
thema
De toekomst van constructieve veiligheid 4 2015
Reacties