De lijst met projecten waar hij bij betrokken is of is geweest is indrukwekkend. Woningbouw, utiliteitsbouw, infrabouw, industriebouw, alles heeft Johan Bolhuis wel een keer gebouwd. Vooral als er projecten vlot getrokken moeten worden of innovaties nodig zijn, is hij in zijn element. De redactie van Cement vroeg naar zijn motivaties.
64? CEMENT 2 20 22
De lijst met projecten waar hij bij
betrokken is of is geweest is
indrukwekkend. Woningbouw,
utiliteitsbouw, infrabouw, industriebouw, alles heeft Johan Bolhuis wel een keer gebouwd. Vooral als er projecten vlot
getrokken moeten worden of innovaties
nodig zijn, is hij in zijn element. De redactie van Cement vroeg naar zijn motivaties.
foto's van Johan Bolhuis bij de 3D-geprinte brug in Gemert?Joost Duppen
interview
CEMENT 2 2022 ?65 door?ir. Jacques Linssen, Redactie Cement / Aeneas Media
66? CEMENT 2 20 22
Hoe ben je in het vak terecht-
gekomen?
"Ik kom uit een aannemersfamilie.
Mijn vader had een groot aannemers-
bedrijf in Groningen. Helaas heeft het
bedrijf de crisis van begin jaren 80 niet
overleefd en zat het bedrijf overnemen er niet in. Na
mijn studie op de TU in Delft ben ik terug gegaan naar
mijn geboortegrond in Groningen. Daar heb ik gewerkt
als constructeur bij verschillende ingenieursbureaus en
heb fabrieken, zwembaden, kantoorgebouwen, auto-
showrooms ontworpen. Zelfs met houtskeletbouw heb
ik me beziggehouden. Als Groninger ben ik er trots op
dat ik heb gewerkt aan het ontwerp van het Groninger
Museum.
N
a een jaar of tien bij verschillende ingenieursbu-
reaus wilde ik carrière maken in de aannemerij. Vooral
om dingen te kunnen realiseren. Die kans kreeg ik in
Brabant bij Heijmans."
Waar hield je je bij Heijmans mee bezig?
"Ik kwam terecht bij Heijmans Engineering, dat uitein-
delijk opging in Breijn, het ingenieursbureau van
Heijmans voor de infrasector. Ik hield mij bezig met
allerlei projecten in de infra en raakte ook betrokken bij
utiliteitsprojecten. Ik werd snel verantwoordelijk voor
aan aantal grote tenders. Helaas leidde dat lang niet
altijd tot een opdracht. Ik heb in mijn leven denk ik
meer tenders verloren dan gewonnen. Vooral van het
missen van de Spoortunnel Delft heb ik flink gebaald."
Wat is meestal de oorzaak van het mislopen van
opdrachten?
"De concurrentie is moordend, de bouw is erg kosten-
gedreven en de marges zijn laag. Dat kunnen we ons
voor een deel zelf aanrekenen, telkens wordt er lager
aangeboden. En dan nog is er altijd één of andere gek
die eronderdoor duikt. De juiste technische inschatting
maken speelt ook een rol. Is een gedurfde bouwmethode
een optie of juist niet? Die inschatting maakt het verschil
in het wel of niet binnenhalen van een project. En reali-
seer je dat vakmanschap hierin van doorslaggevend belang is. Je kunt trouwens ook té optimistisch zijn, de
praktijk wijst dat uit. Dat we bij BAM het project MaVa
(A15 Maasvlakte-Vaanplein, red.) hebben gemist is mis-
schien wel een geluk. Ik denk niet dat we het voor onze
prijs hadden kunnen maken. Hoe het daar uiteindelijk
gelopen is bevestigt dat."
Wat is in jouw ervaring doorslaggevend bij
winnende tenders?
"Dat zit hem in mijn beleving niet zozeer in het eindpro-
duct. Dat vraagt meestal gewoon om een sommetje in
beton of staal, waarmee je je niet kunt onderscheiden.
Belangrijker is hoe je tot dat eindproduct komt. De par-
tij die daarvoor de slimste oplossing bedenkt, die wint.
T
egenwoordig spelen natuurlijk meer criteria een
rol, zoals CO
2, MKI, stikstof, PFAS. Om al deze criteria
op de juiste manier te betrekken en af te wegen in de
uitvraag is overigens een hele uitdaging. Het is wat dat
betreft zoeken, want wanneer de criteria niet compleet
zijn, liggen verkeerde keuzes op de loer. Ik merk dat bij-
voorbeeld hulpconstructies hierin nog nauwelijks een
rol spelen, terwijl die weldegelijk een bijdrage kunnen
leveren aan de CO
2-uitstoot."
Na 10 jaar Heijmans stapte je over naar BAM.
Wat was de reden?
"BAM zat aan me te trekken en ik zag het als een mooie
stap. Mijn eerste project bij BAM was BAVIRO, een indus -
trieproject. Daar kwam ik binnen als ontwerpmanager,
toen het heien ongeveer begon. Mijn voornaamste taak
was het op stoom krijgen van het ontwerp, zodat de
realisatie volgens planning kon doorgaan. Na BAVIRO
raakte ik betrokken bij de infraprojecten in de regio.
Hans Ramler (destijds directeur BAM Infraconsult, red.)
vroeg me een afdeling op te zetten, die de ontwerpleiders
in de verschillende regio's van BAM ging aansturen.
Die heb ik van grond af opgebouwd tot een bloeiende
afdeling. Ik heb heel veel geleerd in die tijd. Ik werd er
bijgehaald als er iets mis ging en met passie en liefde
heb ik al die problemen opgelost. Ik vond het schitte-
rend om met zo veel verschillende projecten bezig te
zijn. Ik had soms zeven of acht werken tegelijk in uit-
voering, door het hele land. En dan liepen er daarnaast
nog eens zeven of acht tenders."
Het klinkt alsof je je daar als een vis in het water
voelde. Waarom ben je daarmee gestopt?
"Een reorganisatie in de regio's, mijn interne opdracht-
gevers, zorgde ervoor dat er tijdelijk minder werk was.
Ik werd vervolgens bijna gesmeekt om naar Station
Driebergen-Zeist te komen. Ik had de meeste ProRail-
ervaring en dat kwam goed van pas. En het bouwen
D
IR. JOHAN
BOLHUIS RO CENG
56 jaar
WERK
1989 ? 1990
Constructeur F.C. de Weger International 1990 ? 1993
Constructeur
Ingenieursbureau
Wassenaar, Haren 1993 ? 1997
Constructeur /
Projectleider bij
Ingenieursbureau
Boorsma, Drachten 1997 ? 2000
Constructeur / Projectleider /
Afdelingshoofd
Tebodin, Groningen 2000 ? 2009
Ontwerpleider Breijn / Heijmans Infra, Rosmalen
2009 ? 2012
Ontwerpleider BAM Infraconsult, Gouda 2012 ? 2015
Ontwerpleider BAM GOPark
2012 ? 2016
Ontwerpleider /
Afdelingshoofd Civiel BAM Infraconsult 2016 ? 2019 Integraal
Ontwerpmanager BAM Infraconsult 2019 ? 2021 Integraal
Ontwerpmanager
Hochtief Nederland 2021 ? heden
Hoofd Ontwerp / Integraal
Ontwerpmanager
Hochtief Nederland
interview
CEMENT 2 2022 ?67
"Innovaties lukken
het beste door het
gewoon te doen"
NEVENFUNCTIES
2015 ? heden Lid G6
Ingenieursbureaus aannemers
2015 ? heden
Lid normcommissie
TGB Betonconstructies namens Bouwend Nederland
2017 ? heden Bestuurslid
VNconstructeurs,
voorzitter Commissie Bouwproces2017 ? 2021
Bestuurslid Stufib 2019 ? heden
Lid Toetsingscommissie Constructeursregister 2020 ? heden
Lid Taakgroep
Techniek en innovatie Bouwend Nederland
OPLEIDING1984 ? 1989
Civiele Techniek TU Delft
1
4
2
3
5
68? CEMENT 2 20 22 1 BAVIRO (BedrijfsAfvalVerbrandingsInstallatie Roosendaal), foto: BAM 2 Busbrug Zwolle, foto: Stefan Verkerk
3 Marstunnel Zutphen, foto: Frans Blok / 3Develop 4 Station Driebergen-Zeist, foto: Wikipedia 5 ViA15; impressie brug over het Pannerdensch Kanaal, bron: Rijkswaterstaat / Ney & partners
interview
CEMENT 2 2022 ?69
van dat station was een schitterend project. Een groot
voordeel was dat het een BAM-only werk was, wat ruimte
schept voor innovaties. Zo is het onderwaterbeton gewa-
pend met glasvezels, waardoor de vloer al na 72 uur kon
worden belast. In de wanden van de fietskelder hebben
we selfhealing beton met bacteriën toegepast. En ver-
schillende onderdelen zijn geprint, zoals trappen, bloem -
bakken en overstortbakken."
De bouw staat niet bekend als een innovatieve
sector. Hoe lukt het jou om die innovaties toch
voor elkaar te krijgen?
"Je hebt een probleem en dat wil je oplossen. Dat lukt
het beste zonder langdurige voortrajecten, waarbij je
ingewikkelde voorstellen moet doen. Als je te veel op
papier zet, te veel gaat afstemmen, dan gaat het hem
niet worden. Innovaties lukken dus het beste door het
gewoon te doen.
N
eem de geprinte brug in Gemert. Tijdens een
bezoek aan de TU Eindhoven heb ik dat samen met Theo
Salet bedacht en een half jaar later stond ie er. Het was
mijn kleinste project met de kortste doorlooptijd, maar
wel met de grootste impact. Dat is overigens ook te dan-
ken aan de opdrachtgever, dat moet gezegd. Die stond
open voor innovaties. En aan de partners van het
3D-printproject, die het mogelijk hebben gemaakt.
W
at ook belangrijk is, bij innovaties ben je erg
afhankelijk van de mensen die op een project zitten. Die
moeten enthousiast zijn en hun handen uit de mouwen
durven steken. Ik kreeg er bij BAM alle ruimte voor."
Digitalisering is zo'n andere innovatie. Hoe kijk jij
daar tegenaan?
"Ik vind het een belangrijke ontwikkeling waar we volop
op in moeten zetten. Het grote voordeel is dat je dankzij
digitalisering problemen eerder in het bouwproces
tegenkomt en die van buiten naar binnen haalt. De
oplossing is dan altijd stukken goedkoper. Het vraagt wel
om investeringen vooraf die je pas later terugverdient of eigenlijk niet uitgeeft. Dat is soms intern moeilijk te ver-
kopen. Het is een uitdaging om mensen te enthousias-
meren. Ik verbaas me daar telkens weer over: de tech-
niek is er, waarom gaat het dan toch zo langzaam? En
wat ik ook zie is dat er op verkeerde manier met BIM
wordt omgegaan. Iemand stopt een 2D-tekening in een
BIM-model. Maar het moet omgekeerd: eerst een BIM-
model maken en van daaruit een 2D-tekening maken.
Als je die al nodig hebt.
E
en goede BIM-manager is hierbij essentieel, een
functie die nog wel eens wordt onderschat. Wat je vaak
ziet is dat BIM-managers modellen gewoon bij elkaar
gooien. Dat is niet de bedoeling, het gaat erom de model-
len onderling af te stemmen. Goede BIM-managers zijn
er best. Je moet ze wel goed selecteren op vakinhoude-
lijkheid en daarna coachen en belonen."
Je wordt vooral enthousiast van troubleshooten
en innovaties
"Ik hou van dynamiek. Ik zoek het niet eens altijd heel
bewust op, maar dit soort projecten komen vaak op
mijn pad. Werken uit het slop trekken, dat bevalt me
goed. Vooral als er een beetje tijdsdruk is. Wat ik daarbij
ervaren heb, is dat kennis essentieel is om beslissingen
te kunnen nemen en te forceren."
Hoe moeten we in dat licht jouw overstap naar
Hochtief zien?
"Toen het project Station Driebergen-Zeist na een jaar
in rustiger vaarwater gekomen was, ben ik betrokken
geraakt bij het 3D-printen. Kort daarna raakte ik ook
betrokken bij het project Busbrug Zwolle, waar we in
een weekendbuitendienststelling een stalen brug over
het spoor hebben ingereden. Ik merkte echter dat mijn
visie over ontwerpmanagement niet aansloot bij wat
BAM voorstaat. Nu had ik zzp'er kunnen worden, maar
dan zou ik het samenwerken met collega's te veel gaan
missen. Ik hou van werken in teams. Je kunt iets nooit
alleen.
"We moeten oppassen
dat niet de hele
infrawereld stilvalt"
70? CEMENT 2 20 22
had ik het gevoel dat ik meer en meer in een procestijger
moest veranderen.
Ik
zie dat de balans steeds meer van techniek rich-
ting proces schuift, techniek is niet meer richtinggevend.
En daarbij werkt de wijze waarop de processen nu zijn
ingericht niet mee. We zijn heel veel tijd kwijt met con-
troles. Die controles zijn op zich natuurlijk hartstikke
goed, maar het moet niet ten koste gaan van eigenaar-
schap. Het kan niet zo zijn dat berekeningen worden door-
gestuurd met het idee dat een ander ze wel controleert.
W
at ik wel merk, is dat Hochtief, net als BAM, belang
hecht aan goede technische kennis. Goed opleiden is
daarbij belangrijk. Niet alleen op de TU of het HBO maar
Toen werd ik benaderd door Hochtief om me als integraal
ontwerpmanager met de OV-terminal van het Zuidas-
dok te gaan bemoeien, want daar was van alles aan de
hand. Ik hoefde daar niet lang over na te denken. Nadat
ik daar van alle losse eindjes een integraal ontwerp had
gemaakt, ben ik naar het project ViA15 gegaan. Daar heb
ik het ontwerp van de 2,5 km lange brug over het Panner-
densch Kanaal uitvoeringsgereed gemaakt. Het project
ligt nu bij de Raad van State, vanwege de stikstofproble-
matiek. Het is dus afwachten wanneer we gaan bouwen.
Dat geldt momenteel overigens voor heel veel projecten,
die schuiven allemaal op. We moeten oppassen dat niet
de hele infrawereld stilvalt. Er loopt al niet zo veel. Je
ziet nu al dat heel veel aannemers zich op dezelfde pro-
jecten storten.
Ik
vind het voor mezelf ook jammer: de OV-termi-
nal van het Zuidasdok is niet gebouwd, ViA15 ligt stil
door stikstofproblematiek. Zo nu en dan mis ik het
echte uitvoeren. Het is hoog tijd dat we weer wat gaan
bouwen."
Als je zou moeten kiezen: de rest van je leven
alleen nog maar tenders doen of alleen nog maar
de uitvoering?
"Dan kies ik voor uitvoering. Tenders doen is heel leuk,
maar ik wil projecten ook graag realiseren. Gelukkig
ben ik volgens mij bij alle tenders die ik heb gewonnen,
betrokken gebleven bij de uitvoering. Het winnen van
een tender is mooi, maar het tot een goed einde brengen
van een project is de grootste uitdaging. Wanneer in de
tenderfase niet alle technische uitdagingen zijn onder-
kend, loop je hier in de uitvoering dubbel zo hard tegen-
aan. Ik pleit er dan ook voor om altijd inhoudelijke kennis
in de tenderfase te betrekken, zowel voor het ontwerp
als de realisatie."
Welke verschillen merk jij tussen Hochtief en BAM?
"Hochtief is een groot bedrijf, maar ik merk daar niet
veel van. Sowieso niet bij de projecten. Wat ik wel merk
is dat het in Duitsland meer om de techniek gaat. Ik val
rechtsreeks onder de directeur Nederland en die heeft
zelf projecten gedaan. Dat spreekt me erg aan. Bij BAM
interview
CEMENT 2 2022 ?71
ook in de praktijk binnen de bedrijven. De oudere garde
moet jongeren onder zijn hoede nemen. Ik voel zelf veel
voor het meester-gezel-systeem. Bij BAM is dat gepro-
beerd, maar het is nooit goed van de grond gekomen. Ik
denk dat dat mede komt door het grote aantal wisselin -
gen van mensen op projecten en binnen bedrijven."
Hoe komt het dat er in de aannemerij zo veel
mensen van werkgever veranderen?
"Ik denk het gebrek aan waardering. Dat is wat mensen
nodig hebben, waardering en uitdaging."
Je bent duidelijk een man van de techniek, maar
besteedt ook veel tijd aan nevenfuncties, zoals
VNconstructeurs. Daarbij gaat het met name om
het proces.
"Juist daarom: ik ben niet tegen het proces, maar het
proces moet de techniek ondersteunen, niet andersom.
Het is misschien wel de techniek waar het uiteindelijk
misgaat, sommetjes die niet goed zijn gemaakt. Maar
het proces heeft evengoed een bijdrage, het kan zelfs de
oorzaak zijn. Een van de grootste problemen op dit
moment is dat er niemand meer zicht heeft op alles wat
er speelt in een project. De plannen op het gebied van
hoofdconstructeur en coördinerend constructeur, of
hoe je het wil noemen, juich ik dan ook van harte toe."
Lig je zelf wel eens ergens wakker van met
betrekking tot je werk?
"In het begin van mijn carrière wel, toen ik nog somme-
tjes maakte. Ik ging me afvragen of ik goed op tekening
had gezet wat ik had berekend. Was ik niet ergens een
staafje vergeten? Daar hebben meer mensen last van. Maar
je groeit er gelukkig overheen. Ik heb constructies gezien
die op papier haast wel móésten instorten, maar toch
bleven ze staan. Techniek is niet zwart wit, de natuur is
ons soms goed gezind. Die ervaring stelt gerust."
Je hoort dat in sector moet worden gewerkt aan
betere soft skills. Ook VNconstructeurs besteedt
daar aandacht aan. Is daarvan al enig effect
merkbaar?
"Je bedoelt het onderwerp professionele tegenspraak, dat
ik onder de paraplu van VNconstructeurs al enige tijd voor
het voetlicht probeer te brengen. Dat komt helaas nog
niet goed van de grond. Betrokkenen herkennen niet dat
ze het nodig hebben, ze denken dat het de ander is die
zich moet ontwikkelen. Ik zou graag zien dat een con -
structeur beter om leert gaan met professionele tegen -
spraak. Naar de bouwplaats gaan helpt daarbij, maar
daar hebben ze onvoldoende gelegenheid voor. En wat
ook belangrijk is, is dat mensen die fouten signaleren
meer worden gewaardeerd. Ze moeten kunnen zeggen
'dit accepteer ik niet,' of 'ik wil dat het anders gebeurt'.
Maar dat kan alleen als ze de steun voelen van hun
manager, die begrijpt waar het over gaat en er tijd aan
wil besteden.
Zelf
heb ik vaak op mijn sodemieter gehad en daar
ben ik harder van geworden, directer. Het heeft me ver-
anderd met de jaren. Ik weet nu dondersgoed wat ik wil
en ben beter in het aangeven van grenzen.
In de aannemerij leer
je deze vaardigheden beter.
Als je de hele dag op kantoor zit en je komt een keer
buiten en je wordt dan tegengesproken, is dat heel wat
anders dan wanneer je er continu tussen zit."
Je gaf eerder al aan weer eens wat moois te
willen bouwen. Wat zijn je ambities nog?
"Daar denk ik best eens over na. Wat moet ik de laatste
tien jaar doen? Ik heb al heel veel spectaculaire projec-
ten gedaan, maar zou best nog een keer iets exclusiefs
willen bouwen. Een kerncentrale lijkt me wel wat, of een
iconische brug. En misschien moet ik daarvoor naar het
buitenland en nu heb ik nog een dochter thuis. Maar wie
weet, over een paar jaar."
"Ik heb constructies
gezien die op papier
haast wel móésten
instorten, maar toch
bleven ze staan"
Curriculum vitae
ir. Johan Bolhuis RO CEng
56 jaar
Werk
1989 – 1990 Constructeur F.C. de Weger International
1990 – 1993 Constructeur Ingenieursbureau Wassenaar, Haren
1993 – 1997 Constructeur / Projectleider bij Ingenieursbureau Boorsma, Drachten
1997 – 2000 Constructeur / Projectleider / Afdelingshoofd Tebodin, Groningen
2000 – 2009 Ontwerpleider Breijn / Heijmans Infra, Rosmalen
2009 – 2012 Ontwerpleider BAM Infraconsult, Gouda
2012 – 2015 Ontwerpleider BAM GOPark
2012 – 2016 Ontwerpleider / Afdelingshoofd Civiel Regio BAM Infraconsult
2016 – 2019 Integraal ontwerpmanager BAM Infraconsult
2019 – 2021 Integraal ontwerpmanager Hochtief Nederland
2021 – heden Hoofd ontwerp/integraal ontwerpmanager Hochtief Nederland
Nevenfuncties
2015 – heden Lid G6 Ingenieursbureaus aannemers
2015 – heden Lid normcommissie TGB Betonconstructies namens Bouwend Nederland
2017 – heden Bestuurslid VNconstructeurs, voorzitter Commissie Bouwproces
2017 – 2021 Bestuurslid Stufib
2019 – heden Lid Toetsingscommissie Constructeursregister
2020 – heden Lid ‘Taakgroep Techniek en innovatie’ Bouwend Nederland
Opleiding
1984 – 1989 TU Delft, Civiele Techniek
Hoe ben je in het vak terechtgekomen?
“Ik kom uit een aannemersfamilie. Mijn vader had een groot aannemersbedrijf in Groningen. Helaas heeft het bedrijf de crisis van begin jaren 80 niet overleefd en zat het bedrijf overnemen er niet in. Na mijn studie op de TU in Delft ben ik terug gegaan naar mijn geboortegrond in Groningen. Daar heb ik gewerkt als constructeur bij verschillende ingenieursbureaus en heb fabrieken, zwembaden, kantoorgebouwen, auto-showrooms ontworpen. Zelfs met houtskeletbouw heb ik me beziggehouden. Als Groninger ben ik er trots op dat ik heb gewerkt aan het ontwerp van het Groninger Museum.
Na een jaar of tien bij verschillende ingenieursbureaus wilde ik carrière maken in de aannemerij. Vooral om dingen te kunnen realiseren. Die kans kreeg ik in Brabant bij Heijmans.”
Waar hield je je bij Heijmans mee bezig?
“Ik kwam terecht bij Heijmans Engineering, dat uiteindelijk opging in Breijn, het ingenieursbureau van Heijmans voor de infrasector. Ik hield mij bezig met allerlei projecten in de infra en raakte ook betrokken bij utiliteitsprojecten. Ik werd snel verantwoordelijk voor aan aantal grote tenders. Helaas leidde dat lang niet altijd tot een opdracht. Ik heb in mijn leven denk ik meer tenders verloren dan gewonnen. Vooral van het missen van de Spoortunnel Delft heb ik flink gebaald.”
Wat is meestal de oorzaak van het mislopen van opdrachten?
“De concurrentie is moordend, de bouw is erg kostengedreven en de marges zijn laag. Dat kunnen we ons voor een deel zelf aanrekenen, telkens wordt er lager aangeboden. En dan nog is er altijd één of andere gek die eronderdoor duikt. De juiste technische inschatting maken speelt ook een rol. Is een gedurfde bouwmethode een optie of juist niet? Die inschatting maakt het verschil in het wel of niet binnenhalen van een project. En realiseer je dat vakmanschap hierin van doorslaggevend belang is. Je kunt trouwens ook té optimistisch zijn, de praktijk wijst dat uit. Dat we bij BAM het project MaVa (A15 Maasvlakte-Vaanplein, red.) hebben gemist is misschien wel een geluk. Ik denk niet dat we het voor onze prijs hadden kunnen maken. Hoe het daar uiteindelijk gelopen is bevestigt dat.”
Wat is in jouw ervaring doorslaggevend bij winnende tenders?
“Dat zit hem in mijn beleving niet zozeer in het eindproduct. Dat vraagt meestal gewoon om een sommetje in beton of staal, waarmee je je niet kunt onderscheiden. Belangrijker is hoe je tot dat eindproduct komt. De partij die daarvoor de slimste oplossing bedenkt, die wint.
Tegenwoordig spelen natuurlijk meer criteria een rol, zoals CO2, MKI, stikstof, PFAS. Om al deze criteria op de juiste manier te betrekken en af te wegen in de uitvraag is overigens een hele uitdaging. Het is wat dat betreft zoeken, want wanneer de criteria niet compleet zijn, liggen verkeerde keuzes op de loer. Ik merk dat bijvoorbeeld hulpconstructies hierin nog nauwelijks een rol spelen, terwijl die weldegelijk een bijdrage kunnen leveren aan de CO2-uitstoot.”
Reacties