De berekening van de scheurwijdte in een betondoorsnede is voorgeschreven in artikel 7.3.4.van NEN-EN 1992-1-1. Deze berekening is gebaseerd op een aantal invoerparameters die betrekking hebben op de doorsnede en op de toegepaste materialen, een aantal vaste parameters en de spanning in het wapeningsstaal onder de te toetsen belastingcombinatie. Om meer inzicht te krijgen in de invloed van de verschillende inputparameters op de berekende scheurwijdte zijn een aantal scheurwijdteberekeningen gemaakt, waarbij verschillende inputparameters worden aangepast om de invloed daarvan op de rekenkundige scheurwijdte te beschouwen.
De berekening van de scheurwijdte
wordt door een groot aantal para-
meters bepaald.
Deze scheurwijdte
kan onder meer door aanpassingen aan de
geometrie en toegepaste materialen worden
beïnvloed. In dit artikel wordt ingegaan op de
invloed van het beton (f
ct,eff ), de wapenings-
configuratie (dekking c, staafdiameter Ø,
toepassen van drukwapening) en het aan-
passen van de geometrie (verhogen door-
snede, verhogen wapeningsverhouding) op
de berekende scheurwijdte.
Berekening scheurwijdte
In NEN-EN 1992-1-1, artikel 7.3.4 is onder-
staande formule (7.8) gegeven voor het bere-
kenen van de scheurwijdte w
k: w
k = s r,max · (?sm ? ?cm)
waarin:
s
r,max is de ma ximale scheurafstand
?sm ? ?cm is het verschil tussen de gemiddelde
r
ek in de wapening en de gemiddelde
b
etonrek tussen de scheuren
Deze waarden worden bepaald met onder-
staande formules:
f 3 12
r,m 4
ax p;ef
Ø s kc k
kk =+
() ct;eff
s p;eff
p;e
s
e
ff s sc t
s
mm
1
,\f
?0 f
\b
EE
\bk
+
=
f 3 12
r,m 4
ax p;ef
Ø s kc k
kk =+
() ct;eff
s p;eff
p;e
s
e
ff s sc t
s
mm
1
,\f
?0
f \b
EE
\bk
+
=
IR. MATTHIJS DE
HERTOG
Hoofdconstructeur
Nobleo Bouw en Infra auteur
Invloedsfactoren
scheurvorming
De berekening van de scheurwijdte in een betondoorsnede is voorgeschreven in
artikel 7.3.4.van NEN-EN 1992-1-1. Deze berekening is gebaseerd op een aantal
invoerparameters die betrekking hebben op de doorsnede en op de toegepaste materialen, een aantal vaste parameters en de spanning in het wapeningsstaal onder de te toetsen belastingcombinatie. Om meer inzicht te krijgen in de invloed van de verschillende
inputparameters op de berekende scheurwijdte zijn een aantal scheurwijdteberekeningen gemaakt, waarbij verschillende inputparameters worden aangepast om de invloed daarvan op de rekenkundige scheurwijdte te beschouwen.
Parameterstudie scheurwijdte
68? CEMENT 6 20 22
waarin:
Ø
diameter
van het betonstaal
c
betondekking
?
p;eff eff ectieve wapeningsverhouding
?s tr ekspanning in het betonstaal
f
ct;eff g emiddelde treksterkte van beton
op het tijdstip dat de eer
ste
scheurv
orming wordt verwacht
E
s r ekenwaarde van de elasticiteits- modulus van betonstaal
?e = E s/Ecm verhouding elasticiteits-
moduli staal en beton
k
t par ameter belastingduur
k
1 par ameter aanhechteigenschappen
v
an de beschouwde wapening
k
2 par ameter rekverdeling
k
3 en k 4 overige parameters (vaste waarden)
De parameters f
ct;eff , ?e en E s zijn afhankelijk
van de gekozen betonsterkteklasse en
staalkwaliteit, de parameters
?s, ?p;eff, c en
Ø zijn afhankelijk van de geometrie van de
beschouwde doorsnede en de parameters k
t,
k
1, k2, k3 en k 4 zijn gegeven in de norm en
deels afhankelijk van de aanhechtingseigen-
schappen van de wapening en de belastings-
situatie. Bovenstaande formules zijn goed te
programmeren in een rekensheet.
Rekenmodellen
Om de invloed van verschillende parameters
op de berekening van de scheurwijdte te on-
derzoeken, zijn drie rechthoekige betondoor-
sneden beschouwd (fig. 1) en berekend in
een spreadsheet. Alle betondoorsneden heb- ben dezelfde afmetingen (400 mm x 700 mm),
maar de toegepaste betonsterkteklasse en
wapeningsconfiguraties zijn verschillend.
Doorsnede 1 is uitgevoerd met beton
C20/25 en gewapend met 4 staven Ø12 als
drukwapening en 4 staven Ø16 als trekwa-
pening. Het wapeningspercentage van de
trekwapening is gelijk aan 0,3%.
Doorsnede 2 is uitgevoerd met beton
C35/45 en gewapend met 4 staven Ø12 als
drukwapening en 6 staven Ø25 als trekwa-
pening. Het wapeningspercentage van de
trekwapening is gelijk aan 1,1%.
Doorsnede 3 is uitgevoerd met beton
C50/60 en gewapend met 4 staven Ø12 als
drukwapening en 8 staven Ø32 als trekwa-
pening. Het wapeningspercentage van de
trekwapening is gelijk aan 2,3%.
Tussen de lagen trekwapening is 40 mm
afstand aangehouden.
Op de doorsneden zijn buigende momenten
aangebracht, gelijk aan respectievelijk 25%
(M1), 50% (M2) en 75% (M3) van het uiterst
opneembare moment van de doorsneden
( M
Rd). Deze buigende momenten zijn in tabel 1
weergegeven. Deze buigende momenten zijn gebruikt
om de scheurwijdte te berekenen en om de
effecten van mogelijke variaties op de invoer-
parameters van de scheurvormingsbereke-
ning te beschouwen. Om deze berekeningen
niet te complex te maken is uitgegaan van
zuivere buiging en zijn geen normaalkrach-
ten ingevoerd.
1
1 Beschouwde betondoorsneden
REKENEN IN DE PRAKTIJK
In het artikel 'Berekening staal-
spanning wapening' in de
rubriek 'Rekenen in de praktijk',
elders in dit nummer, wordt
beschreven hoe bij een bepaalde
geometrie de optredende
spanning in de wapening kan
worden berekend, een belang-
rijk onderdeel van de bereke-
ning van de scheurwijdte.
CEMENT 6 2022 ?69
In alle berekeningen is uitgegaan van een
langdurende belasting (k
t = 0,4), hoge aan-
hechting (k
1 = 0,8) en een E-modulus (E cm)
volgens NEN-EN 1992-1-1, tabel 3.1.
Variabelen en uitkomsten
Betonsterkteklasse? De eerste parameter die
is gevarieerd, is de betonsterkteklasse. Daar -
bij is voor alle drie de doorsneden de initiële
ster
kteklasse (C20/25, C35/45, C50/60) geva -
rieerd tussen C20/25 en C60/75. Doorsnede 1
en 3 zijn daarbij ber
ekend op respectievelijk
moment M1 en M3. Doorsnede 2 is berekend
met M1, M2 en M3. De resultaten van de be -
rekening voor doorsnede 1 en moment M1
zijn
weergegeven in tabel 2. De resultaten van
de overige berekeningen staan in figuur 2.
Uit de tabel volgt dat bij de licht gewa-
pende doorsnede 1 en het laagste moment
(25% van M
Rd), de betonsterkteklasse geen invloed heeft op de berekende scheurwijdte.
Ook figuur 2 laat zien dat de betonsterkte-
klasse nauwelijks invloed heeft op de bere-
kende scheurwijdte. Wat verder opvalt is
dat bij een belasting van 50% van het uiterst
opneembare moment de drie doorsneden
ondanks de verschillende wapeningsconfi
-
guraties min of meer gelijke scheurwijdtes
laten zien van ongeveer 0,25 mm. Dit komt
omdat de gevonden staalspanning in deze
drie doorsneden ongeveer gelijk is (omdat
het aangebrachte moment bij alle doorsneden
50% van het uiterst opneembare moment
bedraagt).
Dekking? Er kan voor worden gekozen om
de dekking op de wapening te verhogen,
zodat de toegepaste dekking groter wordt
dan de nominale dekking volgens de norm.
Deze grotere dekking mag via de factor k
x
(c
toegepast / c nominaal ) worden meegenomen in de
2 Scheurwijdte versus sterkteklasse
De betonsterkte-
klasse heeft
nauwelijks
invloed op de
berekende
scheurwijdte Tabel 1?Representatieve momenten (25%, 50% en 75% van M Rd)
doorsneden M Rd M1 (25%)M2 (50%)M3 (75%)
doorsnede 1 212 kNm 53 kNm106 kNm159 kNm
doorsnede 2 709 kNm 177 kNm355 kNm532 kNm
doorsnede 3 1393 kNm 348 kNm696 kNm1045 kNm
Tabel 2?Scheurwijdte w
k voor doorsnede 1, moment M1
betonsterkteklasse moment x fr [mm]? c [?] ? c [N/mm²]? s [N/mm²] w k [mm]
C20/25 M1115,0 -0,12 -3,6109,70,13
C25/30 M1113,4 -0,12 -3,7109,60,12
C30/37 M1110,4 -0,11 -3,8109,50,12
C35/45 M1109-0,11-3,8109,40,12
C40/50 M11 07,7-0,11-3,9109,30,12
C45/55 M1106,4 -0,11 -3,9109,20,12
C50/60 M1105,1-0,11 -4 109,10,12
C55/67 M1103,9-0,11 -4 109,10,12
C60/75 M1102,8 -0,10 -4,1109,00,12
2
70? CEMENT 6 20 22
3 Scheurwijdte versus betondekking
toetsing van de scheurwijdte. Om het effect
hiervan te beschouwen, zijn berekeningen
uitgevoerd waarbij de dekking in stappen
van 5 mm vergroot is van 40 tot 60 mm. De uitkomsten zijn weergegeven in
figuur 3. Uit deze figuur volgt dat het verho-
gen van de betondekking een positief effect
heeft op de scheurwijdte (scheurwijdte neemt
af ), en dat voor de beschouwde doorsneden
het verhogen van de dekking opweegt tegen
de gereduceerde inwendige hefboomsarm
en daardoor hogere staalspanningen in de
wapening. Alleen voor doorsneden met hoge
wapeningsverhoudingen heeft het verhogen
van de dekking niet altijd een positieve bij-
drage op de berekende scheurwijdte.
Zelfde wapeningsverhouding, kleinere
diameters?
De diameter van de wapening is
bepalend voor de berekende maximale
scheurafstand (s
r;max ). Het toepassen van een
gelijkblijvende hoeveelheid wapening met
kleinere diameters kan daarmee een gunstige
uitwerking hebben op de berekende scheur-
wijdte. Er zijn drie diameters beschouwd, Ø16,
Ø25 en Ø32. De resultaten staan in tabel 4. Uit de tabel volgt dat de scheurwijdte
afneemt indien kleinere diameters worden toegepast. Deze berekening is alleen uitge-
voerd om het effect van kleinere diameters
te laten zien. Vanwege de beperkte breedte
van de balk (400 mm) is het geen optie om
de aangehouden wapening ook daadwerke-
lijk toe te passen.
Verhogen drukwapening? Het toepassen
van meer drukwapening kan invloed heb-
ben op de krachtsverdeling en daarmee op
de berekende staalspanning en de scheur-
wijdte. Om de invloed te beschouwen is de
hoeveelheid drukwapening vergroot naar
4Ø32. De resultaten staan in tabel 5. Uit de
berekeningen volgt dat bij het verzwaren
van de drukwapening de hoogte van de be-
tondrukzone afneemt en daardoor de staal-
spanning in de trekwapening toeneemt. De
toename is echter gering bij de beschouwde
doorsneden en het effect op de berekende
scheurwijdte is verwaarloosbaar klein.
Verhogen van de doorsnede? Het vergroten
van de hoogte van de doorsnede is een effici -
ente manier om de scheurwijdte te reduceren.
Door de grotere inwendige hefboomsarm
neemt de spanning in het wapeningsstaal
af en daarmee de rek
?sm ? ?cm en hierdoor
Tabel 4?Scheurwijdte bij kleinere staafdiameters
doorsnede moment trekwapening w k,Øgroot trekwapeningw k,Øklein
doorsnede 1M14Ø16
0,13 mm7,1Ø12
0,11 mm
(804 mm²) (803 mm²)
doorsnede 2 M26Ø25
0,26 mm14,7Ø16
0,22 mm
(2945 mm²) (2955 mm²)
doorsnede 3 M38Ø32
0,37 mm20,5Ø20
0,32 mm
(6434 mm²) (6437 mm²)
3
GROTE VARIATIE
Volgens Eurocode 2 zou een balk
van 400 x 700 mm² met beton-
sterkteklasse C20/25 bij zuivere
buiging een minimaal moment
moeten kunnen opnemen van
f
ctm · W = 2,21 · 1/6 · 400 · 700 2 =
72,2 kNm. Bij dit moment wordt
met vier staven Ø12 dan vol-
daan aan een scheurwijdte
van 0,4 mm en met vier staven
Ø16 aan een scheurwijdte van
0,2 mm. Het uiterst opneem-
baar moment van de doorsnede
bedraagt dan respectievelijk
123 kNm en 212 kNm.
Zou dezelfde balk worden uit-
gevoerd in C90/105 en maxi-
maal gewapend worden met
4% drukwapening en 4%
trekwapening, dan zou de balk
bij zuivere buiging een uiterst
opneembaar moment aankun-
nen van 2530 kNm. Bij een
scheurwijdte van 0,2 en 0,4 mm
zouden de toelaatbare momen-
ten respectievelijk 1100 kNm en
2050 kNm bedragen.
Met dezelfde afmetingen van
de balk ligt de range aan toe-
laatbare momenten om te vol-
doen aan de scheurvorming
ongeveer tussen 72 kNm en
2050 kNm. Daar zit een factor
28 tussen. Het uiterst opneem-
baar moment ligt in een range
tussen 123 kNm en 2530 kNm.
Daar zit een factor 20 tussen.
Behoorlijk veelzijdig materiaal,
dat beton!
CEMENT 6 2022 ?71
reduceert de berekende scheurwijdte. De
gevolgen voor de scheurwijdte van het staps-
gewijs verhogen van de doorsnede tot 900 mm
zijn in figuur
4 weergegeven. Uit deze bereke -
ningen volgt dat het verhogen van de door-
snede met ca. 30% bij alle belastingniveaus
r
esulteert in een ongeveer gelijkwaardige
afname van de berekende scheurwijdtes.
Als laatste is het effect van het verhogen
van de wapeningsverhouding beschouwd.
Hierbij is de hoeveelheid trekwapening in
stappen van 5% verhoogd tot een maximale
verhoging van 25%. Deze hogere wapenings-
verhoudingen resulteren direct in een re-
ductie van de staalspanning en een afname
van de berekende scheurwijdte. De resulta-
ten staan in tabel 6. Uit de tabel volgt dat de
procentuele toename van de wapeningsver-
houding in de trekzone ongeveer overeen-
komt met dezelfde procentuele afname van
de berekende scheurwijdte.
Uitkomsten en conclusies
Veel parameters hebben invloed op de bere-
kende scheurwijdte, de mate van invloed is
zeer verschillend. Verhogen van de betonsterkteklasse
en het toepassen van extra drukwapening
heeft nauwelijks invloed. Het verhogen van de dekking leidt tot
een hogere toelaatbare scheurwijdte en kan
zo een positieve uitwerking hebben, maar
door de hogere ligging van het wapenings-
staal in de doorsnede neemt de staalspan-
ning en daarmee de berekende scheurwijdte
ook weer toe. Het toepassen van kleinere diameters
en/of het verhogen van de doorsnede hebben
een positief effect op de berekende scheur-
wijdte bij een gelijk buigend moment, maar
zal niet altijd mogelijk zijn binnen het ont-
werp.
4
Het verhogen van
de dekking leidt
tot een hogere
toelaatbare
scheurwijdte Tabel 5?Scheurwijdte bij verzwaren drukwapening
doorsnede moment drukwapening w k,Ø12 drukwapeningw k,Ø32
doorsnede 1M14Ø120,13 mm4Ø320,13 mm
doorsnede 2 M24Ø120,26 mm4Ø320,26 mm
doorsnede 3 M34Ø120,37 mm4Ø320,36 mm
Tabel 6?Scheurwijdte versus verhogen wapeningsverhouding trekzone
toename wapeningsverhouding doorsnede 1, M1 doorsnede 2, M2 Doorsnede 3, M3 0% 0,13 mm0,26 mm0,37 mm
+5% 0,12 mm (-8%) 0,25 mm (-4%) 0,34 mm (-8%)
+10% 0,11 mm (-15%) 0,23 mm (-12%) 0,33 mm (-11%)
+1 5 % 0,10 mm (-23%) 0,22 mm (-15%) 0,31 mm (-16%)
+20% 0,10 mm (-23%) 0,21 mm (-19%) 0,29 mm (-22%)
+25% 0,09 mm (-31%) 0,20 mm (-23%) 0,28 mm (-24%)
4 Scheurwijdte versus verhogen doorsnede
72? CEMENT 6 20 22
De berekening van de scheurwijdte wordt door een groot aantal parameters bepaald. Deze scheurwijdte kan onder meer door aanpassingen aan de geometrie en toegepaste materialen worden beïnvloed. In dit artikel wordt ingegaan op de invloed van het beton (fct,eff), de wapeningsconfiguratie (dekking c, staafdiameter Ø, toepassen van drukwapening) en het aanpassen van de geometrie (verhogen doorsnede, verhogen wapeningsverhouding) op de berekende scheurwijdte.
In NEN-EN 1992-1-1, artikel 7.3.4 is onderstaande formule (7.8) gegeven voor het berekenen van de scheurwijdte wk:
wk = sr,max · (εsm – εcm)
waarin:
sr,max is de maximale scheurafstand
εsm – εcm het verschil tussen de gemiddelde rek in de wapening en de gemiddelde betonrek tussen de scheuren
Deze waarden worden bepaald met onderstaande formules:
waarin:
Ø diameter van het betonstaal
c betondekking
ρp;eff effectieve wapeningsverhouding
σs trekspanning in het betonstaal
fct;eff gemiddelde treksterkte van beton op het tijdstip dat de eerste scheurvorming wordt verwacht
Es rekenwaarde van de elasticiteitsmodulus van betonstaal
αe = Es/Ecm verhouding elasticiteitsmoduli staal en beton
kt parameter belastingduur
k1 parameter aanhechteigenschappen van de beschouwde wapening
k2 parameter rekverdeling
k3 en k4 overige parameters (vaste waarden)
De parameters fct;eff, αe en Es zijn afhankelijk van de gekozen betonsterkteklasse en staalkwaliteit, de parameters σs, ρp;eff, c en Ø zijn afhankelijk van de geometrie van de beschouwde doorsnede en de parameters kt, k1, k2, k3 en k4 zijn gegeven in de norm en deels afhankelijk van de aanhechtingseigenschappen van de wapening en de belastingssituatie.
Bovenstaande formules zijn goed te programmeren in een rekensheet.
Reacties