Station Tilburg ondergaat momenteel een grootschalige transformatie, met als doel te voldoen aan de toenemende vraag naar reizigersvervoer. Belangrijke stappen zijn al gezet, zoals de bouw van een nieuwe passage, de renovatie van het iconische 'kroepoekdak' en de realisatie van twee grote rijwielstallingen. Nu is de realisatie van een nieuw zijperron, het 'vierde perron', aan de beurt. Een complexe klus vanwege de beperkte ruimte, de sterke raakvlakken met bestaand en het belang de hinder voor de reiziger zoveel mogelijk te beperken.
Opwaardering
Station Tilburg
Nieuw vierde perron op bestaande noordelijke entree
1 Vierde perron met nieuwe overkapping en rechts de bestaande monumentale overkapping
1
6? CEMENT 4 2024
Het kloppende hart van Station
Tilburg bestaat uit de stations-
passage die rond 2014 is gereali -
seerd
(zie Cement-artikel 'Verbouwing
station Tilburg' uit Cement 2014/4). De afgelo-
pen periode is gewerkt aan het aanpassen
van de bestaande constructie ter plaatse van
de noordelijke entree (fig. 2). Deze is omge-
bouwd/uitgebreid tot perron, de constructie
is versterkt, er is een technische ruimte ge-
bouwd en er zijn een perronoverkapping
met en enkele nieuwe stijgpunten (lift, trap,
roltrap) gerealiseerd (fig. 3, 4 en 5).
Constructief ontwerp bestaande
noordelijke entree
De noordelijke entree, die eerder is gebouwd
met als idee er later een perron op te kunnen
maken, bestaat uit geprefabriceerde beton -
nen vloerplaten die worden gedragen door
stalen portalen in langsrichting (aan beide
zijden) en dwars daarop stalen dwarsbalken.
In het oorspronkelijke ontwerp van de balk -
structuur was al rekening gehouden met het
aanbrengen van nieuwe stijgpunten, door het
aanbrengen van sparingszones, die waren
dichtgelegd met kanaalplaten. In de funde-
ringsplaat waren in 2014 evenwel geen lift-
en roltrapputten opgenomen. De langs-/dwarsbalken zijn voorzien
van deuvels ten behoeve van constructieve samenwerking tussen het staal en het beton.
De prefab vloerplaten zijn gekoppeld door
middel van gains en stortstroken. De horizontale stabiliteit wordt ver-
zorgd door drie dwarswanden (waarvan
twee grondkerend) en een langswand
(grondkerend). Het geheel is op staal gefun -
deerd. In het navolgende worden achtereen -
volgens de technische ruimte, de overkap-
ping, de versterkingsmaatregelen en diverse
uitvoeringsaspecten toegelicht.
Technische ruimte
Tussen de oostelijk gelegen fietsenstalling en
de stationspassage is een nieuwe technische
ruimte gerealiseerd, in een bestaand spoor-
lichaam. Hiervoor is een grondkerende be-
tonconstructie gemaakt, waarvan het dak
fungeert als perronvloer (fig. 4b). De con -
structie moet lokaal de belastingen uit de
nieuwe perronkap afdragen. Het hoofdprincipe van de constructie
betreft een op staal gefundeerde betonnen
grondkerende L-wandconstructie die hori -
zontaal is verankerd met definitieve grout-
ankers. Het dak bestaat uit een breedplaat-
vloer die gedeeltelijk met een inpandige
staalconstructie wordt afgedragen op de
L-wand. Daar waar deze ruimte grenst aan
de noordelijke entree, is de constructie
PROJECTGEGEVENS
project
Tilburg PHS, vierde perronspoor
opdrachtgever ProRail
architect en technisch ontwerp
cepezed / Arcadis ontwerpend
constructeur Arcadis
geotechnisch Adviseur Arcadis
aannemer
Dura Vermeer
coördinerend constructeur Sweco
betonleverncier Mebin
Station Tilburg ondergaat momenteel een grootschalige transformatie, met als doel te voldoen
aan de toenemende vraag naar reizigersvervoer. Belangrijke stappen zijn al gezet, zoals de
bouw van een nieuwe passage, de renovatie van het iconische 'kroepoekdak' en de realisatie van twee grote rijwielstallingen. Nu is de realisatie van een nieuw zijperron, het 'vierde
perron', aan de beurt. Een complexe klus vanwege de beperkte ruimte, de sterke raakvlakken met bestaand en het belang de hinder voor de reiziger zoveel mogelijk te beperken.
CEMENT 4 2024 ?7
verankerd aan de betonconstructie van de
noordelijke entree, aangezien de stijgpunten
gedeeltelijk onderdeel zijn van de bestaande
passage en de nieuwe constructie. De noordzijde van de technische
ruimte is dichtgezet met een lamellengevel.
Perronoverkapping
Om voldoende comfort te kunnen bieden
aan de reizigers, was het nodig een nieuwe
perronoverkapping te realiseren, aangezien
de bestaande monumentale perronkap niet
tot het nieuwe perron reikt. Voor deze nieuwe
overkapping moest een slanke constructie worden gerealiseerd, om te voorkomen dat
het monument te veel aan het zicht zou
worden onttrokken. De overkapping bestaat uit moment-
vaste stalen dwarsportalen en is in langs-
richting geschoord aan de liftconstructie,
een stalen schacht die is geschoord aan de
perronvloer. De basis van de dakconstructie bestaat
uit twee langsbalken die de ruggengraat
vormen waaraan rondom een uitkragend
dak is bevestigd (fig. 5a). De uitkragende kop-
zijden van de overkapping zijn demontabel
gemaakt, zodat de overkapping in een later
2 Impressie noordelijke entree en vierde perron, bron: cepezed/ProRail 3 Bestaande noordelijke entree
2
IR. LUUK ALFRINK RC
ConstructeurArcadis
ING. DENNIS
KOOIJMAN RC
Senior Constructeur Arcadis
ING. DIRK VAHL RC Constructief Adviseur Sweco
ING. JOHAN
ZUIDEMA RC
Constructief Adviseur Sweco
auteurs
3
8? CEMENT
4 2024
Noordelijke Entree Technische
ruimte
Spoormoot met voorgespannen trogbrug (sporen in dienst)
Sparing t.b.v nieuwe trap
Sparing t.b.v nieuwe li? en roltrappen
Bestaande grondering versterkt met extra groutankers
Nieuwe li?-/roltrappu?en; ontgraving onder gws
in ondergrond met zand-/leemlagen en puinresten
Extra kolommen Extra kolom
Kapsteunpunten
Fietsen-
stalling
Modulaire 'ruggengraat' Dwarsportalen op bestaand perron Kap geschoord aan li?schacht
Nieuwe buig-/schij?rekbanden
Nieuwe L -wand
Noordelijke Entree Technische
ruimte
Spoormoot met voorgespannen trogbrug (sporen in dienst)
Sparing t.b.v nieuwe trap Sparing t.b.v nieuwe li? en roltrappen
Bestaande grondering versterkt
met extra groutankers
Nieuwe li?-/roltrappu?en; ontgraving onder gws
in ondergrond met zand-/leemlagen en puinresten
Extra kolommen Extra kolom
Kapsteunpunten
Fietsen-
stalling
Modulaire 'ruggengraat'
Dwarsportalen op bestaand perron
Kap geschoord aan li?schacht
Nieuwe buig-/schij?rekbanden
Nieuwe L-wand
Noordelijke Entree
Technische
ruimte
Spoormoot met voorgespannen trogbrug (sporen in dienst)
Sparing t.b.v nieuwe trap Sparing t.b.v nieuwe li? en roltrappen
Bestaande grondering versterkt
met extra groutankers
Nieuwe li?-/roltrappu?en; ontgraving onder gws
in ondergrond met zand-/leemlagen en puinresten Extra kolommen Extra kolom
Kapsteunpunten
Fietsen-
stalling
Modulaire 'ruggengraat'
Dwarsportalen op bestaand perron
Kap geschoord aan li?schacht
Nieuwe buig-/schij?rekbanden
Nieuwe L-wand
stadium met relatief weinig inspanning kan
worden uitgebreid.
Versterkingsmaatregelen
Om de verticale lasten uit de overkapping op
te kunnen nemen, zijn op kritische plaatsen
de buig-trekbanden in het perrondek ver-
zwaard met zwaargewapende opstorten, ge-
integreerd in een overlaging over het gehele
dek. Om het effect van deze overlaging te
beperken, zijn gewichtsbesparende XPS- opvullingen toegepast op locaties waar dit
vanuit de krachtswerking mogelijk was, bij-
voorbeeld buiten de trekbanden (foto 7). Ook
zijn lichte sandwichpanelen in het dak en
een ETFE-vlakvulling in de lichtstraat toege-
past. De nauwe samenwerking tussen archi -
tect en constructeur in de ontwerpfase en
de door opdrachtgever gegeven gelegenheid
om te itereren, was hierbij onmisbaar. De
fasering van de constructieve overlaging is
verder toegelicht in tabel 1.
4 Doorsnede noordelijke entree (a) en technische ruimte (b)
5 Van boven naar beneden plattegrond (a) dakniveau, (b) passageniveau en (c) perronniveau
4a 4b
5a
5b
5c
CEMENT 4 2024 ?9
Figuur 6 ? Van de Noordelijke Entree en de Technische Ruimte zijn separate rekenmodellen gemaakt
omdat de dominante last in beide gevallen verschillend is. De interac?e is in een separaat model
nader beschouwd.
6
6 Van de noordelijke entree en de technische ruimte zijn separate rekenmodellen gemaakt, omdat de dominante last in beide gevallen verschillend is. De interactie is in een separaat model nader beschouwd
Ook aan de staalconstructie onder het dek
zijn diverse aanpassingen doorgevoerd. Op
locaties waar het aantal deuvels kritisch
bleek te zijn, zijn extra stalen kolommen
aangebracht, in totaal drie (fig. 5c). Vaak
konden deze worden geïntegreerd in be-
staande bouwkundige wanden. Door herschikking van de lasten was
het nodig de buigsterkte van de verbindin -
gen te verhogen. De verbindingen tussen
vloerbalken onderling (delingen) zijn ver-
sterkt met aan de onderzijde extra opgelaste
staalplaten (fig. 8). Verder zijn drie bestaande dwarsdragers versterkt met een ingelast
buisprofiel (Ø193,7/12,5) en zijn onbenutte
sparingen in het lijf dichtgelast (foto 9).
Hiermee is tevens de taaiheid van de con -
structie vergroot. Aan weerszijden van het
nieuwe trapgat zijn twee nieuwe HE400M
balken gemonteerd, met daarop een beton -
strook, die is geïntegreerd in de aangren -
zende vloer. De aanpassingen aan de staal -
constructie staan verder toegelicht in tabel 2.
Ook voor de opname van de extra horizontale
lasten moest de constructie worden ver-
Tabel 1?Fasering constructieve overlaging
Stap Hulpmaatregel(en)
1 Verwijderen bestaande dakafwerking (tegels, zand, O9 platen) op noordelijke
entree Algemeen uitgangspunt alleen licht materieel toepassen op het dek tijdens
de uitvoeringsfase
2 Verwijderen waterkerende afwerking ter plaatse van trekbanden /
Afdichtingen ter plaatse van commerciële ruimten Specifieke maatregelen genomen ter plaatse van onderliggende in dienst
zijnde commerciële ruimten
3 Opruwen betonconstructie noordelijke entree ter plaatse van trekbanden Ruwheid 3 mm voorgeschreven
4 Inlijmen (+/- 3500 stuks) stekken ten plaatse van trekbanden Hamerboren voorgeschreven
5 Aanbrengen trekbandwapening Keuring van de wapening
6 Aanbrengen XPS500-vulling (gewichtsbesparing) in de zones tussen de
trekbanden
7 Aanbrengen druklaagwapening
"35/50 mm dekking aan de bovenzijde
Fijnmazige wapening i.v.m. scheurbeheersing
Keuring van de wapening"
8 Storten trekbanden + druklaag Specifieke aandacht voor het betonmengsel
9 Nabehandeling Beton beschermen tegen uitdroging i.v.m. beheersen krimp
10 Storten krimpstroken / tijdvoegen Specifieke aandacht voor het betonmengsel
11 Nabehandeling Beton beschermen tegen uitdroging i.v.m. beheersen krimp
12 Herhaling van stappen 3 t/m 10 ter plaatse van technische ruimte
13 Aanbrengen scheuroverbruggende afwerklaag Volgens verwerkingsvoorschriften
10? CEMENT 4 2024
7
7 Overlaging perrondek bestaande uit lokale trekbanden, XPS-isolatie en betonnen druklaag
8 Versterkingen ter plaatse van delingen vloerbalken
9 Onbenutte sparingen in het lijf van dwarsbalken zijn dichtgelast
Om de verticale
lasten uit de
overkapping op
te kunnen nemen
zijn op kritische
plaatsen
buig-trekbanden
opgenomen
8
Tabel 2?Aanpassingen staalconstructie
Onderdeel Locatie
Plaatsing drie nieuwe kolommen onder de
bestaande staal-betonligger As Q160, Q195 en Q260
Versterking vijf bestaande delingen in de staal-
betonliggers As Q175, Q220 en Q240
As O240, O280
Versterking drie bestaande dwarsdragers door
middel van ingelast buisprofiel Ø193,7/12,5 en
dichtgelaste sparingen in het lijf As 225, 250 en 275 (tussen as Q en as O)
Montage van twee nieuwe HE400M-balken aan
weerszijden van het nieuwe trapgat As Q en as O
9
CEMENT
4 2024 ?11
Figuur 11 ? Fasering versterkingsmaatregelen staalconstruc?e perrondek
Stap 1
Stap 2
Stap 2 Stap 3 Stap 3 Stap 4
Stap 5
Stap 6
Stap 6
Stap 7
Stap 8 Stap 9
Stap 10
Stap 8
Stap 10 150 170 210 270 290 190 230 250
Q
O
K200/12,5 K200/12,5 B323,9/20
Betonwand
Betonwand
Betonwand
HE400M ? Staal-betonligger
HE400M ? Staal-betonligger
HE340M
HE340M
HE340M
HE340M
HE340M
HE400M
HE400M
HE400M ? Staal-betonligger
Betonwand
B323,9/20
B323,9/20
B323,9/20
B323,9/20 B323,9/20
B323,9/20
Figuur 10 ? Weergave trajectoriën hoofdspanningen. Voor de schijfwerking is gerekend met een
interac?emodel (boven), een star ingeklemd model (midden) en een 'scharnierend' model (onder).
Door met de omhullende lasten van de drie modellen te rekenen is een robuuste construc?e
verkregen.
sterkt. De betonnen plaat kon oorspronke-
lijk, mede door de afwezigheid van vloerspa -
ringen, de horizontale last als schijf afdragen.
Door de realisatie van grote sparingen, is de
interne krachtswerking echter gewijzigd. De
horizontale dwarskracht zal naar ratio van
stijfheid worden omgeleid via de resterende
vloerdelen aan beide zijden van de sparing
en hiermee lokale additionele momenten
veroorzaken. Ook de windbelasting op de
nieuwe overkapping zorgt voor extra hori -
zontale lasten. Een bijkomend effect is de
interactie met de technische ruimte. Door-
dat de perronvloer doorlopend is uitgevoerd,
ontstaat ter plaatse van de overgang naar de
technische ruimte een horizontaal inklem -
mingsmoment uit de schijfwerking. De be-
staande vloerwapening en trekbanden wa -
ren ontoereikend om de krachtsinwerking
in de nieuwe situatie op te kunnen nemen. De extra momenten in het vlak van de
schijf zijn afgewapend met extra schijf-trek -
banden in de constructieve overlaging. Deze trekbanden vallen soms samen met de eer-
der genoemde buig-trekbanden, waarbij
interactie tussen beide effecten optreedt. Om tot een economisch ontwerp te
komen, is onderscheid gemaakt tussen cala -
miteiten en reguliere ontwerpsituaties. Voor
de bepaling van de lokale en globale momen -
ten is gebruikgemaakt van verschillende
schijfmodellen, met wel en geen effect van de
koppeling met de technische ruimte (fig. 10).
Er is hiervoor gekozen om tot een robuust
ontwerp te komen.
Uitvoeringsaspecten perron
Twee belangrijke aspecten in de uitvoerings-
fase van het nieuwe perron waren de volg-
ordelijkheid van de afzonderlijke verster-
kingsmaatregelen en de daarbij benodigde
hulpconstructies. In verband met het draag -
vermogen was het uitgangspunt daarbij dat
de aanpassingen van de staalconstructie
plaats moesten vinden voordat de overla -
ging werd aangebracht en dat het perrondek
11
10
10 Trajectoriën hoofdspanningen. Voor de schijfwerking is gerekend met een interactiemodel (boven), een star ingeklemd model (midden)
en een 'scharnierend' model (onder). Door met de omhullende lasten van de drie modellen te rekenen is een robuuste constructie verkregen 11 Fasering versterkingsmaatregelen staalconstructie perrondek
De extra
momenten in
het vlak van de
schijf zijn
afgewapend
met extra
schijf-trekbanden
12? CEMENT 4 2024
AANPAK CONSTRUCTIEVE VEILIGHEID
Constructieve veiligheid is een belangrijk aspect, waar terecht veel
over is geschreven. Maar in de praktijk wordt dit aspect vaak niet
expliciet gemaakt in constructieve ontwerpdocumenten. Het risico
bestaat dat constructeurs zich voornamelijk richten op het ontwer-
pen van een veilige constructie, terwijl de toekomstige fasen met
betrekking tot kennisbehoud, verantwoordelijkheidsoverdracht en
kwaliteitsborging onderbelicht blijven. Dit terwijl deze aspecten
essentieel zijn voor het realiseren van een veilige constructie.
Bij de realisatie van het vierde perron van Tilburg is er, in verband
met het moeten verbouwen van een bestaand bouwwerk met
hiaten, voor gekozen de ontwerpend constructeur en de coördine-
rend constructeur als duo op te laten trekken in de uitvoeringsfase.
Per deelobject is aangegeven wie voor welk aspect van het object
verantwoordelijk is en welke aspecten er nog moesten worden uit -
gewerkt. Om de uitgebreide dossierkennis mee te nemen in de uit -werking van het uitvoeringsontwerp is ervoor gekozen het defini-
tieve ontwerp te laten toetsen door de coördinerend constructeur
(als ingangscontrole) en het uitvoeringsontwerp te laten toetsen
door de ontwerpend constructeur.
Het vierogenprincipe heeft zich in de afgelopen decennia bewezen
als een essentiële maatregel om interpretatiefouten van de verder
uit te werken constructieve hoofdopzet te voorkomen. Door gere-
geld constructieve overleggen te voeren tussen de ontwerpend
constructeur en de coördinerend constructeur waren de lijnen tij-
dens de uitvoeringsfasen kort en konden zaken snel en laagdrem-
pelig besproken en opgelost worden. De onderlinge controle kan
soms confronterend zijn in de ontwerpfasen, maar is des te
belangrijker om realisatie van fouten te voorkomen. De ervaring
op dit project is dat het vierogensysteem over en weer voor een
verhoging van de kwaliteit heeft gezorgd.
Tabel 3?Fasering versterkingsmaatregelen staalconstructie perrondek
Stap Hulpmaatregel(en)
1 Het dichtlassen van de sparingen en inlassen van één buisprofiel in de
dwarsdrager op as 275 Tijdelijke hulpconstructie CV3
2 Het vijzelen en per positie lassen van de versterking van de delingen in de
hoofdliggers op as O280 en Q175 Vijzelkolommen onder de 'hangende' balk in de gerberligger toegepast
3 Het plaatsen en vijzelen van de kolommen op as Q160 en Q260 Vijzelkolom toegepast naast de nieuwe kolom as Q160 en tijdelijke
hulp constructie CV3
4 Het plaatsen en vijzelen van de kolommen op as Q195 Vijzelkolom toegepast naast de nieuwe kolom
5 Het verwijderen van de kanaalplaatvloeren ter plaatse van het toekomstige
trapgat Ondersteuningsconstructie toegepast (zie 'Ontsporings- en
ondersteuningsconstructie')
6 Het per positie lassen van de versterking van de delingen op as O240 en Q240 Zwaarlaststempels toepassen onder de 'hangende' balk
7 Het vijzelen en lassen van de versterking van de deling in de hoofdligger op
as Q220 (fig. 8) Vijzelkolom toegepast onder de 'hangende' balk in de gerberligger
8 Het dichtlassen van de sparingen (fig. 9) en inlassen van één buisprofiel in de
dwarsdragers op as 225 en as 250 Zwaarlaststempels toegepast aan de zijde van as O
9 Het aanbrengen van twee nieuwe HE400M-balken aan weerszijden van het
trapgat Ondersteuningsconstructie in verband met staal-betonwerking ligger
10 Het aanbrengen van de aanstort (d = 300) mm aan weerszijden van de
trapsparing Ondersteuningsconstructie toegepast (zie 'Ontsporings- en
ondersteunings constructie')
pas verder kon worden belast na het aan -
brengen van de overlaging. De verschillende
faseringsstappen met de bijbehorende
maatregelen zijn in figuur 11 en tabel 3
weergegeven.
Ontsporings- en ondersteunings-
constructie
In de uitvoeringsfase zijn diverse hulpcon -
structies toegepast om de constructieve vei -
ligheid tijdens de bouw te borgen. Eén van
de bijzondere hulpwerken was de ontspo-
rings-en ondersteuningsconstructie nabij
het trapgat. Deze hulpconstructie hangt samen het verwijderen van de kanaalplaat-
vloeren waarmee het trapgat in het bestaan -
de dek in 2014 was dichtgelegd. Deze hulp-
constructie vervulde in de bouwfase de
volgende functies:
het borgen van de horizontale stabiliteit
van het bestaande dek in het geval van trein-
ontsporing (belangrijk aangezien er reizigers
onder het bestaande dek aanwezig zijn);
het dragen van het gewicht van de te ver-
wijderen kanaalplaatvloer met druklaag
tijdens het inzagen;
het dragen van het stortgewicht van de
nieuw te maken betonstroken aan weers-
CEMENT 4 2024 ?13
Rondom dichtzetten
met houten schotten
Underlayment d =18 mm
Kinderbalken 59 x 156 mm
h.o.h. 490 mm
Onderslagbalken
HE140B
Kolommen HE180B
Verbanden
L50/50/5
Randprofiel
HE100B
Figuur 12a en 12b ? Ontsporings- en ondersteuningsconstructie
zijden van de trap inclusief de staal-beton -
ligger (HE400M).
In figuur 12 is de hiervoor toegepaste con -
structie afgebeeld. De buitenste portalen
functioneren als ontsporingsconstructie.
Het middenportaal functioneert uitsluitend
als drager voor de ondersteuningscon -
structie.
Overlaging? In de uitvoeringsfase is ervoor
gekozen geen tegels te verlijmen op de con -
structieve overlaging maar de constructieve
overlaging te voorzien van een scheurover-
bruggende afwerklaag. Daarnaast is in de
uitvoeringsfase besloten de overlaging ? om
esthetische redenen ? door te zetten tot aan
de oostzijde van de technische ruimte, om
aan te sluiten op de fietsenstalling. De ge-
maakte keuzes hebben gevolg gehad voor de
uitvoeringswijze, de wapening en het beton -
mengsel. Vanwege de grote lengte van de con -
structieve overlaging is ervoor gekozen deze
uit te voeren met tijdvoegen (stortstroken).
Het doel van deze tijdvoegen was het be-
heersen van de krimpeffecten. De wapening in de overlaging is uitge-
rekend op volledig verhinderde vervorming.
In de berekeningen is rekening gehouden
met temperatuurafname, vrijkomen van
hydratatiewarmte, uitdrogingskrimp, auto-
gene krimp en kruip. De toegepaste wape-
ning is #Ø8-100 met in de lengterichting
bijlegstaven Ø10-600. Deze wapening is gecontroleerd op een maximale scheurwijdte
van w = 0,2 mm. De wapening is aangebracht
op een dekking van 50 mm (ontwerpwaarde)
met een minimum van 35 mm (op basis van
EC2). De extra dekking is gebruikt om een -
voudig het afschot in meerdere richtingen te
kunnen realiseren.
Het toegepaste betonmengsel (sterkteklasse
C25/30, milieuklassen XC2, XD1 en XF2) is
in overleg met de betontechnoloog geopti -
maliseerd om de optredende krimp te
beperken.
Uitvoeringsaspecten technische
ruimte
De technische ruimte is in het talud van de
spoordijk gebouwd en wordt belast door
gronddruk en belasting vanuit het spoor. In
de bouwfase kon voor het maken van de
L-wand gebruik worden gemaakt van de
damwandconstructie die deels rond 2014
was aangebracht. Omdat het aanlegniveau
van de technische ruimte lager is dan het
aanlegniveau van de naastgelegen gebouwen
en dus dieper moest worden ontgraven, is
de damwandconstructie versterkt met een
extra rij groutankers (foto 13). De oorspronkelijke damwanden
waren uitgevoerd als tijdelijke grondkering,
waarbij ervan werd uitgegaan dat deze
zouden wegroesten, onder andere door
zwerfstromen, en op den duur hun functie
zouden verliezen. De betonnen L-wand -
constructie neemt deze grondkerende
Eén van de
bijzondere hulp-
werken was de
ontsporings- en
ondersteunings-
constructie
nabij het trapgat
12a 12b
12 (a) Ontsporings- en (b) ondersteuningsconstructie 14? CEMENT 4 2024
Verhinderde vervorming? Vanwege de rol-
trappen die vanaf de begane grond van het
entreegebouw op het perrondek van de
technische ruimte landen, is de nieuwe be-
tonconstructie van de technische ruimte
direct aan de bestaande betonconstructie
van het entreegebouw gekoppeld. Een dila -
tatie, en dus vervorming, tussen beide bouw-
delen is niet wenselijk vanwege de aanwezig -
heid van de roltrap hier. Onder andere
functie over voor de ontwerplevensduur van
100 jaar. De extra groutankers zijn dubbel ge-
isoleerd uitgevoerd, in verband met zwerf -
stroomcorrosie, en zijn doorgekoppeld naar
de betonconstructie van de L-wand, om zo
de horizontale krachten uit gronddruk en
treinverkeer op te kunnen nemen. De anker-
koppen zijn permanent inspecteerbaar
(foto 14), en de ankers zijn overgedimensio-
neerd ter compensatie van potentiële anker-
uitval. De betonnen L-wand is aan de onder-
zijde tegen de damwand aan gebouwd,
zodat de horizontale druk direct door de
betonconstructie en de groutankers kan
worden opgenomen. Aan de bovenzijde van
de wand is de betonconstructie vrijgehou -
den van de damwandconstructie en is de
ruimte gevuld met schuimbeton. In het
onderste deel van de wand zijn inkassingen
opgenomen waarin de groutankers zijn
verankerd. De groutankers zijn vanwege
obstakels in de ondergrond van eerdere
bouwwerkzaamheden en als gevolg van
toleranties tijdens uitvoering onder ver-
schillende hoeken geplaatst. Van ieder
groutanker is de hoek en de helling achteraf
ingemeten en is een unieke bekisting voor
de inkassing gemaakt.
13 Versterkte damwand bij de technische ruimte
14 Inspecteerbare ankerkoppen
14
13
CEMENT 4 2024 ?15
Bestaande Passage
Noordelijke entree
Lift/roltrapput
Kolom As Q275
Kolom As O275
Spoordragende
kolom (trogligger)
Bestaande kolom
Bestaande kolom
Nieuwe kolom
3 260 270 250 280 280 5 O Q
``
Kolom As Q275
Kolom As
0275
Spoordragende kolom
Lift/Roltrapput
Perrondek
Staalconstructie
Liftschacht
Jetgroutwand
(9 kolommen)
Jetgroutwand
Spoortrog
Bestaande
passage
Perronkap
``
````
Figuur 15 en 16
Bestaande Passage
Noordelijke entree
Lift/roltrapput
Kolom As Q275
Kolom As O275
Spoordragende
kolom (trogligger)
Bestaande kolom
Bestaande kolom
Nieuwe kolom
3 260 270 250 280 280 5 O Q
``
Kolom As Q275
Kolom As
0275
Spoordragende kolom
Lift/Roltrapput
Perrondek
Staalconstructie
Liftschacht
Jetgroutwand
(9 kolommen)
Jetgroutwand
Spoortrog
Bestaande
passage
Perronkap
``
````
Figuur 15 en 16
15 Plattegrond maatregelen bij liftschacht 16 Doorsnede maatregelen bij liftschacht
door de koppeling van de nieuwe constructie
aan de bestaande constructie is er sprake
van verhinderde vervorming. Ook de schuifweerstand van de beton -
vloer met de ondergrond bleek zodanig
groot te zijn dat ook hier enigszins sprake
was van verhinderde vervorming. Boven -
dien zorgde de haakweerstand van de vloer
in de damwandkassen voor verhinderde
vervorming.
Er is in overleg met de bouwer, de
betontechnoloog van de betonleverancier, de
ontwerpend constructeur en de coördine
-
rend constructeur gekeken naar krimpbe -
perkende maatregelen. Echter door de hoge
eisen die het contract stelde aan de toe te
passen milieuklasse met daaraan gekoppeld
een hoog cementgehalte, waren de mogelijk
-
heden hierin beperkt. Om te voorkomen dat
door krimp van de nieuwe constructie te gro
-
te trekspanningen in de bestaande construc -
tie zouden optreden, is ervoor gekozen om
ook hier een tijdvoeg toe te passen. Daarbij is
er een strook van circa 1,0 m in de vloer en in
de grondkerende wand tussen het bestaande
en nieuwe beton vrijgehouden. Circa vier we
-
ken na het storten van de laatste fase van de
wand zijn deze tijdvoegen alsnog gestort.
Uitvoeringsaspecten inpassing
lift en roltrappen
Een belangrijk onderdeel van het project
was de realisatie van een vaste trap, lift en roltrappen naar het nieuwe perron. Met
name de toepassing van de lift en de roltrap
was complex aangezien hier in het oor-
spronkelijke ontwerp uit 2014 maar beperkt
rekening mee was gehouden. De positie van de liftput/roltrapput is
zodanig dat deze conflicten geeft met de be-
staande draagstructuur van de noordelijke
entree en de passage. Als gevolg van sloop-
werk en ontgravingswerkzaamheden moes-
ten resterende funderingsonderdelen wor-
den ontlast of extra gesteund. Zo moest er
moest een oplossing worden gevonden voor
de bestaande perrondragende kolommen
(op as O275 en as Q275, fig. 15 en 16). Daar-
naast moest de spoordragende betonkolom
in de passage zijn functie blijven behouden
met een maximaal toelaatbare zakking van
3 mm. In de uitvoeringsfase zijn hiervoor de
volgende oplossingen gekozen:
tijdelijk functievrij maken van de perron -
dragende kolom op as Q275 door middel van
tijdelijk gevijzeld hulpwerk;
borgen van de dragende functie van de
kolom op as O275 en de spoordragende
kolom in de passage door middel van een
wand bestaande uit negen jetgroutkolommen.
Hulpconstructie? Het functievrij maken van
de kolom op as Q275 is uitgevoerd door mid -
del van een hulpconstructie. Deze hulpcon -
structie bestond uit (zie ook figuur 17):
15 16
16? CEMENT 4 2024
Bestaande passage
Noordelijke entree
Sparing liftput Jetgroutkolommen
(9 stuks)
Kolomlasten
Figuur 18 ? Plaxis berekening jetgroutwand
260 270 280 290 5
Lift/Roltrapput
Lift/Roltrapput
Tijdelijk te verwijderen
kolom as Q275
A HE240B
B HE240B
C HE240B
D HE240B
E HE240B
HE450B
Nieuwe kolom
as Q260
Bestaande
kolom as
Q275
Bestaande
kolom as O275
Pos. A Pos. B Pos. C
Pos. D Pos. E
Ligger
HE450B
Contour
Lift/Roltrapput
HE400M Staal -betonligger HE400M Staal-betonligger
HE400M Staal -betonligger Bestaande dwarsdragers HE340M (3x)
Onder het perrrondek
Positie A t/m E Vijzelkolommen HE240B ten behoeve van het functievrij maken van de bestaande kolom op as Q275
Nieuwe kolom
as Q260
Figuur 17 ? Hulpwerk functievrij maken perrondragende kolom as Q275
vijzelkolommen HE240B op positie A t/m C
onder de bestaande staal-betonligger op as Q;
een portaal halverwege de liftschacht (op
as P) met vijzelkolommen HE240B (D en E)
en ligger HE450B.
Voor elk van de vijzelkolommen is berekend
welke belasting moest worden gevijzeld. In
een werkplan is de vijzelvolgorde vastgelegd
en zijn tevens de stopcriteria per vijzelkolom
aangegeven (zowel kracht en vervorming).
De te vijzelen belasting is gerelateerd aan
de berekende aanwezige permanente belas-
ting. Deze hulpconstructie is ook gebruikt
voor enkele versterkingsmaatregelen in de
staalconstructie. Zodra de betonconstructie
van de lift/roltrapput voldoende uitgehard
was en deze versterkingen uitgevoerd waren,
kon de kolom op as Q275 worden terugge-
plaatst. De hulpconstructie is vervolgens
verwijderd.
Jetgroutkolommen
De dragende functie van de kolommen op
as O275 en van de spoordragende kolom in
de passage zijn geborgd door een wand te
maken bestaande uit jetgroutkolommen.
Hiermee werd het mogelijk om naast de in
dienst zijnde spoorbereden fundering,
17 Hulpwerk functievrij maken perrondragende kolom as Q275
18 PLAXIS-berekening jetgroutwand
17
18
CEMENT 4 2024 ?17
een afgraving, de verdiepte lift en roltrap-
putten te realiseren. Er zijn in de bestaande
vloer sparingen geboord waarna deze jet-
groutwand in een aantal stappen kon wor-
den gerealiseerd. Eerst werden de vier pri -
maire jetgroutkolommen gemaakt en na 48
uur wachttijd de resterende vijf secundaire. Het ontwerp van de wand is gemaakt
met behulp van een 3D-PLAXIS-model. In
dit model is een gedeelte van de bestaande
passage en een deel van de noordelijke
entree ingevoerd (fig. 18). Door middel van
dit model is aangetoond dat de zakking van
de spoordragende kolom ruim binnen de
vereiste 3 mm valt. Uit monitoring tijdens de uitvoering bleek dat de daadwerkelijk opge-
treden zetting verwaarloosbaar was.
Op zijn Tilburgs
Met de uitbreiding van Station Tilburg is de
volgende stap gezet in de verdere ontwikke-
ling van deze infra-hub. Het fundament van
deze succesvolle verbouwing ligt in de nau -
we samenwerking en betrokkenheid van de
opdrachtgever, architect, ontwerpers, con -
structeurs, bouwer en nijverheid van het
uitvoerend personeel. We zullen ongetwij-
feld voor alle betrokkenen spreken als we
op zijn Tilburgs het gevoel beschrijven als:
dikke mik meej zuure zult.
19 Aanleg zandperron in noordelijke entree (nog geen overkapping zichtbaar)
19
18? CEMENT 4 2024
Projectgegevens
Project: Tilburg PHS, vierde perronspoor
Opdrachtgever: ProRail
Architect en technisch ontwerp: cepezed / Arcadis
Ontwerpend constructeur: Arcadis
Geotechnisch Adviseur: Arcadis
Aannemer: Dura Vermeer
Coördinerend constructeur: Sweco
Betonleverancier: Mebin
Reacties