In het centrum van Rotterdam, tegenover het centraal station, verrijst binnenkort het 125 m hoge gebouw 'First Rotterdam'. De toren wordt grotendeels in prefab beton uitgevoerd. Gelijk met de kern zal ook de betonnen gevel worden opgetrokken, in een bouwsnelheid van maar liefst twee verdiepingen per zes dagen. Ter compensatie van de zetting (circa 100 mm op moment van oplevering) worden ter plaatse van de hoekpunten van de hoogbouw zestien vijzels ingezet.
8
thema
In stijl omhoog
In het centrum van Rotterdam, tegenover het centraal station, verrijst binnenkort het
125 m hoge gebouw 'First Rotterdam'. De toren wordt grotendeels in prefab beton
uitgevoerd. Gelijk met de kern zal ook de betonnen gevel worden opgetrokken, in een
bouwsnelheid van maar liefst twee verdiepingen per zes dagen. Ter compensatie van
de zetting (circa 100 mm op moment van oplevering) worden ter plaatse van de hoek-
punten van de hoogbouw zestien vijzels ingezet.
1
Ongelijkmatige zettingen van First Rotterdam gecompenseerd met vijzels
thema
In stijl omhoog 2 2014
9
Onderdeel van de ontwikkeling rond het nieuwe Rotterdam
Centraal Station is het autoluw maken van het Weena om
daarmee een betere ontsluiting richting het centrum te creëren.
Hiermee zijn extra mogelijkheden ontstaan voor de herontwik-
keling van het Weenapoint. Inmiddels is hier begonnen aan de
bouw van First Rotterdam. Dit project omvat een tweelaagse
ondergrondse parkeergarage, met daarop een plintgebouw van
7 verdiepingen hoog. Op dit plintgebouw, aan de oostkant,
komt een toren van 31 verdiepingen hoog (125 m), bestaande
uit een mid-rise gedeelte en een high-rise gedeelte (fig. 3). In
totaal omvat het gebouw 54 000 m
2 BVO kantoorruimte. In het
gebouw worden onder meer het nieuwe hoofdkantoor van
Robeco (16 000 m
2) en het advocatenkantoor NautaDutilh
(10 000 m
2) gevestigd. Oplevering staat gepland voor 2015.
Ontwerp
Kenmerkend aan het gebouw is de indrukwekkende natuur -
steengevel. In de toren heeft deze gevel om de verdieping een
horizontale band, waardoor de hoogbouw slanker en hoger
oogt. Het bestaande koepelgebouw (zie kader 'Geschiedenis')
naast de nieuwbouw heeft veel invloed gehad op het ontwerp.
Door aan de zuidzijde de gevel over de onderste twee bouwla-
gen schuin naar binnen te laten lopen, wordt extra ruimte
gecreëerd en komt het koepelgebouw weer beter tot zijn recht
als vrijstaand paviljoen. Ook het inpassen van het bestaande
kunstwerk van Henry Moore in de gevel van de nieuwbouw
was een belangrijke randvoorwaarde voor het ontwerp (fig. 4).
Sloop en verplaatsen kunstwerk Moore
Om ruimte te creëren voor de nieuwbouw was het noodzakelijk
de eerste, in 1955 aangebrachte uitbreiding te slopen. Hier is in
september 2012 mee gestart. Deze uitbereiding bestond uit drie
bouwlagen en een kelder. Een belangrijk onderdeel van de sloop
was de preservering en verplaatsing van het kunstwerk van Moore
naar een tijdelijke plek op het binnenterrein van het Weenapoint.
Allereerst is een stalen korset geplaatst rondom het kunstwerk.
Dit werd aan de onderzijde versterkt met twee in het werk
gestorte voorgespannen balken onderling gekoppeld met
HEB120-liggers om de 750 mm (fig. 5). Hierna kon het kunst-
werk aan de onderzijde worden losgezaagd en met twee trailers
voorzichtig naar zijn tijdelijke plek worden gemanoeuvreerd
(foto 6). In verband met het risico op beschadiging is vooraf
een 3D-laserscan gemaakt waarin de contouren van het metsel-
werk tot op de millimeter nauwkeurig zijn vastgelegd (foto 7).
ir. Janko a
rts en ir. Jeroen l uttmer
Royal HaskoningDHV
1 Visualisatie van First Rotterdam tegenover het Groothandelsgebouw, met
rechtsonder station Rotterdam Centraal
bron: CIE Architecten2 Luchtopname van het Bouwcentrum aan de Diergaardesingel, 1954bron: Stadsarchief Rotterdam
Geschiedenis
Vlak na de Tweede Wereldoorlog werd op de plek waar kort daar -
voor nog Diergaarde Blijdorp lag, het Bouwcentrum gebouwd,
naar een ontwerp van Rotterdamse architect Joost Boks (foto 2).
Dit koepelgebouw, een initiatief van de BNA, werd opgericht om
de voor de wederopbouw zo belangrijke kennis over bouwtech-
niek over te dragen aan professionals, door middel van voorlich-
ting en documentatie. Het gebouw heeft een kenmerkende
koepelvorm met een overspanning van 35 m. Het beton is in de
gevel opgevuld met baksteen en vormt een compromis tussen
traditioneel en modern bouwen, de zogenaamde shake-hands-
architectuur van kort na de oorlog.
Het oorspronkelijk vrijstaande paviljoen werd in 1955 uitbreid
aan de zijde langs het Weena met een rechthoekig volume van
drie lagen hoog. Dit gebouw, eveneens ontworpen door Boks,
werd aan de noordzijde (stations-/Weenazijde) voorzien van een
bakstenen reliëf 'Wall Reliëf no. 1' van de Engelse beeldbouwer
Henry Moore. Deze sculptuur van 18,7 × 8,5 m bestaat uit
16 000 handgevormde klinkers.
Tussen 1967 en 1970 werd een tweede uitbreiding gerealiseerd
met een langgerekt gebouw aan het Kruisplein, een parkeerga-
rage en een hoogbouw van achttien verdiepingen (de zoge -
noemde toren A). Hiermee werd het complex uitgebreid tot een
kantooroppervlak van 42 000 m
2. Ook hierbij speelde Boks een
rol als adviserende architect.
Het complex is inmiddels omgedoopt tot het Weenapoint. Het
project First Rotterdam betreft de herontwikkeling van dit kanto -
rencomplex. Zowel het koepelgebouw, tegenwoordig een rijks-
monument, als het kunstwerk van Henry Moore speelden een rol
bij het ontwerp van de nieuwbouw.
2
in stijl omhoog 2 2014
10
3 Plattegrond met bestaande bouw en nieuwbouw First Rotterdam
4 Gevel langs het Weena (noordzijde); aan de rechterzijde is nog net het
kunstwerk van Henry Moore zichtbaar
bron: CIE Architecten
Aan de hand van deze nauwkeruige inmeting zou het kunst-
werk weer steen voor steen kunnen worden opgebouwd, mocht
het ernstig beschadigd raken. Gelukkig bleek dat niet nodig.
Bouwput en fundering
Nadat het kunstwerk was verplaatst, kon met de bouwput
worden begonnen. Deze put wordt afgescheiden door damwan-
den (type AZ36-700N en AZ25), die in verband met de mini-
maal beschikbare ruimte nauwgezet om het koepelgebouw
heen zijn geplaatst. Hierbij zijn nauwkeurige trillingsmetingen
uitgevoerd. Ondanks een minimale afstand van circa 1,3 m tot
het koepelgebouw bleek het drukken van de damwanden niet
noodzakelijk, onder meer dankzij het gebruik van een hoogfre-
quent blok. Om schade aan het monumentale koepelgebouw te
3
4
thema
In stijl omhoog 2 2014
11
HEB220 trekkolom
kunstwerk
drukschoor
1330 220 1110 220
betonbalk 800 x 400 mm
800 450 800
1680
dwarsligger
1680
dwarsliggerHEB220HEB220
9760
UNP140
dragline schotten
maaiveld
600150
150055 1195
7890
9000
140
400
220
250
400 400 400 400
Ø219x6mm
A B
UNP140
betonbalk
800x400mm
voorspankop voorspankop
2190
koppelbalk HEB120 -S355
best.betonwand kelder 250
zachthout vulling
5 Stalen korset dat om het metselwerk kunstwerk van Henry Moore is geplaatstbron: Techniek en Methode, Heezen6 Verplaatsing van het kunstwerk op 24 januari met behulp van SPTM's (self
propelled modular trailers) van Mammoet
waardoor het onderwaterbeton toch kon komen te vervallen.
Hiermee is de bouwtijd met circa zeven weken verkort.
De fundering bestaat uit vibro-combinatiepalen Ø506/560
(schacht/punt). Deze palen zijn verdiept aangebracht in een
diamantvormig grid van 1,8 × 1,35 m. Hierbij was een heiver -
dichting van 8% mogelijk, waardoor zeer zwaar heiwerk werd
voorkomen.
Om voldoende draagkracht te genereren, staan de palen zo
diep mogelijk in de eerste zandlaag tot circa NAP -28 m. De
keuze het gebouw op de eerste zandlaag te funderen, was voor -
namelijk een economische. Het betekent echter ook dat zettin-
gen tijdens en na afloop van de bouw zullen optreden ten
gevolge van de zettingsgevoelige kleilaag van de Formatie van
Waalre (voorheen bekend als de Laag van Kedichem) die zich
op 16 m onder de eerste zandlaag bevindt. Deze zettingen zijn
in eerste instantie onderzocht met DSettlement en vervolgens
ook met nauwkeurige 3D-PLAXIS-berekeningen. Hierbij is de
bouwfasering meegenomen, gerelateerd aan het tijdsafhanke-
lijke verloop van de zettingen. Op de compensatie van deze
zettingen wordt verderop in het artikel nader ingegaan.
voorkomen, zal een deel van de damwand niet worden getrok-
ken. Dit deel wordt gebruikt als permanente kelderwand.
Met het voltooien van de damwanden kon de bestaande kelder
worden gesloopt en de bouwput tot circa 2 m onder maaiveld
worden aangevuld.
De damwanden worden gesteund door een tweelaags stempel-
raam bestaande uit stempels Ø711×9,5 met gordingen
2 × HE600B op het bovenste niveau en stempels Ø914×12,5
met gordingen 3 × HE700B op het onderste niveau
Uit een voorstudie bleek een bouwput met onderwaterbeton
technisch de minst risicovolle keuze in verband met de hori-
zontale vervormingen ter plaatse van het koepelgebouw. Dit
bleek ook financieel mogelijk. Tijdens de contractvorming
werd door de aannemer toch een alternatief gezocht. Hierbij
zou het noodzakelijk zijn de stijghoogte in het eerste watervoe-
rende pakket, door middel van spanningsbemaling, te verlagen
in verband met opbarsten van de bouwputbodem. Bovendien
bestond er een risico dat het verkrijgen van de benodigde
vergunningen voor het onttrekken van grondwater lang zou
gaan duren. Uiteindelijk is deze vergunning tijdig verkregen,
6
5
in stijl omhoog 2 2014
12
outrigger wand
w
x
H
stabiliteits-
kern
gevelkolom funderings-balk
funderings- palen
worden qua uitvoering. Het voordeel is echter dat door de koppe-
ling de gevelelementen in de langsgevel de stabiliteit in oost-
westrichting voldoende waarborgen waardoor in die richting
geen outriggers nodig zijn (fig. 10).
In hoogbouw worden outriggersystemen vaker toegepast in
combinatie met een belt truss, een over één of twee verdiepin-
gen lopende vakwerkconstructie in de gevel waarmee alle
gevelkolommen door de outrigger worden geactiveerd.
Doordat de gevelelementen onderling gekoppeld zijn, wordt
ditzelfde effect bewerkstelligd. Ontwerp van de constructie
Voor het waarborgen van de stabiliteit zijn diverse alternatie-
ven overwogen. Een volledige gevelbuis bleek niet mogelijk in
verband met de benodigde openheid van de onderste lagen en
paste ook minder goed in het gewenste gevelbeeld. Een stabili-
teitskern in combinatie met een raamwerkconstructie leidde
niet tot een rendabel ontwerp aangezien dit te dikke vloeren
zou opleveren. Dergelijke vloeren zouden zowel het gebouwge -
wicht als ook de totale gebouwhoogte te nadelig beïnvloeden.
Als oplossing is uiteindelijk gekozen voor een outriggercon-
structie (fig. 8). Hiermee wordt de te slanke kern (met liftin-
stallaties en trappenhuizen) door middel van twee verdieping
hoge wanden gekoppeld met de gevel. Deze outriggerconstruc-
tie is gepositioneerd op de 19e en 20e verdieping (fig. 9). De
optimale positie ligt eigenlijk enkele verdiepingen hoger. Hier
was deze constructie echter niet mogelijk, omdat deze verdie-
pingen samen met 'gewone' verdiepingen al waren verhuurd
aan één en dezelfde partij. Het verschil in de betreffende
verdiepingen was voor deze partij niet acceptabel.
Tijdens de uitwerking van het ontwerp wilde de aannemer méér
uniformiteit in de betonconstructie. Daarmee zou de hoogbouw
in een hoger tempo kunnen worden gerealiseerd. Om die reden
worden de noord- en zuidgevel uitgevoerd met gestapelde gepre-
fabriceerde sandwichelementen. Nadeel hiervan is dat de gevels,
door het grote aantal constructieve koppelingen, ingewikkelder
8
7
7 Schermafdruk van de 3D-laserscan waarbij enkele punten aan de onderzijde
zijn opgemeten
bron: Royal HaskoningDHV8 Principe van outriggersysteem om de gevelkolommen mee te laten werken
ten behoeve van stabiliteit
thema
In stijl omhoog 2 2014
13
1e verdieping
begane grond
2e verdieping
3e verdieping
kelder -1
4e verdieping
5e verdieping
6e verdieping
7e verdieping
8e verdieping
9e verdieping
10e verdieping
11e verdieping
12e verdieping
13e verdieping
14e verdieping
15e verdieping
16e verdieping
17e verdieping
18e verdieping
19e verdieping
20e verdieping
21e verdieping
22e verdieping
23e verdieping
24e verdieping
25e verdieping
26e verdieping
27e verdieping
28e verdieping
29e verdieping
kelder -2
30e verdieping
31e verdieping
A B C D
32e verdieping
liftput
33e verdieping (liftuitloop)
9 Doorsnede over de kern met op de 19e en 20e verdieping de outrigger
10 Outrigger met doorgehaald de vervallen outrigger in oost-westrichting
11 Visualisatie van het 3D-computermodel
krachtswerking is te lezen (fig. 12). De vloeren zijn in het
model ingevoerd om de horizontale schijfwerking zo goed
mogelijk mee te nemen. Deze vloeren zijn echter als dunne
platen met een dikte van 25 mm ingevoerd, zodat een over -
schatting van de buigstijfheid van het systeem door de
inklemming van de vloerschijven is voorkomen.
De zettingen zijn meegenomen door aan de onderzijde van
de palen een opgelegde vervorming in te voeren. Deze zijn
per paal bepaald aan de hand van de contourplots uit het
PLAXIS-model (fig. 13). Zowel de situatie zonder zettingen
(nulsituatie) als met maximale zettingen (eindsituatie) zijn
berekend en hiermee is in de detaillering rekening gehou-
den.
Gevel
Zoals gezegd zijn de gevels uitgevoerd met prefab-betonele-
menten (fig. 14). De plattegrond kent een verschoven H-vorm.
Daardoor ontstaat ook op as B en C een gevel (fig. 15). Over de
onderste twee lagen bestaat deze gevel uit kolommen met een
afmeting van 800 × 800 mm
2. Vanaf de tweede verdieping is de
gevel opgebouwd uit prefab sandwichelementen. Tot de achtste
verdieping is de dikte daarvan 500 mm. Bij de 9e tot en met de
11e verdieping is de dikte afhankelijk van de oriëntatie. Aan de
noordzijde, bij de penanten met een breedte van 1000 mm,
bedraagt de dikte 380 mm. Aan de zuidzijde, bij penanten met
Uiteindelijk is deze variant in relatief kort tijdsbestek uitge-
werkt. Hierbij is gebruikgemaakt van een 3D-EEM-compu-
termodel (fig. 11). In verband met de complexiteit van de
stabiliteitsgevel, de outriggerconstructie en de zettingen die
invloed hebben op de krachtswerking, is ervoor gekozen één
totaal 3D-model te hanteren. De gevels zijn hierbij als staaf-
werkmodel ingevoerd waarbij op een eenvoudige wijze de
9
10 11
in stijl omhoog 2 2014
14
12
13
14
behoeve van de ingang van de parkeergarage vormt zich
deels om het bestaande koepelgebouw heen en is aan de
onderzijde geïntegreerd met een sprinklerbassin van 200 m
3.
Compensatie zettingen
Inherent aan het funderen van een hoogbouw op de zandlaag
boven de Formatie van Waalre is het optreden van ongelijkma-
tige zettingen in de ondergrond. Dit kan leiden tot onaccepta-
bele vervormingen in het gebouw. Met een iteratief rekenproces
zijn de maatgevende situaties bepaald en is de omhullende
krachtswerking vastgesteld. Hierbij is de bandbreedte tussen de
zettingsloze situatie en de maximale zetting bestudeerd.
Om te grote spanningen in de betonconstructie tegen te gaan,
wordt de in het werk gestorte kelderbak gesegmenteerd uitge-
voerd. Bij het gedeelte dat de meeste zetting zal ondergaan,
wordt deze met een overhoogte van 100 mm aangelegd. Naar
de zijkanten, waar de zettingen minder zijn, loopt de kelder
een breedte van 1200 mm, 300 mm. Vanaf de 12e tot en met de
30e verdieping wordt een dikte van 250/300 mm toegepast.
Om deze slankheid van de gevel te kunnen realiseren, wordt
voor diverse verdiepingen beton tot C90/105 toegepast. Ook
in de kelder worden delen van de in het werk gestorte stabi-
liteitskern in deze zeer hoge sterkteklasse uitgevoerd.
Tussen de gevels zijn kanaalplaatvloeren ontworpen met een
overspanning van 11,7 m (A-B en C-D) respectievelijk 8,1 m
(B-C). Deze kanaalplaten zijn 260 mm dik met een druklaag
van 50 mm in het midden van de overspanning. Dit is
vanwege de vereiste 120 minuten brandwerendheid. De
afwerklaag of verhoogde vloer wordt ontkoppeld door
middel van folie. Een en ander is conform de opgestelde
detaillering volgens de BFBN-brief van juni 2011. Hierdoor
kan brandwerende bekleding achterwege blijven.
Parkeergarage
De binnenstedelijke locatie vraagt om een kantoorgebouw
met geïntegreerde parkeergarage. Op het omliggende terrein
is hier immers simpelweg geen ruimte voor. In de kelder is
een overspanning van 11,7 m nodig. Om dit mogelijk te
maken, wordt voor de beganegrondvloer en 1e keldervloer
een VZA-vloer (voorspanning zonder aanhechting) toege-
past. Hiermee zijn relatief dunne vloeren mogelijk (330
respectievelijk 300 mm). Hierdoor kon de diepte van de
bouwput, ondanks de vrije hoogte in de parkeergarage van
ruim 2,5 m, toch nog beperkt blijven. De hellingbaan ten
12
Modellering van de gevel door middel van staafwerkmodel
13 Zettingscontouren ten gevolgen van de formatie van Waalre (Kedichem)
14 Sandwich gevelelement op de 9e verdieping met een 380 mm dik binnen-
spouwblad en de benodigde instortvoorzieningen
bron: Loveld
thema
In stijl omhoog 2 2014
15
+15+100
+100
+100
+30
peil
aanvankelijk schuin af (fig. 16). Nabij de uiteinden van de
hoogbouw worden vijzels geplaatst om de tijdelijke ruimte die
daar ontstaat op te vangen. Gaandeweg het opbouwen van de
hoogbouw zullen deze vijzels steeds verder worden afgelaten,
zodat de rechtgebouwde hoogbouw recht blijft ondanks de
zettingen in het midden.
De zettingen die optreden na het verwijderen van de vijzels zijn
gekwantificeerd. De waarde van restzakking en daarmee
gepaard gaande rotatie vallen binnen de geaccepteerde grens
van 1:600 per eenheid van lengte.
15 Typische plattegrond van de toren, hierbij niveau 19 weergegeven met de
outriggers in noord-zuidrichting
16 Schematisering opzetten en vijzels
BREAAM Excellent
Het ontwerp is beloond met het BREEAM Excellent ontwerpcerti-
ficaat. Installatietechnische aspecten zoals warmte- en koudeop -
slag in de bodem, zonnepanelen, een grijswatersysteem en
groene daken zorgen voor een hoge score. Ook op de bouw -
plaats is hier aandacht voor door onder meer zonnepanelen op
de bouwkeet, gescheiden afvalstromen en duurzame herkomst
van bouwmaterialen.
15
16
Tot slot
Begin februari 2014 is de fundering van het gehele complex
voltooid. Op de bouwplaats worden momenteel de voorzienin-
gen getroffen voor het plaatsen van de eerste opgaande kolom-
men op de -2 vloer en de daarop gelegen -1 vloer. Volgens de
planning zullen vanaf mei 2014 de eerste elementen boven
maaiveld worden geplaatst om uiteindelijk medio 2015 op te
kunnen leveren. Dankzij de vele inspanningen zal de Rotter -
damse skyline binnenkort op een zeer duurzame wijze (zie
kader 'BREEAM Excellent') worden aangevuld met First
Rotterdam.
?
8 9 1 0 11 12 13 14 15 16 17
A
B
C
D
p re fab balk 5 50 x 495
prefab penant 250 x 550
prefab penant 250 x 550
pre fab balk 5 50 x 495
p re fab balk 5 50 x 495 p
re fab balk 5 50 x 495
kana alp la atv loer d = 260
L 2 00 x 200 x 16
L 2 00 x 200 x 16 L 2 00 x 200 x 16
L150 x150 x1 0
L150 x150 x1 0
L150 x 150 x 10
L150 x 150 x 10 p re fa b b ord es
d = 25 0 p
re fa b b ord es
d = 25 0
p re fa b b ord es
d = 25 0
prefab penant 250 x 550 prefab penant 250 x 550
prefab penant 250x550
prefab penant 250 x 550
prefab penant 250 x 550
prefab penant 250 x 800
prefab penant 250 x 800
d
ru kla ag d = 70
dru kla ag d = 70
d
ru kla ag d = 70
prefab wand d = 250
pre fab
p la at d = 180
d ru kla ag d = 70
p
re fab
p la at d = 180
p
re fab
p la at d = 180
dru kla ag d = 70
p
re fab
p la at d = 180
pre fab pla at d = 180
HQ 180 x 5-3 05 x
1 0 -1 40 x 10
L 2 00 x 200 x 16
rib pla a t d = 10 0
ribplaat d = 100
H Q 180 x 5-3 05 x
1 0 -1 40 x 10
prefab wand d = 250
raveli n g
L150 x 150 x 10
druklaag d = 70
k ana alp la at-
v loer d = 260
druklaag d = 70
k ana alp la at-
v loer d = 260
druklaag d = 70
kana alp la at-
v loer d = 260
druklaag d = 70
kana alp la at-
v loer d = 260
druklaag d = 70
kana alp la at-
v loer d = 260
druklaag d = 70
kana alp la at-
v loer d = 260
druklaag d = 70 prefab penant 250 x 1000
prefab penant 250 x 550
? proJectgegevens
project First Rotterdam
opdrachtgever First CV (Maarsen
Groep en MAB Development)
architect CIE Architecten
constructeur Royal HaskoningDHV
aannemer BCF ( Wessels Zeist en
Boele & van Eesteren)
installateur ICF (Klimaatservice
Holland BV en Van den Pol)
leverancier prefab
sandwichgevel Loveld
leverancier prefab beton Westo
in stijl omhoog 2 2014
Reacties