Van oudsher wordt beton geproduceerd met cement als bindmiddel. De productie van cement heeft veel milieu-impact, de wereldwijde productie resulteert in circa 5% van de door de mens veroorzaakte CO2-emissies. Om de betonketen te verduurzamen, wordt daarom gestudeerd op de potentie van zogenoemde 'groene' bindmiddelen. Een mogelijk alternatief voor cementbeton is geopolymeerbeton, waarbij in plaats van cement industriële bijproducten als bindmiddel worden (her)gebruikt. In een afstudeerstudie aan de TU Delft is onderzoek gedaan naar dit materiaal om meer inzicht te verkrijgen in het constructieve gedrag, met name in de tijd, en de potentiële toepasbaarheid.
Er is ook een samenvatting van dit artikel. Lees hier de korte versie van 'Mechanische eigenschappen geopolymeerbeton'
18
Mechanische
eigenschappen
geopolymeerbeton
Intro
Onderzoek naar ontwikkeling van
materiaal eigenschappen en buiggedrag
van gewapende balken in de tijd
Afstudeerstudie
Dit artikel is gebaseerd op de afstudeerstudie 'Alkali-
activated concrete: development of material proper -
ties (strength and stiffness) and flexural behaviour of
reinforced beams over time' dat Silke Prinsse heeft
uitgevoerd aan de TU Delft. Bij dit artikel op www.
cementonline.nl staat een link naar de thesis. Afstu -
deerhoogleraar was prof.dr.ir. D.A. Hordijk. In haar
afstudeercommissie hadden verder zitting: dr.ir. M.
Lukovi?, dr.ir. G. Ye en ir. P. Lagendijk (allen TU Delft).
Silke is nu werkzaam bij IMd Raadgevende Ingenieurs.
Mechanische eigenschappen geopolymeerbeton 3 2018
19
1 Conventioneel beton versus geopolymeerbeton
Van oudsher wordt beton geproduceerd met cement
als bindmiddel. De productie van cement heeft veel
milieu-impact, de wereldwijde productie resulteert
in circa 5% van de door de mens veroorzaakte
CO 2-emissies. Om de betonketen te verduurzamen,
wordt daarom gestudeerd op de potentie van zoge -
noemde 'groene' bindmiddelen. Een mogelijk alter -
natief voor cementbeton is geopolymeerbeton,
waarbij in plaats van cement industriële bijproduc -
ten als bindmiddel worden (her)gebruikt. In een
afstudeerstudie aan de TU Delft is onderzoek
gedaan naar dit materiaal om meer inzicht te
verkrijgen in het constructieve gedrag, met name in
de tijd, en de potentiële toepasbaarheid.
Bij conventioneel beton bestaat het bindmiddel uit water en
cement. Bij geopolymeerbeton bestaat het bindmiddel uit
geopolymeerbeton is nog onvoldoende bekend hoe de verschil -
lende eigenschappen zich tot elkaar verhouden. Dit komt onder
andere door het feit dat er een enorme spreiding aan onder -
zoeksresultaten voor mechanische eigenschappen van geopoly -
meerbeton is gepubliceerd. Eigenschappen zijn waarschijnlijk
ook afhankelijk van de samenstelling van het mengsel, deze
samenstelling kan bij geopolymeerbeton zeer sterk variëren. Zo
kunnen vele verschillende stoffen en alkalische activators als
bindmiddel worden gecombineerd. Geopolymeerbeton met
slakken heeft andere eigenschappen dan geopolymeerbeton
met bijvoorbeeld vliegas. Een combinatie van beide stoffen, of
de keuze voor een andere alkalische activator, resulteert in weer
andere eigenschappen. Ook de nabehandeling (luchtvochtig -
heid, temperatuur) heeft veel invloed op de eigenschappen van
geopolymeerbeton [4].
Verder is er nog relatief weinig bekend over hoe het materiaal
zich op de lange termijn gedraagt. In de meeste studies worden
alleen de mechanische eigenschappen op 28 dagen gerappor -
teerd. In een aantal onderzoeken waar wel de langere termijn is
beschouwd, is door onderzoekers soms een afname van sterkte
en stijfheid in de tijd gerapporteerd [1, 2 en 3]. Dat betrof
onderzoeken met geopolymeerbeton waarin hoogovenslak
aanwezig was (dus niet bij mengsels met alleen vliegas als
vulstof in het bindmiddel). Het is onbekend of dit fenomeen
een rol speelt bij alle geopolymeerbetonmengsels en er is, voor
ir. Silke Prinsse
vulstoffen, bijvoorbeeld slak of vliegas (bijproducten van aller -
lei industrieën), en een zogenoemde alkalische activator,
bijvoorbeeld waterglas of natriumhydroxide (fig.1).
In andere landen wordt geopolymeerbeton al veel langer toege -
past. In Australië zijn met dit materiaal bijvoorbeeld prefab
vloerelementen en een dek voor een fietsbrug gemaakt. Al is
geopolymeerbeton dan misschien veelbelovend op het gebied
van milieu, het materiaal wordt in Nederland nog niet vaak
(constructief ) toegepast. Redenen hiervoor zijn dat er geen
normen en regelgeving beschikbaar zijn, het materiaal relatief
nieuw is en het aantal onderzoeken naar constructief gedrag
van geopolymeerbeton nog beperkt is.
(On)bekendheid eigenschappen
Of bestaande regelgeving voor conventioneel, cementgebonden
beton ook direct van toepassing is voor geopolymeerbeton, is
nog onvoldoende onderzocht. Bij cementgebonden beton
wordt uitgegaan van de druksterkte, waaraan bijna alle eigen -
schappen worden ontleend. Als de druksterkte bekend is, kan
een goede inschatting worden gemaakt van de andere eigen -
schappen, zoals treksterkte en elasticiteitsmodulus. Voor
Benaming geopolymeerbeton
In geopolymeerbeton bevat het bindmiddel in plaats van
cement reactieve aluminium- en siliciumhoudende vulstoffen en
een in water opgeloste alkalische activator (fig. 1). Vandaar dat
ook de naam alkalisch-geactiveerd beton wordt gebuikt. Geopo -
lymeerbeton is echter een meer populaire naam. Strikt genomen
is die naam echter niet juist. De naam geopolymeerbeton heeft
betrekking op de polymeerstructuur die wordt gevormd als een
calciumarme vulstof (bijv. vliegas) alkalisch-geactiveerd is. Met
een calciumrijke stof (bijv. slak) is er echter sprake van een ander
type microstructuur. Toch wordt de term geopolymeerbeton in
dit artikel gebruikt, omdat dit de gangbare naam is waaronder
het materiaal bekend is.
1
Mechanische eigenschappen geopolymeerbeton 3 2018
20
Onderzoeksopzet en uitvoering
Om inzicht te kunnen krijgen in een eventuele afname van
sterkte en stijfheid in de tijd, zijn in het onderzoek druksterkte,
elasticiteitsmodulus en splijttreksterkte op diverse momenten
in de tijd bepaald, vanaf 28 dagen tot circa een halfjaar na het
storten. Daarnaast was het de opzet niet alleen met kleine
proefstukken (kubussen) bepaalde materiaaleigenschappen te
onderzoeken, maar tevens echte constructieve elementen te
beschouwen. Daarom is ook een aantal balken met wapening
gemaakt en beproefd in een vierpuntsbuigproef.
Naar aanleiding van gerapporteerde resultaten in de literatuur
[3] was de hypothese dat de hoeveelheid hoogovenslak in het
bindmiddel wellicht een rol zou kunnen spelen bij de gerappor -
teerde afname van materiaaleigenschappen. Daarom zijn in dit
onderzoek twee verschillende mengsels gebruikt, waarbij de
verhouding hoogovenslak/vliegas in het bindmiddel verschilde:
S50 en S100. De mengsels zijn in het kader van een ander
promotieonderzoek ontwikkeld in het 'Microlab' van de TU
Delft [6].
Mengselsamenstelling
Het ene mengsel (S100) bevat alleen alkalisch-geactiveerde
hoogovenslak als 'precursor' (vulstof ) in het bindmiddel. Het
andere mengsel (S50) bevat bindmiddel met een samenstelling
van 50% vliegas en 50% slakken als precursor. De gebruikte
alkalische activator is een oplossing van natriumsilicaat (water -
glas) en natriumhydroxide. Beide geopolymeerbetonmengsels,
S100 en S50, worden gekenmerkt door een zogeheten solution-
zover bekend, nog geen duidelijke verklaring voor de waarge -
nomen reductie van sterkte en stijfheid in de tijd.
Een mogelijke afname van materiaaleigenschappen in de tijd is
niet wenselijk. De oorzaak, omvang en impact van een moge -
lijke reductie in eigenschappen zal tot op zekere hoogte moeten
worden begrepen, alvorens het materiaal op grote schaal toe te
passen.
In de afstudeerstudie is daarom onderzoek gedaan naar de
ontwikkeling van materiaaleigenschappen in de tijd en of deze
ontwikkeling invloed heeft op het constructieve gedrag en
praktische toepasbaarheid van geopolymeerbeton. De aandacht
is daarbij uitgegaan naar meetwaarden van bepaalde eigen -
schappen als functie van tijd, omdat onder meer in een CUR-
publicatie [2] een afname van treksterkte is gerapporteerd voor
een ouderdom tussen 28 en 250 dagen.
CUR-aanbeveling
Over geopolymeren als bindmiddel in betonwa -
ren, zoals straatstenen, trottoirbanden en (gras)
tegels, is recent CUR-Aanbeveling 123 'Geopoly -
meren' afgerond. Daarin wordt onder meer inge -
gaan op de langetermijnprestaties. Deze CUR-
Aanbeveling komt binnenkort beschikbaar.
2
Mechanische eigenschappen geopolymeerbeton 3 2018
21
93,596
,0 98,0 92,7
75
,3
71,5 72
,8 71,8
74,2
0
2
0
4
0
6
0
8
0
10
0
12
0
0 50 100 150 200 250
d ag en
d ruk ste rk te
S 1 00
S5 0 druksterkte [MPa]
33, 0
31,9
28,6
26,2
26,4
21,4
18,4
17,4
0 5
1
0
1
5
2
0
2
5
3
0
3
5
4
0
0 50 100 150 200 250
d ag en
elas tici te itsmod ulus [GPa]
S1 00
S5 0
5,4 5,4 5,4
4,8 5,0
4,7 4,0 4,0
3,6 3,7
0 1 2 3 4 5 6
7
050100 150 200 250
d ag en
splijt trekste rk te
S 1 00
S5 0 sp lijt trekste rk te [MPa]
2 Gewapende balk in een vierpuntsbuigproef3 Ontwikkeling van materiaaleigenschappen in de tijd: (a) druksterkte, (b) elasticiteitsmodulus en (c) splijt - treksterkte
binderverhouding van 0,53. Er zijn geen hulpstoffen (zoals
vertragers) toegepast, omdat deze stoffen ook weer invloed
kunnen hebben op de ontwikkeling van materiaaleigenschap -
pen in de tijd.
Productie en nabehandeling
Dat er geen vertragers zijn toegepast, betekent dat er snel
gestort moest worden, omdat de verwerkingstijd van de meng -
sels korter was dan een halfuur. De verwerkbaarheid kan door
mengselsamenstelling worden gestuurd. Daarnaast kunnen in
de praktijk wel vertragers worden toegepast. Overigens kan een
snelle verharding voor de prefab-betonindustrie ook juist een
voordeel zijn. Er kan zeer snel worden ontkist.
De proefstukken zijn één dag na het storten ontkist, en vervol -
gens in een natte ruimte geplaatst (20 °C en 95% relatieve
luchtvochtigheid). Na 28 dagen nabehandeling vond de eerste
testserie plaats, en zijn de overige proefstukken in het laborato -
rium (20 °C en 55% relatieve luchtvochtigheid) geplaatst, tot
het moment van testen.
Beproeving
De mechanische eigenschappen zijn bepaald met behulp van
balkvormige proefstukken (elasticiteitsmodulus) en kubussen
(druk- en splijttreksterkte). Voor beide mengsels zijn per test -
moment ten minste drie proefstukken beproefd, voor zowel
elasticiteitsmodulus, druk- en splijttreksterkte.
De gewapende balken zijn beproefd in een vierpuntsbuigproef.
In figuur 2 is de opstelling weergegeven. De balken werden
scharnierend ondersteund met een overspanning van 1,5 m en
onderworpen aan twee symmetrisch geplaatste puntlasten
Resultaten
Mechanische eigenschappen
In figuur 3 is de ontwikkeling van een aantal geteste materiaal -
eigenschappen weergegeven. Na 28 dagen heeft de druksterkte
al een zeer hoge waarde, respectievelijk 93 MPa en 75 MPa
voor het S100- en S50-mengsel. De druksterkte blijft vanaf de
eerste meting, 28 dagen na het storten, voor beide geopoly -
meerbetonmengsels nagenoeg constant in de tijd.
Voor de elasticiteitsmodulus en splijttreksterkte is een afname
over de tijd gemeten, voor zowel het S100- als S50-mengsel. De
gemeten reductie is beduidend hoger voor het S50-mengsel
(hoogovenslak en vliegas) dan voor het S100-mengsel (alleen
hoogovenslak). Vooral bij de elasticiteitsmodulus gaat het met
een afname van circa 35% tussen 28 en 193 dagen ouderdom
om een significante reductie. De snelheid waarmee de afname
3a
3b
3c
Mechanische eigenschappen geopolymeerbeton 3 2018
22
0
10 2
0
30 40 50 60 70
80
0
10 2030 4050
kracht [kN ]
S50
ve rp laats in g [mm ]
Beto n - 3 3d;
f c m = 4 5 M Pa
S5 0 - 33 d; f cm
= 75 MPa
S5 0 - 69 d; f cm
= 77 MPa
S5 0 - 152 d ;
f c m = 7 9 M Pa
0
1
0
20 30 4
0
50 60 7
0
80
0 10 20 30 40 50
kra ch t [k N]
S100
Beto n - 3 3d;
f c m = 4 5 M Pa
S1 00 - 3 4 d ;
f c m = 8 7 M Pa
S1 00 - 7 0 d ;
f c m = 8 5 M Pa
ve rp laatsin g [m m]
optreedt, neemt af in de tijd. Ongeveer 85% van de afname
vond plaats tot en met 90 dagen na het storten. Bij het
S100-mengsel is de gemeten afname van de elasticiteitsmodu -
lus ongeveer 20% tussen 28 en 193 dagen. Voor de splijttreks -
terkte is de waargenomen afname respectievelijk 7% en 22%
voor S100 en S50 tussen 28 en 193 dagen.
De verhouding tussen splijttreksterkte en druksterkte na 28
dagen is vergelijkbaar met de theoretische waarden van
cementgebonden beton, voor zowel S50 en S100. Maar de
gemeten elasticiteitsmodulus na 28 dagen is respectievelijk
20% en 30% lager voor de S100- en S50-mengsels, in vergelij -
king met conventioneel cementgebonden beton met eenzelfde
druksterkte. Hierbij moet echter wel worden opgemerkt dat
ook bij traditioneel cementbeton sprake is van een relatief
grote spreiding.
Gewapende balken ? vierpuntsbuigproeven
Alle gewapende balken bezweken conform het ontwerp op
buiging, na het vloeien van de wapening. Figuur 4 toont de resul -
taten van de vierpuntsbuigproeven. In de grafieken zijn ook de
resultaten van een vierpuntsbuigproef op een gewapende balk
van conventioneel beton geplot. Dit betrof een experiment in het
kader van het afstudeerwerk van Huang [5]. De afmetingen en
het wapeningspercentage van deze balk zijn identiek aan de
beproefde geopolymeerbetonbalken. De druksterkte van deze
balk (45 MPa) is lager dan de druksterkte van het geopolymeer -
beton (94 en 75 MPa voor respectievelijk S100 en S50). De elasti -
citeitsmodulus van het gebruikte cementgebonden beton is
echter vergelijkbaar met die van het mengsel S100.
De testresultaten tonen aan dat het buiggedrag van de gewa -
pende geopolymeerbetonbalken zeer vergelijkbaar is met
conventioneel beton. Bij gewapend geopolymeerbeton treden
4a 4b
5
Mechanische eigenschappen geopolymeerbeton 3 2018
23
0 5
1
0
1
5
2
0
2
5
3
0
3
5
4
0
0 50 100 150 200 250
d ag en
e las ticiteitsmo dulus
S100 (91 d nat b ew aard )
S100 (28 d nat b ew aard )
S50 (91 d nat bew aar d)
S50 (28 d nat b ew aard ) elasticiteitsmodulus [GPa]
Het is niet erg waarschijnlijk dat de gemeten afname gerela -
teerd is aan de hoeveelheid hoogovenslak in het bindmiddel,
zoals de initiële hypothese was. Het geopolymeerbeton met een
lager percentage hoogovenslak (S50) heeft in deze experimen -
ten namelijk een sterkere afname laten zien dan het mengsel
dat alleen alkalisch-geactiveerde hoogovenslak als precursor in
het bindmiddel bevat (S100).
De mate van reductie lijkt af te zwakken gedurende de tijd en
lijkt uiteindelijk te stabiliseren. Van beide mengsels zijn twee
extra proefstukken in de natte ruimte bewaard tot een ouder -
dom van 91 dagen in plaats van 28 dagen. Na de langere
periode van nabehandeling is van deze proefstukken de elasti -
citeitsmodulus en splijttreksterkte bepaald. Dit gaf een interes -
sant resultaat. De waarde van beide eigenschappen was in
grootte toegenomen ten opzichte van de waarde op 28 dagen
(zie fig. 6 voor de resultaten van de elasticiteitsmodulus). Ook
bij deze proefstukken neemt vanaf het moment dat de proef -
stukken uit de vochtkamer zijn gehaald en in laboratoriumom -
standigheden worden bewaard de gemeten waarde voor de
elasticiteitsmodulus weer af in de tijd. Kortom, in de natte
ruimte nemen de sterkte en stijfheid van het materiaal in de
tijd toe, zoals ook zou worden verwacht. Wanneer de proef -
stukken worden blootgesteld aan een lagere relatieve vochtig -
heid en dus uitdrogen, wordt in de proeven een lagere waarde
waargenomen.
Om te onderzoeken of er wellicht (micro)scheurvorming
optreedt tijdens het uitdrogen, is de microstructuur van het
materiaal bestudeerd. Zowel de proefstukken die 28 dagen als
91 dagen zijn nabehandeld, zijn hierbij in een ESEM (environ -
mental scanning electron microscope) onderzocht. Er zijn
daarbij geen duidelijke verschillen in microstructuur of
scheurvorming waargenomen tussen enerzijds de proefstuk -
ken die bij 91 dagen ouderdom direct uit de vochtkamer
kwamen en anderzijds de proefstukken die tussen 28 en 91
dagen konden uitdrogen.
dezelfde fasen als bij gewapend cementgebonden beton op: een
lineair-elastische fase, het scheurmoment, vloeien van het
wapeningsstaal, betonstuik of bezwijken van het wapenings -
staal, gevolgd door het bezwijken van de balk.
Na het vloeien van de wapening bezweek de cementgebonden
balk op betonstuik in de drukzone. Wegens de hogere druk -
sterkte van het geopolymeerbeton was de capaciteit van de
gewapende geopolymeerbetonbalken hoger in vergelijking met
het cementbeton. Uiteindelijk bezweken de gewapende geopo -
lymeerbetonbalken onder hoge vervorming, voornamelijk op
het bezwijken van het wapeningsstaal, anders dan bij de
cementgebonden betonbalk.
In de gescheurde fase blijkt de stijfheid van de balk af te nemen
bij een hogere ouderdom van het beton, hetgeen overeenkomt
met wat is gevonden voor de elasticiteitsmodulus (fig.3B). Voor
zowel de gewapende S50- als S100-balken was de stijfheid bij
het beproeven na circa 70 dagen lager dan de stijfheid na onge -
veer een maand. De stijfheid van de S50-balk die na 152 dagen
is getest, had echter een hogere stijfheid vergeleken met de balk
die op 70 dagen ouderdom werd beproefd, wat aan zou kunnen
geven dat de afname van stijfheid slechts tijdelijk is.
Figuur 5 geeft de scheurpatronen van de gewapende balken
weer. Zowel de scheurafstand als de scheurwijdte (bij een gelijk
buigend moment) zijn vergelijkbaar met het scheurgedrag van
de reguliere gewapende betonbalk.
Gemeten reductie sterkte en stijfheid
De experimenten hebben voor de toegepaste geopolymeerbe -
tonmengsels na 28 dagen ouderdom een afname van de splijt -
treksterke en elasticiteitsmodulus in de tijd laten zien. Dit
resultaat komt overeen met hetgeen in een aantal publicaties
over de ontwikkeling van sterkte en stijfheid in de tijd voor
geopolymeerbeton is gerapporteerd.
4 Kracht-verplaatsingsdiagrammen van vierpuntsbuigproeven op gewapende balken voor (a) S50 en (b) S1005 Scheurpatronen tijdens en na de vierpuntsbuigproeven van de twee mengsels en cementgebon - den beton op verschillende tijd - stippen6 Invloed van nabehandeling op ontwikkeling elasticiteitsmodulus
6
Mechanische eigenschappen geopolymeerbeton 3 2018
24
geopolymeerbetonbalken vergelijkbaar zijn met het gedrag van
een gewapende cementgebonden balk. Het is zeer goed moge -
lijk dat de reductie van eigenschappen alleen een rol speelt
voor kleine proefstukken en dat het effect verwaarloosbaar is
bij grotere, gewapende elementen.
Door het onderzoek is duidelijk geworden dat er bij geopoly -
meerbetonsoorten inderdaad in de tijd een afname van
bepaalde mechanische eigenschappen kan worden waargeno -
men. Waarschijnlijk heeft dit met het uitdrogen van de proef -
stukken te maken en lijkt het geen consequenties te hebben
voor constructieve toepassingen met geopolymeerbeton. Tot
slot kan nog worden opgemerkt dat de mechanische en chemi -
sche eigenschappen van geopolymeerbeton significant kunnen
variëren, afhankelijk van de mengselsamenstelling. ?
? LITERATUUR
1 Collins, F.G. & Sanjayan, J.G. Microcracking and strength
development of alkali activated slag concrete. Cement and
Concrete Composites, 23(4?5), 345-352, 2001.
2 Kennispaper: geopolymeerbeton. Delft: SBRCURnet, 2016.
3 Wardhono, A., Gunasekara, C., Law, D.W. & Setunge, S. (2017).
Comparison of long term performance between alkali acti -
vated slag and fly ash geopolymer concretes. Construction
and Building Materials, 143, 272-279.
4 F. Pacheco-Torgal, F., Labrincha, J., Leonelli, C., Palomo, A. &
Chindaprasit, P. Handbook of Alkali-Activated Cements,
Mortars and Concretes. Oxford: Woodhead Publishing, 2015.
5 Huang, Z. Flexural behaviour of reinforced concrete beams
with a layer of SHCC in the tension zone ? Experimental
Study (Masterscriptie), Delft University Of Technology, Delft
(2017).
6 Nedeljkovi?, M. Long-term performance of geopolymer
concrete systems for production of environment friendly
building materials. Lopend Ph.D. proefschrift (Delft Univer -
sity of Technology, The Netherlands, 2014-2018).
Dit Ph.D.-onderzoek wordt uitgevoerd onder project
S81.1.13498 in het kader van het Partnership Programme
van het Materials innovation institute M2i ( www.m2i.nl ) en
de Technologiestichting STW ( www.stw.nl ), onderdeel van
de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onder -
zoek ( www.nwo.nl ).
Als de reductie in eigenschappen niet wordt veroorzaakt door
scheuren in de (micro)structuur van het materiaal, is het zeer
goed mogelijk dat (een deel van) de gemeten afname van
tijdelijke aard is. De reductie is dan slechts het gevolg van een
vochtgradiënt (eigenspanningen) in de proefstukken die
gebruikt zijn om de eigenschappen te bepalen. Met aanvul -
lend onderzoek kan worden nagegaan in welke mate de
gemeten afname zich verder zal voortzetten.
Conclusies en aanbevelingen
De in de literatuur gerapporteerde afnamen in de tijd voor
(splijt- en buig-)treksterkte en elasticiteitsmodulus van geopo -
lymeerbetonsoorten waren aanleiding voor het afstudeeron -
derzoek. Voor constructieve toepassing met
geopolymeerbeton wordt het wenselijk geacht dit gedrag te
begrijpen.
De resultaten hebben ook een afname van de mechanische
eigenschappen (elasticiteitsmodulus, splijttreksterkte) voor het
onderzochte geopolymeerbeton met vliegas en hoogovenslak
laten zien. De gemeten afname is percentagewijs het grootst
voor de elasticiteitsmodulus.
De bevindingen in het onderzoek wijzen erop dat de waarge -
nomen afname van de mechanische eigenschappen in de tijd is
gerelateerd aan het uitdrogen (vochtverlies) van de proefstuk -
ken. Als de gemeten lagere waarden voor de eigenschappen
het gevolg zijn van eigenspanningen, waarbij er geen of slechts
beperkt sprake is van (micro)scheurvorming, hoeft dit geen
consequenties te hebben voor de eigenschappen van construc -
ties gemaakt met geopolymeerbeton. Daarom wordt aanbevo -
len nader onderzoek naar de besproken fenomenen uit te
voeren. Daarbij kan dan ook worden gevarieerd in wijzen van
nabehandeling.
De waargenomen reductie lijkt geen significant effect te
hebben op buiggedrag van gewapende balken. Vierpuntsbuig -
proeven hebben aangetoond dat constructief gedrag en scheu -
rontwikkeling (wijdte en afstand) van gewapende
Microlab TU Delft
Het onderzoek is uitgevoerd bij de groep Betoncon -
structies van CiTG aan de TU Delft. Voor de materiaal -
kundige aspecten van het geopolymeerbeton en het
maken van de mengsels is er veel ondersteuning
geweest van Microlab TU Delft en in het bijzonder
promovendus ir. M. Nedeljkovi?, hetgeen zeer waarde -
vol was voor het onderzoek.
Mechanische eigenschappen geopolymeerbeton 3 2018
Reacties