Voor het berekenen van scheurwijdten in betonconstructies bestaan veel verschillende methoden en deze worden ook nog eens door iedere constructeur op een andere manier geïnterpreteerd. Dit levert in de praktijk grote verschillen op in toegepaste wapening en daarmee in de kwaliteit van bouwwerken. Een CROW-commissie 'Scheurwijdtebeheersing van betonconstructies' heeft zichzelf de uitdaging gesteld meer duidelijkheid te geven over dit onderwerp. Het resultaat is een door de hele commissie gedragen, uniforme methode die wordt gepresenteerd in een CROW-rapport.
Nieuwe methode scheurwijdte-berekening
Nieuw CROW-rapport met methode voor de berekening voor
gewapende betonconstructies met verhinderde vervormingen
1 Scheurvorming in beton bij wand-vloer-aansluiting; het gevolg van verhinderde vervorming
1
68? CEMENT 1 2021
Om een beeld te krijgen van de
berekeningsmethoden die in de
Nederlandse bouwpraktijk wor-
den toegepast, is de CROW-com -
missie 'Scheurwijdtebeheersing
van betonconstructies' (destijds
nog resorterend onder SBRCUR -
net) in 2017 gestart met het uit-
zetten van een casus [1].
Aan con -
structeurs uit heel Nederland is de oproep
gedaan om van een praktijkvoorbeeld de
scheurwijdte uit te rekenen. Dit bij in een
situatie met opgelegde vervorming, met bui -
gende momenten en met een combinatie
van beide. Dit leverde uiteindelijk 16 inzen -
dingen met zeer uiteenlopende antwoorden
op [2]. Zo varieerden de scheurwijdten bij
de vraag over opgelegde vervormingen van
0,03 mm tot 0,27 mm (fig. 2). Zelfs bij ge-
bruik van dezelfde methode waren er grote
verschillen, doordat diverse factoren anders
werden geïnterpreteerd. De casus bevestigde het vermoeden
dat er grote behoefte is aan meer uitleg over
scheurwijdteberekeningen in het algemeen
en het gebruik van een uniforme methode.
Met dat doel is de commissie aan de slag ge-
gaan. Zij heeft zich daarbij gefocust op het
onderdeel waar de grootste verschillen ont-
staan, namelijk scheurvorming bij opgeleg -
de vervormingen. Dat heeft geleid tot het verschijnen van CROW-CUR Rapport 1:2020
? Scheurwijdtebeheersing van betoncon -
structies [3].
Beschouwde rekenmethoden
In het CROW-rapport wordt uitgelegd dat er
grofweg twee veelgebruikte scheurvormings-
modellen zijn, namelijk het trekstaafmodel
en het model met continue verhindering.
Voorbeelden van methoden volgens het
trekstaafmodel zijn de Eurocode 1992-1-1
paragraaf 7.3.4 [4], Eurocode 1992-3 vergelij-
king M.1 [5] en Van Breugel [6]. Een voor-
beeld van een model met continue verhin -
dering is Eurocode 1992-3 vergelijking M.3
[5], een methode die is overgenomen vanuit
de British Standard BS8007 [7].
Trekstaafmodel ? Het trekstaafmodel is een
theoretisch model van een betonnen
trekstaaf met één wapeningsstaaf in het
midden, waarbij ervan uit wordt gegaan dat
het wapeningsstaal in het beton na scheuren
de volledige kracht overneemt ter plaatse
van de scheur. Ter plaatse van de scheur is
de spanning en de rek in het beton gelijk
aan nul en in het staal is deze maximaal.
Over een bepaalde lengte naast de scheur,
de overdrachtslengte l
st, wordt de spanning
vanuit het staal door middel van aanhech -
ting overgedragen aan het beton. Dit
IR. MAARTJE DIJK
Constructeur
Witteveen + Bos auteur
Voor het berekenen van scheurwijdten in betonconstructies bestaan veel verschillende
methoden en deze worden ook nog eens door iedere constructeur op een andere manier
geïnterpreteerd. Dit levert in de praktijk grote verschillen op in toegepaste wapening en
daarmee in de kwaliteit van bouwwerken. Een CROW-commissie 'Scheurwijdtebeheersing
van betonconstructies' heeft zichzelf de uitdaging gesteld meer duidelijkheid te geven over dit onderwerp. Het resultaat is een door de hele commissie gedragen, uniforme methode die wordt gepresenteerd in een CROW-rapport.
CEMENT 1 2021 ?69
0
1
2
3
0,03
0,04
0,05
0,06
0,07
0,08
0,09 0,1
0,11
0,12
0,13
0,14
0,15
0,16
0,17
0,18
0,19 0,2
0,21
0,22
0,23
0,24
0,25
0,26
0,27 aan
tal
scheurwijdte [mm]
Berekende maximale scheurwijdte
van Bre uge l Eu ro cod e geba se e rd
totdat de rek in het staal en het beton aan
elkaar gelijk zijn. De scheurwijdte wordt berekend door
het gemiddelde rekverschil over de scheur-
afstand te vermenigvuldigen met die afstand.
Model met continue verhindering? Het mo-
del met continue verhindering gaat uit van
een element dat aan één zijde een continue
verhindering ondervindt ten gevolge van
een ander element. Er wordt daarbij geen
rekening gehouden met de overdracht van
spanning in het wapeningsstaal, echter de
scheurafstand S
r,max wordt wel bepaald door
de wapening op soortgelijke wijze als in het
trekstaafmodel. De scheurwijdte in dit model
is een lineaire functie van de hoeveelheid
verhinderde vervorming.
ICE-methode? Een methode die beide mo-
dellen met elkaar verbindt en waarvan de
commissie daarom in eerste instantie erg
gecharmeerd was, is de ICE-methode uitge-
werkt door Phil Bamfort [8]. In de methode
komt goed naar voren dat de grootste scheu -
ren zich niet voordoen bij een verhinde- ringsgraad van 1,0, maar bij een verhinde-
ringsgraad van 0,4 a 0,5. Dit sluit aan bij
waarnemingen uit de praktijk waarbij
scheuren in de wand op circa 0,1 m boven
de verbinding met de vloer maximaal zijn in
plaats van helemaal onderin de wand. Het
element dat de verhindering veroorzaakt, in
dit geval de vloer, zorgt er tevens voor dat de
scheuren fijn verdeeld zijn dicht bij de aan -
sluiting.
Theorie versus praktijk
Dat wat theoretisch het meest elegante mo -
del (de ICE-methode) leek, blijkt echter niet
het meest geschikte model voor de praktijk
te zijn. Dit werd duidelijk toen de commissie
aan de hand van enkele praktijkvoorbeelden
scheurwijdten is gaan narekenen met een
aantal methoden. Daarbij kwam aan het
licht dat de vele factoren die worden ge
-
bruikt in de ICE-methode in de praktijk
zorgen voor veel problemen. Het is in deze
methode belangrijk om een zeer nauwkeurige
inschatting te maken van de hoeveelheid
opgelegde vervorming en de verhinderings -
graad. Dit is voor de meeste projecten prak -
2 Berekende maximale scheurwijdte 3 Trekstaafmodel [8]
CROW-COMMISSIE
In de CROW-commissie 'Scheurwijdte-
beheersing van betonconstructies'
hadden zitting:
- Hans Galjaard, Volker InfraDesign
(voorzitter)
- Ad van Leest, CROW (coördinator)
- Maartje Dijk, Witteveen+Bos (rapporteur)
- Johan Bolhuis, BAM/Hochtief
- René Braam, Adviesbureau ir. J.G.
Hageman
- Sander van het Erve, Mobilis
- Jeroen Meijdam, Dura Vermeer
- Leo Molenbroek, Heijmans
- Tom van der Pouw, Lievense advies- en
ingenieursbureau, m.i.v. 1/1/2021 WSP
- Ronnie de Rooij, BAM
- Hans van Stralen, Royal HaskoningDHV
- Gerrit Wolsink, Rijkswaterstaat
- Frank van der Woerdt, Ballast Nedam
2
rek staal en beton gelijk rek staal maximaal en beton 0 3
70? CEMENT 1 2021
tisch onmogelijk door de afhankelijkheid
van specifieke uitvoeringsomstandigheden
en het gebrek aan kennis van sommige para-
meters, zoals autogene krimp [9]. Het maken
van een juiste inschatting van alle parameters
kost veel tijd en levert grote verschillen op in
de uitkomsten van de methode.
Keuze voor een bekende en
robuuste methode
Uiteindelijk heeft het narekenen van de
scheurwijdten van projecten uit de praktijk
geleid tot het inzicht dat er een methode
moet komen die robuust is en die niet te
veel moeilijk in te schatten parameters
bevat. Dat daarmee niet alle factoren die
invloed hebben op de scheurvorming wor-
den meegenomen, wordt geaccepteerd. Het
trekstaafmodel voldoet aan deze voorwaarde.
Zowel de methode van Van Breugel [6] als
DIN 1045 [10] bleek een goede kandidaat.
Omdat DIN 1045 het beste aansluit bij de
huidige, in Nederland toegepaste Eurocode,
is ervoor gekozen deze als basis te hanteren
voor de verdere uitwerking. DIN 1045 is in
de basis hetzelfde als de huidige in Nederland
gebruikte Eurocode [4] en [5], maar maakt
gebruik van enkele andere factoren.
CROW-methode
De in het CROW-rapport uitgewerkte unifor-
me methode is geijkt op de praktijksituaties
en sluit waar dat logisch lijkt aan op DIN 1045.
Enkele afwijkingen ten opzichte van de in
Nederland toegepaste Eurocode zijn:
de factor k 3, die het effect van de dekking
op de scheurafstand in rekening brengt,
wordt conform DIN 1045 gelijk gesteld aan 0;
de factor ?ct, die het effect van spreiding in
de treksterkte in rekening brengt, is gebruikt
om de methode te ijken aan de praktijksitua -
ties en komt uit op 0,7;
er wordt een factor k t = 0,4 aangehouden
(langeduurbelasting) voor opgelegde vervor-
mingen.
In het rapport wordt op de keuze van deze
factoren een korte toelichting gegeven en is
de methode verder uiteengezet. Om inter-
pretatieverschillen te voorkomen bevat het
CROW-rapport zowel een stappenplan als
een uitgewerkt voorbeeld en een spreadsheet.
Oproep voor aanleveren
meetgegevens
De commissie is zich ervan bewust dat aan
de vergelijking met de verschillende prak -
tijksituaties nog flink wat haken en ogen
zitten. Het viel niet mee om aan voldoende
scheurwijdtemetingen te komen en bij deze
metingen de juiste informatie te verzamelen.
Het CROW-rapport bevat daarom tevens de
aanbeveling voor het opzetten van een meet-
programma waarmee de methode in de toe-
komst kan worden verfijnd. Daarmee is niet
uitgesloten dat de methode in de toekomst
nog zal moeten worden bijgesteld. Aan ingenieursbureaus en aannemers
in Nederland wordt daarom de oproep ge-
daan om ook aan de volgende stap mee te
werken. Graag ontvangt CROW meetgege-
vens van scheurwijdten in de praktijk om
deze in een volgende stap verder te kunnen
analyseren. De volgende gegevens zijn hier-
voor benodigd:
betonsterkteklasse, betonstaalsoort, afme-
tingen, dekking en aanwezige wapening;
Er moet een
methode komen
die robuust is
en die niet te
veel moeilijk
in te schatten
parameters
bevat
4 Element met continue verhindering langs een zijde
4
BESCHIKBAARHEID
CROW-RAPPORT
Het CROW-rapport is te koop
op www.crow.nl/publicaties/
crow-cur-rapport-1-2020.
CEMENT 1 2021 ?71
berekende scheurwijdten (conform CROW-
methode);
tijdstip van storten van het meetobject en
van het object dat de verhindering veroor-
zaakt;
temperatuurverloop van het meetobject;
scheurwijdten en scheurafstanden;
locatie van de scheuren.
CROW zal deze informatie nog verwerken
in een format, die wordt gepubliceerd op
www.crow.nl (bij het rapport). Net als met de casus uit 2017, zal ook deze informatie
zorgvuldig en anoniem worden behandeld.
We begrijpen dat het delen van scheurvor-
ming in betonconstructies nog steeds een
gevoelig onderwerp is, maar zonder prak -
tijkvoorbeelden is het lastig om een verbe-
terslag te maken. Daarom hoopt CROW
dat in vervolg op de casus uit 2017 ook aan
deze oproep gehoor wordt gegeven en dat
er samen met ingenieursbureaus en aanne-
mers weer een volgende stap gezet kan
worden.
5 Zonder praktijk -
voorbeelden is
het lastig om
een verbeterslag
te maken
5?Gemeten scheurvorming in een door de vloer verhinderde wand [8]
6?Dive-under bij Herfte, foto: ProRail, Stefan Verkerk
LITERATUUR
1?Dijk, M., Berekenen scheurvorming in
de praktijk, Cement 2017/7.
2?Dijk, M., Bevindingen casus, ref.
DT503-1/17-012.969, 13 september 2017.
3?CROW-CUR-rapport 1:2020,
scheurwijdtebeheersing van betoncon-
structies, Fase 1: scheurwijdtebereke-
ningen voor gewapende betonconstruc-
ties met verhinderde vervorming.
4?NEN-EN 1992-1-1+C2:2011 Eurocode 2:
Ontwerp en berekening van betoncon-
structies - Deel 1-1: Algemene regels en
regels voor gebouwen.
5?NEN-EN 1992-3:2006 Eurocode 2:
Ontwerp en berekening van betoncon-
structies - Deel 3: Constructies voor
keren en opslaan van stoffen.
6?Breugel, K. van, Betonconstructies
onder temperatuur- en
krimpvervormingen, Theorie en praktijk,
Stichting BetonPrisma, 's- Hertogenbosch,
1996.
7?British Standard 8007:1987, Code of
practice for Design of concrete structures
for retaining aqueous liquids.
8?Bamfort, P. , Denton, Dr. S., and Dr. J.
Shave, The development of a revised
unified approach for the design of
reinforcement to control cracking in
concrete resulting from restrained
contraction, ICE Research Project
0706, February 2010.
9?SBRCURnet, Autogene Krimp, Fase 1:
Preadvies, Delft, 2016.
10?Röhling, S., Zwangsspannungen
infolge Hydratationswärme,
Veränderungen bei der Ermittlung der
rissbreitenbegrenzenden Bewehrung
nach EC 2 gegenüber DIN 1045-1:2008-
08, Verlag Bau+Technik, Düsseldorf, 2009.
11?Bamforth, P. B., Ciria C660, Early-age
thermal crack control in concrete,
London, 2007.
12?Nilsson, M., Technical Report, Restraint
Factors and Partial Coefficients for
Crack Risk Analyses of Early Age
Concrete Structures, Luleå University of
Technology, 2003.
6
72? CEMENT 1 2021
Reacties
Chris Bos 01 februari 2021 10:30
Toch geloof ik dat wapening dia 20mm hoh 100mm geen op spanning staande wapening is. Bij dit soort van overcapaciteit in de trekzone moet je de echte scheurwijdte bestrijders in de arm nemen. Vanuit mijn praktijkervaring weet ik dat je dan in overleg met de betonsamenstellers het juiste mengsel kan krijgen. Ook is met vezel-sterkte beton vaak een goed middel. Maar zo maar wat betonstaal te verkwisten vind ik geen goed idee. Ik weet dat jullie glimlachend te prullenbak op zoeken maar denk niet dat je alles in formules kan vinden. Ga de bouwput in en spreek met uitvoerders en betonsamenstellers.
Arno van Beek - 2B Bouwconstructies 29 januari 2021 09:54
Kan ik deze CROW rapportage en het betreffende artikel ontvangen?