In memoriam7201574in memoriamIn memoriam Ton BruggelingOp 24 september jongstleden overleed prof.dr.ir. A.S.G. (Ton)Bruggeling op 92-jarige leeftijd. Hij was in de Nederlandsebetonwereld bekend als een dynamische en gedrevenpersoonlijkheid die een groot stempel heeft gedrukt op deontwikkelingen van het bouwen in beton in Nederland. Hijdeed dit vanuit een brede kennis van de bouwpraktijk enmet een grote interesse in het ontwikkelen van ontwerp-en analysemodellen die berusten op het werkelijke fysischegedrag van betonconstructies.Bruggeling studeerde in 1947 afaan de faculteit Weg- en Water-bouwkunde van de, toen nog,Technische Hogeschool Delft.De eerste twee jaar na zijn afstu-deren werkte hij als ingenieur bijde Nederlandse Aannemings-maatschappij in Den Haag,gevolgd door een functie bij deRijksgebouwendienst. In 1951trad hij als adjunct-directeur indienst bij de Nederlandse Span-beton Maatschappij, waar hijenkele jaren later tot directeurwerd benoemd. In 1966 werd hijdirecteur en mede-eigenaar vanAdviesbureau voor Bouwtechniek(ABT) in Arnhem en in 1969 werdhij benoemd tot hoogleraarbetonconstructies aan de TU Delft.Deze functie bekleedde hij metveel elan tot zijn terugtreden in1987.Overal waar Bruggeling werkte,zette hij zich zeer ge?ngageerdin voor het doorvoeren vaninnovaties, het ontwikkelen vanverbeterde technieken en hetdocumenteren van de bijbeho-rende kennisontwikkeling inboeken die voor iedereen toegan-kelijk waren. In zijn Spanbeton-periode droeg hij veel bij aan derationele standaardisering vangeprefabriceerde betonelementenmet bijbehorende productieme-thoden, in directe samenhangmet het optimaal ontwerpen vanprefab bruggen en gebouwen.Toen al bleek zijn grote passievoor het verder ontwikkelen eninvoeren van de techniek van hetvoorspannen van beton. Zijn boek`Theorie en praktijk van het voor-gespannen beton'dat in 1963 uit-kwam, was een standaardwerkvan maar liefst 1052 bladzijden,600 figuren, 200 foto's en talrijketabellen en grafieken. Het werd inde bouwpraktijk intensief geraad-pleegd.Ook na zijn aantreden als hoog-leraar in Delft ontpopte Bruggelingzich als bevlogen schrijver vancollegedictaten en later boeken.Al kort na zijn aantreden versche-nen de inmiddels beroemdecollegedictaten`Het gedrag vanbetonconstructies'met de delen Atot en met C. Deze collegedictatenbevatten een enorme hoeveel-heid theoretische en praktischekennis, gepresenteerd in combi-natie met fysische modellen diehet constructieve gedrag beschre-ven. Bruggeling hield niet vanempirie. Hij prentte zijn studentenin dat ze eerst moesten begrijpenen dan pas ontwerpen. Kennisvan voorschriften als onderdeelvan de opleiding vond hij minderbelangrijk. Zijn motto was dat eengoede constructeur ook zonderenig voorschrift een goede con-structie moet kunnen ontwerpen.Colleges van hem waren buiten-gewoon boeiend. Zijn goedetheoretische uiteenzettingen,afgewisseld met praktischetoepassingen waarbij zowelsuccessen als bouwfouten aande orde kwamen, trokken veelge?nteresseerde studenten aan.Het was niet alleen de grote hoe-veelheid overgedragen kennis diehet bezoeken van zijn colleges demoeite waard maakte; vooral ookzijn wijze van denken en zijn aan-pak van bouwproblemen zorgdendaarvoor.In 1977 kwam zijn boek`Prefabri-cage in beton'uit. Dit boek bevatte423 bladzijden waarin het ontwer-pen en bouwen in prefab betonintegraal aan de orde kwam, metaandacht voor ontwerpstrategie,productie, detaillering en montage.Bruggelings enthousiasme kwamook tot uiting in zijn interessevoor de denkwereld van studenten.In memoriam 72015 75in memoriamVia de oprichting van het Beton-dispuut onderhield hij directecontacten met de jonge achter-ban. Hij stimuleerde die tot het? met zijn hulp ? organiseren vanbinnenlandse en buitenlandseexcursies, alsmede jaarlijkse sym-posia, open voor ge?nteresseerdestudenten en praktische ingeni-eurs die hierdoor met elkaar incontact kwamen. Dankzij zijninternationale contacten warende buitenlandexcursies altijdbijzonder boeiend en leerzaam.Bruggeling was van 1976 tot 1983voorzitter van de Betonvereni-ging. Onder zijn voorzitterschapgroeide de jaarlijkse Betondag uittot een evenement waarop tot3000 bezoekers bij elkaar kwamenom interessante, technische voor-drachten te horen, de expositie tebezoeken en elkaar te ontmoe-ten. In Betonverenigingsverbandorganiseerde hij ook cursussenover diverse onderwerpen, zoalsover het detailleren van beton-constructies met de vakwerkana-logie. Hij was ook de initiatief-nemer tot het publiceren van eenserie artikelen over dit onderwerpin Cement. Deze serie was alsnaslagwerk op de bureaus vanveel constructeurs te vinden. Zijnbelangstelling voor de Betondagbleef tot op hoge leeftijd bestaan;zijn laatste bezoek aan dit evene-ment was in 2014, waar hij op91-jarige leeftijd nog tot de deel-nemers behoorde.Als actief lid van de internationalevereniging FIP (F?d?ration Inter-nationale de la Pr?contrainte;internationale federatie voor hetvoorgespannen beton) was hijvoorzitter van Commissie 2 Voor-spanstaal en -systemen. Onderzijn voorzitterschap verscheenin 1974 de eerste uitgave van deFIP-aanbevelingen, voor de goed-keuring en acceptatie van staalvoor voorspankabels. De tweede,meer uitgebreide uitgave, volgdein 1982. Deze aanbevelingen wer-den gedurende decennia interna-tionaal gebruikt als basis voorhet goedkeuren van voorspans-taal en -systemen. De in 2012verschenen EOTA-regels warengrotendeels hierop gebaseerd. Inde internationale organisatie fib(International Federation forStructural Concrete) fungeerdehij als voorzitter van Werkgroep9.4 Aanhechting van voorspans-taal aan beton. Zijn grote deskun-digheid op het gebied van voor-gespannen beton kwam verdertot uiting in zijn boek`Prestressedconcrete for the storage of lique-fied gases', waarin werd ingegaanop ontwerp en bouw van voorge-spannen bovengrondse enondergrondse opslagconstructiesvoor vloeibaar gas.Een van zijn belangrijkste doel-stellingen was het realiseren vanzijn visie. Deze hield in dat deindertijd gebruikelijke onderver-deling van betonconstructies ingewapend, voorgespannen engedeeltelijk voorgespannen beton,voorspanning zonder aanhechtingen externe voorspanning, een remis op het optimaal ontwerpen enconstrueren van betonconstruc-ties. Naar Bruggelings idee waseen integrale aanpak nodig, waar-bij werd uitgegaan van optimaalgedrag van de constructie metbetrekking tot de bruikbaarheid(doorbuiging en scheurwijdte) ende constructieve veiligheid. Vol-gens de ontwerpprincipes vanconstructief beton volgde naarzijn overtuiging automatisch deoptimale constructiewijze, die elkecombinatie van de genoemdetypen kan zijn. Voor deze opvat-ting vond hij steun van internatio-naal toonaangevende professorenals prof. J?rg Schlaich in Duitslanden prof. Hugo Bachmann in Zwit-serland. Inmiddels vormt dezeintegrale ontwerpaanpak de basisvan de huidige Eurocode 2 Beton-constructies.In de buurlanden Duitsland enBelgi? was Bruggeling eengewaardeerd collega, met wiegraag werd samengewerkt. Hijhield onder meer voordrachtenop de Belgische en Duitse Beton-dagen en op de bijeenkomstenvan DAfStB (Deutscher Ausschussf?r Stahlbeton). De internationaleerkenning van zijn werk bleekonder meer uit de hem toegeken-de eredoctoraten aan de Techni-sche Universiteiten van Stuttgartin Duitsland en Leuven in Belgi?.Prof. Bruggeling was een markantepersoonlijkheid die veel vernieu-wingen tot stand heeft gebracht.Hij bracht zijn enthousiasme voorhet vakgebied over op jong enoud. Generaties ingenieurs heb-ben in hun dagelijkse praktijk metzijn kennis en inzichten hun voor-deel kunnen doen. Het was eenvoorrecht van hem te mogenleren en later tezamen met hemnieuwe kennis te ontwikkelen. Hijzal in onze gedachten blijvenvoortleven als een inspirerendepersoonlijkheid aan wie wij veelte danken hebben. Joost Walraven
Reacties