Log in
inloggen bij Cement
Hulp bij wachtwoord
Geen account?
shop word lid
Home /

Cugla biedt kwaliteitsimpuls aan krimparme mortels

di 21 sept 2021

Cementgebonden producten hebben een aantal ideale eigenschappen: je kunt er haast alle vormen mee realiseren, ze zijn sterk en ze zijn duurzaam. Maar een nadeel is er ook: het materiaal krimpt. Bij sommige toepassingen kan dat een probleem zijn, bijvoorbeeld als ze gebruikt worden bij het verbinden van elementen. Gelukkig zijn er producten op de markt met een oplossing voor dat probleem: krimparme mortels. Cugla is een van de pioniers op dit vlak en is nauw betrokken geweest bij certificering en standaardisatie van eigenschappen.

- Gesponsord artikel - 

In de plastische fase van cementgebonden producten vindt krimp plaats, de zogenoemde plastische krimp. In krimparme cementgebonden mortels – een fabrieksmatig vervaardigd mengsel, samengesteld uit onder andere cement, toeslagmaterialen, hulpstoffen en eventueel vulstoffen – wordt die krimp gecompenseerd dankzij toevoeging van expansiebevorderende hulpstoffen. Deze hulpstoffen zorgen voor een volumeverandering in de plastische fase. Dat proces luistert zeer nauw en moet voldoen aan strenge prestatie-eisen.

Eigenschappen

Behalve de krimpreducerende eigenschap is ook de sterkte van groot belang. De mortels moeten in staat zijn grote krachten over te dragen, bijvoorbeeld als ze onder slanke kolommen in hoogbouwprojecten worden toegepast. Kenmerkend voor het materiaal is dat die sterkte al snel na het aanbrengen moet zijn ontwikkeld. Daarmee maken de mortels een hoog bouwtempo mogelijk in prefab-betonbouw. Het materiaal is zo ontwikkeld dat het binnen 24 uur meestal al zo’n 80% van de eindsterkte heeft bereikt. Typerend in die zin is dat de mortels worden geclassificeerd op basis van de karakteristieke sterkte na 7 dagen – van sterkteklasse K30 tot K100 –, waar dat bij beton na 28 dagen is.

Naast de sterkte is ook de verwerkbaarheid een belangrijk criterium. Welke verwerkbaarheid nodig is, hangt weer af van de applicatiemethode. Die methodes zijn in de loop der jaren flink uitgebreid. Systemen die we nu kennen zijn: ondergieten, ondersabelen, onderpompen, injecteren en plaatsen in een speciebed (fig. 1).

Dankzij de bijzondere eigenschappen van krimparme mortel is het aantal toepassingen in de loop der jaren enorm gegroeid. Het begon met alleen ondersabelingsmortels voor machinefunderingen en brugopleggingen. Inmiddels wordt het vooral veel toegepast in de prefab-betonbouw. Ook het product is verder doorontwikkeld. De maximale sterkte is toegenomen en het cementgehalte verder geoptimaliseerd, mede door de komst van vulstoffen en de doorontwikkeling van hulpstoffen. In de basis is de werking evenwel nog altijd hetzelfde.

Regelgeving

Tot begin jaren 90 was het als constructeur nauwelijks mogelijk duidelijke eisen te stellen aan krimparme mortels. Regelgeving was er niet en producten werden niet gecertificeerd. Vaak werden ze ook nog op de bouwplaats samengesteld, wat de kwaliteit niet ten goede kwam en waardoor het vaak gissen was naar de exacte eigenschappen. Een eerlijk vergelijk tussen producten was daardoor niet mogelijk. Om hier verandering in aan te brengen en een kwaliteitsimpuls te geven aan het product, verscheen in 1991, mede op initiatief van Cugla, CUR-Aanbeveling 24 – Krimparme cementgebonden mortels. In die Aanbeveling worden mortelsoorten en morteltypen benoemd en worden prestatie-eisen gesteld aan onder meer sterkteklassen, milieuklasse, zwelling, krimp, verwerkingstijd en stabiliteit.

Aanvankelijk was het de bedoeling dat deze Aanbeveling zou leiden tot een productnorm, maar die is er nog altijd niet. Ook niet in Europees verband. Wel is er na het verschijnen van CUR-Aanbeveling 24 een beoordelingsrichtlijn verschenen, BRL 1904 – Cementgebonden mortels. Op basis van deze BRL kunnen mortels worden gecertifieerd. Ook bij de totstandkoming van deze BRL speelde Cugla een belangrijke rol.

Nieuwe CUR-Aanbeveling 24

Mede door het ontbreken van een norm is het belang van een CUR-Aanbeveling 24 nog altijd essentieel. Daarom is recent besloten CUR-Aanbeveling 24 te herzien. De nieuwe versie sluit beter aan op de vigerende normen en nieuwe uitvoeringsmethoden. Ook de manier waarop met keuring en controles wordt omgegaan is gewijzigd. In de oude Aanbeveling was nog sprake van partijkeuringen. Maar met de komst van proces- en productcertificering zijn die achterhaald. Ook toepassing van de mortels in voorspankanalen is geschrapt. Daarvoor is nu een eigen norm beschikbaar, NEN-EN 447. Dit alles maakt dat de nieuwe Aanbeveling nu een stuk compacter en bruikbaarder is geworden. Mede dankzij de inzet van de betrokken partijen, heeft het proces relatief weinig tijd gekost. Tussen het initiatief voor herziening en het beschikbaar komen van de Aanbeveling zit minder dan een jaar.

Regelgeving applicatie

Met alleen de specificatie van het product ben je er nog niet. Voor het eindresultaat is de manier van aanbrengen zeker zo bepalend. Om meer duidelijkheid te krijgen over de applicatiemethoden, ook bij constructeurs, verscheen CUR-Aanbeveling 108 – Ontwerp en uitvoering van mortelvoegen in prefab betonconstructies (meest recente versie uit 2013). Ook bij deze Aanbeveling was Cugla nauw betrokken.

CUR-Aanbeveling 108 geeft invulling aan de behoefte andere uitvoeringmethoden toe te passen en ook daarin eenduidigheid aan te brengen. Een belangrijk aspect daarbij is de zogenoemde vullingsgraad, een eigenschap die veel invloed heeft op de uiteindelijke prestatie van de verbinding en dus de gehele constructie. In het onderzoek dat aan de totstandkoming vooraf ging en waarbij veel praktijkervaring is meegenomen, is aangetoond dat onder meer bij plaatsing in speciebed – mogelijk door toepassing van mortels met tixotrope eigenschappen – een prima vullingsgraad kan worden verkregen, veel beter dan voorheen werd aangenomen. Hiermee draagt deze Aanbeveling bij aan een betere kwaliteit op de bouwplaats.

Marktleider

Zeker door recente ontwikkelingen in de bouw, waarbij steeds meer wordt geprefabriceerd en er steeds hoger wordt gebouwd, is het belangrijk dat er eenduidige kwaliteitseisen bestaan voor cementgebonden krimparme mortels. Cugla heeft daar altijd veel waarde aan gehecht en heeft dan ook veel tijd en energie gestoken in goede Aanbevelingen en certificatie. Dat heeft de kwaliteit van het product voor de hele markt een enorme impuls gegeven. Die kwaliteit is nu veel zichtbaarder, wat er mede toe heeft geleid dat Cugla met hun product Cuglaton marktleider is op het gebied van krimparme mortels.

CUR-Aanbevelingen

CUR-Aanbeveling 24 en CUR-Aanbeveling 108 zijn beschikbaar op www.cur-aanbevelingen.nl.

Meer over Cuglaton

Wil je meer lezen over Cuglaton, kijk dan www.cugla.nl.

Renda ©2024. All rights reserved.