In oktober 2021 bezweek een tribune-element in het Goffertstadion in Nijmegen. Royal HaskoningDHV heeft onderzoek gedaan naar de technische oorzaken van de instorting. In het onderzoek wordt geconcludeerd dat de belasting op de tribune aanzienlijk hoger was dan de ontwerpbelasting. De normen blijken onvoldoende rekening te houden met de dynamische effecten van een springende menigte.
Onderzoek instorting van tribune-element Goffertstadion
Hoe een springende menigte een prefab element liet bezwijken
1 Tribune net na bezwijken, foto: Pro Shots
1
48? CEMENT 2 20 22
Op zondag 17 oktober 2021 is het
voorste tribune-element van het
bezoekersvak in het Goffertstadion
ingestort tijdens de voetbalwed-
strijd NEC ? Vitesse.
Doordat het be-
zwijken tijdens een wedstrijd gebeurde, is
het voorval goed vastgelegd op zowel foto en
video. Foto 1 is genomen net na het bezwij-
ken van het tribune-element. In de video-
beelden is te zien dat een dichtgepakte
groep supporters aan het springen is op de
staantribune. Dit springen begon aanvanke-
lijk ongecoördineerd, waarbij men uit de
maat sprong of zelfs stilstond. Op het mo-
ment dat de voetbalspelers de maat begon-
nen aan te geven, werd het springen van de
supporters gecoördineerder en sprong vrij-
wel de gehele tribune mee. Na ongeveer 14
sprongen van de gehele menigte bezweek
het tribune-element. Het tribune-element bewoog eerst
beperkt mee met de springende menigte;
de doorbuiging was maximaal enkele milli-
meters. Bij elke volgende sprong nam de
doorbuiging toe als gevolg van de toenemende
plastische vervorming. Uit de videobeelden
is de maximale doorbuiging van het tribune-
element lastig in te schatten, maar het is
duidelijk dat deze meer dan enkele centime-
ters bedroeg. Door de hoge belasting ontstond een
scheur direct naast de trapelementen in het
midden van het tribune-element. De scheur
ontwikkelde zich tot een breuk, waardoor het element bezweek (foto 2 en 3). Gelukkig
kwamen de supporters met de schrik vrij en
zijn er geen ernstige gewonden gevallen.
Het bezweken element is het voorste
element van de tribune (fig. 4) en heeft in
totaal drie treden. Het element is 8,7 m lang
en werd aan weerszijde ondersteund door
betonnen balken. In het midden van het ele-
ment waren extra traptreden aangebracht
(foto 2).
Aanleiding en doelstelling
onderzoek
De gemeente Nijmegen heeft, met goedkeuring
van en in overleg met NEC, een onderzoek
laten instellen door Royal HaskoningDHV.
Het onderzoek bestaat uit verschillende
fases waarbij de volgende onderzoeksvragen
worden beantwoord:
1
W
at is de (bouwtechnische) oorzaak van
het instorten van het tribune-element?
2
W
at is de bouwtechnische staat van de
overige tribune-elementen?
3
W
elke maatregelen zijn nodig om het sta-
dion weer in gebruik te kunnen nemen?
In dit artikel ligt de focus op het beantwoor-
den van de eerste onderzoeksvraag. Hierbij
zijn alleen de directe technische oorzaken
geïdentificeerd. De achterliggende en proces-
matige oorzaken zijn niet onderzocht.
Opzet en aanpak onderzoek
Royal HaskoningDHV gebruikt de zoge-
noemde 'Delftse aanpak' voor technisch
IR. WOUTER MEIJERS
Structural Engineer / Dynamica Expert
Royal HaskoningDHV
IR. ERIK
MIDDELKOOP RO
Associate Director
Industry & Buildings / Senior Consultant
Royal HaskoningDHV auteurs
In oktober 2021 bezweek een tribune-element in het Goffertstadion in Nijmegen. Royal
HaskoningDHV heeft onderzoek gedaan naar de technische oorzaken van de instorting.
In het onderzoek wordt geconcludeerd dat de belasting op de tribune aanzienlijk hoger was dan de ontwerpbelasting. De normen blijken onvoldoende rekening te houden met de dynamische effecten van een springende menigte.
CEMENT 2 2022 ?49
bezweken element
2 De breuk direct naast de trapelementen in het midden van het tribune-element, foto: Royal HaskoningDHV3 Bezweken tribune-element, foto: Pro Shots / Stefan Koops
4 Bezweken tribune-element, aangegeven in een dwarsdoorsnede van de constructie, bron: HIBEX
Het tribune-
element is con -
form de norm
ontworpen als
zittribune met
een verdeelde
belasting van
4 kN/m²
2
3
4
50? CEMENT 2 20 22
forensisch onderzoek naar de oorzaken van
instortingen. Deze aanpak is ontwikkeld door
de TU Delft en zorgt ervoor dat het onder-
zoek wetenschappelijk en objectief wordt
uitgevoerd. In het artikel 'Improving reliability
in forensic engineering: the Delft approach'
in de Proceedings of the Institution of Civil
Engineers wordt de aanpak uitgebreid be-
schreven.Het onderzoek begint met een oriën -
tatie en het verzamelen van informatie.
Daarna worden alle mogelijke hypotheses
systematisch geïnventariseerd met behulp
van de Tree house of failures. Deze is doorlo-
pen voor de gehele levenscyclus van het
bezweken tribune-element. Met verschillende analyses en deelon-
derzoeken wordt geprobeerd om de hypo-
theses aan te tonen of te verwerpen. Hierbij
ligt de focus op de meest waarschijnlijke
hypotheses. Voor het onderzoek naar de
instorting van het tribune-element lag de
focus op het bepalen van de belastingen,
belastingeffecten en de capaciteit.
De volgende deelonderzoeken zijn uitge-
voerd:
1
anal
yse beeldmateriaal;
2
materiaalk
undig onderzoek; 3
meting eig enfrequentie en demping;
4
contr
ole ontwerpberekening;
5
liter
atuuronderzoek dynamica-effecten;
6
lineair
e dynamica-analyse in Abaqus;
7
anal
ytische niet-lineaire dynamica analyse;
8
detailanal
yses constructief gedrag in
DIANA.
Na het rangschikken van de aangetoonde
hypotheses en rapportage van de oorzaken
van de instorting, is het onderzoek afgerond.
Op basis van de bevindingen zijn aanbeve-
lingen gedaan om de veiligheid te verbeteren
en vergelijkbare instortingen te voorkomen.
Resultaten deelonderzoeken
De resultaten van de deelonderzoeken die
de directe technische oorzaken ondersteu-
nen (1, 4, 5, 8) worden hierna verder toege-
licht. Hiermee is een statische belasting van
de menigte bepaald (3,5 kN/m²), een quasi-
statische belasting door het springen (8 kN/m²)
en een quasi-statisch belastingeffect ten
gevolge van de response van de constructie
(9 kN/m²). De bezwijkbelasting in het DIANA-
model is ongeveer 9,6 kN/m². In diversie
kaders worden de dynamica-analyses, het
materiaalonderzoek en het niet-lineaire
model verder toegelicht.
DYNAMICA-ANALYSES
Het dynamisch belastingeffect kan opgesplitst worden in verschil-
lende factoren (zie onderstaand overzicht). Hierbij wordt onder-
scheid gemaakt in de belasting en de respons van de constructie.
De genoemde waarde voor de belastingen uit de literatuur in dit
artikel zijn voornamelijk gericht op het gezamenlijk effect van
factoren a en b.
1. Met betrekking tot de belasting, onafhankelijk van de constructie:
a) Sprongfactor: De maximale dynamische kracht veroorzaakt
door een enkele sprong van een individu ten opzichte van zijn
eigen gewicht.
b) Coördinatiefactor: De verhouding van de totale dynamische
kracht veroorzaakt door een groep springende personen t.o.v. de
som van de individuele dynamische krachten.
2. Met betrekking tot de respons, afhankelijk van de constructie:
c) Stootfactor: Een maat voor de respons van de constructie in rust
op een enkele sprong, uitgedrukt als de verhouding tussen de
maximale inwendige kracht ten gevolge van een enkele sprong en
de dynamische kracht die bij die sprong hoort.
d) Resonantiefactor: De verhouding van de maximale inwendige
kracht in de tijd, veroorzaakt door ritmisch springen, ten opzichte van de maximale inwendige kracht ten gevolge van een enkele
sprong.
Het effect van de respons van de constructie is onderzocht met
analytische lineaire en niet-lineaire dynamica-analyses aan de
hand van equivalente één-massa-veersystemen. Hiermee zijn fac-
toren gevonden tussen de 0,9 en 1,3 voor het gezamenlijk effect
van de stoot- en resonantiefactor. Met een lineaire dynamica-
analyse in Abaqus zijn vergelijkbare waarden bepaald voor deze
factoren.
De laagst gemeten eigenfrequentie van de niet-bezweken tribune-
elementen was 10 Hz. Die waarde is gebruikt voor de dynamica-
analyses. Doordat de eigenfrequentie significant hoger is dan de
sprongbelasting van 2 Hz heeft resonantie maar een beperkte
bijdrage.
De dynamische belasting en weerstand van de constructie beïn-
vloeden elkaar sterk in niet-lineaire dynamica-analyses waardoor
het lastig is deze twee effecten uit elkaar te houden. Voor ontwerp-
doeleinden wordt daarom sterk aangeraden om de respons van
de constructie te beperken tot het lineair-elastische gebied.
CEMENT
2 2022 ?51
163 kN
Permanente belasting 176
kN Scheurmoment
227 kN
Vloeimoment 253 kN
Bezwijkmoment DIANA
0
50
100 150
200
250
300
350
0 510 15 2025303540 4550
Totale belasting [kN]
Verplaatsing [mm]
4 kN/m2
5 kN/m2
Ontwerpcapaciteit tribune element
135 kN
Permanente belasting 211 kN
Statische variabele +
permanente belasting
249
kN
Scheurmoment 279 kN
V loeimoment 376 kN
Bezwijkmoment DIANA 350 kN
Bezwijkbelasting
0
50
100 150 200
250 300 350
400
450 500
0 510 1520253035404550
Totale belasting [kN]
Verplaatsing [mm]
5
6
7
5 Inventarisatie aantal mensen op de tribune, foto: ANP / Vincent Jannink
6 Krachtverplaatsingsdiagram ter bepaling ontwerpcapaciteit tribune-element
7 Krachtverplaatsingsdiagram (blauwe lijn) tribune-element inclusief bezwijkbelasting (rode lijn) met onder- en bovengrens (gestippelde rode lijn) 52? CEMENT 2 20 22
Analyse beeldmateriaal (1)? Op basis van
foto's van hoge kwaliteit is bepaald dat er
93 mensen aanwezig waren op het tribune-
element ten tijde van bezwijken. Dit zijn
ongeveer 4 personen per vierkante meter.
Foto 5 is een van de gebruikte foto's. Hierin
zijn de mensen op de eerste tribunetrede
met een blauwe stip aangegeven, op de
tweede trede met een groene stip en op de
derde trede met een oranje stip. Doordat de
aanwezige supporters constant in beweging
waren, is het lastig om het exacte aantal en
de precieze locatie van de mensen te bepalen.
Het is wel duidelijk dat de meeste personen
zich op de eerste twee treden bevonden. Als een gemiddeld gewicht van 85 kg
wordt aangehouden, betekent dit dat er een
gemiddelde statische belasting van ongeveer
3,5 kN/m² aanwezig was op de tribune. De
vergroting van de belasting door het ritmisch
en gecoördineerd springen van de menigte
is in deze belasting nog niet meegenomen.
Controle ontwerpberekening (4)? Het tribune-
element is ontworpen als zittribune met een
verdeelde belasting van 4 kN/m². De toen
geldende belastingnormen zijn correct ge-
volgd. Er is onder andere voldaan aan het
criterium geen volledige dynamica-analyse
te doen. Deze zittribune is na enige tijd veran-
derd in een staantribune. Dat leidde tot een
hogere ontwerpbelasting maar in combinatie
met het verbouwniveau volgens NEN 8700
werd de rekenbelasting slechts 1,5% hoger.
Deze vergroting blijft beperkt omdat een
groot deel van de belasting bestaat uit het
eigengewicht. Op basis van de NEN-EN 1992-2 is een
niet-lineaire berekening gemaakt om de
ontwerpcapaciteit van het tribune-element
te bepalen. In het kader Model geometrische
en fysische niet-lineaire analyse wordt het
gebruikte model verder beschreven. In het
model zijn ontwerpwaarden gebruikt voor
de materiaaleigenschappen en belastingen.
Volgens artikel 5.7 van NEN-EN 1992-2 moe-
ten de materiaaleigenschappen aanvullend
met een factor 1,15 worden verlaagd. Deze
factor is bedoeld voor de onzekerheden in
het modelleren van de weerstand en het
effect van belastingen ten gevolge van niet- lineair gedrag in het rekenmodel. In de ana-
lyse wordt eerst de permanente belasting in
een aantal stappen aangebracht, gevolgd
door de variabele belasting die oploopt tot
het model bezwijkt.
Figuur 6 toont het krachtverplaatsings-
diagram dat uit deze analyse volgt. Hierin is
te zien dat er een significant plastisch traject
was voordat het element bezweek, bij een
verdeelde belasting lager dan 4 kN/m². De berekende capaciteit van het tribune-
element is ongeveer 14% lager dan uit de ori-
ginele ontwerpberekening volgde. Dit komt
doordat het element in de ontwerpbereke-
ning niet goed is geschematiseerd en er geen
rekening is gehouden met de excentriciteit
van de belasting ten opzichte van de weer-
stand. Hierdoor wordt de wapening voor in
het tribune-element zwaarder belast dan
aan de achterzijde. Door herverdeling in het
element wordt uiteindelijk een groot deel
van de wapening benut. De herverdeling is
terug te zien in het plastische traject van het
krachtverplaatsingsdiagram.
Literatuuronderzoek dynamica effecten (5)
In de literatuur zijn meerdere onderzoeken
gedaan naar de belasting van springende
mensen en menigten, waarvan de meeste
zijn uitgevoerd door B.R. Ellis [1] [2] [3]. In
die onderzoeken is het quasi-statische be-
lastingeffect van een enkele sprong van een
individu experimenteel bepaald. Afhankelijk
van het type en de hoogte van de sprong kan
dit oplopen tot 4,7 keer het gewicht. De ver-
groting van de belasting wordt veroorzaakt
door het neerkomen en het afzetten tijdens
een sprong. Hierin is de response van de
constructie nog niet meegenomen.Doordat een menigte minder hoog zal
springen dan een enkel individu, en moeite
heeft om perfect gecoördineerd te springen,
zal de vergroting van de belasting voor een
springende menigte lager zijn. Volgens de
literatuur ligt deze factor tussen de 2 en 2,5
voor een groep van 93 mensen. Dit betekent
dat de quasi-statische belasting op de NEC-
tribune bij de eerste semi-gecoördineerde
sprong ongeveer 7 kN/m² was. Toen de me-
nigte gecoördineerder ging springen, werd
de quasi-statische belasting op de tribune
ongeveer 8 kN/m².
Uit een
niet-lineaire
berekening bleek
dat de capaciteit
van het tribune-
element ongeveer
14% lager is dan
uit de originele
ontwerpbereke -
ning volgde
MATERIAALONDERZOEK
Uit het bezweken element zijn
boorkernen en wapeningssta-
ven gehaald. Met materiaal-
proeven is bepaald dat de
beton- en staalsterkte groter
was dan waarmee tijdens het
ontwerp was gerekend. Daar-
naast had het bezweken tribune-
element enkele scheuren die
eerder zijn gerepareerd. De
gevonden scheuren hebben
niet significant bijgedragen aan
het bezwijken van het tribune-
element, omdat deze adequaat
waren hersteld. Voor de rest zijn
er geen indicaties dat het tribune-
element defecten had.
CEMENT 2 2022 ?53
De variabele belastingen in de Nederlandse
belastingnorm zijn gebaseerd op onderzoe-
ken uit de jaren 70 en 80. In deze onderzoe-
ken zijn vergelijkbare vergrotingen van de
belasting gevonden voor springen, maar de
hoeveelheid springende mensen per vier-
kante meter was hier significant lager. Hier-
door is in de normen verondersteld dat de
maximale dynamische belasting die kan
optreden ten gevolge van een menigte
5 kN/m² is.Ook een mogelijk resonantie-effect is
onderzocht. Resonantie treedt op wanneer
de frequentie van de belasting dichtbij de
eigenfrequentie van de constructie zit. Uit
metingen en berekeningen volgde als eigen-
frequentie van het tribune-element 10 Hz
en als belasting 2 Hz. Wanneer algemeen
geaccepteerde formules worden gebruikt
om de vergroting door resonantie te bereke-
nen, is dit slechts ongeveer 4%. Hiermee is
de instorting dus niet te verklaren.
Detail-analyses constructief gedrag in
DIANA (8)?
Met het niet-lineaire eindige-
elementenmodel (EEM) (zie kader Model
geometrische en fysische niet-lineaire analyse)
is tevens de capaciteit en het bezwijkgedrag
van het tribune-element bepaald. Hierbij
zijn gemiddelde waarden gebruikt voor ma-
teriaaleigenschappen en belastingen, die
zijn bepaald met materiaalproeven (zie
kader Materiaalonderzoek) en de analyse van
het beeldmateriaal. Er zijn dus geen veilig-
heidsfactoren gebruikt in de analyse. De
variabele belasting is in stappen vergroot tot
het model van het tribune-element bezweek
(fig. 7). In de figuur is een bandbreedte van
10% aangegeven voor de bezwijkbelasting
door middel van de rode lijnen. Dit om de
onzekerheid in de niet-lineaire berekening
nabij bezwijken aan te geven. In de analyse is te zien dat bij een
kleine vergroting van de statische variabele
belasting er scheuren ontstaan direct naast de
trapelementen in het midden van het tribune-
element. De belastingeffecten zijn het grootst
bij de onderste trede, de scheuren die hier
ontstaan groeien bij toenemende belasting
omhoog naar bovenliggende treden. Hier-
door wordt de wapening ongelijkmatig belast,
de vloeispanning in de eerste wapenings- staaf wordt bereikt bij een quasi-statische
belasting van ongeveer 6,4 kN/m².
Het tribune-element moet flink her-
verdelen om alle wapening op spanning te
brengen, waardoor in het krachtverplaat-
singsdiagram een lang plastisch traject is te
zien. Dit gaat gepaard met een stijfheids -
afname in het tribune-element,
waardoor
het dynamische belastingeffect toeneemt.
Hierdoor loopt de belasting van de springen-
de menigte van 8 kN/m² op tot een quasi-
statische belasting
van ongeveer 9 kN/m².
Het ontlasten en herbelasten van het
tribune-element in het plastische gebied leidt
tot toenemende doorbuigingen en belas -
ting
effecten. Wanneer de breukrek in de
eerste wapeningsstaaf wordt bereikt, kan
het tribune-element niet meer herverdelen
en bezwijkt het element. Dit gebeurt bij een
quasi-statische belasting van ongeveer
9,6 kN/m². Er blijft een klein verschil over tussen
het belastingeffect van 9 kN/m² en de bezwijk -
belasting van 9,6 kN/m². Door het maken
van meerdere aannames in de analyses, zit
er een vrij grote marge rond deze getallen.
Hierdoor wordt dit kleine verschil als ver-
waarloosbaar beschouwd. Daarnaast is
vaak gekozen voor licht conservatieve aan-
names, waardoor het aannemelijk is dat
het belastingeffect ook groter kan zijn dan
de bezwijkbelasting en visa versa.
Technische oorzaken instorting
Samenvattend is de primaire technische
oorzaak van het bezwijken van het tribune-
element dat de belasting veel groter was dan
waar het tribune-element op ontworpen is.
De quasi-statische belasting van de sprin-
gende mensenmassa was ongeveer 8 kN/m².
Door de respons van de constructie was het
belastingeffect hiervan ongeveer 9 kN/m².
Dit terwijl de ontwerpbelasting (conform de
nom) 4 kN/m² was. De secundaire technische oorzaak is
dat er een fout is gemaakt in het ontwerp
van het tribune-element. Door de incorrecte
schematisering is de excentriciteit van de
belasting ten opzichte van de weerstand niet
meegenomen. Hierdoor was de feitelijke
capaciteit van het ontwerp 14% lager dan in
de originele ontwerpberekening.
De meest voor de
hand liggende
oplossing is om
de quasi-stati -
sche belasting
van een mensen-
massa in de
normen te ver-
hogen, eventueel
in combinatie
met een lagere
drempel voor het
uitvoeren van
een dynamica-
analyse
54? CEMENT 2 20 22
Aanbevelingen
In de normen wordt verondersteld dat de
maximale dynamische belasting die kan op-
treden ten gevolge van een menigte 5 kN/m²
is. Voor vaste zitplaatsen wordt in de prak-
tijk soms een belasting van 4 kN/m² ge-
bruikt. De gedachte hierachter is dat wan-
neer er vaste stoelen aanwezig zijn, het
moeilijker is voor mensen om dicht bij el-
kaar te staan en/of te springen. Dit is sterk
afhankelijk van het type stoel (foto 8). Kuip-
stoeltjes met of zonder rugleuning belem-
meren het publiek nauwelijks, waardoor zit-
tribunes als staantribunes kunnen worden
gebruikt. Op zittribunes waar het mogelijk is
om te dicht op elkaar te staan en tegelijker-tijd te gaan springen kan dus een significan-
te hogere belasting optreden, net zoals bij
staantribunes. De belasting voor vaste zit-
plaatsen geldt alleen wanneer er bij iedere
stoel slechts één persoon aanwezig is. Dit is
bijvoorbeeld het geval bij de eerste stoel in
foto 8.
De belasting van een springende me-
nigte is in de praktijk een stuk hoger dan de
voorgeschreven belasting van 5 kN/m². Dit is
opgetreden in het Goffertstadion en zou ook
kunnen optreden in andere stadions. Er zijn
verschillende mogelijkheden om de veilig-
heid in stadions te garanderen. De meest
voor de hand liggende oplossing is om de
quasi-statische belasting van een mensen -
MODEL GEOMETRISCHE EN FYSISCHE NIET-LINEAIRE ANALYSE
Met het eindige-elementensoftwarepakket
DIANA FEA (versie 10.5) is een model van
het tribune-element opgezet (fig. 10). Het
3D-model bestaat hoofdzakelijk uit volume-
elementen. Hiermee kunnen meerdere
bezwijkmechanismes tegelijkertijd worden
geanalyseerd. De wapening is ingebed in
de volume-elementen als individuele lijnele-
menten. Voor een goede beschrijving van
de buiging en dwarskrachten is er gekozen
om minimaal drie elementen over de
hoogte te hebben in het rekennet. Hierbij
is gebruik gemaakt van kwadratische ele-
menten.
Het model is gebruikt voor de bepaling van
de ontwerpcapaciteit (1) en de werkelijke
capaciteit (8). Met het model is eerst een
lineaire analyse gedaan, gevolgd door een geometrisch en fysisch niet-lineaire push-
over-analyse en een gevoeligheidsstudie.
In de push-over-analyse is de variabele
belasting in stapjes vergroot tot het model
bezwijkt. Er is gekozen om de push-over
krachtgestuurd uit te voeren, zodat het
effect van de ongelijke verdeling van de
belasting kon worden meegenomen. Daar-
naast had een verplaatsingsgestuurde
analyse geleid tot een foutief vervormings-
patroon. Met een verplaatsingsgestuurde
analyse leg je een specifiek vervormings-
patroon op, terwijl de constructie in werke-
lijkheid mogelijk anders zal vervormen.
De lineaire analyse en de gevoeligheids-
analyse zijn voornamelijk gebruikt om het
model te verifiëren en het effect van
modelparameters inzichtelijk te maken.
8
8 Verschillende typen tribunestoelen CEMENT
2 2022 ?55
massa in de normen te verhogen. Dit kan
eventueel in combinatie met een lagere
drempel voor het uitvoeren van een dyna-
mica-analyse. Het is dan wel nodig om de
dynamische belasting in de norm te specifi-
ceren. Voor bestaande stadions zou kunnen
worden voorkomen dat een dergelijke belas-
ting kan optreden, bijvoorbeeld door te
voorkomen dat mensen zo dicht op elkaar
gaan staan.
Versterkingen
Om de veiligheid in het Goffertstadion te
verbeteren, zijn versterkingen voorgesteld
voor zowel de zit- als staantribunes. Deze
zijn inmiddels uitgevoerd. Stalen strips zijn
met spreidankers bevestigd aan de onder-
kant van de tribune-elementen. Hierdoor is
de capaciteit van de tribune-elementen ver-
groot en voldoen ze aan de nieuwbouweisen
voor staantribunes. Daarnaast wordt er op de staantribunes safe standing aangebracht
om overbelasting te voorkomen. Daarmee
wordt voorkomen dat de mensen te dicht op
elkaar gaan staan. Een voorbeeld van dit
principe is te zien in foto 9.
Betekenis voor overige stadions
De belastingen op tribunes ten gevolge van
een springende mensenmassa kan groter
zijn dan waar de tribunes op zijn ontwor-
pen. Als er regelmatig op de tribunes wordt
gesprongen, is het zelfs waarschijnlijk dat de
ontwerpbelasting al overschreden is. Op
staantribunes en zittribunes die als staan-
tribune worden gebruikt, bestaat er daarom
een verhoogd risico.
Op staantribunes
en zittribunes
die als staan-
tribune worden
gebruikt, bestaat
er een verhoogd
risico voor
overige stadions
LITERATUUR
1?Ellis, B., en et al, The response of
grandstands to dynamica crowd loads,
ICE Proceedings Structures and
Buildings vol. 140, 2004, p. 355-365.
2?Ellis, B., Ji, T., Loads generated by
jumping crowds: experimental
assessment, BRE Centre for Structural
Engineering, 2002.
3?Ellis, B., Ji, T., Loads generated by
jumping crowds: numerical modelling,
The Structural Engineer, September
2004, p. 35-40.
9
10
9 Voorbeeld van safe standing, foto: Wikipedia
10 Geometrie van het EEM-model van het tribune-element in DIANA FEA-software 56? CEMENT 2 20 22
Op zondag 17 oktober 2021 is het voorste tribune-element van het bezoekersvak in het Goffertstadion ingestort tijdens de voetbalwedstrijd NEC – Vitesse. Doordat het bezwijken tijdens een wedstrijd gebeurde, is het voorval goed vastgelegd op zowel foto en video.
Foto 1 is genomen net na het bezwijken van het tribune-element. In de videobeelden is te zien dat een dichtgepakte groep supporters aan het springen is op de staantribune. Dit springen begon aanvankelijk ongecoördineerd, waarbij men uit de maat sprong of zelfs stilstond. Op het moment dat de voetbalspelers de maat begonnen aan te geven, werd het springen van de supporters gecoördineerder en sprong vrijwel de gehele tribune mee. Na ongeveer 14 sprongen van de gehele menigte bezweek het tribune-element.
Het tribune-element bewoog eerst beperkt mee met de springende menigte; de doorbuiging was maximaal enkele millimeters. Bij elke volgende sprong nam de doorbuiging toe als gevolg van de toenemende plastische vervorming. Uit de videobeelden is de maximale doorbuiging van het tribune-element lastig in te schatten, maar het is duidelijk dat deze meer dan enkele centimeters bedroeg.
Door de hoge belasting ontstond een scheur direct naast de trapelementen in het midden van het tribune-element. De scheur ontwikkelde zich tot een breuk, waardoor het element bezweek (foto 2 en 3). Gelukkig kwamen de supporters met de schrik vrij en zijn er geen ernstige gewonden gevallen.
Het bezweken element is het voorste element van de tribune (fig. 4) en heeft in totaal drie treden. Het element is 8,7 m lang en werd aan weerszijde ondersteund door betonnen balken. In het midden van het element waren extra traptreden aangebracht (foto 2).
Reacties