In Costa Rica gebruikten de Europese kolonisten van de 16e tot de 18e eeuw bouwmaterialen die hun bekend waren, zoals adobe, bamboe en hout, sommige ook al gebruikt door de inheemse bevolking. Vooral adobe bood goede thermische isolatie en weerstand tegen insectenaanvallen, wat zeer belangrijke eigenschappen zijn in de tropen. Helaas maken de zware volumieke massa en de lage afschuifsterkte het bouwmateriaal niet geschikt voor toepassing bij aardbevingen. Het gebruik van adobe bleef eeuwenlang bestaan totdat het werd verboden na de aardbeving in 1910, die de stad Cartago – de op één na grootste stad in Costa Rica én voormalige koloniale hoofdstad – verwoestte. Dit verbod was de eerste in een reeks belangrijke beslissingen met betrekking tot het vergroten van de seismische veiligheid in het land. Adobe werd vervangen door ongewapend gebakken baksteen voor grote(re) gebouwen en houtskeletbouw voor woningen.
Al decennialang hebben de meeste Costa Ricaanse ingenieurs hun opleiding in Europa genoten en zijn zij bekend met de Europese bouwmethodiek en –materialen. Mijn Costa Ricaanse collega Alfredo Gonzalez, die tevens een bijdrage heeft geleverd aan deze column, is hiervan een sprekend voorbeeld. Het zal u dan ook niet verbazen dat juist deze invloeden de reden zijn dat er enkele iconische geprefabriceerde stalen bouwwerken in Costa Rica te vinden zijn, geïnspireerd op staalconstructies in België.
Bewustwording van seismisch ontwerp bij Costa Ricaanse ingenieurs en architecten groeide na de oprichting van de School of Civil Engineering University (1941), waarbij ook de invloed vanuit Amerika op de lokale bouwmethodiek een significante rol speelde. Dit leidde tot een afname van het gebruik van staal ten gunste van gewapend beton.
Een destijds veelvoorkomend constructiesysteem bestond uit een gewapend-betonskelet ingevuld met metselwerk. Deze bakstenen werden uiteindelijk vervangen door holle betonstenen met verticale wapeningsstaven. Dit heeft de seismische veiligheid van woningen en laagbouw aanzienlijk verbeterd en werd al snel de norm. De bouwmethode staat bekend als integraal gewapend betonnen metselwerk. Als tussen de betonblokken, veelal op hoekpunten, bovendien gewapende betonnen randelementen worden geplaatst, wordt dit een gemengd systeem genoemd. Het gemengde systeem blijft de meest populaire methode voor eengezinswoningen en laagbouw in Costa Rica: de in het werk gestorte randelementen zorgen voor een betere verankering van de wapening, en tevens voor een grotere ontwerpvrijheid voor de contouren van de woning.
Ondertussen groeide de betonindustrie in Costa Rica snel. Vanaf de jaren 50 brachten leveranciers voorgespannen vloersystemen op de markt. Commerciële allianties maakten het mogelijk om te investeren in zowel de productiefaciliteiten als hoogstaand technisch ontwerp. In het werk gestorte betonvloeren verdwenen uit de dagelijkse praktijk ten faveure van geprefabriceerde betonvloeren, wat de kosten verlaagde, de kwaliteit verbeterde en de bouwsnelheid verhoogde.
De huidige hoge (bouw)kosten zijn de grootste uitdaging in de hedendaagse bouwsector in Costa Rica. Dit geldt voor zowel gewapende betonconstructies – de veelal meest economische keuze voor commerciële en woongebouwen – als staalconstructies. De bouw van eengezinswoningen blijft het domein van gewapend metselwerk, waarbij gezegd moet worden dat de bouwkosten voor woningbouw in Costa Rica, ongeveer $750 tot $1,200/m2, net zo hoog zijn als in de Verenigde Staten.
Prefabricage, off-site fabricage, standaardisatie, vermindering van arbeidskosten en opleiding van personeel moeten in de nabije toekomst door de betonindustrie verder worden aangepakt. De arbeidskosten in Costa Rica zijn veruit het hoogst in de regio, net als opleidingskosten. Maar de (ondermaatse) kwaliteit van de arbeidskrachten rechtvaardigen de hoge bouwkosten niet. De gewapend-betonindustrie heeft nog steeds een zeer traditionele benadering van bouwmethodieken, die ondanks de hoge tarieven arbeidsintensief zijn. Stages worden vanaf volgend jaar geïntroduceerd als (facultatief) onderdeel in het curriculum voor het secundair onderwijs, wat uiteraard een stap in de goede richting is.
Ook in Nederland zijn we voortdurend bezig de bouwkosten te verlagen, prefabricage te intensiveren en oplossingen te vinden voor het nijpende tekort aan gekwalificeerd personeel, zowel bouwvakkers als ingenieurs. Tel daarbij op dat het vak Earthy – parametrisch ontwerpen met adobe – sinds een jaar onderdeel is van het mastercurriculum op de Technische Universiteit in Delft, en de parallellen met een ontwikkelingsland als Costa Rica en Nederland zijn talrijker dan u wellicht vermoedde.
In Nederland blijven wij ons voortdurend ontwikkelen op het gebied van beton, betonconstructies en de daarbij behorende kennis. We leren van de landen om ons heen en richten ons vizier op hen die een stapje verder zijn.
Nederland is, net als Costa Rica, een ontwikkelingsland.
Reacties