Transport van cement in zakkendoor ?ng. G. J. HamerReeds eerder werd besprokenhet transport van los cement,wat met speciale schepen,spoorwagons en auto's plaatsvindt, welke pneumatischworden gevuld en geledigd; zieCement 2 (1950) nr 17-18, blz.173--176 en 3 (1951) nr 9-10,blz. 374.Thans wordt behandeld hettransport van cement in zak-ken met aanvoer per schipnaar, en afvoer per auto uit hetmagazijn.1. InleidingDe kostenfactor van het internetransport heeft de algemene belang-stelling, omdat dit transport g??nverbetering van het product bete-kent en dus uitsluitend een kostenvermeerderende factor is.Het tillen, verplaatsen en neerleg-gen van zakken cement (50 kg)wordt onder zware arbeid gerekend.Een mens bezit slechts een arbeids-vermogen van 100 watt of 1/8 pk,zodat hij in een 8-urige dag nogvoor geen kilowatt presteert.Hieruit blijkt afdoende, dat mecha-nische arbeid aanzienlijk goedko-per moet zijn en dat de kosten aanelectrische stroom g??n rol spelen.De snelheid bij mechanisch trans-port ligt bovendien aanzienlijk ho-ger. Mechanische hulpmiddelenvragen echter: kapitaalsinvestering,afschrijving, renteverlies en onder-houdskosten.Wordt de juiste transportinstalla-tie gekozen, dan kan men in hetalgemeen --en voor ons land eco-nomisch gezien-- ter vervangingvan ??n arbeidskracht tot zeker 20 000,-- gaan.Het snelle lossen bespaart los- enlig tijd en het vlug laden geeftgrotere verzend- en rijcapaci-teit.2. Hoe het transporttechnisch uit te voeren?Natuurlijk moet alle onnodige trans-port worden voorkomen en dienthet bovendien zo efficient mogelijkte geschieden.a. Bij nieuwbouw is het daaromnodig, dat de architect nauw sa-menwerkt met de transportex-pert, opdat de transportwegzo kort mogelijk wordt en geenwijzigingen in de indeling vanhet bedrijf achteraf noodzakelijkblijken. Een loopkat van ca 1 tonkomt hier in aanmerking. Dezebegint boven het schip, loopt inen door de cementloods en ein-digt boven de auto.b. Bij een bestaande cement-loods zal men zich met de trans-portinstallatie geheel aan de om-standigheden moeten aanpassen.Hierdoor kan het voorkomen, datmen tot een iets duurdere trans-portoplossing komt, maar hetzetten van een nieuw gebouw zaldoorgaans kostbaarder zijn.Cementloodsen hebben vaak eenlage spantconstructie en vele on-dersteuningen, die uit oogpuntvan transport minder gunstigzijn.Men daeiit zich daarom vooralzelf goed te realiseren, wat menprecies wenst en hoe men zich dezaak denkt. Dit voorkomt onno-dige kosten!Hierna kan men in nauwe samen-werking met een fabrikant vantransportinstallaties tot een wel-doordachte oplossing komen.Ook de vloer van de cementloodsverdient aandacht. Een slechte vloerbemoeilijkt niet alleen het manoeu-vreren, doch zij zal ook oorzaakkunnen zijn, dat er breuk optreedtdoor minder soepele gang vande zakken.Het vervoer vindt zowel in hori-zontale als in hellende richtingplaats. Een transportband is de een-voudigste en ook de meest bedrijfs-zekere oplossing voor continu-trans-port. Wel maakt een rollenbaangebruik van de zwaartekracht( wel-ke niets kost), maar die verlangtsteeds een helling naar beneden,wat hier niet mogelijk is.Voor geen enkel bedrijf zijn de om-standigheden gelijk, zodat algemenerichtlijnen verder moeilijk zijn tegeven. Reeds enkele cementhande-laren hebben een transportinstalla-tie in werking, zodat een bezoek konworden gebracht aan de N.V. Foltute Amsterdam, voor wie Trawefa teZwijndrecht de inrichting verzorgde.3. Transportinstallatiein bestaand gebouwZoveel mogelijk wordt cement perschip aangevoerd. Bij het ladenwordt op de cementf abriek rekeninggehouden met de losinrichting. Hier-toe wordt een sleuf in de lading uit-gespaard, waarin de slurf van dewaltransporteur kan neerdalen, zo-dat niet ingebroken behoeft te wor-den en breuk wordt vermeden.De aanwezige installatie is schema-tisch voorgesteld in tek. 1 en be-staat uit 3 gedeelten:A. de waltransporteur,B-C. ??n of meer vlakke bandtrans-porteurs enD. ??n of meer opvoertranspor-teurs (zie ook tek. 7).De aantallen hangen af van deplaatselijke omstandigheden even-als de lengten van de vlakke trans-porteurs.A. Waltransporteur(tek. 1 en 4, foto 2 en 3)De theoretische capaciteit be-draagt 60 t/h. De waltransporteur(tek. 1) bestaat uit 2 delen, de on-derwagen en de ladders, die schar-nierend zijn verbonden.Het werkbereik is hierbij zo grootmogelijk met een minimum aanhoogtever lies, terwijl de werk-tek. 1. transportinstallatie van de N.V. Foltu te Amsterdam: A = waltransporteur, B-C = transportbanden enD = opvoertransporteur88 Cement 5 (1953) Nr 5-6hoogte in het schip bij elke standvan de slurf constant blijft. Hetwerkbereik (tek. 1) bedraagtmaximaal gerekend vanuit de werk-vloer (= bodem schip) 2,40 m. Deden (gangboord) van het schip mag,gerekend van de walkant af, 0,50 tot1,80 m boven de werkvloer uitste-ken. De bandbreedte bedraagt0,500 m en de bandsnelheid0,40 m/sec.De waltransporteur heeft voor goedewendbaarheid aan de voorzijdeluchtbandwielen en achteraanzwenkwielen. De transportkettingvan de band is een zgn. conveyor-ketting met een steek van 4". Debreukbelasting bedraagt 3,75 ton. Opdeze ketting zijn houten latten aan-gebracht met op elke 1,20 m eenverhoogde lat, de zgn. meenemer.De aandrijving geschiedt door eenmotorreductor met rollenketting.Het verstellen van de hoogte vande transporteur vindt plaats dooreen drukboom, die electrisch of meteen Herwerk wordt bediend. In hetschip kan de hangende transport-ladder (foto 2) electrisch of met dehand door het personeel wordenverplaatst, omdat dit deel scharnie-rend en gebalanceerd in jukken isopgehangen (foto 3).. 4 geeft een oplossing voor groteschepen, waartoe de lattentranspor-teur op uitschuifbare balken bovenhet water kan rijden.B-C. Vlakke toandtransporteurs(tek. 1, foto 5, 6 en 8)Hierbij rusten de zakken op de banddie geen meenemers heeft. De theo-retische capaciteit bedraagt ook 60t/h, maar om opstopping en breukvan de zakken te voorkomen is debandsnelheid 50% hoger; de band-breedte is weer 0,50 m. De eindlozerubberband bestaat uit 3 weefsel-lagen en een deklaag van rubberaan beide zijden, die boven 2 mmen onder 1 mm dik is en aan de zij-kanten gesloten is. De eindrollen(aandrijfrol en keerrol) zijn tonrondvoor goede sporing van de trans-portband. De onderlinge afstand vande draagrollen onder de band be-draagt 0,20 m, waardoor een rustigeloop van de cementzakken wordtverkregen met minimale kans opbreuk. Een goede wendbaarheiddoor zwenkwielen is vooral van be-foto 5. haakse afvoer opopvoertransporteurlang bij nauwe doorgangen. Dewerkhoogte van de band bedraagtdoorgaans ca 0,65 m voor evtl. ge-makkelijk afnemen van de zakken.Voor haaks transport naar deboxen kan gebruik worden gemaaktvan een afsehuiver op de band (foto5 en 6) en van (evtl. lagere) band-transporteurs, waarvan de lengte af-hankelijk is van de boxdiepte; ookde opvoertransporteur wordt voordit doel benut.D. Opvoertransporteur(tek. 1 en 7, foto 5, 6, 9 en 10)Deze bestaat uit een onderwagenen een transportladder. Hij heeftdezelfde capaciteit als reeds ver-meld, maar een iets hogere snel-heid dan B-C om opstopping weerte voorkomen. De wendbaarheid isdoor de zwenkwielen zeer groot.De opvoerhoogte is verstelbaar vanmin. ca 1,00 m (laadvloer auto) totmax. 2,40 m (dakconstructie) metbehulp van een lierwerk met druk-boom. De transportladder kan rechtzijn( foto 8 en 9) of dubbel gebogen(tek. 7 en foto 5, 6 en 10) om eenvloeiende overgang te verkrijgen,zodat kans op breuk van de zakkenook hier tot een minimum beperktis.Bovenaan deze lattentransporteurbevindt zich nog een speciaal pla-teau (foto 10), waardoor men dezakken niet behoeft op te vangenmaar gewoon kan pakken.Foto 10 (z.o.z.) geeft nog eens eenovezicht van de installatie in deloods.tek. 4. mogelijkheid van hetlossen van een groot schipdoor uitschuiven van 2 balkenfoto 2. de hangende transportladderin het schipfoto 3. de waltransporteurbij een groot schiptek. 7. dubbel gebogenopvoertransporteurfoto 8. bandtransporteurs metopvoertransporteur naar autofoto 6. haakse afvoer naar boxCement 5 (1953) Nr 5-689foto 9. rechte opvoertransporteurnaar auto foto 10. overzicht van decomplete installatie4. Stroomkosten, onderhouden beveiligingBij de bovenstaande installatie meteen gemiddelde transportweg vanca 25 m bedragen de stroomkos-ten 2 cent per ton, waarbij 50--60%aan arbeidskrachten is bespaard ge-worden: er wordt gewerkt met 2 manin het schip en 2 man aan de laag.De motoren zijn zoveel mogelijkvan hetzelfde vermogen te kiezenom het aantal reservemotoren tothet geringste aantal te beperken.De machines vragen geregeldschoonhouden. Voor het onderhouden nastellen is het gewenst een spe-ciale persoon aan te wijzen.De electrische installatie behoortin zijn geheel beveiligd te wordentegen overbelasting; overal dienenzekeringen te zijn aangebracht. Opalle belangrijke plaatsen dient mende installatie te kunnen uitschake-len. Het opnieuw inschakelen dientin etappen te geschieden ter voor-koming van overbelasting bij aan-lopen.BoekbesprekingK?rch er-Kaden, Praxis des Beton- undStahlbetonbaus, Franckh'sche Verlagsbuchhand-lung, Stuttgart; 2i ? 30 cm, 200 biz., 2I8 afb.,65 tab. en 7 nomogrammen, ingenaaid f35,70In hun woord vooraf betogen de schrijvers, dat zijzich tot taak hebben gesteld, een boek voor dage-lijks gebruik het licht te doen zien, waarnaar hunwensen reeds waren uitgegaan, toen zij nog jongegewapend-betonconstructeurs waren. Dit doel isontegenzeggelijk bereikt, want hun boek belichtalle aspecten van de kennis, waarover de be ton-const ructeur moet beschikken. Uit de aard derzaak brengt dit boek niet zozeer nieuwe idee?n;de inhoud is echter wel een verzameling van ge-gevens, die uit de reeds bestaande, doorgaans opeen noemenswaardig peil staande litteratuur zijnbijeengebracht. De bronnen, waaruit werd geput,zijn overal op serieuze wijze aangehaald.In het eerste gedeelte is de uitvoering van beton-en gewapend-betonconstructies behandeld. Opeen kort overzicht van de historische ontwikkelingvan het bouwen in beton, dat terugreikt tot deoude Egyptenaren en eindigt met het modernetijdperk van het gewapend beton -- onder depioniers wordt ook onze landgenoot Sanders ge-noemd -- volgt een overzicht over de in Duitslandgeldende voorschriften, die de Nederlandse lezerslechts secundair zal interesseren, nl.dan, wanneerhij er belang in stelt, de Nederlandse met bui-tenlandse voorschriften te vergelijken.Hierop wordt het materiaal ,,beton" behandeld,zowel de samenstelling en verwerking als de hoe-danigheden van het verharde beton, diens beproe-ving en breuk.Het volgende hoofdstuk betreft de wapening,waarbij alle tegenwoordig gebezigde staalsoortentot hun recht komen. Zeer bruikbare gegevensomtrent het buigen en vlechten volgen. De be-kisting vormt het onderwerp van een uitvoerigebespreking; vooral de van hout gemaakte con-structies zijn zeer gedetailleerd behandeld en meteen groot aantal afbeeldingen toegelicht. Een kortebeschouwing betreffende stalen en glijdende be-kistingen ontbreekt evenmin.Op blz. 58 begint de behandeling van de statischeberekening en de constructie van bouwwerkenen/of hun onderdelen van beton en gewapendbeton. De berekening is gebaseerd op de -me-thode; het blijkt spoedig, dat ook niet ??n vande mogelijke belastingsgevallen resp. de er dooropgewekte spanningstoestanden is overgeslagen.Ook de gebruikelijkegraftsche methoden alsmedeberekeningsvoorbeefden zijn ruimshoots opge-nomen.De beginselen van de n-vrije methode zijn slechtsin het kort weergegeven. Ook het voorgespannenbeton komt principi?el ter sprake; het gezegdestelt de lezer echter niet in staat deze constructie-methoden ook toe te passen ; hiervoor is een veeldiepergaande studie nodig. Een en ander ligt ookkennelijk niet in de bedoeling van de schrijvers.Het gedeelte van het aanhangsel, waar de toepas-sing van de rekenlineaal zeer elementair wordtbesproken, vermindert m.i. het peil, waar het boekmet het oog op de overige inhoud recht op heeftte staan en had beter achterwege kunnen blijven.Dat geldt echter niet voor de gegeven handleidingtot het gebruik van de in het boek opgenomennomogrammen.Tenslotte is er aandacht besteed aan het verkrijgenvan economische constructies. Een overzichtelijkopgesteld register vergemakkelijkt het gebruikvan dit boek.Samenvattend kan worden gezegd, dat het boek,dank zij zijn volledigheid en overzichtelijkheid,m.i. er toe bestemd kan worden geacht, op deboekenplank van onze constructiebureaux eenwaardige plaats in te nemen.Dipl.-lng. E.A.F. HuberProductiviteitsverhogingUnificatie Standaardisatie BouwbedrijfIn deze publicatie wordt het vraagstuk van deproductiviteitsverhoging ?n de bouwnijverheidin het algemeen en die In de woningbouw inhet bijzonder behandeld.Verder ?s er een uittreksel uit het interim-rapport van de Studiecommissie Bouwvoor-schriften in opgenomen, dat in 1951 aan de Mi-nister van Wederopbouw en Volkshuisvestingwerd uitgebracht. Dit rapport bevat voorstellenbetreffende wijziging van gemeentelijke bouw-voorschriften om --waar mogelijk-- tot mate-riaal- en geldbesparing te komen.Ten slotte zijn er 30 standaard-plattegrondenvan ??n-gezinsrijenhulzen opgenomen. Genoem-de onderwerpen werden reeds in 'Bouw' ge-publiceerd, doch zij zijn van zodanig belang,dat ze nog eens als app?l in brochurevormzijn herdrukt in het belang van onze nationalewelvaart en gemeenschapszin.Over de fabricage van betonelementen wordtzeef terecht gezegd:1. dat een verdere standaardisatie en grotereseries een duidelijke daling van de kost-prijs van betonelementen zal bewerken, het-geen o.m. geldt voor: lateien, raamomlijs-tingen en balkonhekken;2. dat de verscheidenheid in de productie zogroot is, dat er nauwelijks sprake kan zijnvan wetenschappelijke bedrijfsorganisatie;regeling nauwelijks mogelijk is; het ont-breken van een doeltreffende beloning naarprestatie betekent steeds een daling van dearbeidsproductle.Uiteraard bevat de brochure weinig over be-tonbouw, doch niettemin wordt lezing ervantoch zeer aanbevolen. G. J. H.EERSTE INTERNATIONALE CONGRESVAN BETONWARENVan 21 tot 26 Juni I9S4 zal te Brussel een Inter-nationaal Congres worden gehouden met ais al-gemeen thema ,,De Betonwarenindustrie",De ,,Belgische Syndikate Kamer der Agglomeratenmet Cement", die het Congres inricht, heeft hetonderwerp in de volgende groepen onderverdeeld:A. Productiviteit in de Betonwarenindustrie:Al -- Inrichting van de werkplaatsen;A2 -- Behandeling.B. Krimpproblemen bij:BI -- Cementtegels;B2 -- Kunststeen in cementbeton ;.B3 -- Bouwblokken in licht beton.C. Contr?le op de kwaliteit van de producten enWetenschappelijk onderzoekD. Hoogwaardige betonwaren:Dl -- Betonartikelen voor de wegenbouw;D2 -- Zware producten.Voorzien wordt dat ieder van die groepen en haaronderafdelingen aanleiding kunnen geven toteen speciaal rapport.De bedrijfsgroeperingen van de deelnemendelanden werden uitgenodigd rapporteurs onderhun leden aan te wijzen, die aanvaarden een tekstop te stellen en ??n of meer punten op het Con-gres voor te dragen.Ten einde het mogelijk te maken uit ieder rapportde conclusies te trekken, denkt de Belgischegroepering er aan onder haar leden de algemenerapporteurs van ieder punt aan te wijzen.Tijdens de congresweek zuilen de deelnemers degelegenheid krijgen, een aantal Belgische bedrij-ven te bezichtigen; verder zullen uitstapjes enrecepties worden gehouden.90 Cement 5 (1953) Nr 5-6
Reacties