De Hoofdstraat bij station Driebergen-Zeist is al decennialang een knelpunt. Daarom krijgt het stationsgebied een grondige facelift. Het project kent vele uitdagingen. Eruit springen onder meer de onderdoorgang, de onderwaterbetonvloer die al na 72 uur is belast en twee spoordekken die in langsrichting zijn ingeschoven.
4
Grote uitdagingen
bij facelift station
Driebergen-Zeist
ing. Enrique García Méndez,
ir. Johan Bolhuis RO BAM Infraconsult
Stationsgebied Driebergen-Zeist (1): Inleiding en onderdoorgang
Vierluik Driebergen-Zeist
Dit artikel is het eerste deel in een vierluik over het project Stati-
onsgebied Driebergen-Zeist (fig. 1). Dit deel is een inleiding en
beschrijft de onderdoorgang. Het tweede artikel gaat over de
onderwaterbetonvloer, het derde over de inschoven dekken en
het vierde over de onafhankelijke toets door een TIS-bureau.
De Hoofdstraat bij station Driebergen-Zeist is al
decennialang een knelpunt. Daarom krijgt het
sta tionsgebied een grondige facelift. Het project
kent vele uitdagingen. Eruit springen onder meer de
onderdoorgang, de onderwaterbetonvloer die al na
72 uur is belast en twee spoordekken die in langs -
richting zijn ingeschoven.
Het stationsgebied Driebergen-Zeist is behoorlijk berucht: files
bij de spoorwegovergang, overvolle fietsstallingen en een tekort
aan parkeerplekken. Met de wens van de opdrachtgever het
spoor uit te breiden van drie naar vier sporen was het niet meer
mogelijk deze situatie in stand te houden.
Daarom is besloten het gebied flink aan te pakken. Het project
bestaat uit verschillende onderdelen (fig. 2). Naast de uitbrei-
ding van drie naar vier sporen wordt de Hoofdstraat tussen
Driebergen en Zeist verbreed en loopt deze straks via een
onderdoorgang voor het verkeer onder het spoor door. Er komt
ook een nieuw station, met een nieuw busstation én een nieuwe
parkeergarage met ongeveer 600 parkeerplaatsen. Voor de
fietsen komt er een nieuwe stalling.
Dit artikel geeft een beknopte toelichting op de onderdoorgang.
1
Grote uitdagingen bij facelift station Driebergen-Zeist 8 2018
5
Onderdoorgang
Het ongelijkvloers kruisen van het spoor is mogelijk gemaakt
door het aanleggen van een betonnen U-bak, gerealiseerd in
een bouwkuip met damwanden. In een ideale situatie zou deze
weg gedurende de bouwwerkzaamheden worden afgesloten
om ongestoord te kunnen bouwen. Dit was echter geen optie.
Mede door ruimtegebrek was het noodzakelijk de onderdoor-
gang in twee bouwstappen te realiseren met een knip in leng-
terichting (fig. 3 en foto 4).
Bouwstappen
Bouwstap 1 bestond uit het maken van het westelijke gedeelte
van de onderdoorgang naast de Hoofdstraat. Het verkeer kon
tijdens deze fase gewoon doorgang vinden over de bestaande
spoorwegovergang. Het verkeer afkomstig van de Stationsweg
werd met een tijdelijke Janson Bridging over de bouwkuip
geleid (foto 4).
Na het afronden van de schuifwerkzaamheden van het zuide-
lijke spoordek kon het verkeer gebruikmaken van de inmid-
dels afgeronde eerste helft van de onderdoorgang.
Vervolgens kon de ruimte ten oosten van de middelste rij
damwanden worden vrijgemaakt om de werkzaamheden voor
bouwstap 2 mogelijk te maken en daarmee de onderdoorgang
te voltooien. Daar was geen buitendienststelling voor nodig.
Moten
De constructie voor de onderdoorgang is onderverdeeld in
negen losse moten. Tussen deze moten is een W9Ui-profiel
aangebracht voor de waterdichtheid. Elke moot werkt
constructief gezien los van de naastgelegen moten.
De dikte van de vloer varieert van 600 tot 800 mm
afhankelijk van de positie in de onderdoorgang. Vanwege de
grote diameter van bepaalde leidingen in de vloer zijn er
lokaal verdikkingen toegepast.
1 Situatieschets
2 Impressie nieuw stationsgebied Driebergen-Zeist
3 3D-weergave bouwfasering
4 Onderdoorgang in aanbouw tijdens bouwstap 1
2
3
4
Grote uitdagingen bij facelift station Driebergen-Zeist 8 2018
6
5 Dwarsdoorsnede van de onderdoorgang
6 Bouwkuip (moot OD4) op 20 augustus 2018 (de rode punt is
het referentiepunt tussen foto 6 en 7)
7 Moot 4 in aanbouw op 24 augustus (de rode punt is het
referentiepunt tussen foto 6 en 7)
onderliggende waterdruk.
De meest hooggelegen moten zijn aangelegd met behulp van
bemaling.
Nagenoeg de hele onderdoorgang is gefundeerd op Gewi-palen
in een stramien van 3 × 3 m
2, alleen de hogergelegen twee
moten zijn op staal gefundeerd.
Wanden gekoeld
De grondkerende wanden worden tweezijdig gekist en hebben
een dikte van 800 mm. Deze worden later gestort dan de vloer.
Hierdoor ontstaan er tijdens het verharden trekspanningen in
de wand die door het jonge beton niet opgenomen zouden
kunnen worden, met mogelijk (te) grote scheuren als gevolg.
Om dit fenomeen te beperken, is er een combinatie gebruikt
van extra langswapening in de wanden en koelen tijdens het
verhardingsproces. Dit werd gedaan door het opnemen van
buizen met koelwater in de bekisting, die vervolgens tijdelijk
warmte afvoerden gedurende het verhardingsproces.
Spoordragende moot
Een van de grootste prestaties van de onderdoorgang was de zeer
snelle realisatie van de spoordragende moot (OD4). Deze is
namelijk binnen een TVP van 16 dagen gemaakt. Het onderwa-
terbeton met glasvezels dat voor deze kuip is gebruikt, moest
zelfs binnen 72 uur op sterkte zijn om daarna de constructieve
vloer te kunnen storten. Over dit deel is een apart artikel gepu-
bliceerd ('Onderwaterbeton na 72 uur belast'). In foto 5 en 6 is te
zien hoe een natte bouwkuip binnen vier dagen met behulp van
deze techniek wordt omgetoverd tot een constructieve vloer.
Tot slot
Inmiddels wordt er gebruikgemaakt van de westelijke zijde van
de onderdoorgang en zijn de voorbereidende werkzaamheden
voor de oostelijke zijde volop aan de gang. Wachttijden voor
het spoor behoren tot het verleden. Dit project laat zien dat
dankzij de nodige durf en inventiviteit de grootste uitdagingen
kunnen worden opgelost. Twee van deze oplossingen worden
in afzonderlijke artikelen toegelicht: 'Onderwaterbeton na 72
uur belast' en 'Dekken in langsrichting ingeschoven'.
?
Fundering
Alle bouwkuipen onder of direct aan het spoor zijn uitgevoerd
met behulp van onderwaterbeton. De delen daarnaast zijn
voorzien van waterglasinjectie. Daarbij worden vanaf maaiveld
slangen op diepte ingebracht met een fijnmazig grid. Hierna
wordt op diepte waterglas ingebracht zodat een waterdichte
laag ontstaat tussen het bovenliggende grondpakket en de
? PROJECTGEGEVENS
Project Stationsgebied Driebergen-Zeist
Opdrachtgever ProRail
Architect Arcadis
Opdrachtnemer BAM Infra
Engineering BAM Infraconsult
TIS BouwQ
7
6
5
Grote uitdagingen bij facelift station Driebergen-Zeist 8 2018
Serie artikelen over Stationsgebied Driebergen-Zeist
Dit artikel is het eerste deel in een vierluik over het project Stationsgebied Driebergen-Zeist (fig. 1). Dit deel is een inleiding en beschrijft de onderdoorgang. Het tweede artikel gaat over de onderwaterbetonvloer, het derde artikel over de ingeschoven dekken en het vierde deel van de serie behandelt de onafhankelijke toets door een TIS-bureau.
1. Situatieschets
Het stationsgebied Driebergen-Zeist is behoorlijk berucht: files bij de spoorwegovergang, overvolle fietsstallingen en een tekort aan parkeerplekken. Met de wens van de opdrachtgever het spoor uit te breiden van drie naar vier sporen was het niet meer mogelijk deze situatie in stand te houden.
Daarom is besloten het gebied flink aan te pakken. Het project bestaat uit verschillende onderdelen (fig. 2). Naast de uitbreiding van drie naar vier sporen wordt de Hoofdstraat tussen Driebergen en Zeist verbreed en loopt deze straks via een onderdoorgang voor het verkeer onder het spoor door. Er komt ook een nieuw station, met een nieuw busstation én een nieuwe parkeergarage met ongeveer 600 parkeerplaatsen. Voor de fietsen komt er een nieuwe stalling.
Dit artikel geeft een beknopte toelichting op de onderdoorgang.
2. Impressie nieuw stationsgebied Driebergen-Zeist
Onderdoorgang
Het ongelijkvloers kruisen van het spoor is mogelijk gemaakt door het aanleggen van een betonnen U-bak, gerealiseerd in een bouwkuip met damwanden. In een ideale situatie zou deze weg gedurende de bouwwerkzaamheden worden afgesloten om ongestoord te kunnen bouwen. Dit was echter geen optie. Mede door ruimtegebrek was het noodzakelijk de onderdoorgang in twee bouwstappen te realiseren met een knip in lengterichting (fig. 3 en foto 4).
3. 3D-weergave bouwfasering
4. Onderdoorgang in aanbouw tijdens bouwstap 1
Bouwstappen
Bouwstap 1 bestond uit het maken van het westelijke gedeelte van de onderdoorgang naast de Hoofdstraat. Het verkeer kon tijdens deze fase gewoon doorgang vinden over de bestaande spoorwegovergang. Het verkeer afkomstig van de Stationsweg werd met een tijdelijke Janson Bridging over de bouwkuip geleid (foto 4).
Na het afronden van de schuifwerkzaamheden van het zuidelijke spoordek kon het verkeer gebruikmaken van de inmiddels afgeronde eerste helft van de onderdoorgang.
Vervolgens kon de ruimte ten oosten van de middelste rij damwanden worden vrijgemaakt om de werkzaamheden voor bouwstap 2 mogelijk te maken en daarmee de onderdoorgang te voltooien. Daar was geen buitendienststelling voor nodig.
Moten
De constructie voor de onderdoorgang is onderverdeeld in negen losse moten. Tussen deze moten is een W9Ui-profiel aangebracht voor de waterdichtheid. Elke moot werkt constructief gezien los van de naastgelegen moten.
De dikte van de vloer varieert van 600 tot 800 mm afhankelijk van de positie in de onderdoorgang. Vanwege de grote diameter van bepaalde leidingen in de vloer zijn er lokaal verdikkingen toegepast.
5. Dwarsdoorsnede van de onderdoorgang
Fundering
Alle bouwkuipen onder of direct aan het spoor zijn uitgevoerd met behulp van onderwaterbeton. De delen daarnaast zijn voorzien van waterglasinjectie. Daarbij worden vanaf maaiveld slangen op diepte ingebracht met een fijnmazig grid. Hierna wordt op diepte waterglas ingebracht zodat een waterdichte laag ontstaat tussen het bovenliggende grondpakket en de onderliggende waterdruk.
De meest hooggelegen moten zijn aangelegd met behulp van bemaling.
Nagenoeg de hele onderdoorgang is gefundeerd op Gewi-palen in een stramien van 3 × 3 m2, alleen de hogergelegen twee moten zijn op staal gefundeerd.
Wanden gekoeld
De grondkerende wanden worden tweezijdig gekist en hebben een dikte van 800 mm. Deze worden later gestort dan de vloer. Hierdoor ontstaan er tijdens het verharden trekspanningen in de wand die door het jonge beton niet opgenomen zouden kunnen worden, met mogelijk (te) grote scheuren als gevolg. Om dit fenomeen te beperken, is er een combinatie gebruikt van extra langswapening in de wanden en koelen tijdens het verhardingsproces. Dit werd gedaan door het opnemen van buizen met koelwater in de bekisting, die vervolgens tijdelijk warmte afvoerden gedurende het verhardingsproces.
Spoordragende moot
Een van de grootste prestaties van de onderdoorgang was de zeer snelle realisatie van de spoordragende moot (OD4). Deze is namelijk binnen een TVP van 16 dagen gemaakt. Het onderwaterbeton met glasvezels dat voor deze kuip is gebruikt, moest zelfs binnen 72 uur op sterkte zijn om daarna de constructieve vloer te kunnen storten. Over dit deel is een apart artikel gepubliceerd (‘Onderwaterbeton na 72 uur belast’). In foto 6 en 7 is te zien hoe een natte bouwkuip binnen vier dagen met behulp van deze techniek wordt omgetoverd tot een constructieve vloer.
6. Bouwkuip (moot OD4) op 20 augustus 2018 (de rode punt is het referentiepunt tussen foto 6 en 7)
7. Moot 4 in aanbouw op 24 augustus (de rode punt is het referentiepunt tussen foto 6 en 7)
Tot slot
Inmiddels wordt er gebruikgemaakt van de westelijke zijde van de onderdoorgang en zijn de voorbereidende werkzaamheden voor de oostelijke zijde volop aan de gang. Wachttijden voor het spoor behoren tot het verleden. Dit project laat zien dat dankzij de nodige durf en inventiviteit de grootste uitdagingen kunnen worden opgelost. Twee van deze oplossingen worden in afzonderlijke artikelen toegelicht: ‘Onderwaterbeton na 72 uur belast’ en ‘Dekken in langsrichting ingeschoven’.
Projectgegevens
- Project: Stationsgebied Driebergen-Zeist
- Opdrachtgever: ProRail
- Architect: Arcadis
- Opdrachtnemer: BAM Infra
- Engineering: BAM Infraconsult
- TIS: BouwQ
Reacties