In het centrum van Amsterdam, schuin tegenover station Amsterdam Centraal, is de afgelopen drie jaar hard gewerkt aan IJDock: een kunstmatig schiereiland in het IJ met daarop vijf gebouwen die diverse functies herbergen. Dit unieke en prestigieuze project wordt gekenmerkt door een opvallend sterke integratie van alle denkbare bouwdisciplines: stedenbouwkunde, architectuur, installaties, constructies, uitvoeringstechniek en logistiek.
IJDock: eiland in het IJ
8 2 0 12
24
IJDock:
eiland in het IJ
Overstekken zorgen voor
complex constructief ontwerp
IJDock: eiland in het IJ8 2 0 12
25
1 IJDock ligt naast het Westerdoks-
eiland, dat in het masterplan de
functie van 'stadseiland' heeft
gekregen
foto: Your Captain Luchtfotografie,
aangeleverd door ASR Vastgoed Ontwikkeling
Masterplan
Het nieuwe IJDock ligt tegen het Westerdokseiland aan, het
enige deel van de Amsterdamse binnenstad dat direct aan het IJ
grenst en de Jordaan en de oude werkeilanden als achterland
kent. Een belangrijk uitgangspunt voor het masterplan voor dit
gebied was de wens van de gemeente om het een typische
functie als 'stadseiland' te geven. De typische kenmerken van
de Amsterdamse binnenstad, zoals een hoge bebouwingsdicht-
heid en een grote diversiteit aan functies en leefvormen, zijn
dan ook terug te vinden in de eerste plannen voor IJDock.
Een tweede stedenbouwkundig uitgangspunt vormden de
zichtlijnen vanuit de historische binnenstad. Het gehele project
is feitelijk vormgegeven als een rechthoekig blok, waarin de
diverse zichtlijnen en looplijnen als verlengden van de straten
van Amsterdam letterlijk zijn 'uitgesneden' (fig. 2). Hierdoor
blijft het zicht op het IJ vanuit de binnenstad gehandhaafd. De
vijf gebouwen op IJDock die aldus zijn ontstaan, hebben daar -
door spectaculaire vormen gekregen.
Aanvaarbescherming en bouwput
De gemeente Amsterdam heeft al in een vroeg stadium ingezien
dat de locatie van IJDock risico's met zich meebrengt ten aanzien
van scheepvaart op het IJ. Als voorwaarde is gesteld dat een
aanvaarbescherming moest worden gerealiseerd, met als doel de
kans op een calamiteit ten gevolge van aanvaringen door schepen
te reduceren tot een maatschappelijk aanvaardbaar niveau. De
ontwerpbelastingen zijn met een risicoanalyse bepaald. De
aanvaarbescherming is ontworpen op de aanvaring van een
coaster van 5000 DWT (Deadweight Tonnage) en is in staat een
energie van ruim 20 MNm te absorberen op de lange zijde.
De constructie van de aanvaarbescherming bestaat uit een
kistdam van twee combiwanden (buizen Ø1220 x 12,5 gecom-
bineerd met twee damplanken PU18) op een onderlinge
afstand van circa 10 m. Het puntniveau van de buispalen
In het centrum van Amsterdam, schuin tegenover station
Amsterdam Centraal, is de afgelopen drie jaar hard gewerkt
aan IJDock: een kunstmatig schiereiland in het IJ met
daarop vijf gebouwen die diverse functies herbergen.
Dit unieke en prestigieuze project wordt gekenmerkt door
een opvallend sterke integratie van alle denkbare bouw -
disciplines: stedenbouwkunde, architectuur, installaties,
constructies, uitvoeringstechniek en logistiek.
1
ir. Harm Kraaijenbrink,
ing. Robbert c lignett,
ir. j an Font Freide
Corsmit Raadgevend Ingenieurs /
Royal HaskoningDHV
IJDock: eiland in het IJ
8 2 0 12
26
IJDock
IJDock
betonvloer
combiwand combiwandNAP
doorsnede aanvaarbescherming
N doorsnede
1. uitgangssituatie
2. snede Keizersgracht
3. snede IJ-as4. snede Bickerseiland-as
5. snede Westerdokssluis-as
6. snede Westerdoksdijk ? CS 2
Stedenbouwkundige sneden
3 Aanvaarbescherming IJDock
De aanvaarbescherming vormde tijdens de ruwbouw de afslui-
ting aan twee zijden van de bouwput. De twee resterende zijden
van de bouwkuip bestonden uit met Leeuwankers verankerde
damwanden. Deze damwanden keerden dus geen grond maar
alleen water. De lengten van damwanden en kistdam maakten
het mogelijk om zonder spanningsbemaling te werken. De klei-
lagen vormden de waterdichte afsluiting van de bouwput.
De betonnen vloer van de aanvaarbescherming heeft gedu-
rende de uitvoeringsfase dienst gedaan als bouwweg. Tijdens
Sail Amsterdam 2010 is er op de vloer van de aanvaarbescher -
ming een tribune geplaatst. Alleen een deel van de buispalen
van de buitenste combiwand is straks nog zichtbaar; de binnen-
ste combiwand en de betonvloer liggen onder het peil van het
IJ. Een deel van de aanvaarbescherming wordt straks benut als
aanlegplaats voor de schepen van de KLPD.
Gebouwfuncties en ontwerp
De vijf gebouwen (bouwdelen I t/m V) zijn gebouwd op een
drielaagse kelderbak (bouwdeel VI), die als een rechthoekig
schiereiland in het IJ ligt. Binnen de randvoorwaarden van het
masterplan hebben vier architecten zorggedragen voor de
nadere architectonische, functionele en bouwkundige uitwer -
king van de afzonderlijke gebouwen (fig. 4).
De kelderbak bevat twee parkeerlagen. De derde laag (direct
onder het maaiveld) bevat diverse functies die zijn gerelateerd aan
de bovengelegen gebouwen. De bovengelegen bouwdelen tellen
ieder twaalf verdiepingen en herbergen de volgende functies:
? huisvesting en haven KLP, verhuurbare kantoren (bouwdeel I);
? woningen (bouwdeel II);
? gerechtshof/Paleis van Justitie (bouwdeel III en V);
? hotel (bouwdeel IV).
varieert tussen NAP ?21,5 m en NAP ?27,0 m. Tussen beide
combiwanden is een betonnen vloer gestort met een dikte van
1,0 m. De vloer is momentvast met de buispalen verbonden
(fig. 3). Op deze wijze ontstaat een relatief flexibele portaal-
constructie die een hoge energie-absorptie mogelijk maakt,
hoofdzakelijk door plastische vervorming van de constructie.
2
3
IJDock: eiland in het IJ8 2 0 12
27
bouwdeel I: kantoren
bouwdeel II: woningen
bouwdeel IV: hotel
bouwdeel III en V:
Paleis van Justitie
bouwdeel VI: kelderbak
(parkeren en gebouw-
gerelateerde functies)4
De bouwdelen van IJDock hebben kenmerkende en
constructief lastige overstekken afkomstig uit stedenbouw-
kundige en architectonische randvoorwaarden
5 Het 'voorspannen' van de funderingspalen met groutankers
afwezig. Onder het IJ bevinden zich de eerste 40 m slechts zeer
slappe veen- en kleilagen. Wellicht één van de redenen waarom
hier nooit is gebouwd. Funderen op de derde zandlaag is hier de
enige mogelijkheid, maar vereist paallengten tot 38 m
(NAP ?43,5 m). Om die reden is in het definitief ontwerp aanvan-
kelijk uitgegaan van vibropalen, maar uiteindelijk is in overleg
met de opdrachtgever en de aannemer van het heiwerk gekozen
voor prefab-betonnen palen met een dwarsdoorsnede van
500 x 500 mm. Uit onderzoek bleek de haalbaarheid van die
oplossing groter. De lengte van 38 m was op het moment dat met
de uitvoering van het heiwerk werd gestart niet eerder in
Nederland toegepast in prefab. De palen zijn per schip over het IJ
aangevoerd.
De laagste keldervloer ligt circa 5 m onder het peil van het IJ. De
opwaartse druk wordt ter plaatse van de gebouwen gecompen-
seerd door het gebouwgewicht. Onder de gebouwen zijn in de
keldervloer daarom geen trekankers toegepast.
Ter plaatse van de binnenstraten tussen de gebouwen is niet
voldoende bovenbelasting aanwezig om de opwaartse waterdruk
te compenseren. De toepassing van trekankers in deze gebieden
was noodzakelijk. Maar uit de eerste berekeningen bleken er
vervormingsverschillen te ontstaan tussen de neerwaarts en
opwaarts belaste gebieden. Om deze vervormingsverschillen te
beperken, is ervoor gekozen funderingspalen en trekankers te
groeperen en de funderingspalen als het ware 'voor te spannen'
door middel van de trekankers. Dit principe is schematisch weer -
gegeven in figuur 5.
Constructief ontwerp kelderbak
De kelderbak beslaat een oppervlakte van circa 180 x 60 m 2. De
dikte van de onderste keldervloer is 350 mm, hetgeen is afge-
stemd op het kolomstramien van circa 8,1 x 8,0 m. Deze onderste
keldervloer en wanden bestaan uit ter plaatse gestort beton. De
tussenvloeren (200 ? 300 mm dik) van de kelder bestaan uit
breedplaatvloeren opgelegd op versterkte stroken, die ook weer
bestaan uit breedplaatvloeren. Vooral de betonvorm op het maai-
veldniveau is buitengewoon complex: de binnenstraat tussen de
De plinten van bouwdelen II en III zijn bestemd voor commer
-
ciële ruimten. De gebouwen krijgen een eigen karakter door hun
verschillende functies en materiaalgebruik, maar vormen toch
een eenheid door de randvoorwaarden van het masterplan.
Bouwput en fundering: bijzonder heiwerk
De kelderbak is in een droge bouwput gebouwd. Zoals gezegd,
was door de aanvaarbescherming de bouwput al voor de helft
gereed. Aan de stadskant zijn tijdelijke damwanden geslagen tot
een diepte van circa NAP ?24,0 m. De bouwput is bemalen met
een open bronbemaling.
In het voorjaar van 2009 is gestart met het heiwerk. De eerste en
tweede zandlaag, waarop vrijwel alle gebouwen in Amsterdam en
omgeving zijn gefundeerd, zijn op de projectlocatie vrijwel geheel
4
5
prefab paal zonder groutankers
(ter plaatse van de gebouwen)
prefab paal met groutankers
a) situatie na storten funderingsvloer b) aanspannen van de groutankersc) stoppen van de bemaling
a) situatie na storten funderingsvloer
b) stoppen van de bemaling
IJDock: eiland in het IJ
8 2 0 12
28
kelderbak
laag 00
+8460
laag 0,5+11 950
laag 01+15 290
laag 02+18 290
laag 03+21 290
F G H J F1 G1G2 H1
A III.B III.C
6 Uitkragende middenwand in het
Paleis van Justitie met zichtbare
drukdiagonalen
7 Overstekken in bouwdeel III
(Paleis van Justitie), doorsnede
8 Overstekken in bouwdeel IV
(hote), doorsnede
ken in deze bouwdelen verschillende constructieprincipes
toegepast.
Bouwdeel III
Bouwdeel III is onderdeel van het Paleis van Justitie en bevat
hoofdzakelijk kantoren. Volgend uit deze hoofdfunctie heeft het
gebouw een draagconstructie bestaande uit (prefab-)betonnen
kolommen en kanaalplaatvloeren op THQ/HQ-liggers, waarmee
een vrij indeelbare ruimte ontstaat. Over de onderste twee
verdiepingen snoert het gebouw 8 m in aan de binnenstraatzijde;
de gevelkolommen langs de binnenstraat lopen dus niet door tot
op funderingsniveau. Om dit overstek te realiseren, zijn grote
V-vormige stalen spanten toegepast (fig. 7). Het gevolg daarvan
is dat vrijwel het gehele gebouwgewicht komt te rusten op de
middenkolommen. De gevelkolommen langs de IJ-zijde stabili-
seren deze constructie en worden hoofdzakelijk belast in het
geval van een ongelijkmatige verdeling van (veranderlijke)
gebouwen heeft een lichte heuvelvorm, waarbij het hoogste punt
van het straatniveau ongeveer ligt ter plaatse van de Bickers-
eiland-as (fig. 2). De betonvorm volgt deze bolling. De begane-
grondniveaus van de gebouwen sluiten hierop zo goed mogelijk
aan, maar zijn vanzelfsprekend wel vlak. De vloerconstructie van
de binnenstraat is geschikt voor verkeersklasse 450.
Bij de genoemde afmetingen van de kelderbak ligt het toepassen
van een aantal dilataties voor de hand, maar het inpassen van
dilatatievoegen zou veel problemen opleveren in verband met de
complexiteit van de betonconstructie. Uiteindelijk is gekozen
voor slechts één enkele dilatatie in het midden van de kelderbak.
Bij deze keuze speelde ook de overweging een rol dat defecten en
lekkages in een dilatatievoeg in een keldervloer in het algemeen
lastig zijn te detecteren en te herstellen. Lekkage door scheurvor
-
ming kan daarentegen relatief eenvoudig worden hersteld door
middel van injecties. Het is in die benadering wel noodzakelijk
de scheurvorming zoveel mogelijk te beperken. Een voldoende
hoog wapeningspercentage is daarbij van belang, maar minstens
zo belangrijk zijn een juiste keuze van het betonmengsel
(cementgehalte max. 335 kg/m
3, wcf max. 0,5, superplastificeer -
der) en een goede nabehandeling van het beton door middel van
afdekken met folie en dekzeilen. Doordat hierover in een vroeg
stadium afspraken zijn gemaakt met de aannemer, zijn injecties
tot nu toe tot een minimum beperkt gebleven.
Constructief ontwerp gebouwen: overstekken
De snede die over de lengte van het eiland loopt, en daarmee
vorm geeft aan de 'hoofdstraat', is op beganegrondniveau
breder dan bij de hogere verdiepingen. Daardoor ontstaan in de
constructies van bijna alle gebouwen kenmerkende en
constructief lastige overstekken. Deze variëren in grootte van
2 m (bouwdeel II) tot 21 m (bouwdeel V). De meest kenmer -
kende overstekken manifesteren zich in de bouwdelen III
(fig. 7), IV (fig. 8) en V (fig. 6). In een samenspel van functio-
nele en constructieve randvoorwaarden zijn voor de overstek-
6
7
8
IJDock: eiland in het IJ8 2 0 12
29
F
Fp
F
Fp
R
9 Berekende vervormingen in de overstek in
het Paleis van Justitie (bouwfase)
10 Wandsysteem Paleis van Justitie: de con-
structie gedraagt zich feitelijk als een uit -
kraging naar twee zijden; dat is ook terug
te zien in het spanningsbeeld in figuur 6
heeft een breedte van ruim 31 m. Het wordt mogelijk gemaakt
door vier uitkragende betonnen hoofdwanden (fig. 9). Deze
wanden zijn voorgespannen met nagerekt staal. Voor de uitkra-
gende wandliggers is een constructiehoogte beschikbaar van
circa 15 m, maar het beheersen van de vervormingen vormde
desondanks een interessante uitdaging.
Voor het minimaliseren van de vervormingen zijn de volgende
maatregelen genomen (fig. 10):
? de overstekconstructies zijn 'gebalanceerd' ontworpen,
waarbij de belasting boven het overstek min of meer in even-
wicht is met de belasting achter het steunpunt;
? de wanden zijn zodanig voorgespannen dat in de gebruiks-
toestand geen scheurvorming optreedt in de trekzone boven
in de wanden;
? door de voorspanning wordt een lichte zeeg geïnitieerd.
De beide gevelwanden zijn voorgespannen met tien kabels van
zeven strengen Ø15,7 en een totale kracht van circa 11,2 MN
per wand. De twee middenwanden zijn ieder voorgespannen
met tien kabels van twaalf strengen Ø15,7 en een totale kracht
van 20,7 MN per wand. De kabels zijn zoveel mogelijk bovenin
de wanden geconcentreerd. Bij de verankering waaieren de
kabels uit om voldoende ruimte te maken voor de spankoppen
(foto 11). Er is in twee fasen voorgespannen: circa 50% voor -
spanning na het gereedkomen van de zevende verdieping en
100% voorspanning na het gereedkomen van de dakvloer
(twaalfde verdieping).
belastingen links en rechts van de middenkolom. Deze gevel-
kolommen kunnen dus op zowel druk als trek worden belast.
Bouwdeel IV
Het hotel (bouwdeel IV) heeft een met woningbouw vergelijk-
bare draagconstructie die bestaat uit in het werk gestorte
dragende wanden en breedplaatvloeren. De dragende wanden
staan op een stramien van 8,1 meter. Daartussen is ruimte voor
twee hotelkamers met een breedte van circa 4,0 m. De onderste
twee lagen bevatten onder meer de lobby, vergaderzalen en een
restaurant. Deze verdiepingen vereisen een meer open draag-
structuur, bestaande uit in het werk gestorte kolommen.
Overstekken zijn hier aanwezig aan zowel de binnenstraatzijde als
de aan de zijde van de toekomstige jachthaven tussen IJDock en
de Westerdoksdijk (fig. 8). Deze overstekken worden mogelijk
gemaakt door de schijfwerking van de hoofdwanden. De gang-
zone verdeelt de hoofdwanden in twee stukken. Constructief
waren hier twee kolommen per wanddeel gewenst (totaal vier),
maar de architect wilde dit beperken tot drie. Het is in dit concept
vooral belangrijk dat voldoende dwarskrachtcapaciteit aanwezig
is ter plaatse van de boven elkaar gelegen sparingen, om enige
mate van onbalans in het linkerwanddeel te kunnen compen-
seren. De gehele wand moet feitelijk als één ligger op drie steun-
punten kunnen fungeren, die aan beide zijden uitkraagt. Dit is
uiteindelijk mogelijk gemaakt door toepassing van een zware
betonnen ligger op het niveau van de tweede verdieping en de
toepassing van stalen liggers boven de gangsparingen.
Bouwdeel V
Eén van de grootste constructieve uitdagingen binnen het
project was het realiseren van het indrukwekkende overstek
van ruim 20 m boven de entree van het nieuwe Paleis van
Justitie (bouwdeel V, fig. 6). Dit overstek draagt tien vloeren en
as J
as J as V.H
as V.G
as BB
as GGas 22
as 21
wand
-10
-30
-50
as V.H
as V.G
as BB
overstek
9
10
IJDock: eiland in het IJ
8 2 0 12
30
-25 -20 -15 -10 -50
01-01-1900
02-01-1900
03-01-1900
04-01-1900
05-01-1900
06-01-1900
07-01-1900
08-01-1900
11
Uitwaaieren voorspankabels
12 In het werk gemeten zakking onderzijde wand as V.G
13 IJDock zal tegen het einde van 2012 volledig zijn opgeleverd
foto: René den Engelsman, aangeleverd door ASR Vastgoed Ontwikkeling
Draagconstructie bouwdeel I en II
Overstekken zijn niet aanwezig in bouwdelen I en II. Daardoor
zijn deze bouwdelen in constructief opzicht minder complex dan
de overige bouwdelen.
Bouwdeel I bestaat uit een kolomstructuur met in twee richtingen
dragende breedplaatvloeren. Door de onregelmatige vorm van de
vloeren was toepassing van liggers en kanaalplaatvloeren hier niet
goed mogelijk. De stabiliteit van het gebouw wordt ontleend aan
de centrale kern en een betonnen gevelwand.
De draagconstructie van bouwdeel II bestaat uit woning-
scheidende, in het werk gestorte dragende betonwanden en
breedplaatvloeren. Aan deze wanden ontleend het gebouw
ook stabiliteit.
Uitvoering: een logistieke uitdaging
De opdrachtgever heeft ervoor gekozen het project niet als geheel
aan te besteden, maar per bouwdeel. Bovendien is de aanvaar -
bescherming en bouwput al aanbesteed lang voordat het ontwerp
van het gebouw was afgerond. Alleen bouwdeel III en V (samen
het Paleis van Justitie) zijn gezamenlijk aanbesteed. Bouwdeel II
en IV (woningen resp. hotel) zijn weliswaar afzonderlijk aanbe-
steed, maar worden uiteindelijk door dezelfde aannemer
gebouwd.
Ook het heiwerk en de bouw van de kelderbak (bouwdeel VI) zijn
separaat aanbesteed voordat het ontwerp van de bovenbouw
geheel was afgerond. Omdat de aannemers van de bovenbouw
tijdens de bouw van de kelderbak nog niet bekend waren, was het
noodzakelijk dat de opdrachtgever en het ontwerpteam al in dit
stadium nadachten over demarcaties, logistiek en specifieke voor -
Tussen de twee middenwanden bevinden zich de rechtszalen.
Naast de daarvoor benodigde toegangsdeuren was de nadruk-
kelijke wens van de gebruiker dat er sprake zou zijn van enige
mate van daglichttoetreding in de zalen. Dit heeft geresulteerd
in een complex patroon van raam- en deursparingen in de
wanden. Gezien de hoge spanningen is er bij de bepaling van
het sparingenpatroon naar gestreefd de drukdiagonalen in de
wanden zoveel mogelijk vrij te houden van sparingen (fig. 6).
De wanden zijn berekend met eindige-elementenmodellen
(SCIA ESA Prima Win / SCIA Engineer). Het heeft veel bouw-
teamoverleg en rekenwerk gekost om uiteindelijk tot een
sparingontwerp te komen dat voor alle partijen werkbaar was.
De wanden hebben een dikte van 400 mm en zijn geheel
gestort in betonkwaliteit C53/65.
De berekende eindvervormingen van de wanden zijn in
figuur 9 weergegeven. De zakkingen van het overstek zijn voor
verschillende bouwfasen bepaald, zodat deze tijdens de bouw
goed konden worden gemonitord. Zowel de absolute
zakking
(inclusief zakking van de fundering) van het overstek is
bepaald als de relatieve (doorbuiging ten opzichte van de 'oksel'
van de wanden).
Tijdens de bouw zijn op vijftien posities zakkingsmetingen aan
het overstek verricht. De beide voorspanfasen zijn daarin
duidelijk terug te zien (figuur 12). De maximale zakking van
slechts 25 mm is gemeten in één van de middenwanden en
komt goed overeen met de berekende waarde. Dit betreft de
absolute zakking, waarbij de verwachting is dat deze in de loop
van de tijd mogelijk nog enigszins toe zal nemen door tijd-
afhankelijke vervormingen van de fundering.
11
12
IJDock: eiland in het IJ8 2 0 12
31
Bouwtijd en oplevering
Het constructief ontwerp voor IJDock is al gestart in 1999. De
bouw van de aanvaarbescherming en de bouwkuip is gestart in
2008. Medio 2009 was de bouwput droog en zijn de funde-
ringspalen aangebracht. Met de bouw van de kelderbak is
begonnen in januari 2010 en de uitvoering van de gebouwen
op de kelderbak is gestart in januari 2011. IJDock zal begin
2013 volledig zijn opgeleverd.
?
zieningen voor de uitvoering (zoals fundaties voor bouwkranen
en stempelconstructies voor de gebouwoverstekken).
Sinds de start van de bovenbouw werken er drie aannemers
gelijktijdig aan het realiseren van IJDock. Gezien de zeer beperkte
ruimte op de bouwlocatie vormde dit een uitzonderlijke logistieke
uitdaging. Door al in het ontwerpstadium na te denken over
logistiek en uitvoeringsaspecten en vooral door een goede samen-
werking tussen de bouwers, is het mogelijke gebleken een
omvangrijk en complex project in relatief korte tijd te realiseren.
? pROjecTgegevens
opdrachtgever Wester IJ-Dock C.V. (ASR Vastgoed
Ontwikkeling)
architecten Dick van Gameren en Bjarne Mastenbroek
(masterplan, bouwdeel VI en openbare ruimte), Zeinstra
Van Gelderen Architecten (bouwdeel I en II), Claus en
Kaan Architecten (bouwdeel III en V ), Jan Bakers
Architecten (bouwdeel IV )
constructeur Corsmit Raadgevend Ingenieurs /
Royal HaskoningDHV ontwerp aanvaarbescherming
Corsmit Raadgevend
Ingenieurs / Royal HaskoningDHV i.s.m. Witteveen + Bos,
i.o.m. Gemeentelijke havendienst
risicoanalyse aanvaarbescherming Fugro Ingenieurs-
bureau
aannemers CFE (aanvaarbescherming, fundering),
Strabag (bouwdeel VI), Dura Vermeer (bouwdeel I), Moes
Bouwgroep, onderdeel van Hurks Groep (bouwdeel II &
IV ), J.P. van Eesteren (bouwdeel III & V )
oplevering begin 2013
12
Reacties