Er lijkt sprake te zijn van een hausse in de renovatie van bestaande bouw. Enerzijds is dit ingegeven door het besef dat het duurzaam kan zijn om de bestaande gebouwvoorraad te hergebruiken. Anderzijds kunnen, bij niet al te rigoureuze aanpassingen, de directe investeringskosten lager uitvallen dan bij nieuwbouw. De opleving komt ook doordat de opgave in nieuwbouw nagenoeg is stilgevallen en de voorraad oude gebouwen is toegenomen. Toch zijn restauratie, renovatie en revitalisatie van alle tijden.
thema
Renoveren is analyseren
7 2 0 12
10
thema
Renoveren is
analyseren
Er lijkt sprake te zijn van een hausse in de renovatie
van bestaande bouw. Enerzijds is dit ingegeven door
het besef dat het duurzaam kan zijn om de bestaande
gebouwvoorraad te hergebruiken. Anderzijds kunnen,
bij niet al te rigoureuze aanpassingen, de directe investeringskosten lager uitvallen dan bij nieuwbouw.
De opleving komt ook doordat de opgave in nieuw
-
bouw nagenoeg is stilgevallen en de voorraad oude
gebouwen is toegenomen. Toch zijn restauratie, reno -
vatie en revitalisatie van alle tijden.
Dossiers en goede analyse belangrijk bij renovatie bestaande bouw
Renoveren is analyseren7 2 0 12
11
1 Statenzaal in het
Provinciehuis Drenthe te
Assen
Gelukkig, en terecht, wordt de constructeur meestal in een
vroeg stadium betrokken bij de herontwikkeling van een
bestaand gebouw. In eerste instantie betreft dat meestal de
vraag hoeveel reservecapaciteit aanwezig is in de constructie.
Bij sommige opdrachtgevers lijkt de gedachte te leven dat een
ervaren constructeur dat direct kan vaststellen. Alsof die over
röntgenogen beschikt waarmee de constructie en betreffende
kwaliteit direct kan worden waargenomen.
Beoordelen bestaande constructies
Het werkelijke beoordelen van de bestaande constructie is een
stuk complexer. Het begint meestal met visuele inspecties en
inmetingen ter plekke. Hoewel het dubbel werk lijkt, is het effi-
ciënt dat architect, installateur en constructeur elk vanuit zijn
eigen discipline het gebouw opneemt en de opnamen vastlegt
in tekeningen. Eventuele maatafwijkingen komen daardoor
vroegtijdig boven tafel en er is minder kans dat zaken over het
hoofd worden gezien. Het moge duidelijk zijn dat het voor de
zichtbaarheid van de constructie prettig is als het interieur
deels wordt gestript. Het interieur zelf zegt vaak ook iets over
de geschiedenis van een gebouw. Zo is het aantal plafonds dat
boven elkaar wordt aangetroffen, bijvoorbeeld bij gebouwen met grote verdiepingshoogten, vaak een goede graadmeter
voor het aantal verbouwingen dat eerder is uitgevoerd.
Dossiers
Bestaande informatie uit dossiers kan uiteraard ook hulp
bieden bij het in kaart brengen van een constructie. Onderzoek
in de archieven van bouw- en woningtoezicht is dus noodzake-
lijk. Wat daarbij vaak opvalt, is dat er hoofdzakelijk tekeningen
worden gearchiveerd. Met enig geluk zijn dat niet alleen bouw-
kundige bestektekeningen en installatieschema's, maar ook
constructieve uitvoeringstekeningen. Grondonderzoek, sonde-
ringen, funderingsadvies, constructieve berekeningen en
inspectierapporten komen echter zelden boven tafel.
Zelfs als de opdrachtgever of architect dossieronderzoek heeft
gedaan, is het in de meeste gevallen raadzaam om dit als
constructeur ook te doen. Een constructeur bekijkt het dossier
immers met andere ogen en bovendien is soms de gemeente-
ambtenaar, met alle goede bedoelingen, gewend om gericht op
de aanvrager een voorselectie te maken van het aanwezige
materiaal.
Meestal komt uit het dossier in elk geval naar voren in welke
periode een gebouw is ontworpen, met welke voorschriften is
gerekend en welke dimensies en materiaalkwaliteiten zijn
gebruikt (zie ook kader 'Normen').
1
ir. Theo van Wageningen
Ingenieursbureau Dijkhuis bv
Normen
Het is fascinerend om te zien hoe de voorschriften zich in de loop
van de tijd hebben ontwikkeld. Om even terug te gaan naar de
TGB 1949: Dit voorschrift voor staal-, hout en steenconstructies
kende in totaal niet meer dan 41 pagina's op A5-formaat. Beton-
constructies werden in aparte voorschriften opgevoerd:
"Omtrent de berekening van gewapend-betonconstructies spreekt
de commissie zich niet uit, aangezien dit niet haar taak is, doch tot
die van de Gewapend-betoncommissie behoort."
Wellicht verdient het overigens aanbeveling om in de trant van
onderstaand artikel uit diezelfde TGB een voorschrift mee te
nemen in de huidige nationale bijlage voor de Eurocodes:
"Art. 22 Verhoging wegens deskundigheid. Indien ontwerp, construc-
tie, berekening en uitvoering plaats hebben onder leiding van een
speciaal op het gebied van staalconstructies deskundige, mogen de
in tabel III aangegeven toelaatbare spanningen met de factor 1,15
worden vermenigvuldigd."
thema
Renoveren is analyseren
7 2 0 12
12
2 Krachtwerking in verdiepingsvloer, met en zonder trapsparing
3 Interieur van het zorgcentrum tijdens de bouwwerkzaamheden
Enige jaren geleden is het Provinciehuis Drenthe geschikt
gemaakt voor het zogenoemde Nieuwe Werken. Het interieur
en de installaties zijn daarbij compleet over de kop gegaan.
Het gebouw stamt uit de jaren zeventig en tachtig en beschikt
over een robuuste en solide kolommenstructuur met een
traditioneel uitgekiste en gewapende paddenstoelvloer.
De provincie Drenthe en de gemeente Assen waren uitste-
kend gedocumenteerd en zodoende waren nagenoeg alle
relevante originele uitvoeringstekeningen en berekeningen
beschikbaar.
Het aantal constructieve ingrepen was in eerste instantie
beperkt. De belangrijkste was een grote trapsparing in een
verdiepingsvloer (fig. 2). Door deze strategisch in een
middenveld van de vloer te plaatsen, kon deze aanpassing
zonder constructieve toevoegingen worden doorgevoerd. Op
andere plaatsen zijn, vooral ten behoeve van de installaties,
extra wand- en vloersparingen aangebracht. Hier zijn verster -
kingen aangebracht in de vorm van staalprofielen en lijm-
wapening.
Zoals bij elke verbouwing is ook bij dit project vooraf een
asbestsanering uitgevoerd. Bij het aanpassen van de Staten-
zaal (foto 1) werd echter toch op enig moment asbest getra-
ceerd. Bij het maken van doorvoeren bleek tussen het
dak beschot en de dakbedekking asbest te zijn toegepast. Deze
tegenvaller heeft ertoe geleid dat het interieur en de gevels
van de Statenzaal volledig zijn vernieuwd. Tijdens de sanering
is er een tent over de hele zaal heen geplaatst, en is de zaal
gestript tot een kale betonbak met daarop een dito staalskelet.
In nauw overleg tussen opdrachtgever, architect, installateur,
constructeur en uitvoerende partijen is vervolgens een maat-
werkinvulling voor het interieur ontworpen. In de betonbak
is een gelaagde houten podiumconstructie geplaatst en aan de
dakconstructie is een gelaagd gipsplafond met een lichthapper
in de vorm van een kegel aangebracht. Om tijd te besparen
tijdens de opbouw van het werk, heeft de aannemer het
podium eerst opgebouwd in de werkplaats en vervolgens in
hapklare brokken aangevoerd naar de bouw en daar weer
samengevoegd. Aanpassingen
Aan de hand van de opnamen en het dossieronderzoek kan vaak
al vrij snel worden vastgesteld of een gewenste aanpassing ook
constructief kans van slagen heeft. Gebouwen met ruime verdie-
pingshoogten, min of meer vrij indeelbare kolomstructuren en
massieve in het werk gestorte vloeren lenen zich het best voor
aanpassingen. Daarbij geldt dat, net als voor nieuwbouw, ook voor
verbouw bijna altijd de locatie de belangrijkste succesfactor is.
Wanneer de constructie van het gebouw en de archiefstukken
minder duidelijk zijn, zal aan de hand van een eigen analyse
(bijv. betonboringen) en beschouwing aannemelijk moeten
worden gemaakt hoe het gebouw zou kunnen werken. Ontwer -
pen is dan reconstrueren geworden in plaats van construeren.
Om teleurstellingen bij de opdrachtgever en misverstanden bij
bouw- en woningtoezicht te voorkomen, kan dit proces het
beste stapsgewijs worden uitgevoerd en moeten de uitkomsten
zo snel mogelijk worden gecommuniceerd. Zo nodig kunnen
de gewenste aanpassingen dan nog op tijd worden bijgesteld en
geoptimaliseerd.
Ook wanneer een verbouwing goed wordt voorbereid, moet er
tijdens de uitvoering rekening worden gehouden met verras-
singen: verwacht het onverwachte. Het is onontkoombaar dat
de ontwerpende partij ook het uitvoeringsproces begeleidt met
incidenteel toezicht, inspecties en aanvullende instructies en
uitvoeringstekeningen.
In het nu volgende worden drie voorbeelden gegeven van reno-
vatieprojecten.
Revitalisatie Provinciehuis Drenthe te Assen
? pRoJec Tgegevens
project revitalisatie Provinciehuis Drenthe te Assen
opdrachtgever provincie Drenthe
architect bd architectuur
constructeur Ingenieursbureau Dijkhuis bv
aannemer Simon Benus i.c.m. Jurriëns
2
Renoveren is analyseren7 2 0 12
13
nieuwbouw
De oorspronkelijke dakvloer is over een groter gedeelte
gesloopt, zodat naast het zorgcentrum (foto 3) een daktuin
ontstaat. De stabiliteit van het gebouw wordt ontleend aan de
portaalwerking van kolommen, balkstroken en vloeren. Om
het verlies aan stabiliteit op de bovenste laag te compenseren,
zijn er uitwendige stalen stijve hoeken bijgeplaatst.
Mercuriuscentrum te Assen
? pRoJecTgegevens
project Mercuriuscentrum te Assen
opdrachtgevers CBRE en Actium
architect RPHS architecten
constructeur Ingenieursbureau Dijkhuis bv
aannemer Van Wijnen
Het winkelcentrum Mercurius in Assen ondergaat een facelift. Er
worden nieuwe winkels en woningen toegevoegd. De passage is
getransformeerd in een open winkelstraat en de kantoren boven
een bestaande C&A worden verbouwd tot winkelruimte en een
zorgcentrum voor de woningen (fig. 4 en 5). Tijdens de verbou-
wing kan er gewoon worden doorgewinkeld.
Net als veel andere winkelcentra is ook het Mercuriuscentrum
in de loop der jaren regelmatig verbouwd en aangepast, onder
andere ten gevolge van een brand. Zowel op papier als in
werkelijkheid is er een lappendeken van gegevens beschikbaar.
Soms blijkt pas bij de sloop en de uitvoering welke tekening
waar van toepassing zou kunnen zijn.
De C&A is gevestigd op de begane grond van een drielaags
betongebouw uit de jaren zeventig. De constructie bestaat uit
een betonconstructie op palen, met een opbouw van betonko-
lommen en -vloeren met balkstroken. In zowel de vloeren als
de balkstroken is voorspanning (VZA) toegepast. De
kantoorvloeren zijn indertijd berekend op veranderlijke
belastingen van 400 à 500 kg/m
2. Wat dat betreft waren er
voldoende mogelijkheden om een andere invulling te geven
aan de verdiepingen. De wijzigingen in indeling en gevel-
aanpassingen vroegen echter ook om gedeeltelijke sloop van
de voorgespannen betonvloer. Om dit mogelijk te maken, zijn
de vloeren eerst zoveel mogelijk ontdaan van belasting uit
interieur, afwerkvloeren en gevels. Op de eerste verdieping,
dus direct boven de winkel op de begane grond, is tijdens dit
proces een waterkering aangebracht. Vervolgens is de vloer
onderstempeld, waarna de voorspanning kon worden
los gehaald en omgezet. De letterlijk losse eindjes zijn daarna
losgezaagd en afgevoerd.
4
3
5
4 Doorsnede van het bestaande Mercuriuscentrum te Assen
5 Doorsnede van de gerenoveerde situatie, met boven twee lagen wonen
(links), één laag voor het zorgcentrum (rechts) en daartussen de daktuin
thema
Renoveren is analyseren
7 2 0 12
14
bestaand
begane grond
begane grond
gewijzigd
6 De bestaande (links) en gerenoveerde (rechts) beganegrondvloer van
studentenhuisvesting Hofstede de Grootkade in Groningen
7 Studentenhuisvesting Hofstede de Grootkade wordt gekenmerkt door de
grote verdiepingshoogten
Studentenhuisvesting Hofstede de Grootkade
? pRoJec Tgegevens
project Studentenhuisvesting Hofstede de Grootkade
opdrachtgever Van Wijnen Projectontwikkeling
architect Oving
constructeur Ingenieursbureau Dijkhuis bv
aannemer Van Wijnen
Tot voor enkele jaren was in een complex aan de Hofstede de
Grootkade in Groningen de belastingdienst gevestigd. Het
complex bestaat uit twee hoofddelen (fig. 6). Het eerste deel is
de oude zeevaartschool, het tweede deel is direct als kantoor
toegevoegd. Deze toevoeging is indertijd door Ingenieurs-
bureau Dijkhuis berekend en getekend. Dat geldt ook voor alle
latere verbouwingen die zijn uitgevoerd aan dit complex.
Aangezien de constructietekeningen en berekeningen van de
'eigen' projecten goed zijn gearchiveerd, waren er veel originele
gegevens beschikbaar. De belangrijkste opgave in het voor -
traject was dan ook om al deze gegevens te combineren en te
controleren wanneer welke verbouwing was uitgevoerd. Lastig
punt daarbij was dat sommige aanpassingen wel waren ontwor -
pen, maar niet of anders zijn uitgevoerd. Het complex zal worden getransformeerd naar zelfstandige
studio's en appartementen en een parkeergarage in de kelder.
De draagstructuur bestaat uit een betonskelet met kolommen,
balken en vloeren. De verdiepingen zijn uitgerekend op een
kantoorbelasting en hebben daarmee voldoende capaciteit om
te worden ingevuld met een woonprogramma. Dat alles is
inclusief een extra zwevende dekvloer in verband met geluid-
eisen, en met lichte wanden tussen en in de woningen. Ook de
overmaat in verdiepingshoogte is aanzienlijk. Plaatselijk
kunnen er in de woningen zelfs lichte tussenvloeren worden
gecreëerd.
Constructief gezien vindt de grootste ingreep plaats in de
kelder. Voor de ontsluiting van de parkeergarage wordt er
buiten een hellingbaan toegevoegd, die via een doorbraak in de
bestaande kelderwand naar de garage leidt. De kelder is op
staal gefundeerd en ligt in het grondwater. Om de belasting uit
de bovenbouw te spreiden en om te leiden, wordt eerst boven
begane grond een extra verdelende constructie aangebracht. De
grondwaterstand wordt plaatselijk verlaagd en vervolgens
wordt onder de keldervloer een verstijving gerealiseerd onder
de te maken doorbraak. Vervolgens kan de wandopening
worden gemaakt en wordt de belasting via het aldus ontstane
portaal verspreid over de ondergrond.
?
6
7
Reacties