Een gemeenteman in hart en nieren, zo omschrijft Joop van Leeuwen van gemeente Almere zichzelf. En niet ten onrechte. Met al zijn enthousiasme heeft hij zijn stempel weten te drukken op het toezicht in Amsterdam en Almere. Ook binnen het COBc heeft hij zijn sporen verdiend. Hij is daarbij niet te beroerd om zijn mening te geven. Bijvoorbeeld over de toekomst van het toezicht in Nederland, want dat is en blijft een punt van zorg. Lees ook de blogs die Joop van Leeuwen voor Cementonline heeft geschreven.
Zorg voor de medemens4201570interviewinterviewZorg voor demedemensEen gemeenteman in hart en nieren,zo omschrijft Joop van Leeuwen vangemeente Almere zichzelf. En niet tenonrechte. Met al zijn enthousiasmeheeft hij zijn stempel weten te drukkenop het toezicht in Amsterdam enAlmere. Ook binnen het COBc heeft hijzijn sporen verdiend. Hij is daarbij niette beroerd om zijn mening te geven.Bijvoorbeeld over de toekomst van hettoezicht in Nederland, want dat is enblijft een punt van zorg.Joop van Leeuwen42015 7142015 71CVJoop van Leeuwen benadrukt dat hij al lang geen constructeurmeer is. Maar constructieve kennis heeft hij voldoende in huis.De basis daarvoor legt hij tijdens zijn studie HTS Weg- enWaterbouw in Amsterdam. Of misschien wel eerder; als puberhelpt hij namelijk graag zijn oom die een timmer- en onderhouds-bedrijf heeft. Na enkele stages bij onder meer de Amsterdamsemetro en de NS, studeert hij af in de richting constructies.Hoewel zijn interesse in die tijd vooral uitgaat naar de civielebouw, gaat hij direct na zijn studie aan de slag bij ingenieurs-bureau Van Rossum, vooral actief in de woning- en utiliteits-bouw. De banen liggen niet voor het oprapen dus als hij hoortdat Van Rossum een tekenaar/constructeur zoekt, grijpt hij diekans met beide handen aan.Gemeente AmsterdamNa drie jaar bij het ingenieursbureau, solliciteert Van Leeuwenbij Bouw- en Woningtoezicht van de gemeente Amsterdam, bijwat toentertijd de Civieltechnische onderafdeling heet. "Totdie tijd had ik nog niet zo veel met het werk van gemeenten.Maar ik ben vrij snel gaan geloven in wat wij als gemeentedoen, hoe belangrijk het werk is." Hoewel toetswerk voor hemnieuw is, pakt hij de draad snel op. De ervaring bij VanRossum is daarbij heel waardevol. Het begint vooral met dewat eenvoudigere projecten en van collega's, binnen en buiten,leert hij gauw genoeg waar je op moet letten en wat vaak foutgaat. Hij komt daardoor al snel met complexere projecten inaanraking, zoals het Concertgebouw in Amsterdam. "Dat helegebouw moest worden onderkelderd, maar dat mocht deprogrammering niet belemmeren. Heel indrukwekkend hoeStrukton dat heeft opgelost. Wij werden nadrukkelijk bij datproject betrokken, alles werd vooraf met ons overlegd."Na een kleine zeven jaar als constructeur, gaat Van Leeuwenaan de slag in de buitendienst. "In 1988 kreeg ik de in mijnogen meest begeerde baan voor een woningbouwtoezichtmanin Nederland: hoofd buitendienst in de binnenstad vanAmsterdam. Met al die oude panden die daar staan, metfunderingen waarmee heel vaak wat mis is. Ik ben een hoopellende tegengekomen; panden waarvan de fundering geheelbleek te zijn weggerot." Van Leeuwen wordt projectleider vaneen funderingsteam dat actief is in de hele stad. Gaandewegwordt hij een specialist op funderingsgebied, mede dankzijveel archiefonderzoek en visuele inspecties ter plaatse. "Ik hebin die tijd echt heel veel panden gezien. Veel daarvan warenparticulier bezit. Voor de eigenaren deden we onderzoekgewoon gratis. Veel tegenwerking hebben we daarom nooitondervonden." Op basis van alle kennis die hij en onder meerzijn collega Albert de Vries opdoen, beoordeelt het team ookalle panden langs het trac? van de Noord/Zuidlijn.1 Joop van Leeuwen voorde bibliotheek van Almerefoto: Feenstra Fotografienaam ing. Joop van Leeuwenleeftijd 61opleidingen HTS Weg- enWaterbouwkundewerkgevers Van Rossum bv,gemeente Amsterdam, gemeenteAlmerenevenfuncties voorzitter COBc,bestuur Vereniging BWT Nederland,afgevaardigde in het Consortium ofEuropean Building ControlZorg voor de medemens4201572interviewgemeente Muiden. En er zijn nogal wat spectaculaire deel-projecten: een tweede Hollandse Brug, een nieuwe spoor-brug bij Muiderberg, een nieuwe brug over het Amsterdam-Rijnkanaal, een aquaduct bij Muiden. Dat levert heel veelwerk op. Wij hebben op dat project, naast vergunnings-medewerkers, momenteel twee constructeurs zitten en tweebuitendienstmedewerkers."Aanpak robuustheid met COBcJuist vanwege zijn ervaring met zowel constructieve zaken alshandhaving en uitvoering, wordt Van Leeuwen in 1995gevraagd voorzitter te worden van het COBc, het CentraalOverleg Bouwconstructies van alle gemeenten. "Ze waren opzoek naar een wat extraverter type die van veel markten thuiswas. En kennelijk paste ik in dat plaatje. Aanvankelijk zou ikhet voor drie jaar doen, maar na die eerste periode begon mijnnetwerk net een beetje vorm te krijgen. Onlangs gaf ik wel aandat ik het tijd vond voor een opvolger. Maar ik kreeg toch hetverzoek door te gaan en dat heb ik gedaan. Ik ben me op mijnleeftijd steeds meer gaan afvragen of ik dingen niet te lang benblijven doen. Aan de andere kant geeft het ook aan dat ik me ergoed bij voel. Ik heb in elk geval altijd veel plezier gehad in watik heb gedaan. En dat ik steeds bij gemeenten ben gebleven,daar heb ik absoluut geen spijt van."Binnen de gemeente heeft hij vooral een sturende rol. Als erecht iets moet worden uitgezocht, bijvoorbeeld op het gebiedvan robuustheid of recent de constructieve veiligheid vanevenementen, laat hij dat graag aan anderen over. Maar als erBijlmerrampIn oktober 1992 vindt de Bijlmerramp plaats, ook voor degemeente een ingrijpende gebeurtenis. "Binnen twee uur na deramp, het was zondagavond, waren we met een man of tien terplaatse. In totaal zijn we er een week of zes bezig geweest. Inhet begin moesten wij beoordelen of het veilig was de gebou-wen in te gaan voor bergingswerkzaamheden. Later ging heterom wat kon blijven staan en wat moest worden gesloopt. Datwas uiteindelijk vooral een financi?le kwestie, geen techni-sche." Het is een heel bijzondere ervaring voor Van Leeuwen,waarbij hij ook de nodige vervelende dingen ziet.Een ander spraakmakend incident is de brand van de koepelvan de Lutherse Kerk. Blussen bleek zeer moeizaam. De sprin-klerinstallatie had niet genoeg druk en ook de aangeruktespuitboot had onvoldoende bereik. Om een heel kostbaar orgelte redden, moest toestemming worden gegeven om, tijdens debrand, een steiger te bouwen over het orgel heen.Overstap naar AlmereIn 2003, na circa twintig jaar bij de gemeente Amsterdam,vindt Van Leeuwen het tijd voor wat anders en maakt hij deoverstap naar Almere. Ook daar wordt hij hoofd buiten-dienst. "Sommigen vonden het vreemd dat ik de stap van debinnenstad van Amsterdam naar Almere maakte. Maar ikzag het als een leuke nieuwe uitdaging. In Amsterdam ginghet vaak om monumenten, met alle beperkingen die daarbijhoren. In Almere werd en wordt heel veel gebouwd. De stadis nog lang niet af. We moeten doorgroeien naar meer dan300 000 inwoners in 2035. Ook op infrastructureel gebiedgebeurt er veel spectaculairs. Zo wordt er nu volop gebouwdaan het project SAA, de verbreding van de snelwegen tussenSchiphol, Amsterdam en Almere. Een deel van dat projectvalt onder de toetsingsverantwoordelijkheid van Almere,maar wij doen ook de toetsing en toezicht namens defoto:FeenstraFotografie"Binnen twee uur na de rampwaren we met een man of tienter plaatse'Zorg voor de medemens 42015 732 Bibliotheek van Almerefoto: Wim Ruigrok3 Concertgebouw in Amsterdamleggen als dat nodig is voor de veiligheid. Wat het belang ookis. Dat hebben we vaak genoeg gedaan. Zelfs bij een project inhet stadshart Almere, waarvan onze eigen gemeente opdracht-gever was. Ik ben toen zelf in het college geweest om uit teleggen dat we twijfels hadden over de constructieve veiligheiden de brandveiligheid. Hoe vervelend het ook was, de openingwerd uitgesteld. Dat was een heel bijzondere ervaring. Je merktuiteindelijk dat onze mening er echt toe doet. Hoe gaat datstraks als wij geen rol meer hebben? Hoe snel zal er bij eenDesign&Construct-project worden ingegrepen? Moeten wij opeigen houtje gaan onderzoeken als we vermoeden dat er ietsmis is? De tijd zal het leren. Ik denk dat het in elk geval nood-zakelijk is dat er een derde paar ogen meekijkt."Controle gemeenten niet zaligmakend"Zaligmakend is de controle van gemeenten natuurlijk niet.Het blijft bij streekproeven. Je kunt dus niet alles zien, zelfsniet alle kritische onderdelen. Uiteraard is de opdrachtgeverzelf verantwoordelijk voor zijn kwaliteit. Daar kan de privatekwaliteitsborging een duidelijke rol spelen. Maar ook bijprivate borging is er geen 100% controle. In tegendeel, in demeeste gemeenten moet er bij kleine projecten geld bij om eengoede controle te kunnen doen. Bij een individuele woning isde leges absoluut niet kostendekkend. Dat wordt gecompen-in Den Haag een lans moet worden gebroken, treedt hij weerop de voorgrond. Die rol past hem als geen ander, ook als datnamens de Vereniging BWT Nederland is. En hij is niet teberoerd af en toe de knuppel in het hoenderhok te gooien.Tenminste, als dat een bepaald doel heeft.Een belangrijk aandachtsgebied van het COBc het afgelopenjaar, is robuustheid en constructieve veiligheid bij evenemen-ten. Daarin is al een hoop bereikt, mede dankzij een goedesamenwerking met anderen. "We hebben goed contact metonder meer VNconstructeurs, SBRCURnet, de Betonvereni-ging, Bouwen met Staal en KIWA. Dat moet ook; alleen bereikje veel minder. Twee keer per jaar hebben we overleg met al diepartijen. Ik ben best trots op hoe we het thema robuustheidhebben aangepakt. Dat heeft echt een hoop resultaat opgeleverd."Wet kwaliteitsborgingAls gemeenteambtenaar en als voorzitter van het COBc is VanLeeuwen zeer betrokken bij plannen voor de private kwaliteits-borging. Eind 2012 heeft het COBc al een visie-documentgeschreven over dit dossier. "We zetten ons zeker niet af tegende plannen en zien de noodzaak van verandering. Maar in onshart zijn we niet voor. Dat heeft er vanzelfsprekend mee temaken dat het om onze banen gaat. Het zou echter arrogantzijn om te zeggen dat alleen gemeentelijke constructeursconstructies kunnen toetsen. Anderen kunnen dat natuurlijkook. Waar het om gaat, is onze positie; wij zijn hoe dan ookonafhankelijker, hebben geen direct belang bij een project. Wijmoeten te allen tijde de moed hebben om een project stil te"In ons hart zijn we niet voor deprivate kwaliteitsborging"23Zorg voor de medemens4201574interviewhet COBc wel de nodige invloed uitoefenen. Van Leeuwenbrengt dat in via zijn rol als bestuurslid bij de Vereniging BWTNederland, die vier keer per jaar overleg heeft met het ministe-rie. Het COBc heeft ook rechtsreeks overleg met het ministerie.Soms over heel specifieke zaken, zoals de kwestie brand enkanaalplaatvloeren en het thema robuustheid.Over de toekomst van de gemeenten maakt Van Leeuwen zichduidelijk zorgen. Er is al eens becijferd dat als er niets gebeurt,er straks voor 500 FTE geen werk meer is. Ongetwijfeld is ervoor een deel ander werk te vinden. Want er zijn andereaandachtsgebieden. Zo is het de ambitie van Almere om in2022 energieneutraal te zijn. "Een van mijn taken op ditmoment is het vormgeven van onze nieuwe organisatie. Ikmaak daarbij ook gebruik van ervaringen in het buitenland. Zohebben ze in Groot-Brittanni? de NHBC (National House andBuilding Council, red.), een private organisatie met circa 1000man in dienst en een omzet van bijna ? 30 miljoen. Ook dieorganisatie toetst individuele woningen. Ik ben wel heelbenieuwd hoe zij dat gefinancierd krijgt. Op basis van datvoorbeeld zouden we in Nederland natuurlijk ook kunnenseerd door grotere projecten. Zo werkt het systeem van legesnu eenmaal. Maar als de controle van die projecten moetworden betaald uit het voor dat project beschikbare bedrag ?en dat zal bij private borging het geval zijn ? gaat de controlenog verder naar beneden en wordt het risico dus groter."Dat er wat moet veranderen, is voor Van Leeuwen wel duide-lijk. Want de situatie zoals die nu is, is niet lang meer houd-baar. Toezicht is de laatste jaren immers een verlieslatendeactiviteit, mede vanwege de crisis. "Uiteindelijk wordt de toet-sing en het toezicht vooral betaald door legesinkomsten uitgrotere projecten. Wanneer die er minder zijn, zijn er dus ookminder inkomsten. In de meeste gemeenten is het ongewenstde lasten van de burger te verhogen door de leges te verhogen,met als gevolg dat de organisaties onder druk staan."Er zitten volgens Van Leeuwen natuurlijk ook goede kantenaan de plannen voor private borging. "De instrumenten diestraks beschikbaar komen, zullen zeker kunnen bijdragen aanconstructieve veiligheid. Je kunt daarmee de kwaliteit van deaannemer be?nvloeden. Want hoewel ik over het algemeen welgeloof in de goede trouw van aannemers, is daar best hetnodige in te winnen. Je wilt niet weten wat we nu soms in depraktijk tegenkomen. Daarin kan de ontwikkeling met TIS(Technische Inspectie Service, red.) een goede rol spelen. Watvooral gaat werken, is de rol van TIS met betrekking tot verze-keringen. Een verzekeraar kan een verklaring eisen dat er goedis gebouwd." Wat in de ogen van Van Leeuwen nog wel eenzwakke plek is, is de mogelijke concurrentie tussen TIS-bureaus. Er zijn al grote prijsverschillen zichtbaar, dat moetook een verschil in kwaliteit betekenen. Met de certificering isdat nog niet goed afgedekt.VisiedocumentEind 2012 heeft het COBc een visie gepresenteerd over deveranderingen in het bouwtoezicht. "In die visie wordt gestelddat toezicht grotendeels een lokale aangelegenheid is. De watcomplexere projecten kun je met regionale toetscentra oplos-sen. En daarnaast zou je een nationaal kenniscentrum moetenoprichten, waarin de aanwezige expertise onder de huidigeconstructeurs Bouwtoezicht wordt gebundeld. Dat zou besteen private organisatie kunnen zijn. Maar ik denk wel dat hetop de een of andere manier door de overheid moet wordenaangestuurd. Want wie gaat het betalen als het echt helemaalprivaat is?" De wet ligt inmiddels bij de Raad van State, dusgrote wijzigingen in de opzet zijn niet te verwachten. Wel moeter nog het nodige worden uitgewerkt, want in de wet staanalleen de hoofdlijnen. Het streven de wet in te laten gaan op1 januari 2016 is dan ook niet haalbaar. Die datum is al uitge-steld tot 1 januari 2017.Op zaken die nader moeten worden uitgewerkt, zoals de instru-menten die gaan worden gebruikt, willen gemeente Almere en"Wij moeten te allen tijde demoed hebben om een projectstil te leggen als dat nodig isvoor de veiligheid"4Zorg voor de medemens 42015 754 WTC Carlton Tower, Almerefoto: Mathieu van Ek / Dam & Partners Architecten5 Vrije uitbouwbrug over het Amsterdam-Rijnkanaalfoto: Rijkswaterstaatcursussen bij bijvoorbeeld de Betonvereniging, PAO en deBOB. Daarnaast lopen er initiatieven om constructieve toetserste registreren in het Constructeursregister en zijn er plannentot de oprichting van een iets breder register voor bouwbesluit-deskundigen. Verder is er een wet in voorbereiding, de WetVTH, waarin de kwaliteitscriteria zijn opgenomen waaraaneen gemeente moet voldoen als zij haar taken op het gebiedvan toezicht en handhaving wil uitvoeren. Daarin staatbijvoorbeeld dat een gemeente die zelf constructieve plannentoetst, ten minste twee constructeurs in dienst moet hebbenvan minimaal hbo-plusniveau, die daar minstens 60% van huntijd feitelijk mee bezig zijn. "In die wet zou je ook kunnenzetten dat een gemeente is verplicht registertoetsers in dienst tehebben. Al met al zijn dit goede ontwikkelingen. En die zijnnodig ook. Als ze in het buitenland horen dat je in Nederlandniet gekwalificeerd hoeft te zijn om te bouwen of te toetsen,geloven ze hun oren niet."DrijfverenVoor al dit soort genoemde onderwerpen toont Van Leeuwengrote betrokkenheid. Helemaal gerust op de toekomst is hijniet. "Ik maak me vooral ongerust over mijn collega's, of zijallemaal wel goed terechtkomen. De goede sociale regelingenbij de gemeente zijn verleden tijd. Voor mij maakt dat niet zoveel uit, ik ben al 61. Het gaat vooral om de jongere mensen,die net zo in onze taak geloven als ik en echt de goede moti-vatie hebben. Bij particuliere partijen is die motivatie princi-pieel anders. Daar is geld verdienen toch het belangrijkste,een van de grote nadelen van privatisering. Maar dat onzemensen straks mogelijk op straat staan, vind ik misschiennog wel zorgwekkender dan de gevolgen voor de construc-tieve veiligheid. Ik ben er namelijk van overtuigd dat dieveiligheid niet wezenlijk verandert door alle nieuwe plannen.Beter zal hij niet worden en ook niet slechter. Dat hoop ikalthans. Maar ik ben een bouwtoezichtman in hart en nieren.Ik geloof in wat we doen en ja, ik ben er nog niet van over-tuigd dat het nieuwe stelsel voor iedereen d? oplossing gaatbieden. Dat geldt ook voor andere terreinen, zoals een terug-tredende welstandscommissie. Ik weet niet of we daar blijmee moeten zijn. Neem het Damrak met al die lelijke gevels.Dat moeten we toch niet willen? Pas toen Willem-Alexanderwerd gekroond, moesten die lelijke reclames uit het straat-beeld verdwijnen en daar was nog subsidie voor nodig ook.Ik weet niet hoe dit allemaal moet als je niet meer handhaaft,als er helemaal geen regels meer zijn. Het zijn principekwes-ties. Ik vind dat je als overheid goed voor je burgers moetzorgen. Naast de zorg voor mijn collega's is dat momenteelmijn belangrijkste drijfveer." Jacques Linssenbeslissen zo'n bureau op te zetten, met mensen vanuit degemeenten. Maar helemaal vergelijkbaar is de situatie inGroot-Brittanni? niet. Daar hebben ze een duaal stelsel en kunje voor toetsing ook bij de gemeente terecht. Die optie is eentijdje geleden in Nederland afgevallen. In andere landen, zoalsKroati?, zie je recent een beweging dat er juist weer iets meeroverheidsbemoeienis komt. Daar was de privatisering te verdoorgeschoten richting de markt. Iets vergelijkbaars is aan dehand in Nieuw-Zeeland. Daar hebben ze de overheidsbemoei-enis helemaal losgelaten en dat heeft enorm slechte invloedgehad op de kwaliteit. Zover zie ik het bij ons niet komen hoor,maar het geeft wel te denken."KennisuitwisselingIn die zin kan de gemeente een hoop leren van anderen. Datgaat niet alleen om organisatorische kwesties, ook omconstructieve zaken. Dat gebeurt onder meer in het CEBC, theConsortium of European Building Control. Hiervan kunnenuiteenlopende organisaties lid worden; gemeenten of privatepartijen zoals de Nederlandse TIS'en. Bij dit soort internationalekennisuitwisseling werkt de taalbarri?re echter beperkend.Daarom vindt kennisuitwisseling ook binnen de landsgrenzenplaats, bijvoorbeeld bij het COBc via bestuursvergaderingen,regionale bijeenkomsten en de landelijke COBc-dag. Helaasworden lang niet alle gemeenten bereikt. "Binnen het COBczijn we met zo'n 100 tot 120 gemeenten, van de in totaal circa400. Het grootste deel bereiken we dus niet."Als voor bepaalde projecten kennis nodig is die het niveau vangemeenteambtenaren ontstijgt, schroomt de gemeente niet omkennis soms bij anderen te gaan halen. Bijvoorbeeld in hetgeval van de eerder genoemde stalen spoorbrug bij Muiden.En om kennis op peil te brengen of te houden, zijn er diverse5
Reacties