In mei 2019 werden Patrick van Dodewaard en Koen van Doremaele op de Dag van de Constructeur verkozen tot Talent van het Jaar. In vijf afleveringen in Cement maken wij kennis met deze talenten en hun visie op het vak. In deze derde aflevering gaan ze in op belangrijkste verschillen tussen infrastructuur en utiliteitsbouw.
74 ? CEMENT 2 2020
Wat zijn nu eigenlijk de verschillen
voor een constructeur tussen de
infrastructuur en de utiliteitsbouw?
Eigenlijk is er maar één manier om daarach-
ter te komen en dat is bij elkaar in de
spreekwoordelijke keuken kijken. Dinsdag
18 februari mocht ik om die reden Patrick
verwelkomen om hem een korte inkijk te
geven bij een van de civieltechnisch meest
uitdagende projecten waar in Nederland
momenteel aan gewerkt wordt: de Nieuwe
Sluis Terneuzen. Het is een sluis met gelijkwaardige
afmetingen aan de sluizen van het wereld-
beroemde Panamakanaal: 427 m lang, 55 m
breed en 16,44 m diep. Groot genoeg voor
zeeschepen van het type Neo Panamax.
Het project wordt door een combinatie van
Nederlandse en Belgische partijen verwe-
zenlijkt, zowel aan opdrachtgevers- als aan
aannemerszijde. Het ontwerp en de uitvoe-
ring worden gedaan door Sassevaart, een
combinatie van BAM, DEME, Van Laere en
Engie. Het doel is om de sluis eind 2022
operationeel te hebben. Meer dan twee jaar is er al gewerkt
aan het ontwerp van deze enorme sluis,
waar het niet alleen gaat om het bouwen
Kijk
in de keuken In mei 2019 werden Koen van Doremaele en Patrick van
Dodewaard op de Dag van de Constructeur verkozen
tot Talent van het Jaar. In vijf afleveringen in Cement
maken wij kennis met deze talenten en hun visie op het
vak. In deze derde aflevering gaan ze in op belangrijkste
verschillen tussen infrastructuur en utiliteitsbouw.
Monsterklus
van een sluiskolk- en hoofden, maar ook
kadeconstructies, afmeerpalen, stalen hef -
bruggen, sluisdeuren, geleidewerken, een
nieuwe (diensten)haven en het aanpassen
van het lokale wegennet. Vorig jaar zijn de
voorbereidingen gestart om de bouwkuipen
voor de beide sluishoofden te maken. Deze
bouwkuipen, van een afmeting gelijk aan
twee voetbalvelden, krijgen uiteindelijk een
kerende hoogte van 25 m. Hier zou je zo-
doende een compleet appartementencom-
plex van acht verdiepingen in kwijt kunnen. Op het moment van schrijven (eind
februari) staat de bouwkuip van het buiten-
hoofd nog vol water en zijn we gereed om
de natte ontgraving te starten. Na deze ont -
graving wordt een onderwaterbetonvloer
gestort en wordt de bouwkuip drooggezet.
Tegelijkertijd loopt de uitvoering van de
overige constructies ook gewoon door, zoals
die van de zogenoemde bodemroosters. Na terugkomst van een project in
Antarctica kon ik vorig jaar april in Terneuzen
aan de slag als site engineer (constructeur
op locatie) en tegelijk de teamleiding daar-
van oppakken. Inmiddels werken we met
een aantal geotechneuten, constructeurs en
modelleurs dagelijks in de bouwkeet, waar we allerhande vraagstukken voor onze
kiezen krijgen om op te lossen. Van kleine
vragen over wapening, tot de sterkte van
een diepwandpaneel, het beoordelen van
monitoringsgegevens of het uitwerken van
hulpconstructies. De variatie in ontwerpwerk
is net zo groot als de diversiteit van con-
structies binnen het project, een supermooie
klus om aan te werken! Na binnenkomst van Patrick in de
bouwkeet hebben we eerst een kort overleg
met uitvoering gehad over het aanbrengen
van enkele lierpunten rondom de bouwkuip.
Daarna zijn we de bouw op gegaan om te
zien hoe dat het er in het echt uitzag. Ik ben
erg benieuwd wat Patrick van deze monster-
klus vindt!?
"De bouwkuipen van de sluishoofden zijn
even groot als twee voetbalvelden"
Bouw van de Nieuwe
Sluis in Terneuzen
Koen van Doremaele
CEMENT 2 2020 ?75
"Iedereen aan tafel
lijkt elkaar te
begrijpen waardoor het overleg snel en efficiënt verloopt" Als constructeur werk ik met name in
de utiliteitsbouw, renovatie en grotere
woningbouwprojecten.
Infrastructuur is
een werkveld waar ik geen ervaring mee heb,
dus ging ik als enthousiaste stagiair een
dagje mee met Koen in Terneuzen. Na een
urenlange rit naar dit uiterste puntje van
Nederland arriveerde ik met een goed
vakantiegevoel in de grootste bouwkeet die
ik ooit heb gezien. Ik werd direct geconfron-
teerd met de schaal van dit project en de
omvang van de bouwplaats. Dat is weer
eens wat anders dan het binnenstedelijk
bouwen op een postzegel, waaraan ik de
afgelopen jaren gewend ben geraakt. Koen werkt als site engineer om alle
continu opdoemende uitvoeringsproblemen
op te lossen, te monitoren en tijdelijke con-
structies te berekenen. Toen ik werd voorge-
steld aan zijn team, verbaasde ik me over de
aanwezigheid van fulltime constructeurs en
geotechnische experts op één bouwproject.
Dat verschilt wel met het 'op afroep beschik -
baar' zijn, zoals dat in de gebouwenwereld
gangbaar is voor constructeurs, laat staan
voor geotechnici. Na een snelle introductie sluizenbouw
(lees: grondmechanica) werd ik meegeno-
men naar een bespreking met uitvoerder en
werkvoorbereider. Een kort technisch overleg
over ankerpunten van een ponton en een
tijdelijk bordes voor de torentrappen volgde.
Hieruit werd duidelijk dat Koen is omgeven
met technische mensen die allemaal hetzelf -
de doel hebben: de sluis bouwen. Puntsgewijs
werden alle gegevensbehoeften benoemd en
oplossingen aangedragen, waarbij de maak -
baarheid allesbepalend was. Iedereen aan
Andere context,
inhoudelijke
overeenkomsten
tafel leek elkaar te begrijpen, waardoor het
overleg snel en efficiënt verliep, iets wat in de
utiliteitsbouw niet altijd het geval is. Duidelijk
werd dat de concrete werkzaamheden van
Koen en mij niet eens zo veel verschillen. Zo
zijn we beiden bekend met het ontwerpen
van tijdelijke bordessen, in te boren ankers in
reeds gebouwde betonconstructies en het
berekenen van kraanpoeren. In de middag kreeg ik een rondleiding
op de bouw, waar op dat moment het pon-
ton in het buitenhoofd werd opgebouwd.
Waar ik juist bezig ben om een bouwkuip
te ontwerpen waarmee droog kan worden
gebouwd, is hier de droge bouwkuip het
eindresultaat van het project. Dit vraagt dus
een compleet andere mindset, waarbij water
constant aanwezig is tijdens de bouw en ook
als gunstig werkende kracht wordt ingezet.
Dat je vervolgens pontons en duikers nodig
hebt om verder te bouwen is een detail. Ook
werd me duidelijk dat er meer wordt ontwor-
pen voor tijdelijke bouwfases van de sluis, dit
terwijl ik me als bouwkundig constructeur
voornamelijk richt op de eindfase van een
constructie. Tijdens het rondje op de bouw kwamen
we al pratende tot de conclusie dat het werk
van Koen en mij weliswaar een andere con-
text heeft, maar inhoudelijk veel overeen-
komsten kent. De overweldigende omvang
van het project dwingt iedereen ertoe het op
te knippen in kleinere deelprojecten die per
stuk vrij overzichtelijk zijn. De concrete som-
men zijn hetzelfde, alleen zijn de krachten bij
Koen iets groter. Volgende keer draaien we de rollen om
en komt Koen op bezoek in Rotterdam.
talent van het jaar
Bouwkuip van
een van de
sluishoofden
Patrick van Dodewaard
Reacties