Het werk van Marijn Bruurs en Arjan Habraken toont aardig wat overeenkomsten. Zo houden ze zich beiden bezig met innovaties en digitalisering. Maar de omgeving waarin ze werken is totaal verschillend. Habraken heeft meerdere banen en is grotendeels eigen baas (zie kader). Bruurs werkt voor een groot ingenieursbureau, Witteveen+Bos. Aan de hand van diverse vragen probeert Bruurs de verschillen te duiden en een beeld te krijgen bij wat Habraken beweegt.
20? CEMENT 2 2021
Het werk van Bruurs en Habraken toont aardig
wat overeenkomsten.
Zo houden ze zich beiden be-
zig met innovaties en digitalisering. Maar de omgeving
waarin ze werken is totaal verschillend. Habraken heeft
meerdere banen en is grotendeels eigen baas (zie kader).
Bruurs werkt voor een groot ingenieursbureau, Witte-
veen+Bos. Aan de hand van diverse vragen probeert
Bruurs de verschillen te duiden en een beeld te krijgen bij
wat Habraken beweegt.
Waarom ben je gaan ondernemen?
Ik heb 12 jaar bij Arup gewerkt en dat vond ik geweldig.
Al is er in die jaren voor mij veel veranderd. Na een peri-
ode in Londen, begonnen we met drie man in Amster-
dam. Toen ik stopte waren dat er zo'n 85. Er kwamen
veel managementtaken bij. Dat ging ten koste van wat
ik echt leuk vond: het ontwerpen. Ik had het razend
druk, maar dat was het probleem niet. Het probleem
was stress. Er is een groot verschil tussen het druk heb-
ben en stress ervaren. Ik had vaak een beeld van een
gewenst resultaat, maar de afhankelijkheid van de inzet
van het gehele team leverde mij veel spanningen op. Ik
liep uiteindelijk zelfs tegen het overspannen zijn aan. Er
waren momenten dat ik mijn emoties niet meer onder
controle had. Toen wist ik: het roer moet om.
Wie is de
Constructeur
van het Jaar?
Arjan Habraken geïnterviewd
door Marijn Bruurs Eind oktober 2020 werd Arjan Habraken door
VNconstructeurs uitgeroepen tot Constructeur van het
Jaar. Tegelijkertijd werd Marijn Bruurs verkozen tot Talent
van het Jaar. In zes afleveringen in Cement geven beiden
hun visie op het vak. In deze eerste aflevering maken we
nader kennis met Habraken aan de hand van een vraag-
gesprek met Bruurs.
Keuzes maken
Een van de ideeën die ik had, was voor mezelf begin-
nen. Met mijn werk op de TU had ik een goede basis
voor als het mis zou gaan. Dat was erg plezierig, zeker
omdat mijn vriendin op dat moment hoogzwanger was.
Uiteindelijk heb ik de knoop doorgehakt en ben ik weg-
gegaan bij Arup. Het was een radicale stap. En eenvou-
dig vond ik het niet. Mijn hart ligt nog steeds bij Arup. Toen ik met SIDstudio begon, was dat in het be-
gin behoorlijk wennen. Ik ging van projectmanager van
het Stedelijk Museum naar de constructie van de dak-
opbouw van een kennis. Maar ik voelde direct dat het
goed was. Ik had weer controle en de rust iets op te
bouwen. En inmiddels gaat het uitstekend. Ik heb de
"Er is een groot verschil tussen het
druk hebben en stress ervaren"
Constructeur van het Jaar
Arjan Habraken
IR. ARJAN
HABRAKEN
48 jaar
WERK
2015 ? heden
partner MDLX 2011 ? heden
eigenaar SIDstudio 2001 ? heden
universitair docent TU Eindhoven2000 ? 2011
constructief ontwerper en groepsleider Arup 1997 ? 2000
constructeur Octatube
1996 ? 1997
constructeur
Goudstikker de Vries
OPLEIDING1990 ? 1996
Civiele Techniek TU Delft
1998 ? 2004 Bouwkunde
TU Eindhoven
CEMENT 2 2021 ?21
Keuzes maken
constructeur van het jaar (1)
Talent van het Jaar
Marijn Bruurs
luxe nee te kunnen zeggen en me enkel te richten op
dingen waar mijn hart ligt. Op bijzondere constructies
bijvoorbeeld. Ook op de TU/e neemt mijn enthousiasme
nog steeds toe. Ik kan me niet voorstellen dat er een
moment komt dat ik geen les meer geef.
Je werkt aan projecten over de hele wereld, welke
uitdagingen brengt dat met zich mee?
De manier van werken is overal anders. Dat heb ik erva-
ren tijdens al de buitenlandse projecten bij Arup. Maar
ook nu nog ondervind ik dat regelmatig. Denk bijvoor-
beeld aan de hiërarchie in een land als Zuid-Korea,
waar ik met UN Studio voor een week op werkbezoek
was. Of aan Engeland waar mijn directe Nederlandse
aanpak niet altijd werd gewaardeerd. Maar zelfs dichtbij
in België is de wereld anders. De gesprekken voor en na
een vergadering zijn er vaak belangrijker dan de be-
spreking zelf. Het gaat om het vermogen je open te stellen, pas
dan kun je goed en efficiënt communiceren. En uitein-
delijk blijkt dat je, met wie of waar dan ook, altijd wel
iets gemeenschappelijks hebt. Als je het over iemands
passie hebt, zie je diegene openbloeien, hoe gereser-
veerd hij of zij aanvankelijk ook was.
Wat zijn de grootste veranderingen die je in je
werk hebt meegemaakt?
De grootste verandering zit hem in de wijze waarop we
constructieve modellen maken en analyseren. We zijn
van het tekenen met de hand naar 2D, naar 3D, naar
parametrisch ontwerpen gegaan. Maar de echt grote
verandering maken we nu mee, waarbij computers ons
helpen multidisciplinaire ontwerpvarianten te genereren.
Hoe zie jij het constructeursvak over 25 jaar?
Dat is dan flink veranderd, en die verandering is nu al
ingezet. 25 jaar is ver weg, ik denk dat ons vak er over 5
jaar al heel anders uitziet. Externe factoren, zoals het
gebrek aan grondstoffen, de noodzakelijke beperking
van CO?-emissies en stikstof en de veranderende samen-
leving vragen om andere bouwwerken. We moeten veel
meer samenhang vinden tussen disciplines en alle fasen
in het bouwproces. Het vak wordt alleen maar breder
en dat dwingt tot meer integratie. Wij als constructeurs
moeten meer buiten ons eigen vakgebied gaan denken
door na te gaan wat een constructie kan bijdragen aan
andere disciplines. Met een alsmaar groter wordend web, wordt de
spin in dat web steeds belangrijker. Constructeurs spe-
len hierbij een cruciale rol. De vraag is of de term con-
structeur uiteindelijk nog wel dekkend zal zijn. Daarnaast zal automatisering ons werkproces
enorm veranderen en neemt de computer steeds meer
berekeningen over. Dit is overigens ook gevaarlijk. Hoe
houden we de constructieve veiligheid gewaarborgd
met steeds complexere structuren en blackbox-uitwer-
kingen? Blijft de constructeur wel een constructeur of
is het een IT-specialist? Dat laatste hoop ik niet. IT'ers
en constructeurs moeten elkaar versterken, nooit ver-
vangen.
Had je ooit verwacht dat je twee robots in het
Structures Lab op TU/e zou hebben staan?
Als we kijken waar onze interesse ligt op de TU/e en wat
we met robots kunnen bereiken, was de aanschaf van
de robots logisch. De voorbeelden die we zien bij andere
universiteiten versterken dit alleen maar. Ik heb mezelf
De nieuwe vleugel van
het Stedelijk Museum
Amsterdam, foto: John
Lewis Marshall / Wikipedia
22? CEMENT 2 2021
voor de aanschaf ingezet, zodat we deze ontwikkelslag
zo snel mogelijk konden opstarten. Studenten vinden
het ook enorm interessant om hiermee te werken. Maar
we moeten het in perspectief zien. Bij andere faculteiten
op de TU/e zijn ze bezig met het WK voetbal met robots
terwijl wij nog stenen aan het stapelen zijn. We hebben
nog een interessante ontwikkeling te gaan, niet alleen in
de productie maar zeker ook in de automatisering op
de bouwplaats.
Wanneer besefte je dat duurzaamheid een van de
belangrijkste aspecten is van het constructeursvak?
Als je de bouw vergelijkt met andere industrieën, schrik
je hoe ver we op dit terrein achterliggen. Maar misschien
nog wel belangrijker is het besef hoeveel impact de
bouw op de natuur en het welzijn van mensen heeft. Ik
voel me soms best schuldig over wat wij als bouw in het
verleden hebben neergezet. Dat er bij mij tijdens mijn
studie niet al een belletje is gaan rinkelen!
Welke belangrijke veranderingen in het onderwijs
zou je graag zien?
Een milieulastberekening moet, naast de controle op
sterkte en stijfheid, standaard onderdeel worden van
het ontwerpproces. En dat begint in het onderwijs. Er
moet ook integraler naar ontwerpen worden gekeken. Prestaties van de constructie kunnen niet afzonderlijk
worden beoordeeld. Het kan goed zijn dat een mate-
riaal dat voor de constructie niet het meest ideaal is,
dat voor het gebouw als geheel wel is, rekening hou-
dend met alle disciplines. In die zin moeten we onze
studenten breder opleiden. Maar er moet ook ruimte
zijn voor specialismen. Hierbij zal de samenwerking
met andere faculteiten deze ontwikkeling op ons vak -
gebied enorm versterken en zal het studenten in staat
stellen om vergaande innovaties mogelijk te maken. Verder vind ik dat de manier van lesgeven en
toetsen beter kan, ook al kost het veel energie. We
gaan nu uit van een leerfase en een toetsfase die ein-
digt met een beoordeling. Maar je leert pas echt als
je weet wat je fout hebt gedaan. Nu weten studenten
dat vaak niet en nemen ze foutieve kennis mee. Dat is
bijzonder kwalijk.
Wat is je advies voor jonge en aankomende
constructeurs?
Verdiep je goed in alle mogelijkheden die het vak te
bieden heeft, dat zijn er heel veel. En breng een dui-
delijke focus aan. Wil je specialist worden of juist
breed en verbindend actief zijn? Ga daarbij vooral uit
van je waar je passie ligt. Verder adviseer ik studenten
stage te lopen bij een bedrijf. Het geeft je veel meer
inzicht in het vak. En je kunt het zien als een lange
sollicitatieperiode. Ook de keuze voor je afstudeer-
onderwerp is heel belangrijk; dat geeft richting aan
de start van je carrière.
"Ik voel me soms schuldig over wat wij als bouw
in het verleden hebben neergezet"
Ontwerpstudie voor
een flexibel, in de tijd aanpasbaar hybride woonconcept, bron: MDLX
CEMENT 2 2021 ?23
Wanneer is een constructief ontwerp voor jou
geslaagd?
Het bouwwerk is niet het doel op zich, maar een middel
om mensen hun doel te laten bereiken. We moeten dus
gebouwen maken waarin mensen zich comfortabel voe-
len, hun werk kunnen doen, sociale contacten kunnen
onderhouden. Het kan ook zijn dat een bouwwerk iets
losmaakt bij mensen, dat het ze raakt. Wanneer een ge-
bouw niet als losstaand object wordt gezien, maar als
iets dat een beleving faciliteert, dan is het voor mij ge-
slaagd. Het constructief ontwerp moet aansluiten op de
visie van de architect om dit mogelijk te maken. Verder speelt duurzaamheid natuurlijk een steeds
grotere rol. Al is het niet zo dat je met biobased materi-
alen automatisch een goed gebouw hebt. Een biobased
gebouw zonder functie is niet duurzaam.
Waarom hecht je veel waarde aan het vroeg kiezen
voor een bouwmethode?
Een goed ontwerp houdt rekening met bouw- en
productiemethode. Daarmee worden veel risico's voor-
komen. Niet alleen technische risico's, maar ook op
het gebied van planning en bouwkosten. Een vooraf
goed overwogen productie- en bouwmethode zal bo-
vendien resulteren in een verlaging van materiaalge-
bruik, afval, bouwfouten en ongevallen. Te vaak maakt
een constructeur een analyse van alleen de eindfase
en moet de aannemer de bouwfasering berekenen.
Terwijl de uiteindelijk interne krachtswerking mede
wordt bepaald door de bouwmethodiek. Dat is niet los
te koppelen.
Waarom ben jij verkozen tot Constructeur van het
Jaar?
Als je naar de criteria kijkt ? met thema's als innovatie,
maatschappelijke relevantie, onderzoek, kennisover-
dracht en ondernemerschap ? voldoe ik aan het plaatje.
Maar ik heb me wel afgevraagd of dat de titel Con-
structeur van het Jaar rechtvaardigt. Er zijn collega's die
op bepaalde punten veel beter zijn dan ik. Met andere
criteria hadden zij de titel misschien verdiend. Neemt
niet weg dat ik er heel blij mee ben. Ik merk dat er meer
interesse is in mijn visie op de bouw en dat ik voor
steeds grotere projecten word gevraagd. Misschien dat
deze titel die ontwikkeling nog verder versterkt.?
Bij de renovatie van
EDGE Amsterdam West
werd een lichte koepel-
constructie boven de
binnentuin gerealiseerd,
foto: Gerard Tesselaar
DRIE BANEN
Habraken heeft drie banen. Die zeggen eigenlijk al veel over wie hij is. Zijn
passies en interesses komen erin samen. Globaal zijn ze samen te vatten tot
ontwerpen en lesgeven. Bij SIDstudio adviseert hij over bijzondere lichtgewicht
constructies, bij MDLX houdt hij zich bezig met modulaire houtconstructies en
op de TU/e doet hij aan onderzoek en draagt hij zijn kennis en kunde over aan
een nieuwe generatie ingenieurs.
Er is een duidelijke rode draad te ontdekken: duurzaamheid. Wel zijn er ver-
schillende focuspunten. Bij SIDstudio heeft Habraken een adviserende rol bin-
nen ontwerpteams, bij MDLX is hij verantwoordelijk voor het hele proces, van
ontwerp, productie en uitvoering tot hergebruik en op de TU gaat het vooral
om innovatie en kennisdeling.
constructeur van het jaar (1)
Eind oktober 2020 werd Arjan Habraken door VNconstructeurs uitgeroepen tot Constructeur van het Jaar. Tegelijkertijd werd Marijn Bruurs verkozen tot Talent van het Jaar. In zes afleveringen in Cement geven beiden hun visie op het vak. In deze eerste aflevering maken we nader kennis met Habraken aan de hand van een vraaggesprek met Bruurs.
Curriculum vitae
ir. Arjan Habraken
48 jaar
Werk
2015 – heden Partner MDLX
2011 – heden Eigenaar SIDstudio
2001 – heden Universitair Docent TU Eindhoven
2000 – 2011 Constructief ontwerper en groepsleider Arup
1997 – 2000 Constructeur Octatube
1996 – 1997 Constructeur Goudstikker de Vries
Opleiding
1990 – 1996 Civiele Techniek TU Delft
1998 – 2004 Bouwkunde TU Eindhoven
Drie banen
Habraken heeft drie banen. Die zeggen eigenlijk al veel over wie hij is. Zijn passies en interesses komen erin samen. Globaal zijn ze samen te vatten tot ontwerpen en lesgeven. Bij SIDstudio adviseert hij over bijzondere lichtgewicht constructies, bij MDLX houdt hij zich bezig met modulaire houtconstructies en op de TU/e doet hij aan onderzoek en draagt hij zijn kennis en kunde over aan een nieuwe generatie ingenieurs.
Er is een duidelijke rode draad te ontdekken: duurzaamheid. Wel zijn er verschillende focuspunten. Bij SIDstudio heeft Habraken een adviserende rol binnen ontwerpteams, bij MDLX is hij verantwoordelijk voor het hele proces, van ontwerp, productie en uitvoering tot hergebruik en op de TU gaat het vooral om innovatie en kennisdeling.
Ik heb 12 jaar bij Arup gewerkt en dat vond ik geweldig. Al is er in die jaren voor mij veel veranderd. Na een periode in Londen, begonnen we met drie man in Amsterdam. Toen ik stopte waren dat er zo’n 85. Er kwamen veel managementtaken bij. Dat ging ten koste van wat ik echt leuk vond: het ontwerpen. Ik had het razend druk, maar dat was het probleem niet. Het probleem was stress. Er is een groot verschil tussen het druk hebben en stress ervaren. Ik had vaak een beeld van een gewenst resultaat, maar de afhankelijkheid van de inzet van het gehele team leverde mij veel spanningen op. Ik liep uiteindelijk zelfs tegen het overspannen zijn aan. Er waren momenten dat ik mijn emoties niet meer onder controle had. Toen wist ik: het roer moet om.
Een van de ideeën die ik had, was voor mezelf beginnen. Met mijn werk op de TU had ik een goede basis voor als het mis zou gaan. Dat was erg plezierig, zeker omdat mijn vriendin op dat moment hoogzwanger was. Uiteindelijk heb ik de knoop doorgehakt en ben ik weggegaan bij Arup. Het was een radicale stap. En eenvoudig vond ik het niet. Mijn hart ligt nog steeds bij Arup.
Reacties