In november 2021 werden Mathew Vola (Arup) en Joris Hesselink (BAM) door een onafhankelijke jury uitgeroepen tot respectievelijk Constructeur van het Jaar en Talent van het Jaar. Deze jaarlijkse verkiezing wordt georganiseerd door VNconstructeurs. Deze jaarlijkse verkiezing wordt georganiseerd door VNconstructeurs.
In een serie columns, die Cement in samenwerking met VNconstructeurs publiceert, geven beiden hun visie op een aantal belangrijke ontwikkelingen in het constructeursvak. In deze tweede aflevering is het de beurt aan Joris Hesselink.
46? CEMENT 3 20 22
Onlangs las ik het boek 'Dit kan niet waar zijn'
van Joris Luyendijk, over de ineenstorting van
het financiële systeem in 2008.
Dat was niet omdat
ik een carrièreswitch naar de bankenwereld overweeg,
maar omdat we kunnen leren van fouten in vakgebieden
die niet de onze zijn. En nu hoor ik je denken: "Hoe kunnen
wij nou leren van de fouten van bankiers?". Ik leg het uit.
Laat ik beginnen met de waarneming dat in onze mooie
bouwwereld steeds meer nadruk wordt gelegd op het
belang en de processen rondom constructieve veiligheid.
Zo hebben we het verbeterprogramma 'Veiligheid in de
Bouw' en is er een werkgroep¹ om de constructieve veilig-
heid te verbeteren. Deze richten zich op een steeds
betere samenwerking tussen de ontwerpend constructeur
en de coördinerend- en deelconstructeur(s). Een goede
ontwikkeling, maar passen we wel op voor het scenario
waarin de constructieve veiligheid in de bouwfase het
ondergeschoven kindje wordt? Juist in deze fase wordt de
constructieve veiligheid door veel ingenieursbureaus aan
de bouwbedrijven overgelaten. Zij zijn immers verant -
woordelijk voor de uitvoering en de gekozen bouwme-
thodiek. De coördinerend constructeur beperkt zich tot
Constructeur van het Jaar In november 2021 werden Mathew Vola (Arup) en Joris Hesselink
(BAM) door een onafhankelijke jury uitgeroepen tot respectie -
velijk Constructeur van het Jaar en Talent van het Jaar. Deze
jaarlijkse verkiezing wordt georganiseerd door VNconstructeurs.
In een serie columns, die Cement in samenwerking met
VNconstructeurs publiceert, geven beiden hun visie op een
aantal belangrijke ontwikkelingen in het constructeursvak.
In deze tweede aflevering is het de beurt aan Joris Hesselink.
Dit kan niet waar zijn
de verantwoordelijkheid van constructieve veiligheid in
de gebruiksfase. Dit heeft in het verleden al een aantal
gevaarlijke situaties opgeleverd met bijbehorende inci-
denten. Denk aan ongelukken zoals het dak van de
Grolsch Veste, de ondersteuningsconstructie van de
B-tower in Rotterdam of het hijsincident in Alphen aan
den Rijn. Ongelukken die helaas aantonen dat niet ieder
bouwbedrijf in staat is om de gevolgen van een gekozen
bouwmethodiek te beoordelen op gebied van construc -
tieve veiligheid. Om de krachtsverdeling in de bouwfase te
onderzoeken, en de invloed ervan op de uiteindelijke
krachtsverdeling, zijn bouwfaseanalyses nodig met
een intensieve samenwerking tussen bouwbedrijf en
"We leven steeds meer in een tijd waarin het niet meer uit maakt of het dak waterdicht is, zolang
het document dat aantoont dat het dak waterdicht is maar waterdicht is"
Talent van het Jaar
Joris Hesselink
IR. JORIS
HESSELINK PMSE
36 jaar
WERK
2011 ? 2016
BAM Advies & Engineering ?
Constructeur / projectleider2016 ? 2022
BAM Advies & Engineering ? Adviseur
bouwmethodieken en constructie
2022 ? heden
BAM Advies & Engineering ? Adviseur &
Vakgroepleider
Bouwmethodieken
OPLEIDING2003 ? 2007
Bachelor HBO Bouwkunde,
Constructief Ontwerpen
2007 ? 2011
Master TU Eindhoven, Uitvoeringstechniek 2011 ? 2015
MSEng Beton- en staalconstructeur
CEMENT 3 2022 ?47
Dit kan niet waar zijn
constructeur van het jaar (2)
de coördinerend constructeur. De voorstellen waarin de
coördinerend constructeur een zwaardere rol krijgt in de
bouwfase, juich ik dan ook van harte toe.
Construeren is door de jaren heen complexer geworden.
En hoe! Neem nou de voorschriften. De eerste voorschrif -
ten voor gewapend beton uit 1912 bestonden uit een
boekje van 33 pagina's op zakagendaformaat. 50 jaar
later, in 1962, telde de Gewapend Beton Voorschriften al
111 bladzijden. En in de huidige Eurocodereeks hebben we
het niet langer over pagina's, maar over Mb's. Ben je van
de oude stempel, dan kun je er in print een archiefkast
mee vullen, om over de complexiteit van de rekenregels
nog maar te zwijgen. Van een constructeur wordt ver- wacht dat hij of zij formules invult die niet meer te
herleiden zijn en waarin alle logica lijkt te ontbreken.
Geavanceerde rekensoftware verricht wonderen, maar
hebben we daarmee nog wel voldoende gevoel bij de
uitkomst? We leven steeds meer in een tijd waarin het
niet meer uit maakt of het dak waterdicht is, zolang het
document dat aantoont dat het dak waterdicht is maar
waterdicht is. Dit lijkt ook meer en meer te gelden voor
de constructieve veiligheid in de bouw. We moeten
waken voor afvinkprocessen waarbij het op papier
goed geregeld is, maar het gebouw instort. Operatie
geslaagd, patiënt overleden. Maken we het onszelf niet
te moeilijk en moeten we niet terug naar goed begrijpen
en robuust ontwerpen?
Mede door de ontwikke-
ling van BIM en parame-
trische modellen kunnen
we steeds complexere
gebouwen ontwerpen
die constructief volledig
worden uitgenut
(op de foto: OVT Arnhem) ¹
door VNconstructeurs,
Koninklijke NLingenieurs,
Koninklijke Bouwend
Nederland, Governance
Code Veiligheid in de Bouw,
en het Opdrachtgeversforum
in de Bouw
48? CEMENT 3 20 22
Naast een toenemende complexiteit in het proces, zitten
we in een periode van groeiende gebouwcomplexiteit.
Gebouwen moeten steeds vaker remontabel en circulair
zijn en materialen biobased en recyclebaar. Door deze
ontwikkeling worden (onder)aannemers vroeg bij het
ontwerpproces betrokken voor bijvoorbeeld gevelsyste-
men, installatieconcepten of brandwerendheidsvoorzie-
ningen, maar ook moet invulling worden gegeven aan
duurzaamheidseisen zoals BENG, BREEAM, GPR, EPC en
MPG. Alsof het nog niet complex genoeg is zijn er ook
nog eisen aan onder andere de luchtdichtheid, inbraak -
werendheid, geluidwerendheid, akoestiek en trillingen.
Hierbij kunnen verschillende eisen tegenstrijdig met el-
kaar zijn: wat goed voor het ene is kan juist slecht zijn
voor het andere. Mede door de ontwikkeling van BIM en
parametrische modellen kunnen we steeds complexere
gebouwen ontwerpen die constructief volledig worden
uitgenut. Deze projecten zijn vaak moeilijker bouwbaar
en/of economisch niet haalbaar. Dit slechte nieuws moet
worden gebracht door het bouwbedrijf, hetgeen vaak niet in dank wordt afgenomen. Overzien we alle eisen,
randvoorwaarden, technieken en processen nog?
Al het voorgaande brengt me weer bij het boekje van
Luyendijk. Hij verbaast zich er als buitenstaander over
dat de financiële wereld zo complex is en dat het erop
lijkt dat niemand het totaaloverzicht nog heeft. Toen in
2008 de Amerikaanse bank Lehman Brothers failliet
ging leek de financiële wereld als een kaartenhuis in
elkaar te storten. In de bankenwereld zijn maatregelen
getroffen om herhaling te voorkomen door te ingewik -
kelde en risicovolle financiële producten in de ban te
doen. In onze bouwwereld maken we geen kaartenhui-
zen, maar werkelijke gebouwen, die helaas wel nog te
vaak als kaartenhuis in elkaar storten. Hebben wij het
overzicht nog wel? Laten we in de bouwwereld de ver-
gelijkbare maatregel nemen door te ingewikkelde en
risicovolle bouwprojecten in de ban te doen. Hierdoor
kan bouwen ook weer eenvoudig en daardoor veilig
worden, gesteund door modulaire, gestandaardiseerde
en geïndustrialiseerde bouwmethodieken met stan-
daard assemblagetechnieken. Uiteraard met behoud
van oog voor esthetica en functionele gebouwen voor
tevreden gebruikers. Dit alles om te voorkomen dat we
elkaar na een volgende instorting weer aankijken en we
verbolgen reageren: "Dit kan niet waar zijn!".
"Laten we in de bouwwereld te ingewikkelde en
risicovolle bouwprojecten in de ban doen"
Om krachtsverdeling te
onderzoeken zijn bouw- faseanalyses nodig met een intensieve samen-
werking tussen bouwbe- drijf en de coördinerend
constructeur (op de foto: Forum Groningen)
Curriculum vitae
ir. Joris Hesselink PMSE
36 jaar
Werk
2011 – 2016 BAM Advies & Engineering – Constructeur / projectleider
2016 – 2022 BAM Advies & Engineering – Adviseur bouwmethodieken en constructie
2022 – heden BAM Advies & Engineering – Adviseur & Vakgroepleider Bouwmethodieken
Opleiding
2003 – 2007 Bachelor HBO Bouwkunde, Constructief Ontwerpen
2007 – 2011 Master TU Eindhoven, Uitvoeringstechniek
2011 – 2015 MSEng Beton- en staalconstructeur
Onlangs las ik het boek ‘Dit kan niet waar zijn’ van Joris Luyendijk, over de ineenstorting van het financiële systeem in 2008. Dat was niet omdat ik een carrièreswitch naar de bankenwereld overweeg, maar omdat we kunnen leren van fouten in vakgebieden die niet de onze zijn. En nu hoor ik je denken: ”Hoe kunnen wij nou leren van de fouten van bankiers?”. Ik leg het uit.
Laat ik beginnen met de waarneming dat in onze mooie bouwwereld steeds meer nadruk wordt gelegd op het belang en de processen rondom constructieve veiligheid. Zo hebben we het verbeterprogramma ’Veiligheid in de Bouw’ en is er een werkgroep1 om de constructieve veiligheid te verbeteren. Deze richten zich op een steeds betere samenwerking tussen de ontwerpend constructeur en de coördinerend- en deelconstructeur(s). Een goede ontwikkeling, maar passen we wel op voor het scenario waarin de constructieve veiligheid in de bouwfase het ondergeschoven kindje wordt? Juist in deze fase wordt de constructieve veiligheid door veel ingenieursbureaus aan de bouwbedrijven overgelaten. Zij zijn immers verantwoordelijk voor de uitvoering en de gekozen bouwmethodiek. De coördinerend constructeur beperkt zich tot de verantwoordelijkheid van constructieve veiligheid in de gebruiksfase. Dit heeft in het verleden al een aantal gevaarlijke situaties opgeleverd met bijbehorende incidenten. Denk aan ongelukken zoals het dak van de Grolsch Veste, de ondersteuningsconstructie van de B-tower in Rotterdam of het hijsincident in Alphen aan den Rijn. Ongelukken die helaas aantonen dat niet ieder bouwbedrijf in staat is om de gevolgen van een gekozen bouwmethodiek te beoordelen op gebied van constructieve veiligheid.
Om de krachtsverdeling in de bouwfase te onderzoeken, en de invloed ervan op de uiteindelijke krachtsverdeling, zijn bouwfaseanalyses nodig met een intensieve samenwerking tussen bouwbedrijf en de coördinerend constructeur. De voorstellen waarin de coördinerend constructeur een zwaardere rol krijgt in de bouwfase, juich ik dan ook van harte toe.
1) door VNconstructeurs, Koninklijke NLingenieurs, Koninklijke Bouwend Nederland, Governance Code Veiligheid in de Bouw, en het Opdrachtgeversforum in de Bouw
Reacties