Complexe projecten worden door het Rijksvastgoedbedrijf steeds vaker in geïntegreerde contracten op de markt gezet met oplossingsvrijheid voor de markt. Daarbij bestaat de behoefte om het opstellen van klantwensen op een systematische wijze te laten verlopen. Het project Ministerie van Financiën in Den Haag, het eerste DBFMO-project van het Rijksvastgoedbedrijf, laat zien hoe dat kan worden aangepakt.
58
Systematische
aanpak ministerie
van Financiën
1
Systems engineering in de betonbouw (5)
Serie artikelen
Dit is het vijfde artikel van een serie over systems
engineering (SE). De eerste twee artikelen
vormden een inleiding. Vanaf het derde deel
wordt de meerwaarde van de systematiek verdui-
delijkt aan de hand van voorbeelden. In dit artikel
gaat het om het ministerie van Financiën, bezien
vanuit de opdrachtgever Rijksvastgoedbedrijf.
Systematische aanpak ministerie van nanci?n 8 2016
59
Het Rijksvastgoedbedrijf heeft ongeveer tien jaar ervaring met
het vertalen van de vraag aan de markt naar geïntegreerde
contracten. Het is lastig een vraag in een vroeg stadium van het
project op een zodanige wijze te beschrijven, dat er voor de
opdrachtnemer voldoende vrijheid is zijn expertise in te
brengen én dat de opdrachtgever krijgt wat hij wil. Het Rijks-
vastgoedbedrijf heeft een systematische aanpak als eerste toege-
past op DBFMO-projecten (Design Build Finance Maintenance
Operate) en daarna ook op DB(M)-projecten (Design, Build
(Maintenance)). De diverse ervaringen met geïntegreerd
contracteren in de B&U-sector heeft de afgelopen jaren geleid
tot successen en leerpunten, zowel aan de zijde van de
opdrachtnemers als aan die van het Rijksvastgoedbedrijf als
opdrachtgever. Een belangrijk leerpunt uit eerdere projecten is
dat het proces om te komen tot een uitvraag een cruciale rol
speelt in de verbetering van de uitvraag zelf. Dit artikel gaat in
op de aanpak die is toegepast in het project Ministerie van
Financiën te Den Haag, het eerste DBFMO-project van het
Rijksvastgoedbedrijf uit 2008.
Het project Ministerie van Financiën
De renovatie van het ministerie van Financiën (foto 1) is het
eerste kantoorgebouw van de rijksoverheid dat in de vorm van
publiek-private samenwerking (PPS) is aanbesteed. Alle schakels
van ontwerp, bouw, financiering, onderhoud tot en met facilitaire
diensten zijn in één DBFMO-contract aanbesteed. De partijen
die betrokken zijn bij het project staan in tabel 1.
Precontractueel ? Wat was er bedacht?
Indeling systeem
In de periode tussen het specificeren van de klantwens en de
ingebruikname van het gebouw zijn, enigszins vereenvoudigd,
de volgende hoofdprocessen te onderscheiden. Deze processen
zijn doorlopen om het resultaat te halen:
- vertalen van de klantwens in een vraag aan de markt
(DBFMO-overeenkomst); -
de aanbestedingsprocedure;
- de contractfase gedurende 25 jaar, waaronder het ontwerp, de
bouw en het benutten van het gebouw (ingebruikname,
onderhoud en exploitatie).
In dit artikel wordt het project beperkt tot de fase vanaf het
vertalen van de klantwens tot en met de ingebruikname van het
gebouw. De fase van het benutten van het gebouw (onderhoud
en exploitatie) wordt dus buiten beschouwing gelaten. De
beschouwde fasen worden beschreven vanuit het gezichtspunt
van het Rijksvastgoedbedrijf.
Tijdens de aanbestedingsfase is een goede uitvraag van de
opdrachtgever van belang, omdat dat de basis is voor de
verdere uitwerking door de opdrachtnemer. Voor het opstellen
van de uitvraag moet er een goed beeld zijn van het proces van
de klantvraag tot het gewenste resultaat. Dit is schematisch
weergegeven in figuur 2. De processen en activiteiten in dit
figuur zijn de handelingen die nodig zijn om het resultaat tot
stand te brengen. De sturing wordt ingezet om te borgen dat de
processen en activiteiten leiden tot het gewenste resultaat.
Mensen en middelen worden ingezet om de processen uit te
voeren. Het resultaat is het gerealiseerde en te gebruiken
gebouw door de gebruiker.
Wilco Kraamer
1)
Rijksvastgoedbedrijf 1 De renovatie van het ministerie van Financiën, het eerste
kantoorgebouw van de rijksoverheid dat in de vorm van
publiek-private samenwerking (PPS) is aanbesteed
2 Schematisch overzicht input, output, sturing en middelen
1) Angelia Zeegers (Rijksvastgoedbedrijf ) en Fedde Tolman (KOAC-NPC) hebben
bijgedragen aan de totstandkoming van het artikel.
Tabel 1
Betrokken partijen
partij rol
ministerie van Financiën *) gebruiker (klant)
Rijksvastgoedbedrijf (RVB) (voorheen Rijksgebouwendienst) opdrachtgever
Safire BV
samenwerkingsverband bestaande uit:
- ABN AMRO (in contractfase aandelen overgegaan naar Royal
Bank of Scotland)
- Strukton (bouwkundig)
- Burgers Ergon (installatie)
- GTI (technisch dienstverlener)
- ISS (facilitair dienstverlener)
- Meyer en Van Schooten Architecten (architect) opdrachtnemer
*) Inmiddels is het ministerie van Financiën niet meer de enige gebruiker van het pand. Het pand is een rijksverzamelkantoor, wat betekent dat er meerdere rijksdiensten in kunnen worden gehuisvest.
Complexe projecten worden door het Rijksvastgoed-
bedrijf steeds vaker in geïntegreerde contracten op de
markt gezet met oplossingsvrijheid voor de markt.
Daarbij bestaat de behoefte om het opstellen van klant-
wensen op een systematische wijze te laten verlopen.
Het project Ministerie van Financiën in Den Haag, het
eerste DBFMO-project van het Rijksvastgoedbedrijf,
laat zien hoe dat kan worden aangepakt.
output: resultaat
(beschikbaar gebouw)
input: uitvraag
(DBFMO-overeenkomst) processen/
activiteiten
sturing, beheersing
mensen en middelen
2
Systematische aanpak ministerie van nanci?n 8 2016
60
3 DoD-model, schematische weergave van vertaling klantwens naar uitvraag
4 Voorbeeldontleding systeemelementen van het resultaat (deel van de SBS)
De uitvraag bevat de relevante eisen aan deze onderdelen,
namelijk: eisen aan het uiteindelijke resultaat, eisen aan de
processen of activiteiten die voor de opdrachtgever risicovol
zijn met de daarbij behorende output, en eisen aan de sturings-
middelen die voor de opdrachtgever van belang zijn.
In het navolgende wordt uiteengezet welke systeemgereed-
schappen zijn ingezet om drie van de vijf onderdelen ? het
resultaat, de processen en de sturing ? te concretiseren en te
structureren.
Eisen aan het resultaat
De basis voor de eisen aan het resultaat is de klantwens. De
vertaling van de klantwens naar een uitvraag is schematisch
weergegeven in het DoD-model [1] (fig. 3). Het DoD-model is
een deel van de linkertak van het V-model, een veelgebruikt
denkmodel in de systems engineering (zie voor het V-model
het inleidende artikel van de reeks artikelen over systems engi -
neering [2]).
De klantwens wordt vormgegeven in een System Breakdown
Structure (SBS). Een SBS is een schematische weergave van het
systeem van het project in boomstructuren (fig. 4). De boom-
structuur is opgebouwd uit elementen (systeemobjecten) en
relaties tussen deze elementen. Aan de elementen van het
systeem kunnen vervolgens eisen worden beschreven op func -
tioneel niveau. Deze functionele eisen beschrijven de werking
waaraan het element moet voldoen. Bij verdere detaillering van
het systeem kunnen voorgeschreven ontwerpoplossingen
worden beschreven als onderdeel van de uitvraag. Deze
ontwerpoplossingen beschrijven het 'wat', het concrete resultaat.
Bij voorkeur wordt het 'wat' niet beschreven, maar overgelaten
aan de oplossingsvrijheid van de markt. Het gebeurt alleen daar
waar vanuit beleid, risico's of logica slechts één oplossing voor
de hand ligt.
De klantwens in dit project bestond uit een papieren versie van
het programma van eisen en de projectdoelstellingen van het
Rijksvastgoedbedrijf en het ministerie van Financiën. Deze
klantwens is gestructureerd in een digitaal vormgegeven SBS.
De eisen aan de systeemobjecten in deze SBS zijn zo veel
mogelijk functioneel beschreven in functie-eisen, ook wel
prestatie-eisen genoemd. In de figuur zijn deze aangegeven als
oppervlakte en comfort. Om risico's uit te sluiten, is op
bepaalde onderdelen ervoor gekozen ontwerpoplossingen voor
te schrijven.
Een voorbeeld van een ontwerpoplossing was het benoemen
van de ruimten van het kantoorgebouw. Alhoewel dit voor -
schrijvend was, had dit als voordeel dat de eisen aan comfort
van het gebouw, zoals de temperatuur of luchtvochtigheid,
gekoppeld konden worden aan een ruimte. Zonder definiëring
van ruimten moesten ook deze eisen functioneel worden
Systematische werkwijze versus toevallige
werkwijze
Een probleem dat vanuit verschillende gezichtspunten moet
worden bekeken, zoals architectuur, bouwkunde of installatie -
techniek, vergt een juiste balans tussen deze gezichtspunten. Bij
een traditionele aanpak verloopt de ontwikkeling van een
project meestal vanuit de opvolging van diverse disciplines,
zonder het probleem als geheel in beeld te hebben. Daarbij
ontstaat de klantwens vaak door iteraties en in elkaar opvolgende
overleggen tussen deze disciplines en de klant. De uitkomst van
zo'n proces lijkt daardoor wat rommelig en met toevallige
keuzen tot stand te komen.
Door voorafgaand aan ontwerpwerkzaamheden het volledige
probleem vanuit de vele invalshoeken en ontwikkelingsfasen te
beschouwen, kan zo'n proces beter worden beheerst. Daarbij
moet worden afgezien van details en de keuze van concrete
oplossingen. De technische keuzen en risico's moeten bij die
partijen worden gelegd die daarvoor het meest geschikt zijn. Dit
vergt een vraag zonder voorgeschreven oplossingen, die daardoor
in de regel vrij abstract zal zijn.
Een systematische aanpak van een probleem is uiteraard niet
beperkt tot nieuwe contractvormen. De noodzaak deze aanpak
daar toe te passen, is echter wel groter.
klantwens:
? doelen en uitgangspunten
? wensen
functies:
? prestatie van het beoogde
resultaat (hoe moet het werken?)
resultaat
(ontwerpoplossingen):
? wat moet het zijn? systeem-
analyse en -controle
systeemgereedschappen:
? trade-off studies
? boomstructuren (met
elemeneten en relaties)
? risicomanagement
? raakvlakkenmanagement
3
gebouw ruimte a
verkeersruimte werkgebied
verkeersruimte ruimte b
ruimte c
ruimte d
ruimte e
ruimte f oppervlakte
comfort
etc.
4
Systematische aanpak ministerie van nanci?n 8 2016
61
5
Voorbeelduitwerking klantwens tot
ontwerpoplossingen
Een voorbeeld daarvan is hoe de vergaderbehoefte en de
logistieke problemen zijn verwerkt in de uitvraag. Het
oorspronkelijke gebouw had twee grote binnenplaatsen met
twee hoofdingangen. Hierdoor waren twee receptiebalies
benodigd die beide bemenst moeten zijn. In de uitvraag is het
aantal receptiebalies niet voorgeschreven. Een ander probleem
was dat in de uitvraag een grote hoeveelheid vergaderzalen is
gevraagd. De locatie daarvan is niet voorgeschreven.
De winnende opdrachtnemer heeft in het aanbiedingsontwerp
aangeboden één van de binnenplaatsen te overkappen, waar -
door een atrium ontstond. Dit ontwerp heeft de genoemde
problemen opgelost met het realiseren van een centrale hoofd-
entree en het situeren van het vergadercentrum in het atrium.
Hierdoor ontstond een oplossing voor de vergaderbehoefte.
In de fase van het opstellen van de uitvraag is de afweging
gemaakt een overkapping wel of niet voor te schrijven. Omdat
het uitgangspunt voor de renovatie sober en doelmatig was, is
gekozen de overkapping niet op te nemen in de eisen maar
deze oplossing niet onmogelijk te maken.
beschreven, wat de uitvraag nodeloos complex zou maken. Dat
terwijl het Rijksvastgoedbedrijf goed voor ogen had welke
typen ruimten zouden bijdragen aan een prettige kantoor-
omgeving.
Zowel de ruimten als de eisen aan het comfort zijn een ontwerp-
oplossing, het resultaat, van een hoger liggende functie, de
'werking'. De functie van deze ontwerpoplossing zou bijvoor
-
beeld kunnen zijn: 'het welbevinden van mensen in hun werk-
omgeving'. Een comfortabele werkplek met de juiste temperatuur
is een belangrijk onderdeel daarvan, wat met het realiseren van
het gebouw kan worden bereikt. Een verdere detaillering van
het resultaat, namelijk de installaties of bouwkundige onderdelen
die nodig zijn om deze comforteisen te halen, zijn de oplossings-
vrijheid van de opdrachtnemer. In figuur 5 is een voorbeelduit-
werking van klantwens naar functies en ontwerpoplossingen
weergegeven.
De hele opgave bestaat uit tal van onderdelen met bijbehorende
eisen, wat zonder beschrijving in een SBS al snel onoverzichtelijk
wordt. Deze gestructureerde wijze van beschrijven heeft
verschillende voordelen:
1. Elk gegeven is slechts één keer opgenomen en door de
relaties kunnen alle verbanden zichtbaar worden gemaakt.
Dubbelingen, tegenstrijdigheden en inconsistenties worden
daardoor verwijderd.
2. De vraag van de gebruiker blijft zichtbaar en de daaraan
gekoppelde prestaties zijn beter begrijpbaar voor alle
partijen, zowel tijdens de voorbereiding, het schrijven van
de vraag, als tijdens de contractfase.
Bij het opstellen van de SBS zijn varianten tegen vooraf
bepaalde criteria afgewogen in een trade-off-matrix. Criteria
waren de bouwkosten, de levensduurkosten, de architectonische
kwaliteit, en de duurzaamheid van de oplossing. De variant
die het beste scoorde op de vooraf gedefinieerde criteria, is
opgenomen in de SBS.
Begrippen resultaat, functie en proces
Resultaat (het 'wat')
Het resultaat is de uiteindelijke oplossing, de output van het
proces. Dit beschrijft wat de oplossing is voor de bovenliggende
functie en het bovenliggende probleem. Deze wordt door de
opdrachtgever alleen voorgeschreven als andere oplossingen
een groot risico vormen.
Functie (de werking of het 'hoe')
De functie beschrijft het functioneren van de gewenste oplossing.
Ook wel de werking of prestatie genoemd. De focus in projecten
zou daar met name op gericht moeten zijn. Bij keuzen in ontwerp-
oplossingen of resultaten zal moeten worden bepaald of
daarmee wordt voldaan aan het gewenste functioneren.
(Systeem)proces (de voortgang)
Het proces is de weg die moet worden afgelegd om van een
klantwens naar het resultaat te komen. De opdrachtgever stelt
eisen aan de processen van de opdrachtnemer voor zover deze
riskant zijn voor de opdrachtgever. De opdrachtnemer bepaalt
de processen die nodig zijn om te borgen dat het resultaat
volgens de klantwens en de daaruit afgeleide eisen worden
gehaald.
5
klantwens:
? werkplek voor medewerkers
geschikt voor het primaire proces
functies:
? een prettige werkomgeving zodat
personeel effectief kan werken proces
validatie resultaat (ontwerpoplossingen:
ruimten
comforteisen aan:
? open werkplekken ? temperatuur
? concentratiewerkplekken ? luchtvochtigheid
? vergaderruimtes ? verlichtingsniveau
Systematische aanpak ministerie van nanci?n 8 2016
62
6 Sturing in DBFMO-overeenkomst
toegestane hersteltijd is de tijd die de opdrachtnemer krijgt om
een storing te verhelpen zonder verrekening van kosten. Indien
deze tijd wordt overschreden, wordt een korting op de
volgende betaling toegepast. Een storing kan bijvoorbeeld een
onveilige situatie zijn of uitval van installaties. Hierdoor kan
een ruimte niet te gebruiken zijn.
In het monitoringssysteem is vastgelegd hoe wordt gehandeld
indien prestaties niet voldoen aan de eisen. Het monitorings-
systeem beschrijft de interactie tussen de Outputspecificatie en
het Betalingsmechanisme. Onderdeel van de monitoring is het
meten van de prestaties door de opdrachtnemer en het rappor -
teren daarvan aan de opdrachtgever. Uit de rapportage blijkt op
welke onderdelen niet is voldaan aan de eisen. De gevolgen
daarvan zijn in beeld gebracht in een overzicht met kortingen
op de betalingen.
De drie BOM-onderdelen moeten in de fase van opstellen van
het contract goed op elkaar worden afgestemd zodat de besturing
van het contract zo optimaal mogelijk is. Financiële prikkels
moeten zodanig zijn dat ze enerzijds motiveren om een goede
prestatie te leveren en anderzijds niet disproportioneel zijn. In
het Betalingsmechanisme is de hoogte van de korting opgenomen
voor de situaties waarin de hersteltijd is overschreden.
Naast de contractuele sturing vanuit de opdrachtgever naar de
opdrachtnemer, vindt sturing plaats binnen de organisatie van
de opdrachtnemer. De F in de DBFMO-overeenkomst staat
voor de financiering van het project door een financier. De
financier heeft belang in tijdige en volledige betalingen van de
lening en daarmee ook in het resultaat dat de opdrachtnemer
levert aan de opdrachtgever. Een minder resultaat leidt namelijk
tot kortingen.
Aanbestedingsfase ? Wat werd aangeboden?
Tijdens de aanbesteding moeten de inschrijvers nadenken over
de verhouding prijs-kwaliteit. Vanwege de looptijd van het
contract is het denken vanuit de levenscyclus de meest voor de
hand liggende benadering. Duurdere oplossingen verdient de
opdrachtnemer terug binnen de looptijd van het contract.
Door in de ontwerpfase naast de bouwkosten ook rekening te
houden met de onderhouds- en exploitatiekosten worden
andere ontwerpkeuzen gemaakt.
Door de grote mate van oplossingsvrijheid in de Outputspecifi-
catie van dit project waren de aanbiedingen van de inschrijvers
erg verschillend.
Het winnende consortium heeft vanuit de levenscyclusgedachte
de volgende oplossingen aangeboden:
- dubbele huidgevel: dit levert besparing van energiekosten op
en draagt bij aan een mooier gebouw;
- samenvoegen en verplaatsen ingangen naar centrale plaats:
besparing receptiediensten;
Processen
Na het opstellen van de SBS is een Work Breakdown Structure
(WBS) opgesteld. De WBS bestaat uit processen die nodig zijn
om het resultaat te bereiken. Deze processen zijn gestructu-
reerd in blokdiagrammen, zodat inzicht is verkregen in de
verloop van de processen. Een blokdiagram is een schematische
weergave waarbij onderdelen in blokken zijn weergegeven. De
blokken zijn verbonden met pijlen die de onderlinge relatie
weergeven.
De processen die nodig zijn om het resultaat te bereiken,
worden voornamelijk bepaald door de opdrachtnemer. De
basis van eisen die door het Rijksvastgoedbedrijf werd gesteld
aan de werkprocessen van de opdrachtnemer, was dat deze
waren gebaseerd op het kwaliteitssysteem van de opdrachtnemer
volgens ISO 9001. De focus van het Rijksvastgoedbedrijf lag bij
het opstellen van de vraag en de sturingsmiddelen die voor het
bedrijf van belang waren. Alleen aan die processen waar het
Rijksvastgoedbedrijf risico's liep, werden eisen gesteld. Voor het
project Ministerie van Financiën is naast het werken volgens
ISO 9001, gestuurd op de output van de processen. Een output
is het resultaat van het proces, zoals een constructieberekening.
In het DBFMO-contract is voornamelijk gevraagd naar
outputs. Door te vragen naar de outputs en aan de voorkant te
verlangen dat de benodigde processen worden ingericht, wordt
de kwaliteit van het geheel geborgd.
Sturing van het contract (monitoring)
In de DBFMO-overeenkomst zijn de afspraken en definities
vastgelegd. De sturing door het Rijksvastgoedbedrijf vond
plaats door toepassing van het BOM-mechanisme (Betalings-
systeem, Outputspecificatie en het Monitoringssysteem, fig. 6).
In de Outputspecificatie (de benaming van de uitvraag in een
DBFMO-overeenkomst
) zijn de eisen waaraan de resultaten
moeten voldoen, de verificatiemethode en de toegestane
hersteltijd bij storingen beschreven. De verificatiemethode is de
wijze waarop wordt aangetoond dat aan de eis is voldaan. De
output
specificatie
functionele en
prestatie-eisen
wegingsfactoren ruimten
hersteltijden betalings-
mechanismen
hoofdtypenkortingen
betalings-
mechanismen
kortings-
bedragen monitorings-
systeem
KWIS*
overzicht
testmethoden
monitorings-systeem RVB
6
* KWIS: klachten, wensen, informatieverzoeken en storingen DBFMO-
overeenkomsten
Systematische aanpak ministerie van nanci?n 8 2016
63
Tabel 2 Besparing DBFMO-aanpak versus traditionele aanpak (uit evaluatie in 2009)
projectfase besparing
transactiefase -2,9%
realisatiefase -0,9%
exploitatiefase ? onderhoud, beheer en energie 3,4%
exploitatiefase ? diensten als schoonmaken, risicobeheersen,
beschikbaar stellen van ruimten (meubilair) 15,7%
totaal 15,3%
Deze kostenverschillen kunnen worden gerelateerd aan de
volgende onderdelen:
- integratie van projectfasen in het contract (DBMO);
- oplossingsvrije uitvraag;
- aanbestedingsproces.
Integratie van projectfasen in het contract (DBMO)
Duurdere oplossingen kunnen zich terugverdienen binnen de
looptijd van het contract in geval de onderhoudskosten,
verbruikskosten of exploitatiekosten lager zijn. Door in de
ontwerpfase naast de bouwkosten ook rekening te houden met
de onderhouds- en exploitatiekosten worden andere ontwerp -
keuzen gemaakt. Zo heeft het winnende consortium bij het
-
overkapping atrium: efficiënte realisatie van de vergader -
behoefte;
- verbetering logistieke route van expeditie-ingang naar
restaurant.
De oplossingen leverden dus niet alleen een besparing op voor
het consortium maar leverde ook een architectonische meer -
waarde op door een sterkere beleving van het gebouw. Dit
leverde voordeel op in de EMVI-aanbesteding.
Contractperiode ? Hoe werkte dit uit in de praktijk?
In de uitvraag waren de ruimten beschreven die door het
consortium moesten worden gerealiseerd. Het atrium was
daar geen onderdeel van omdat de overkapping niet was voor -
geschreven. Omdat het winnende consortium wel een overkap-
ping had aangeboden, was de uitvraag niet sluitend met de
aanbieding. De oplossing was om aan het begin van de
contractperiode het atrium als ruimte te definiëren. De eisen
die zijn gesteld aan de functionaliteiten ondergebracht in het
atrium, zijn daarmee ook gekoppeld aan het atrium. Denk
bijvoorbeeld aan eisen ten aanzien van comfort of schoonmaak
van het glazen dak.
Gedurende de contractperiode is het opvallend dat er veel
vanuit oplossingen wordt geredeneerd. In geval van wijzigingen
bestaat de neiging de oplossingen op te nemen in de Output-
specificatie in plaats van de functies. Als dat gehonoreerd zou
worden, zou de Outputspecificatie een lijvig document worden
omdat deze wordt aangevuld met ontwerpoplossingen. De
Outputspecificatie en de aanbieding, en dus het ontwerp,
moeten uit elkaar worden gehouden. Als er een wijziging
optreedt in het ontwerp kunnen op dat niveau afspraken
worden gemaakt. Het is daarbij vaak niet nodig de eisen in de
Outputspecificatie aan te passen wanneer er een andere
ontwerpoplossing wordt gekozen die past binnen de eisen.
Traditionele aanpak versus DBFMO
Zowel voorafgaand aan de contractafweging als na afloop van
de bouwperiode is een vergelijk gemaakt tussen een traditionele
aanpak en een DBFMO-aanpak. Het grote verschil is dat bij de
traditionele aanpak de verschillende projectfasen afzonderlijk
worden gecontracteerd en bij DBFMO gebeurt dit gezamenlijk.
De vraag bij deze vergelijking is of de integratie van deze
projectfasen, samen met de functionele uitvraag, leidt tot een
kostenbesparing voor de opdrachtgever omdat efficiëntere
oplossingen worden gekozen.
Uit de evaluatie van het project in 2009 is gebleken dat in het
project per saldo 15,3% is bespaard ten opzichte van een
kostenraming gebaseerd op een traditionele aanpak. Vooraf
was ingeschat dat circa 9% zou worden bespaard.
7
7 Overdekte binnenplaats van het gerenoveerde ministerie van Financiënfoto: Csany studio
Systematische aanpak ministerie van nanci?n 8 2016
64
3. Een aanbestedingsvorm, met een dialoogprocedure en
EMVI, uitmondend in een geïntegreerd contract (DBFMO)
heeft bewezen voordelen:
a. De opdrachtnemer kan verbeteringen voorstellen, zowel
in kwaliteit als prijs, ten opzichte van de schattingen van
de opdrachtgever (Rijksvastgoedbedrijf ).
b. De ontwerpoplossingen zijn afgewogen over de levens-
cyclus omdat de onderhoud- en exploitatiefase (M en O)
deel uitmaken van het contract; ook dit blijkt een finan-
cieel voordeel voor de opdrachtgever op te leveren.
c. Sturing vindt naast het mechanisme in het contract
(BOM) plaats door de financier omdat de financiering
(F) onderdeel is van het contract.
Een nadeel in dit project is dat de transactiekosten van de
opdrachtgever door de nieuwe werkwijze hoger zijn dan
gebruikelijk.
Over de verschuiving van de projectvoorbereidingskosten van
de opdrachtgever naar de opdrachtnemer is niets bekend
geworden.
4. Een digitale uitvraag heeft ten opzichte van papier voordelen:
a. Eisen en relaties tussen eisen zijn met een muisklik te
vinden.
b. Dubbelingen, afwijkende formuleringen en tegenstrijdig-
heden van eisen kunnen vrij eenvoudig worden onder -
vangen.
Er zijn ook nadelen:
a. Door ordening van eisen naar bijvoorbeeld disciplines is
het soms lastig een integrale ontwerpoplossing te genere-
ren, omdat raakvlakken niet altijd in beeld zijn.
b. De verificatie van een computerscherm kan lastiger zijn
dan vanaf papier.
?
?
LITERATUUR
1 Department of Defense, Systems engineering Fundamentals,
januari 2001.
2 Tolman, F., Een opvatting over systemen. Cement 2015/5.
? OVERIGE BRONNEN
1 Evaluatie van het gebruik van een digitaal model voor de Output-
specificatie en het Verificatiemodel ? Project PPS Renovatie Financiën,
PSI Bouw, 17 september 2007.
2 Bergsma, S., De eindgebruiker beter af? ? PPS-Renovatie Financiën
nader uitgelegd. De ontwerpmanager, najaar 2007.
3 Buwalda, J.H., et al, Evaluatierapport Europese aanbesteding PPS
Renovatie Financiën, 16 november 2006.
ministerie van Financiën vanuit die gedachte duurdere oplos-
singen aangeboden. Deze oplossingen zouden bij een contract
zonder exploitatiefase niet zonder meer worden aangeboden.
De voordelen treden in het bijzonder op in de exploitatiefase bij de
diensten: schoonmaken, risicobeheersen en het verstrekken van
ruimten (meubilair). Ook bij het onderhoud, beheer en energie
zijn in de exploitatiefase per saldo besparingen gerealiseerd.
Oplossingsvrije uitvraag
Door enerzijds oplossingsvrijheid te geven en anderzijds
gunningscriteria gericht op kwalitatieve meerwaarde in te
richten, zijn aanbiedingen ontvangen met een hogere waarde
voor de opdrachtgever. De oplossingen die door het consortium
zijn aangedragen vanuit het levenscyclus denken, leverden dus
niet alleen besparing op voor het consortium maar hadden ook
meerwaarde voor de opdrachtgever. Zoals de tweede huidgevel
van het gebouw dat enerzijds bijdraagt aan energiebesparing en
anderzijds een sterkere beleving van het gebouw oplevert door
de hogere architectonische waarde. Deze hogere architectonische
waarde was voor de opdrachtgever van belang en was onderdeel
van de EMVI-criteria in het aanbestedingsproces.
Aanbestedingsproces
De transactiekosten ? kosten in de aanbestedingsfase ? van de
opdrachtgever waren hoger dan bij een traditionele aanpak.
Een groot deel van deze transactiekosten waren eenmalige
kosten vanwege de nieuwe aanpak. Het is de verwachting dat
deze kosten in toekomstige projecten lager zijn door meer
ervaring met de materie en opnieuw toepassen van de aanpak.
Conclusies
Alles overziend zijn er de volgende conclusies te trekken uit
de systematische aanpak van de renovatie van het ministerie
van Financiën, het eerste DBFMO-project van het Rijksvast-
goedbedrijf:
1. Daar waar bij eenvoudige projecten een structuur in de
uitvoering niet nodig is of min of meer vanzelf ontstaat,
moet die bij complexe projecten worden opgelegd. Als
bovendien de te onderscheiden onderdelen van een project
worden teruggevoerd op meer algemene groepen ontstaat
een systeem. (Het doelbewust opzetten van een systeem is
het werk van de system engineer, de stelselbouwkundige.)
2. Een systematische aanpak is nodig bij contracten met een
grote mate aan oplossingsvrijheid. Daar waar in een traditi-
onele aanpak de mogelijkheid bestaat de klantwens voor het
sluiten van het contract steeds verder in te vullen, moet deze
bij een contract met veel oplossingsvrijheid vooraf goed
in beeld zijn. Bij de toevallige aanpak is de kans op een
ontwikkeling van het ontwerp met een ongelijke verhouding
vanuit één invalshoek groot.
Systematische aanpak ministerie van nanci?n 8 2016
Reacties