Structural Concrete Vol. 24/3 (juni 2023) bevat een variatie aan papers, met als speciale thema's brandwerendheid en toepassing van betongranulaat. Van een selectie van de voor Cement-lezers meest interessante papers uit dit nummer staat in dit artikel een Nederlandstalige samenvatting.
70? CEMENT 5 20 23
Paper Carbon reinforced concrete exposed to high temperatures
(SC24/2, p. 3178 ? 3190, open access)
Door: Karoline Holz, Manfred Curbach
KOOLSTOFWAPENING ONDER HOGE TEMPERATUREN
In een Duits onderzoek is het
gedrag onderzocht van beton
met koolstofwapening blootge-
steld aan hoge temperaturen.
Er zijn 118 trekproeven en 81
hechtproeven gedaan, met
twee typen wapening: 1) een
niet-flexibel koolstofnet, geïm-
pregneerd met epoxyhars en
2) een flexibel koolstoftextielnet
met een acrylaatimpregnering.
Speciale aandacht ging uit naar
het chemisch-fysische gedrag.
In het onderzoek zijn een dyna-
mische mechanische thermi-
sche analyse (DMTA) en een
thermische gravimetrische
analyse (TGA) uitgevoerd.
Bepalend voor de trek- en de
hechtsterkte is de glasover-
gangstemperatuur (de tempe-
ratuur waarbij een stof over-
gaat van een harde, brosse
toestand naar een zachtere,
rubberachtige toestand). Daar-
om is een duidelijke definitie
voor het bepalen van deze
glasovergangstemperatuur
belangrijk. Voor het schatten van de bovenste temperatuur-
grens van de treksterkte is de
TGA bepalend, omdat hiermee
de temperatuur kan worden
vastgesteld waarbij de oxidatie-
reactie begint. De treksterkte
blijkt voor beide materialen
hetzelfde.
De hechteigenschappen onder
temperatuurbelasting hangen
wel af van het type materiaal.
Dit komt vooral tot uiting in de
vermindering van de torsiestijf-
heid, bepaald met behulp van
de DMTA.
Om het materiaalgedrag van
koolstofwapening bij hoge tem-
peraturen te verbeteren, kan
toepassing van temperatuuron-
gevoelige polymeren of mine-
rale impregneringen worden
overwogen. De koolstofvezel
moet daarbij worden be-
schermd tegen zuurstof om
de oxidatiereactie te vertragen
of voorkomen, om zo de trek -
sterkte positief te beïnvloeden.
Aanvullend onderzoek is daar-
bij noodzakelijk.
Structural Concrete Vol. 24/3 (juni 2023)
bevat een variatie aan papers, met als speciale
thema's brandwerendheid en toepassing van
betongranulaat. Van een selectie van de voor
Cement-lezers meest interessante papers uit dit
nummer staat in dit artikel een Nederlandstalige
samenvatting.
Opvallend is de coverfoto: Valley op de
Amsterdamse Zuidas. Over dit project is het
artikel 'Groene blikvanger op de Zuidas',
geschreven door Jan Willem Hoekstra en Shanti
Brahmatewari, van Van Rossum Raadgevende
Ingenieurs, verschenen in Cement 2023/2.
Gelezen in
Structural
Concrete
structural concrete
RUBRIEK STRUCTURAL CONCRETE
Één van de meest toonaangevende internationale
vakbladen over betonconstructies is Structural Concrete
(SC). SC is het officiële, peer reviewed journal van fib
(The international federation for Structural Concrete). Cement
plaatst een korte Nederlandstalige samenvatting van een
selectie van voor Cement-lezers interessante papers uit
ieder nummer van SC (verschijnt 6x per jaar). De volledige
papers zijn beschikbaar op onlinelibrary.wiley.com (gratis
voor leden van fib). fig. 1 Onderzochte koolstofwapening, geïmpregneerd met
epoxyhars (a) en met een acrylaat (b)
a
b
CEMENT 5 2023 ?71
structural concrete
MODELERING STATISCH ONBEPAALDE LIGGERS ONDER BRANDBELASTING
Paper Modeling statically indeterminate reinforced concrete slabs and beams under fire conditions (SC24/3, p. 3251 ? 3263, open access)
Door: Patrick Bischof, Urias Morf, Patrick Bamonte, Walter Kaufmann
Paper Anchorage and detailing of reinforcement under fire action (SC24/3, p. 3264 ? 3280)
Door: Giovanni Muciaccia fig. 2 Element met trekstaaf en de
invloed van het moelleren van
tension stiffening
EN 1992-1-2 beperkt over het algemeen de herverdeling van steun-
puntsmomenten naar veldmomenten voor doorgaande betonnen
platen en balken bij brand tot 15%. Als er voldoende rotatiecapa-
citeit is, is er weliswaar meer herverdeling toegestaan, maar de
norm geeft niet aan hoe die rotatiecapaciteit moet worden be-
paald. Rotatiecapaciteit is met name nodig bij ondersteuningen
met een negatief moment en brandbelasting. De drukzone onder-
gaat dan thermische degradatie terwijl de trekzone dicht bij de
omgevingstemperatuur blijft.
In een Zwitsers/Italiaans onderzoek is een uitgebreid model ont-
wikkeld voor het inschatten van de rotatiecapaciteit van statisch
onbepaalde elementen bij brand. Hierbij worden materiaaleigen-
schappen uit EN 1992-1-2 toegepast in combinatie met (i) de
biaxiale druksterkte van beton, (ii) strain hardening en de uiterste rek
in de wapening, en (iii) tension stiffening. Hierbij geldt dat tension
stiffening een nadelige invloed heeft op de ductiliteit van de
trekstaaf (uitgaande van het trekstaafmodel), waardoor de rota-
tiecapaciteit wordt beperkt. In het model worden voor verschillen-
de brandduren moment-krommingrelaties gebruikt en wordt de
doorsnede getoetst op een aantal relevante posities en tijdstippen.
De resultaten uit het model blijken goed overeen te komen met
experimentele resultaten uit de literatuur. Er bestaat echter veel
onzekerheid naar aanleiding van het type toeslagmateriaal dat
wordt gebruikt.
Uit het onderzoek is duidelijk geworden dat het
nauwkeurig modelleren van tussensteunpunten,
waar beton tegelijkertijd wordt verwarmd en
onder hoge druk staat, een uitdaging is, vooral
om lokale spanningen nauwkeurig te kunnen
voorspellen.
VERANKERING EN DETAILLERING WAPENING ONDER BRANDBELASTING
In een Italiaanse studie is een uniforme
benadering voorgesteld om de invloed van
brandbelasting op de verankeringslengte en
de detaillering van wapening bij op buiging
belaste elementen vast te kunnen stellen. Het
gaat hierbij om zowel vooraf ingestorte als
later aangebrachte wapeningsstaven.
Vertrekpunt is de reductie van de hechtei-
genschappen als functie van de temperatuur.
Verschillende details zijn beschouwd, onder
meer balk-vloerverbindingen en kolom-
wandverbindingen. Ook is de situatie beschouwd met zowel
overlappende staven (spanningsoverdracht van wapening naar
wapening), als met verankerde staven (spanningsoverdracht van
wapening naar beton).
De temperatuurverdeling rond een staaf is onderzocht op basis
van een thermische analyse bij verschillende brandduren. Op basis
van de afname van de hechtsterkte en de spanningsverdeling
rond de staaf is de capaciteit van de verbinding bepaald. Bij overlappende staven blijkt de toename van
de verankeringslengte omgekeerd evenredig
met de afname van de hechtsterkte. Voor in-
gestorte wapening kan een beperkte toename
van overlappingslengte nodig zijn. Voor ach-
teraf aangebrachte wapeningsstaven kan een
oplossing met overlappingslassen zelfs onge-
schikt blijken, als de overlappingslas zich dicht
bij het door temperatuur belaste oppervlakte
bevindt. Dit vanwege de hoge gevoeligheid
voor temperatuur van deze oplossingen.
Voor verankerde staven is er alleen een significante invloed voor
staven dicht bij het oppervlak. De invloed is met name bij grote
staven beperkt. Dit geldt voor zowel ingestorte als voor later aange-
brachte staven. Alleen bij kolommen kunnen achteraf aangebrachte
wapeningsstaven ook bij verankerde staven tot problemen leiden.
Het is dus nodig om specifieke ontwerpmodellen te
overwegen of definiëren voor achteraf geïnstalleerde
wapeningsstaven bij brandbelasting.
fig. 3 Verankering en overlapping van wapening
in een element dat onderhevig is aan buiging
72? CEMENT 5 20 23
LANGETERMIJNGEDRAG VAN DUURZAAM ZELFVERDICHTEND BETON
Paper Long-term behavior of sustainable self-compacting concrete with high volume of recycled concrete aggregates and industrial by-products
(SC24/3, p. 3385 ? 3404)
Door: Daqiang Qin, Zhenyu Zong, Chunru Dong, Zhanggen Guo, LiuYang Tang, Chuan Chen, Lei Zhang
Paper Scaled concrete beams containing maximum levels of coarse recycled aggregate: Structural verifi cations for precast-concrete building applications
(SC24/3, p. 3476 ? 3497, open acces)
Door: Francisco Fiol, Víctor Revilla-Cuesta, Marta Skaf, Carlos Thomas, Juan M. Manso fig. 4 Druksterkte op 7 en 28 dagen van verschillende
samenstellingen
fig. 5 Schema en foto testopstelling
In een Chinese studie zijn het langetermijngedrag en de microstruc -
tuur van duurzaam zelfverdichtend beton (self-compacting concrete,
SCC) onderz
ocht, waarin het primaire grove toeslagmateriaal is
vervangen door gerecycled granulaat (recycled coarse aggregates,
R
CA) en cement door cementvervangende producten (supplemen -
tary cementitious materials, SCM). Meer specifiek zijn de invloed op
de mechanische eigenschappen en de langeduurv
ervorming bij
toepassing van granulaat en de gedeeltelijke cementvervanging
(met vliegas, hoogovenslak en/of silicafume) onderzocht. Om het
gedrag te kunnen onderbouwen zijn opnamen met elektronen-
microscoop en röntgendiffractie gemaakt en onderzocht.
De r
esultaten laten zien dat door toepassing van granulaat de
druksterkte en de elasticiteitsmodulus worden verlaagd en de
kruip- en krimpvervormingen worden verhoogd. Toepassing van
een combinatie van vliegas, hoogovenslak en silica fume zorgt
echter voor een aanzienlijke verbetering van de sterkte en vermin-
dering van de langeduurvervormingen. Dit is te verklaren door het
CONSTRUCTIEVE TOEPASBAARHEID PREFAB LIGGERS MET 100% BETONGRANULAAT
ontstaan van een compactere microstructuur en een sterker grens-
vlak rond het toeslagmateriaal, zo blijk uit microscopische analyses.
Op basis v
an experimentele resultaten zijn correctiefactoren voor
granulaat en cementvervangers geïntroduceerd in combinatie met
de modellen uit fib Model Code 2010, om de kruipcoëfficiënt van
het duurzame zelfverdichtend beton te beoordelen.
In Spanje is, in samenwerking met een prefab-betonleverancier,
een uitgebreid experimenteel programma uitgevoerd om de
mogelijkheden voor de constructieve toepassing van beton met
betongranulaat te onderzoeken. De toepasbaarheid van een meng-
sel van zelfverdichtend beton (SCC) waarin 100% van het grove
toeslagmateriaal is vervangen door betongranulaat, is onderzocht.
Proefstukken (balken van 12?×?24?×?180 cm³ en 24?×?24?×?130 cm³) zijn
onderworpen aan buig-, afschuifbuig-, afschuif- en langeduurdoor-
buigingsproeven. Voor de buig- en afschuifbuigproeven zijn de
resultaten vergeleken met die van een SCC-mengsel met 0%
betongranulaat.
De stijfheid in het elastische gebied was nagenoeg gelijk voor het
beton met en zonder grindvervanging. Dit is te danken aan aanpas-
singen in het mengselontwerp, wat het mengsel robuuster maakte.
De proefstukken met 100% betongranulaat voldeden ruimschoots
aan de eisen ten aanzien van de buig-, afschuifbuig- en afschuif-
weerstand. De resultaten lagen tussen de één, vijf en drie keer hoger
dan de eisen. Na bezwijken was het draagvermogen evenwel lager.
Op het gebied van langeduurdoorbuiging vertoonde het mengsel
met 100% betongranulaat slechts beperkte marges ten opzichte van de eisen. De bruikbaarheidsgrenstoestand is dus kritischer dan
de uiterste grenstoestand. Daarom verdient de bruikbaarheids-
grenstoestand bij toepassing van 100% betongranulaat extra aan-
dacht.
Opgemerkt moet worden dat deze proeven zijn gedaan met proef
-
stukken op schaal. Het kan interessant zijn om in een volgende
stap van het onderzoek het gedrag van echte prefab-betonnen
bouwelementen te onderzoeken.
Opvallend is de coverfoto: Valley op de Amsterdamse Zuidas. Over dit project is het artikel ‘Groene blikvanger op de Zuidas’, geschreven door Jan Willem Hoekstra en Shanti Brahmatewari, van Van Rossum Raadgevende Ingenieurs, verschenen in Cement 2023/2.
Rubriek Structural Concrete
Één van de meest toonaangevende internationale vakbladen over betonconstructies is Structural Concrete (SC). SC is het officiële, peer reviewed journal van fib (The international federation for Structural Concrete). Cement plaatst een korte Nederlandstalige samenvatting van een selectie van voor Cement-lezers interessante papers uit ieder nummer van SC (verschijnt 6x per jaar).
De volledige papers zijn beschikbaar op onlinelibrary.wiley.com (gratis voor leden van fib).
In een Duits onderzoek is het gedrag onderzocht van beton met koolstofwapening blootgesteld aan hoge temperaturen. Er zijn 118 trekproeven en 81 hechtproeven gedaan, met twee typen wapening: 1) een niet-flexibel koolstofnet, geïmpregneerd met epoxyhars en 2) een flexibel koolstoftextielnet met een acrylaatimpregnering. Speciale aandacht ging uit naar het chemisch-fysische gedrag.
In het onderzoek zijn een dynamische mechanische thermische analyse (DMTA) en een thermische gravimetrische analyse (TGA) uitgevoerd.
Bepalend voor de trek- en de hechtsterkte is de glasovergangstemperatuur (de temperatuur waarbij een stof overgaat van een harde, brosse toestand naar een zachtere, rubberachtige toestand). Daarom is een duidelijke definitie voor het bepalen van deze glasovergangstemperatuur belangrijk. Voor het schatten van de bovenste temperatuurgrens van de treksterkte is de TGA bepalend, omdat hiermee de temperatuur kan worden vastgesteld waarbij de oxidatiereactie begint. De treksterkte blijkt voor beide materialen hetzelfde.
De hechteigenschappen onder temperatuurbelasting hangen wel af van het type materiaal. Dit komt vooral tot uiting in de vermindering van de torsiestijfheid, bepaald met behulp van de DMTA.
Om het materiaalgedrag van koolstofwapening bij hoge temperaturen te verbeteren, kan toepassing van temperatuurongevoelige polymeren of minerale impregneringen worden overwogen. De koolstofvezel moet daarbij worden beschermd tegen zuurstof om de oxidatiereactie te vertragen of voorkomen, om zo de treksterkte positief te beïnvloeden. Aanvullend onderzoek is daarbij noodzakelijk.
Reacties