De dwarsverbindingen en nooduitgangen worden gemaakt met het oog op de veiligheid van de toekomstige metropassagiers. Ze zorgen voor een vluchtroute naar de andere tunnelbuis of naar de straat boven de tunnel, mocht zich in één van de geboorde tunnels een calamiteit voordoen met een metrostel.

Tussen Centraal Station en Vijzelgracht worden drie dwarsverbindingen gerealiseerd. Aangezien in het zuidelijk deel van het boortracé de tunnels gedeeltelijk boven elkaar komen te liggen, worden daar op drie locaties nooduitgangen gemaakt die op straat uitkomen.

Om deze mini-tunnel van ongeveer vier meter lengte veilig te kunnen uitgraven, moesten de bouwers van de Noord/Zuidlijn eerst de grond tussen de metrotunnels bevriezen. Toen het vrieslichaam een dikte van ongeveer twee meter had bereikt, kon men veilig aan de slag. De eerste stap was het verwijderen van een tijdelijk betonnen tunnelsegment uit de met speciale stalen segmenten omgeven ‘deuropening’ van de dwarsverbinding. Vervolgens konden de bouwers de dwarsverbinding uithakken binnen in het stevige en waterdichte vrieslichaam. In totaal hebben ze 70 kubieke meter bevroren grond uitgegraven. Na het graven is de dwarsverbinding tijdelijk afgewerkt met spuitbeton. De constructie is echter nog niet gereed; de komende maand wordt nog de definitieve betonnen binnenwand aangebracht.