“Hoe hoog is je schuifspanning? Lager dan 0,46? Dan gaat het wel goed hoor.” Collega’s kunnen op basis van ervaring soms met rekenregels gooien, die bij een jonge constructeur in plaats van antwoorden alleen maar meer vragen oproepen. “Oh, dat staat in de oude vertrouwde GTB of GBV zelfs… Maar is dat dan niet al lang vervangen door de Eurocode?”
Op de Nederlandse technische universiteiten worden jonge constructeurs tegenwoordig voornamelijk geschoold in kritisch en wetenschappelijk denken. Hierbij ontwikkel je veel essentiële basiskennis van constructies en de achtergrond van verschillende eisen die worden gesteld. Eenmaal aan het werk, kom je er al snel achter dat voor het werk van een constructeur veel meer nodig is dan enkel die geleerde theorie. Het constructeursvak bestaat voor een groot deel uit praktische kennis van uitvoeringsaspecten en algemeen geaccepteerde rekenregels.
Uitvoeringsaspecten leer je echter niet op de universiteit. Als jonge constructeur ben je daardoor vaak aangewezen op meer ervaren collega-constructeurs. Ook de algemeen geaccepteerde rekenregels en rekenmethodes leer je maar beperkt op de TU. Daarbij verschilt de herkomst van rekenregels en methoden vaak. Sommige vergelijkingen zijn opgenomen in de Eurocode. In dat geval is het onderdeel van de norm en duidelijk dat de formules gehanteerd kunnen worden. Maar een deel van de algemeen geaccepteerde rekenregels is niet terug te vinden in de Eurocode, en staan in de GTB (Grafieken en Tabellen voor Beton gebaseerd op de Europese Normen voor Ontwerp, Materiaal en Uitvoering). Dan wordt het voor de jonge constructeur lastig. Enerzijds zijn het formules die al jaren worden gebruikt en vroeger zelfs onderdeel zijn geweest van de norm. Anderzijds is de GTB met de introductie van de Eurocode een oud (en vervallen) document geworden. Waar mag je dan vanuit gaan?
Zijn ingenieursbureaus misschien beter af met constructeurs met een HTI-opleiding, waarbij meer aandacht wordt gegeven aan praktische rekenmethoden van poeren, balken, kolommen en vloeren? Wat moet er gebeuren om de kloof tussen theorie en praktijk te verkleinen? Moet de jonge constructeur zich op voorhand gaan verdiepen in de GTB? Moet hij zich de oude (beproefde) rekenmethoden eigen maken? Of zich juist richten op nieuwe technieken? Of worden de algemeen geaccepteerde rekenregels straks geborgd in softwareprogramma’s en moet de jonge constructeur zich richten op nieuwe middelen in de constructiewereld zoals eindige-elementenprogramma’s, programmeren en AI?
De hulp van ervaren aan startende constructeurs is in ieder geval onmisbaar. Dus wees collegiaal als er een jonge constructeur met een voor jou meer dan logisch vraagstuk bij je aanklopt. Jouw tijd, aandacht en geduld worden zeer gewaardeerd!
Reacties
Henk Wapperom - Betonvereniging 15 september 2023 10:42
Leuk onderwerp. Echter maakt de schrijver wel een denkfout. De GTB is na de introductie van de Eurocode in 2010 geheel herzien en dus niet oud en vervallen. Wat er wel gaat gebeuren - en dat heeft niet eens met de aanstaande herziene Eurocode te maken - dat de constructeur met alle nieuwe betonrecepten straks niet veel meer heeft aan de standaard tabellen, maar dat hij/zij veel via geschiktheidsonderzoeken zelf zal moeten aantonen!