Aan de zuidzijde van Groningen is sinds eind 2012 een nieuw station in gebruik: Station Groningen Europapark. Bij dit station is ook een onderdoorgang gerealiseerd. Vanwege de beperkt beschikbare tijd is gebruikgemaakt van een ingeschoven moot.
22
thema
Inschuiven
in negen dagen
Aan de zuidzijde van Groningen is sinds eind 2012 een nieuw station in gebruik: Groningen
Europapark. Bij dit station is ook een onderdoorgang gerealiseerd. Vanwege de beperkt
beschikbare tijd is gebruikgemaakt van een ingeschoven moot.
Bij Station Groningen Europapark is spoormoot ingeschoven
in negendaagse buitendienststelling
thema
Inschuiven in negen dagen 1 2014
23
Het nieuwe station ligt dicht bij de Euroborg, het voetbalstadion
van FC Groningen. De naam is afgeleid van de wijk waarin het
ligt, Europapark. Het station zorgt voor een halte voor treinen van
Arriva en de NS tussen Groningen en Assen of Bad Nieuwe-
schans. Op het traject zijn momenteel drie sporen aanwezig, met
een mogelijke uitbreiding naar vier sporen. Onder deze sporen is
een verbinding voor fietsers en voetgangers gerealiseerd. Dit
artikel gaat vooral in op de onderdoorgang die nodig was om
deze verbinding te realiseren (fig. 2).
Naast de onderdoorgang omvat het project nog vele andere
werkzaamheden, zoals de verdiepte voorpleinen met terrasvor-
mige plantenbakken, een semi-verdiepte fietsenstalling voor
750 fietsen, het aanbrengen van de perrons voor het station, het
aanbrengen van twee perronkappen, geluidsschermen en een
duikerconstructie. Voor deze onderdelen is 5500 m
3 construc -
tief beton toegepast en ongeveer 1000 ton wapeningsstaal.
Het project omvatte bovendien alle spoorwerkzaamheden,
bovenleidingwerkzaamheden, verleggingen van kabels en
leidingen, de spoorbeveiliging en de telecominstallaties.
Bij de start van het project lag er een voorontwerp van ProRail
dat in overleg met de gemeente Groningen tot stand was
gekomen. Het project is aangenomen in juni 2011, waarna het
ontwerp verder is uitgewerkt. In februari 2012 vond een negen-
daagse buitendienststelling plaats met een volledige stremming voor het treinverkeer tussen Assen en Groningen.
Tijdens de buitendienststelling zijn de onderdoorgang, een
perronkap en alle spoorwerkzaamheden uitgevoerd. Een
tweede perronkap is gerealiseerd in een aansluitende gedeelte-
lijke buitendienststelling.
Onderdoorgang
De onderdoorgang bestaat uit twee delen: een deel aan de zijde
van wijk Helpman (zuidwest) en een deel aan de Euroborgzijde
(noordoost) (fig. 3). Het eerste deel bestaat uit een in het werk
gestorte constructie met daarin verwerkt de technische ruimten
van het station. Op dit deel ligt het nieuwe derde spoor en is
plaats voor het toekomstige vierde spoor. Het tweede deel is het
stuk onder de bestaande twee sporen. Dit is een 1300 ton
wegende constructie die naast de definitieve plek in het werk is
gestort en in zijn geheel is ingeschoven gedurende de buiten-
dienststelling (fig. 4). De constructie is op staal gefundeerd.
Bouwkuip
Het hele project is gerealiseerd in een bemalen bouwkuip die
door damwanden werd afgesloten van de onderliggende water
-
afsluitende lagen. Op de plaats van de kruising met het
bestaande spoor werd een kistdamconstructie (twee onderling
1
ir. Johan Bolhuis RO
BAM Infraconsult
ir. Frans-Jan Willemen
Bartels Infra 1 Bouw nieuw Station Groningen Europaparkfoto's: Jane van Raaphorst2 Impressie van de nieuwe onderdoorgang voor fietsers en voetgangers
2
Inschuiven in negen dagen 1 2014
24
S2V
SK
GERP M
GERP I
GERP A
GERP J
S1V
S2
S3 S1
3
Keyplan Station Groningen Europapark; GERP A = spoorkruising,
GERP I & J = voorpleinen van beide zijden, GERP M = fietskelder
4 Visualisatie van de moot op de schuifbaan
5 De liftschacht en de trapopgang zijn geprefabriceerd en als extra
onderdeel tegen de schuifmoot geplaatst
twee sporen, waarbij de perrons direct zijn geïntegreerd.
De spoormoot is een rechte constructie en omvat twee sporen
in ballastbed. Het dek heeft een totale overspanning van 17,9 m
en een dikte van 760 mm in het midden en is traditioneel
gewapend. In het midden wordt het dek gesteund door drie
kolommen Ø700 mm. Voor afwatering en kruipvervorming
kent het dek een zadelvorm en een zeeg van 25 mm in de kist.
De stootplaten zijn direct opgelegd. De buitenwanden hebben
een dikte van 700 mm en de vloer een dikte van 500 mm. De
gehele moot is uitgevoerd in C35/45.
De schuifmoot is voorgebouwd in de bouwkuip van een van de
voorpleinen. Nadat de schuifmoot was ingeschoven, werd het
aangesloten op het al eerder gerealiseerde deel.
Bijkomende uitdaging was dat de tussengelegen trapopgang en
de liftschacht, die eveneens dienstdoet als fundering voor de
kapconstructie, binnen dezelfde buitendienststelling moesten
worden gerealiseerd. De liftschacht en de trapopgang zijn
geprefabriceerd en als extra onderdelen tegen de schuifmoot
geplaatst (foto 5).
Schuiven en krachtsverdeling
Voor het inschuiven waren aan weerszijden van de moot stalen
A-frames opgenomen in de wanden (fig. 6). Deze frames
rustten op doorgaande profielen die dienden als schuifbaan.
Belangrijke aspecten tijdens het schuiven waren:
? De moot mocht niet 'scheeftrekken' om klemmen in de baan
te voorkomen.
? De belasting op zowel beton als schuifbaan diende zo veel
mogelijk constant te zijn.
Het scheeftrekken van de moot was te sturen gedurende het
schuiven zelf. Door het goed monitoren van de verplaatsingen
is dit proces optimaal verlopen. Om ook de belastingen initieel
al zo veel mogelijk gelijk te hebben, is de configuratie van de
gekoppelde damwandschermen) aangebracht met AZ48-profie-
len, om de bestaande sporen in gebruik te kunnen houden.
Verankeringen zijn onder het spoor aangebracht. Deze beston-
den uit Gewi-stangen die horizontaal onder het spoor liepen
van de ene naar de andere damwand van de kistdam. Dit is
goed gelukt met uitzondering van een ankerstang die meer dan
1 m afweek door een zwerfkei in de ondergrond.
Schuifmoot
Er is geprobeerd de afmetingen van de in te schuiven moot te
beperken; alles in één keer inschuiven bleek niet mogelijk.
Daarom is gekozen voor een schuifmoot met een breedte van
3
4
5
thema
Inschuiven in negen dagen 1 2014
25
1400
700
900
900
1400
7
6 Doorsneden van de twee delen van de onderdoorgang: (a) zuidwest (50 ton
vijzel) en (b) noordoost (100 ton vijzel)
7 Het inschuiven van de moot tijdens de buitendienststelling
Door de relatief grote breedte van de moot, en de kolommenrij
in het midden van de moot, vroeg ook de wapening in de vloer
en het dek in de bouwfase de nodige aandacht. Aanvankelijk
werd verwacht dat er risico op doorponsen van de vloer zou
bestaan door de belasting uit het dek. Een nadere analyse wees
echter uit dat de keldervloer eerder ging hangen aan het dek
dan dat sprake was van doorponsen van de kolommen in de
vloer. Door lokale versterking met wapening aan te brengen,
waren daarmee de optredende snedekrachten goed op te
nemen in de wapening. Bovendien trad in de bouwfase trek op
in de kolommen. In de eindfase staan de kolommen altijd
volledig onder druk.
frames geoptimaliseerd. Daarbij is gerekend met een maximale
oplegdruk van 700 kN per frame. In figuur 4 is goed te zien dat
voor de zwaardere delen de frames dichter op elkaar zijn
geplaatst. Daarmee was wel de contactdruk op de ondergrond
hoger dan waar de frames verder uit elkaar liggen. Door de
toepassing van een dubbele laag stelconplaten onder de schuif-
baan was de spreiding van deze belastingen binnen acceptabele
grenzen geborgd. Ook voor het deel van de schuifbaan binnen
de spoorbaan is dit toegepast. Dit deel van de schuifbaan is
tijdens de buitendienststelling opgebouwd.
6a 6b
Inschuiven in negen dagen 1 2014
Inschuiven in negen dagen 1 2014 26
thema
8 Stortstrook tussen de vloeren
9 Tijdens een belangrijk deel van het project ging het treinverkeer gewoon door
Aangezien de lift en de trapopgang als prefab elementen tegen
de schuifmoot zouden worden geplaatst, bestond het voorste
deel van de schuifmoot uit louter de vloer. Dit leverde een forse
uitkraging van deze vloer op van circa 5 m (fig. 4). Omdat de
vloer bij het oppakken van de moot loskwam van haar bedding,
bestond het risico van scheurvorming en vervorming van dit
vloerdeel. Om beide fenomenen te beperken, is gekozen voor
het ophangen van de uitkraging aan het spoordek met
ankerstangen. Deze stangen zijn zodanig op spanning gebracht,
dat ze precies het eigen gewicht van de vloer zouden dragen.
Daarmee is de vloer vrijwel zonder additionele vervorming
ingeschoven. Na het plaatsen en aflaten van de moot zijn de
stangen verwijderd en rustte de vloer weer op haar (zand)
bedding.
Natte aansluitingen
De schuifmoot kende een aantal complexe aansluitingen. De
volgende 'natte' aansluitingen moesten worden gerealiseerd
tijdens de buitendienststelling:
? aansluiting met prefab liftschacht (= fundatie kapconstruc-
tie);
? aansluiting op trapopgang naar perrons;
? aansluiting vloer schuifmoot op vloerdeel van het reeds
gestorte deel;
? aansluiting op wanden voorplein voorbouwlocatie.
Veel tijd voor het uitvoeren van deze aansluitingen was er niet.
De aansluitingen moesten dan ook eenvoudig en robuust zijn.
Liftschacht
Voor de liftschacht is gekozen voor een natte hoekaansluiting
met stekeinden. De hoekbekisting is verloren en moest
8
9
voldoende stijf zijn om ook de tijdelijke belastingen uit
grondaanvullingen en stortbelasting op te nemen. Deze speci-
als zijn uitgevoerd als prefab bekistingen, die met hoeklijnen
zijn vastgezet op de diverse onderdelen. De liftschacht zelf is in
meerdere prefab-betondelen uitgevoerd. Tijdens de buiten -
dienststelling zijn deze gemonteerd en zijn de verticale stekken
aangegoten.
Trapopgang
Een zelfde principe is toegepast voor de aansluiting tussen de
schuifmoot en de trapopgang. De beide wanden en vloer van
de trap zijn voorgebouwd en in delen in het werk gehesen. Ook
hier was de bekisting verloren en borgde het een deugdelijke en
goede uitharding van de natte aansluiting.
Vloeren
De beide vloeren zijn voorzien van uitstekende wapening
(één vloer met stekken en één vloer met ankers). Door de
configuratie zodanig te kiezen dat geen conflict zou optre-
den, is dit hiermee vereenvoudigd tot een reguliere stort-
strook (foto 8).
Afdichting bouwkuip
Nadat de schuifmoot was ingeschoven, moest er ook sprake
zijn van een waterdichte aansluiting met de bouwkuip. Dit is
opgelost door aan weerszijden van de moot een vleugelwand
mee te nemen met daarin een staalplaat ingestort. Direct na
plaatsing van de moot is vervolgens een lasaansluiting gemaakt
27
10 Om de ontwerpwerkzaamheden goed onder controle te houden zijn
constructies in BIM opgezet
Deze periode was hiervoor niet het meest ideaal. Dat maakte
de voortgang van zowel de voorbereidende werkzaamheden als
het schuiven erg onzeker. Ook was het zo dat het vanwege de
extreme neerslag eind 2011 veel moeite heeft gekost de bouw-
kuip droog te houden. Daarbovenop volgde in januari strenge
vorst.
De uitvoering heeft meerdere malen alles uit de kast moeten
halen: verwarmde tenten tijdens het vlechten en storten,
aanvullende afdekking van gestort beton, extra controle en rijp-
heidsmetingen. Dit alles om het proces nog gecontroleerd te
kunnen laten verlopen.
Tot slot
Geconcludeerd kan worden dat Groningen er een hoogwaardig
station heeft bij gekregen. Ontwerp en uitvoering waren niet
eenvoudig. Vooral de raakvlakken tussen alle elementen en
partijen waren op voorhand niet altijd te voorzien. Toch is de
bouw succesvol verlopen. Een knap stuk werk! Of zoals ze in
Groningen zeggen: "'t Kan minder".
? pROJectgegevens
project Onderdoorgang Station Groningen Europapark
opdrachtgever ProRail
opdrachtnemer Combinatie BAM Station Groningen Europapark v.o.f.:
BAM Civiel Noordoost, BAM Rail, BAM Wegen Noord, BAM Infratechniek
ontwerpleiding BAM Infraconsult
constructeur betonwerk Bartels Infra
van de vleugel naar de damwand van de kistdam. Om de
afdichting met aansluitende kleilagen te borgen, werd de spoor -
moot rondom aangevuld met klei en cement-bentonietmatten.
Uitvoering in winterse omstandigheden
De meeste technische aspecten van dit project waren door
grondige analyse en uitwerking vooraf op te vangen. Minder
grijpbaar was echter de invloed van het weer. De negendaagse
buitendienststelling stond gepland in februari 2012. Wel met
een groot risico op vorst en de daarbij behorende gevolgen.
BIM
Tijdens de tender is op basis van het ontwerp van ProRail
gekeken naar de mogelijke opties de constructie zo snel moge -
lijk te bouwen. Na gunning bleek het tenderontwerp nog onvol-
doende uitgewerkt. Gedurende de uitvoering is gebleken dat
vooral de aansluitingen tussen alle onderdelen van de construc -
tie de nodige aandacht behoefden. In de zeer korte beschikbare
tijd is het ontwerp verder uitgewerkt en uitvoerbaar gemaakt.
Voornamelijk de interacties met de perronkappen en bovenlei-
ding waren uiteindelijk leidend. Om clashes tussen de onderde -
len te voorkomen, zijn de constructies in BIM opgezet (fig. 10).
Dit heeft bijgedragen aan het goed onder controle houden van
de ontwerpwerkzaamheden.
9
Inschuiven in negen dagen 1 2014
Reacties