Sinds 2005, vrij kort na het plotse overlijden van prof.ir. Charles Vos op 26 januari 2001, is prof.ir. Aad van der Horst van BAM Infraconsult hoogleraar in het vak ‘Uitvoering van Civieltechnische Constructies’ aan de TU Delft. Op vrijdag 8 februari 2008 hield hij zijn intreerede, waarin hij zijn plannen met de leerstoel ontvouwde. In een serie van drie artikelen publiceert Cement een bewerking. In het eerste deel komen de waarneming van de huidige toestand en de zichtbare trends aan bod. In het tweede en derde artikel wordt de conversie van deze trends naar invulling in onderwijs en onderzoek toegelicht. Lees ook deel 2 en deel 3 in deze serie.
Bouwen, het ambacht voorbij (1)1200968Sinds 2005, vrij kort na het plotse overlijden van prof.ir. Charles Vos op26 januari 2001, is prof.ir. Aad van der Horst van BAM Infraconsult hoogleraar inhet vak `Uitvoering van Civieltechnische Constructies' aan de TU Delft. Opvrijdag 8 februari 2008 hield hij zijn intreerede, waarin hij zijn plannen met deleerstoel ontvouwde. In een serie van drie artikelen publiceert Cement eenbewerking. In het eerste deel komen de waarneming van de huidige toestand ende zichtbare trends aan bod. In het tweede en derde artikel wordt de conversievan deze trends naar invulling in onderwijs en onderzoek toegelicht.Bouwen, hetambacht voorbij (1)Trends en de uitwerking ervan op onderwijs en onderzoekBouwen, het ambacht voorbij (1) 12009 69Bouwen zit ons in het bloed, de mens bouwt al sinds mensen-heugenis. De betekenis ervan is nauwelijks op waarde te schat-ten: na aanvankelijk hulpeloos onderworpen te zijn geweestaan de elementen bleek de primitieve mens in staat zijn leefom-geving stap voor stap zelf te gaan inrichten. Bouwen vormdehiervan een wezenlijk onderdeel. Aanvankelijk ging het ombouwen op elementair niveau, met als doel de leefomgevingveilig te stellen in de strijd tegen de elementen. Een vroegevoorouder, de `Vlaardingen mens' probeerde met een houtenconstructie (foto 2) het water naar zijn hand te zetten om tekunnen overleven in een op zichzelf bedreigende omgeving vangetijden en veengebieden. Deze, in onze ogen eenvoudige maaruiterst doeltreffende constructie, wordt momenteel erkend alsde eerste civiele constructie in Nederland, in haar soort zelfs deeerste in West Europa.Na het zeker stellen van basisvoorzieningen om te overlevenontstond ruimte om aan de inrichting van de samenlevingvorm te geven door een infrastructuur aan te leggen. En tenslotte ontstond er ruimte om uiting te geven aan schoonheid,verwondering en wat het begrip van de mens te boven gaat. Enook daar speelde bouwen een prominente rol: Stonehenge (foto1) en de piramiden in Egypte zijn daarvan voorbeelden.11 Stonehenge2 Houten duiker in Vlaardingenfoto: Vlaardings Archeologisch Kantoor[VLAK], Gemeente Vlaardingenprof.ir. Aad van der HorstTU Delft, fac. CiTG/BAM Infraconsult bvBouwen en het tijdsbeeldHet bouwen is de verbinding tussen concept en resultaat. Hetbereiken van het resultaat is niet vanzelfsprekend maar ergcomplex. Waar men de kunst van het bouwen niet verstaat,(elkaar respectvol en zonder hoogmoed verstaan is een wezen-lijk onderdeel van die kunst) komt het proces tot stilstand.Ook dat werd door onze voorouders al onderkend: het verhaalvan de toren van Babel evenals de verbeelding ervan doorPieter Brueghel (foto 3) zijn daarvan uitingen. Daarom vraagtde kunst van het bouwen aandacht.De wereld van nu zit niet zoveel anders in elkaar dan die vantoen. We bouwen nog steeds aan elementaire veiligheid (foto4), we richten onze leefomgeving in om efficiënt te kunnenfunctioneren (zoals met tunnels en bruggen), en we bouwenom de kwaliteit van het leven te verbeteren (het betrekken vande ondergrond als derde dimensie om op maaiveld de ruimtekwalitatief te verbeteren hoort daar nadrukkelijk bij). En ookbij het tot uitdrukking brengen van cultuur bouwen we.Is er dan niet zoveel veranderd in het bouwen? Natuurlijk is erveel veranderd. Tussen de Vlaardingen mens en ons ligt eenenorme ontwikkeling die wij op onze beurt verder moetendragen, in toepassing en verdere ontwikkeling. Vandaar dat devraag naar trends meer dan gerechtvaardigd is.2Bouwen, het ambacht voorbij (1)1200970ken. Civielen zijn geen juristen. Toch vraagt deze trend om eenrespons, en niet alleen vanuit organen zoals KIVI-NIRIA,Bouwend Nederland en ONRI, maar ook vanuit de invullingvan ons eigen vak. Contractueel bewustzijn is geboden, ookvoor de constructeur, technisch-inhoudelijk ingevuld.2 Formalisering processenTevens is een duidelijke formalisering van processen waar-neembaar. Deze is niet synoniem met de eerder genoemde juri-disch/contractuele focus, maar richt zich meer op de inhoud,echter nu via de formele structurering van processen. Over hetalgemeen is de ISO-norm 9000 versie 2000 de leidraad. Onmis-kenbaar heeft deze benadering in de beginfase geleid tot bezin-ning op processen, ook op het bouwproces, en daarmee tot eenkwaliteitsbewustzijn waardoor vermijdbare faalkosten kunnenworden gereduceerd. We bevinden ons nu echter op een kantel-punt. De benadering van ISO 9000 heeft een sterk protocollairkarakter dat op zichzelf kan leiden tot formalisme ten koste vande inhoud, wat op haar beurt ten koste gaat van het `enginee-rings-judgement'. Daardoor treedt een afbouw van bewustzijnop: als alle vinkjes en parafen er maar staan, is alles afgedekt.De eerste gevolgen tekenen zich af. Systems Engineering alsgestructureerde benadering van civieltechnische constructies,heeft ontegenzeggelijk een meerwaarde. Maar we staan nog welaan de basis van een operationeel hanteerbare benadering,mede in relatie tot ISO 9000. De geboortepijn ervan is hier endaar op onze bouwplaatsen indringend voelbaar. Kwaliteitsma-nagement is hierbij onderwerp van aandacht en zorg.3 ContractvormenSterk politiek gedomineerd is de trend van een terugtredendeoverheid en daarmee een afnemende omvang van het overheids-apparaat. Daarmee veranderen ook de posities van bouwheer,adviseur en aannemer binnen het bouwproces. Voor civieltech-nische werken zal Design&Construct (D&C) als contractvorm intoenemende mate voorkomen als invulling van deze trend.Hoewel ik al sinds de jaren `70 internationaal bij D&C-projectenbetrokken ben, is het in Nederland toch nog vaak zoeken naarinvulling. Tegelijkertijd is het vervolg op D&C al waarneembaar:Design/Build/Operate and Transfer (DBOT). Het heeft eenenorme invloed op het bouwproces qua structuur, kennisbe-Het zou te eenvoudig zijn om te stellen dat het nu allemaal zoveelcomplexer is dan toen. De uitdaging van weleer zal, binnen degrenzen van kennis en middelen die toen beschikbaar stonden,vergelijkbaar zijn geweest met die van vandaag. Altijd namelijkzijn grenzen verkend en verlegd. Dat is eigen aan de mens en dusaan het bouwen. Ook toen moet bouwen een proces zijn geweest;een proces dat moest worden beheerst om het tot een goed eindte brengen. Denk eens aan de kathedralen waaraan generatieslang werd gebouwd. Of aan de Romeinse legerwegen, die grotedelen van Europa met elkaar verbonden. De noodzaak totbeheersing van het proces is van alle eeuwen.TrendsVanuit die gevoelde noodzakelijkheid tot beheersing van hetbouwen in onze tijd, zijn vier trends waarneembaar waaroponderwijs en onderzoek antwoorden kunnen bieden.1 JuridiseringIn maatschappelijke zin, althans in de wereld waarin wijvakmatig functioneren, is er een duidelijke trend naar een juri-disch/contractuele benadering van het bouwproces merkbaar.Ons raamwerk begint op het Angelsaksische systeem te lijken.Echter, de implementatie van dit systeem gaat het aanpassings-vermogen van de spelers binnen het raamwerk te boven. Eenverlammende claimcultuur tekent zich af en is hier en daar almanifest. Zorgelijk is te moeten constateren dat men in hetVerenigd Koninkrijk inmiddels uitwegen zoekt via het introdu-ceren van `adjudication' om het verlammende effect te beper-435Bouwen, het ambacht voorbij (1) 12009 713 ...waar men de kunst van het bouwen niet verstaat,komt het proces tot stilstand4 Oosterscheldekeringfoto: www.BeeldbankVenW.nl, Rijkswaterstaat5 ICT hulpmiddelen ten behoeve van ontwerp (eindigeelementen berekeningsmodel) en werkvoorbereiding(3D CAD modellering)6 Stormvloedkering Ramspol7 Stormvloedkering Ramspol in bedrijffoto: WFAdoor de inzet van geavanceerde ICT hulpmiddelen bleek hetconcept haalbaar, zowel qua ontwerp alsook qua uitvoering (fig.6, foto 7).Deze verworvenheid gaat echter wel gepaard met zorg. Dezezorg betreft vooral de validatie van de producten en de toepas-baarheid ervan in het bouwproces. Deze zorg stoelt verder opwat we in de beroepsgroep waarnemen: Duracrete is niet syno-niem met duurzaamheid, probabilistische rekentechnieken zijnniet synoniem met risicomanagement, zowel bij het ontwerpenals bij Life Cycle Management van civieltechnische construc-ties, passend maken (`tuning') binnen een beperkte validatie-ruimte is niet synoniem met partieel rekenen, en het verplaat-singsveld (en daarmee de spanningen) van een eindige-elemen-tenberekening is niet per definitie een correcte voorspellingvan de werkelijkheid. Toch zijn deze ontwikkelingen bepalendvoor onze toekomst (naast Fuzzy Logic, waarvan een toelich-ting in een volgend artikel). Om geen vastlopers te krijgentussen ontwikkeling en toepassing is actie op korte en langeretermijn noodzakelijk. Het is onnodig uit te spreken dat hierverbanden met het onderwijs en onderzoek liggen.Er zijn correlaties tussen deze trends: de technisch-wetenschap-pelijke ontwikkeling binnen ons vakgebied (de vierde trend)ondersteunt de haalbaarheid van nieuwe contractvormen zoalsD&C en DBOT (de derde trend). Er ligt een uitdrukkelijkerelatie tussen deze beide en de formalisering van processenzeker op het gebied van beheersing en traceerbaarheid (detweede trend). Het is onnodig te zeggen dat dit geheel ingebedis in de huidige contractuele/juridische trend. Fhoefte (ook technisch inhoudelijk) en het functioneren vanmensen in het proces. Dit geldt dus ook voor civiel ingenieurs,inclusief onze jonge collega's die net van `Delft' komen. Sleutelbe-grippen bij deze nieuwe contractvormen zijn: integrale aanpaken interactie tussen de betrokken disciplines en partijen.4 Numerieke hulpmiddelenDe vierde en laatste trend binnen dit kader, komt vanuit deciviele techniek zelf. En die ervaar ik als een uitdaging pur sang,omdat we, mijns inziens, op een kantelpunt staan waar weten-schappelijk-professionele begeleiding en invulling de kritischesuccesfactoren zullen blijken te zijn. Ik heb dat in het verleden alde overgang van impliciet naar expliciet genoemd: altijd alhebben we processen, concepten en materialen gedecompo-neerd tot een meer gedetailleerd niveau om ons inzicht tevergroten en nieuwe mogelijkheden te verkennen. Lang warende onderzoeksmiddelen beperkt in prestatie. De voortgang waser, maar ging zo langzaam dat implementatie voor de toepassersgeen probleem was. De huidige ontwikkelingen in numeriekeslagkracht zijn zo indrukwekkend, dat ongekende mogelijkhe-den zich aandienen en in het recente verleden hebben aange-diend. De ontrafeling van processen (zoals duurzaamheid, LifeCycle Management, probabilistisch ontwerpen, risicomanage-ment, partieel rekenen), concepten (ondergrondse toepassingen,hybride constructies, grond/constructie-interactie) en materia-len (composieten, beton op maat, verhardingsbeheersing) gaatsneller dan voorheen. De ter beschikking staande, grensverleg-gende rekenkracht, geschraagd door een sterke wetenschappe-lijke drive, is een typische verworvenheid van deze tijd.Een illustratief voorbeeld van die verworvenheid is het conceptvan de stormvloedkering Ramspol (fig. 5 en 6, foto 7): een metlucht en water gevulde balgstuw bestaande uit een met nylongewapend rubber doek, verankerd aan een bodemplaat. Alleen6 7
Reacties