Het Museumplein Limburg heeft een grondige metamorfose ondergaan. Er zijn drie nieuwe gebouwen gerealiseerd in drie elementaire vormen: een kubus, een bol en een prisma. Hiermee is een van de drie provinciale musea in Limburg voltooid. Het project kende een aantal niet-alledaagse elementen en daarmee bijzonder interessante constructieve uitdagingen.
4
Samenspel
elementaire
vormen
1
Drie nieuwe gebouwen aan het Museumplein Limburg in KerkradeSamenspel elementair 4 2016
5
5 m 25 m
Het Museumplein Limburg heeft een grondige meta -
morfose ondergaan. Er zijn drie nieuwe gebouwen
gerealiseerd in drie elementaire vormen: een kubus,
een bol en een prisma (foto 1). Hiermee is een van de
drie provinciale musea in Limburg voltooid. Het
project kende een aantal niet-alledaagse elementen
en daarmee bijzonder interessante constructieve
uitdagingen.
Het Museumplein Limburg ligt aan de oostzijde van Kerkrade,
ingesloten tussen het spoor, de stationsstraat en het techniek -
museum Continium discovery center (fig. 2). Over het plein
voert een belangrijke openbare looproute van het centrum van
Kerkrade naar het station. De nadrukkelijke wens was deze
looproute bij de uitbreiding te behouden en de openbare
ruimte op te waarderen en uit te breiden. Aan het plein zijn
drie nieuwe, ogenschijnlijk autonome gebouwen verrezen:
Cube, Columbus en de Connector (fig. 3).
Columbus is aan de buitenzijde herkenbaar door een koepel
met een diameter van 22 m. Hierin zijn het indrukwekkende
Earth Theater (foto 4) en het National Geographic 3D-theater
ondergebracht. Cube is een gebouw van 21 × 21 × 21 m 3 dat
schijnbaar boven het maaiveld zweeft en huisvest een design
museum met exposities en labs. De Connector verbindt de
nieuwe bouwdelen met elkaar en met het bestaande techniek -
museum. In dit langwerpige gebouw bevinden zich de entrees
en de algemene functies van het complex. Vanuit de Connector
zijn alle drie de musea bereikbaar. De gebouwen zijn onder
maaiveld met elkaar verbonden door middel van de kelder
(foto 5). Deze kelder, grotendeels uitgevoerd in rood schoonbeton
met plankenstructuur, vormt een ondergrondse wereld die de
voormalige mijnbouw representeert. In de kelder zijn ook de
installaties ondergebracht. De keldervloer is grotendeels uitge -
voerd als dubbele vloer waarin met name de luchtkanalen
worden versleept (fig. 6).
ir. Robert Peters, ir. Leon Mevis RO
Advies- en Ingenieursbureau Van de Laar
1 Museumplein Limburg foto: René de Wit2 Plattegrond Discovery Centre Continium3 Bijschrift Impressie/doorsnede project; links Cube, rechts Columbus en daar achter de Connector bron: Shift
3
2 spoor
continium
connector
cube looproute
stationstraat
columbusSamenspel elementair 4 2016
6
4 Een kijkje in het Earth Theatre van Columbus. foto: Kenneth Tan5 Kelder onder het project uitgevoerd in rood schoonbeton foto: René de Wit
gevraagde kwaliteit. In dit artikel wordt een aantal bijzonderhe -
den op gebied van betonconstructies uit dit project belicht.
Over de bijzonderheden op het gebied van staalconstructies in
dit werk is een artikel in Bouwen met Staal 250 (04 | 2016)
gepubliceerd.
Columbus
Een van de nieuwe gebouwen is Columbus dat wordt geken -
merkt door de grote koepel, met een diameter van 22 m en een
hoogte van 11 m.
Spuitbeton koepel
De koepel bestaat uit een binnen- en een buitenschil met isolatie
ertussen (fig. 7). Beide schillen zijn uitgevoerd in gewapend
spuitbeton (foto 8). De buitenschil is 130 mm dik, voorzien van
een enkel wapeningsnet in het midden van de doorsnede. De
binnenschil is 70 mm dik, eveneens voorzien van een enkel
wapeningsnet. De binnen- en buitenschil zijn met elkaar
verbonden door middel van koppelstaven (fig. 7). Een totale
betondikte van 200 mm was vereist in verband met geluidwering
van binnen naar buiten.
Engineer & Build
Het ontwerp van de nieuwe gebouwen kende vele niet-alledaagse
elementen en constructieve uitdagingen voor het bouwteam.
Het project is aanbesteed als een Engineer & Build opdracht op
basis van een Definitief Ontwerp. De aannemer kreeg daarbij
de vrijheid optimalisaties door te voeren, zolang deze naar
oordeel van de opdrachtgever geen afbreuk deden aan de
5
4Samenspel elementair 4 2016
7
breedplaatvloerd = 400 300
breedplaatvloerd = 300
betonnen binnenschild = 70 mm
400
-320
-720
300
-50
sedum
EPS-isolatie
-350
betonnen buitenschild = 130 mm
glijoplegging
koppelingen tussen binnen- en buitenschil
extra trekband
6 De keldervloer is grotendeels uitgevoerd als dubbele vloer7 Detail schil koepel8 Aanbrengen spuitbeton foto: Rick Huibers
door steigerbuizen (foto 10). Op deze ondersteuningsconstructie
werd de buitenschil aangebracht en eronder een wapeningsnet
waarop van onderaf het beton voor de onderschil is gespoten. De
ondersteuningsconstructie is in de koepel achtergebleven.
Uitvoering kelder
Onder de koepel van Columbus bevindt zich een ronde projectie -
ruimte. Het laagste punt hiervan ligt op 13 m onder maaiveld.
Dit verdiepte deel van de kelder heeft, net als de koepel, een
diameter van 22 m. De uitvoering van de kelder van dit bouw -
Optredende krachten koepel
De optredende krachten in de schillen van de koepel zijn bere -
kend aan de hand van een EEM-model in AXIS-VM (fig. 9).
Omdat de buiten- en binnenschil elkaars krachtswerking beïn -
vloeden, zijn beide schillen in het model ingevoerd. Hieruit
konden ook meteen de krachten worden afgelezen in de
koppelingen tussen de schillen.
Permanente belastingen en belastingen als gevolg van sneeuw en
wind geven door de geometrie van de constructie feitelijk nauwe -
lijks noemenswaardige krachten in de koepel. Het overgrote deel
van de interne krachten in de schillen ontstaat enerzijds als gevolg
van temperatuurverschillen tussen binnen- en buitenschil en
anderzijds als gevolg van excentrische temperatuurbelastingen op
de buitenschil door éénzijdige zonaanstraling.
Bij de berekening van de koepel is rekening gehouden met
temperaturen tussen -25 °C en + 60 °C voor de buitenschil en
+20 °C voor de binnenschil. Voor de excentrische temperatuur -
belasting is rekening gehouden met +60 °C aan de ene zijde
(ten gevolge van direct zonaanstraling) en +30 °C aan de
andere kant (schaduw). Vooral deze laatste belasting zorgt voor
grote interne krachten in de betonnen buitenschil. De wape -
ning is hierop berekend. Voor de E-modulus van de betonschil
is 11 000 N/mm 2 aangehouden. De optredende krachten zijn zo
afgewapend dat na scheuren van het beton de staalspanning
niet hoger wordt dan 250 N/mm 2.
Ter voorkoming van hoge thermische spanningen is de onder -
zijde van de koepel losgehouden van de geïsoleerde onderbouw
en voorzien van een trekband: als wapening rondom de rand
van de koepel (fig. 7). Ter plaatse van de deursparing is de trek -
band doorgezet in de vorm van een stalen strip.
De koepel is uitgevoerd met een verloren ondersteuningscon -
structie in de vorm van een geodetische koepel, ondersteund
8
7 6Samenspel elementair 4 2016
8
mx[kNm/ m]2,9891,5380,086-1,366-2,818-4,270-5,721-7,173-8,625-10,077-11,529-12,980-14,432-15,884-17,336
9 AXIS-model koepel met excentrische temperatuurbelasting ( mx)
worden gewapend met een centraalstaaf. Ook is de versnijding
tussen de palen om uitvoertechnische redenen zeer beperkt:
theoretisch maar 50 mm.
Door de geometrie van de boorpalenwand kon gebruik worden
gemaakt van ringwerking in de betonconstructie zodat de 8 m
diepe put in theorie zonder verdere voorzieningen kon worden
uitgegraven. Wel is de keldervloer, niveau -1,5, gestort voordat
het diepe deel van de put werd ontgraven. De vloer kon zo
functioneren als drukring aan de bovenzijde van de boorpalen -
wand. Nadat de put op diepte was gegraven, is de keldervloer in
het diepe deel gestort. Hiermee werd ook een steun op 13 m
onder maaiveld aangebracht. Vervolgens is in de hele put een
constructief gewapende betonnen voorzetwand van minimaal
200 mm dik gestort. Deze wand is uiteindelijk berekend op de
totale belasting in de uiterste grenstoestand.
Risico's boorpalenwand
Het grootste risico was dat de boorpalen niet goed of zelfs niet
op elkaar zouden aansluiten, waarmee de ringwerking in de
wand niet zou kunnen optreden. Indien de wand perfect zou
worden uitgevoerd, zou een denkbeeldige massieve betonwand
ontstaan van 240 mm dik. Een relatief kleine afwijking zorgt
echter al voor een aanzienlijke vermindering van de doorsnede
van de massieve wand. Een minimale dikte van 160 mm was
benodigd om de berekende drukkrachten en momenten ten
gevolge van excentrische belasting te kunnen opnemen.
Voor de ontgraving is een uitgebreide risicoanalyse uitgevoerd
waarin de volgende vragen zijn beantwoord:
? Welke afwijkingen kunnen ontstaan?
? Hoe wordt de kans op afwijkingen verkleind?
? Hoe worden deze afwijkingen geconstateerd?
? Wat te doen als één of meerdere afwijkingen optreden?
deel was een van de grootste uitdagingen in het project. In
verband met de tijdsdruk was het nodig te starten met de
uitvoering van de bovenste 5 m van de kelder.
Voor de uitvoering van het deel van -5 m tot -13 m zijn
verschillende opties bekeken. Het oorspronkelijke idee was de
kelderwand van de ronde kelder uit te voeren als één grote, 8 m
hoge putring en deze te laten zakken door middel van een
combinatie van het uitgraven van binnenuit en het naar
beneden trekken met trekankers in de grond. Deze uitvoerings -
methode zou echter te veel tijd kosten. In verband met kleef
rondom de buitenwand was bovendien het risico te groot dat
de benodigde krachten ? om de putring naar beneden te
krijgen ? te groot zouden worden.
Een voor de hand liggend alternatief was het maken van een
tijdelijke kering door middel van verankerde of gestempelde
damwanden. Omdat damwanden geen drukkrachten kunnen
opnemen in horizontale langsrichting, kan geen gebruik worden
gemaakt van ringwerking in de constructie. Dit zou betekenen
dat de damwanden op meerdere plaatsen zouden moeten
worden gesteund door middel van stempelingen of groutankers.
Los van de hoge kosten zouden deze voorzieningen ook de
uitvoering van de keldervloer en -wanden belemmeren.
Bouwput met boorpalenwand
De ronde put is uiteindelijk uitgevoerd met een boorpalen -
wand, opgebouwd uit avegaarpalen Ø600 mm. De palen zijn in
elkaar versneden waardoor na het gereedkomen van de gehele
wand een betonnen cilinder ontstond (fig. 11). Het voordeel
van avegaarpalen is dat het een relatief eenvoudig en voordelig
systeem is. Bovendien was dit systeem snel leverbaar. Nadeel
van avegaarpalen is evenwel dat de momentcapaciteit zeer
beperkt is omdat de palen over grotere lengte alleen kunnen
10 9Samenspel elementair 4 2016
9
25 mm afwijking evenwijdig aan de wand 50 mm afwijkingloodrecht op wand normale situatie
e = 25 mm
550 550 550 550 575 525
50
170 235 240
600
10 Ondersteuningsconstructie t.b.v. spuitbeton 11 Palenwand gerealiseerd door avegaarpalen die in elkaar zijn versneden.
teerde in enkele gevallen in het aanbrengen van betonnen
'pleisters' op de betonwand, omdat enkele palen wat te ver naar
buiten stonden (foto 12). Deze aanstorten werden door middel
van ingelijmde stekken op de naastgelegen funderingspalen aan
de betonwand verankerd. Verder hebben zich geen onregelmatig -
heden voorgedaan. Was dit wel het geval geweest, dan kon één
van de vooraf bedachte noodmaatregelen worden ingezet.
De kunst tijdens dit deel van het project was het inschatten van
de mogelijke afwijkingen en risico's en daarnaast het continu
meten, monitoren en verifiëren wat er was gemaakt en wat er
gebeurde. Hiervoor is een uitgebreid werk- en monitoringsplan
gemaakt. De optredende vervormingen bleven beperkt tot
enkele millimeters (< 5 mm).
Fundering kelder
Het gehele gebouw is zoals gezegd onderkelderd. De fundering
van deze kelder is uitgevoerd als hybride fundering. Een hybride
fundering wil in dit geval zeggen dat ter plaatse van hoge belas -
tingen uit de bovenbouw avegaarpalen zijn toegepast en dat de
Om het risico op afwijkingen te verkleinen, is op het ontgravings -
niveau van de kelder een stalen mal gemaakt die vastgezet is op
de ondergrond. De avegaar kon precies op de plaats worden
gezet door middel van een stalen ring die op de mal werd
gemonteerd. Hierdoor werd de plaatsingstolerantie tot een
minimum beperkt. Het risico op afwijkingen zat hem met
name in de scheefstand van de palen.
Voor het geval dat zich afwijkingen zouden voordoen, waren
diverse scenario's uitgewerkt als:
? het maken van plaatselijk reparaties ('pleisters');
? het alsnog aanbrengen van een stempelraam halverwege;
? de constructieve voorzetwand gefaseerd, in lagen van 2 m,
van boven naar beneden uitvoeren.
De boorpalenwand werd in fasen (lagen van 2 m) ontgraven en
beoordeeld. Indien bij het beoordelen van de wand onregelmatig -
heden werden geconstateerd, kon daar direct op worden
geacteerd met een van bovengenoemde maatregelen. Dit resul -
Uitvoeringsvolgorde kelder Columbus
In het kort was de uitvoeringsvolgorde als volgt:
? ontgraven bouwput, met onverankerde stalen damwanden tot
niveau -1,5; ± 5,0 m (onder maaiveld);
? maken boorpalenwand;
? storten keldervloer op niveau -1,5; deze functioneert als stem -
peling/drukring voor de palenwand;
? ontgraven put tot 13 m onder maaiveld, met dieplepelkraan,
onder continue begeleiding en monitoring;
? zo nodig tussentijdse maatregelen treffen;
? storten diepe keldervloer; deze functioneert ook als stempeling;
? storten van de gewapende constructieve voorzetwand.
11Samenspel elementair 4 2016
10
HEB120
(S355)
+
ø177,8 x 3,2 (betongevuld) ø177,8 x 3,2(betongevuld)
2 x 2 op kopplaatgelaste stekken ø25bgls. ø8-200dekking 40
1500
IPE360
prefab betonnenbovenbouw
YJ
250
ø177,8 x 3,2 (betongevuld)
-3740
YJ
250
HEB120(S355)
HEB120ø177,8 x 3,2 +
(betongevuld)
2 x 2 op kopplaatgelaste stekken ø25bgls. ø8-200dekking 40
3740
0
keldervloer
vloer
gronddruk gronddruk
maaiveld maaiveld
bovenbouw bovenbouw bovenbouw vloer vloer
strip70 x 20lg. 2000 strip70 x 20lg. 2000
HEB 120
YM
Ø10-100
Ø10-100 Ø10-150
Ø10-150
Ø10-200 strak om st. kolom Ø10-200 strak om st. kolom
250125
125
12,5
HEB120
(S355)
+
ø177,8 x 3,2 (betongevuld) ø177,8 x 3,2(betongevuld)
2 x 2 op kopplaatgelaste stekken ø25bgls. ø8-200dekking 40
1500
IPE360
prefab betonnenbovenbouw
YJ
250
ø177,8 x 3,2(betongevuld)
-3740
YJ
250
HEB120(S355)
HEB120ø177,8 x 3,2 +
(betongevuld)
2 x 2 op kopplaatgelaste stekken ø25bgls. ø8-200dekking 40
3740
0
keldervloer
vloer
gronddruk gronddruk
maaiveld maaiveld
bovenbouw bovenbouw bovenbouw vloer vloer
rest van de keldervloer op staal is gefundeerd. Ook langs de
randen van de kelder zijn palen toegepast, enerzijds vanwege de
wat hogere belastingen en de beperkte mogelijkheid belasting te
spreiden en anderzijds, en misschien nog wel belangrijker, in
verband met de negatieve invloed die het trekken van de
damwanden heeft op de ondergrond. Door het deels op staal
funderen, zijn veel palen uitgespaard en zakkingen blijken gelijk -
matiger te zijn dan bij toepassing van alleen palen.
Voor de berekening van de kelder is gebruikgemaakt van een
EEM-model. Omdat met name de berekende veerstijfheden
van de ondergrond en de palen vrij grove benaderingen zijn en
omdat deze wel een grote invloed hebben op de krachtswerking
12
13
14Samenspel elementair 4 2016
11
12 Boorpalenwand met 'pleisters' 13 Stalen kolom in wand met omhullende wapening en aangelaste strippen 14 Vooraanzicht en dwarsdoorsnedes overgangscon - structie
Uitvoering
Door de kolommen geheel in de betonwand op te nemen,
ontstaat een potentiële plaats waar grindnesten kunnen
ontstaan en scheuren zich duidelijk kunnen aftekenen. Dit is
natuurlijk niet gewenst in een wand van schoonbeton. Er is dan
ook veel aandacht besteed aan de wapening rondom de kolom -
men, zowel voor de scheurvorming als voor de verdichting van
het beton rondom de staalprofielen.
Om ervoor te zorgen dat het beton goed rondom de kolommen
kon vloeien, is de horizontale wandwapening in de buitenste (1e
laag) gelegd en is de verticale wandwapening ter plaatse van de
kolom weggelaten. Om de kolommen heen is nog extra koppel -
wapening aangebracht om het geheel meer samenhang te geven.
Op het uiteinde van de betonwanden was het niet mogelijk een
staalprofiel in de betonwand te plaatsen omdat het beton niet
voldoende om het profiel zou kunnen vloeien en het risico op
grindnesten (of erger) te groot was. Dit risico was, zowel uit
constructief als uit esthetisch oogpunt niet acceptabel. Deze
kolommen zijn dan ook uitgevoerd als kleine betonkolomme -
tjes met een forse wapening en een stalen omhulling, gelijk aan
de andere kolommen. Hier is dus alleen een aantal drukstekken
ingestort in de onderliggende wand (fig. 14). ?
? PROJECTGEGEVENS
project Museumplein Limburg, Kerkrade
opdrachtgever Continium Kerkrade
architect Shift Architecture Urbanism Rotterdam
aannemer Mertens Bouwbedrijf Weert
constructeur Advies- en Ingenieursbureau Van de Laar Eindhoven
adviseur constructie (t.m. DO) ABT Delft
geotechnisch advies ABT Delft en Fugro
in de fundering, is een gevoeligheidsanalyse uitgevoerd. Dit is
gedaan door de berekende veerconstanten van de verschillende
ondersteuningen te variëren met een factor ×?2 en /?2. In één
model is een hoge veerconstante ( ×?2) voor de palen ingevoerd
en een lage (/?2) voor de ondersteuning op staal. In een ander
model is dit andersom gedaan. Voor zowel de palen, de
controle van de oplegdruk als de wapening zijn de maatge -
vende resultaten uit beide modellen gebruikt.
Cube
Cube is een zeven bouwlagen hoog, kubusvormig gebouw dat
op maaiveldniveau met een aantal zeer slanke pootjes is
geplaatst op de onderliggende kelderwand, een 3,5 m hoge rode
wand in schoonbeton van 250 mm dik.
Overgangsconstructie ? schoonbeton
De aansluiting tussen de kolommen en de onderliggende wand
vroeg speciale aandacht. In het DO-detail is door de architect
het idee van het gewenste beeld van deze aansluiting weergege -
ven: een betonwand met daarop een rond stalen kolommetje
dat direct de bovenliggende stalen ligger draagt. Naast hoge
verticale belastingen voor deze slanke constructie werkt op de
kelderwand ook nog een horizontale gronddruk. Deze wordt
mede opgevangen dankzij de stalen kolommen die de kelder -
wand horizontaal steunen.
Detaillering
Uitgangpunt bij de detaillering was dat verbindingen in het
zicht niet gewenst zijn. Dit was een flinke uitdaging voor
constructeur en aannemer: hoge belastingen in verhouding tot
de beschikbare constructieruimte en geen mogelijkheid iets te
corrigeren in de afwerking vanwege het schoonbeton en de
hoge esthetische eisen.
Om deze wens toch mogelijk te maken, moest de wand worden
gestort terwijl de staalconstructie al was geplaatst. Er is daarom
voor gekozen de kolommen van de staalconstructie, uitgevoerd
als HE-profielen, op de keldervloer aan te zetten en helemaal in
de betonwand op te nemen.
Om het bovenste deel van de HE-kolommen, het deel dat boven
de kelderwand uitsteekt, is een ronde stalen buis aangebracht, die
vooraf is gevuld met beton (fig. 14). De stalen buis loopt tot net
in de betonwand zodat een perfecte scherpe aansluiting tussen
betonwand en stalen buis kon worden verkregen.
Het staalprofiel dat maximaal in het detail paste, een HE120B
(S355), was niet voldoende om alle werkende krachten op te
nemen. De kolom moest dus samenwerken met de betonwand.
Aan de kolom zijn stekken gelast om de kracht in het staalpro -
fiel gelijkmatig af te dragen aan de betonwand (fig. 13). Voor
het bovenste deel is de betonvulling in de stalen buis ook nog
meegenomen in de constructieve sterkte van de kolom.
LEAN-bouwmethodiek
Naast de constructieve uitdagingen die het project kende, moest
de bouw binnen een extreem korte bouwtijd worden gereali -
seerd. In augustus 2014 is de opdracht aan de aannemer
verstrekt op basis van een Definitief Ontwerp. In november 2014
gingen de eerste palen de grond in en in oktober 2015 is het
gebouw opgeleverd. Dit hield in dat de uitvoering van de funde -
ring en de kelder startte terwijl de bovenbouw nog helemaal
moest worden uitgewerkt. Dit vraagt om een vooruitziende blik
van alle betrokken partijen, wederzijds respect en begrip.
Gezien de korte voorbereidings- en uitvoeringstijd is ervoor gekozen
dit project aan te vliegen met hulp van de LEAN-methodiek, zowel in
de voorbereiding als in de uitvoering. Het bouwteam heeft hier veel
profijt van gehad en heeft er ook veel van geleerd. Een ervaring die
in volgende projecten zeker weer van pas zal komen.Samenspel elementair 4 2016
Reacties